De Dorpsapostel. No. 155. Honderd en vierde jaargang. 1902. WOENSDAG 31 DECEMBER. Oudejaarsavond. Buitenland. Wegens den NIEUWJAARSDAG (Donderdag 1 Jan. 1903), zal liet volgende Wr. Woensdag avond worden uitgegeven. FEUILLETON. ALKMMRSCHE courant. Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag- en ti at erdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs por 3 naaanden voor Alkmaar f O,SOfranco door het geheele rijk f 1, 3 Nummers f 0,00. Afzonderlijke nummers 3 ets. Prjjs der gewone advertenticn Per regel f ©,13. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N/V. Boek- en Handelsdrukkerij v/b. HERMs. COSTER ZOONVoordam 0 9. Telefoonnummer 3. Zie! d'avond daalt zachtkens ter neder Straks dekt zijn floers bosch- en veld En 't is of geheimzinnig fluistren Ons iets heel gewichtigs voorspelt. En een zachte stem nit het verleden Dringt meer en meer tot ons door. Luidruchtige spelen verstommen. Herinnering vraagt thans ons gehoor. Ook iets ernstigs staat ons te wachten: Een afscheid en wel voor altoos, Een jaar is voor goed straks verdwenen. Een stuk van ons leven zoo broos. Wij voelenhet is weer een schrede Een schrede meer naar ons graf. De jeugdigen klimmen da oudren Zij wetende tocht gaat bergaf. En eer nu die oude bekende Voor goed van ons scheiden gaat Verdiepen w'ons in herinnering D'eenige die nooit ons verlaat. Wij denken aan juichen en jubel Aan vriendschap, voorspoed en vree Maar ook aan vervlogen illusiën Veel diepe smart en wee. Achvelen brachten hun kinderen Of trouwe gade naar 't graf. In menige levensgaarde Vielen veel bloemen af. Ja, d'onzen gingen henen Stil, maar niet minder beweend En grooten, om wie half het menaohdom Treurt bij hun grafgesteent. Maar 't voegt ons ook zeker te juichen. Wat al goeds niet half verwacht Wat al vreugd in huis en daarbuiten Wat al schoons in dit jaar weer volbracht Mocht 't harte beklemd ons soms wezen Scheiden heeft droeven zin Laat ons toeh vertrouwen, niet vreezen, Met hoop gaan wij 't nieuwe in. Roman naar het Duitsch van LUDWICH GANGHOPER DOOB W. ZAALBERG. Uitgave van H. J. W. BEOHT te Amsterdam verkrijgbaar a f 4,50 bij de Uitgevers dezer Courant. 77) Sedert hij in den grauwen morgen moe, onvergenoegd en door geen slaap verkwikt in huis geslopen was, was hij uit zijn gegrendelde kamer niet meer te voorschijn gekomen. Hij had zijn vader laten foeteren en op de deur hameren, had de stem van de meid niet vernomen, die hem aan de middagtafel geroepen had en had een langen vasten slaap genoten, alsof het voor hem een dringende noodzakelijkheid was, al de slapelooze uren der laatste nachten royaal in te halen. Nu is een vaste slaap, zooals ieder weat het beste geneesmiddel tegen duizelig geworden hoofden. Geen wonder alzoo, dat Ro mans uitzicht, na dien twaalfuurs slaapkuar, waarbjj een paar keer wakker worden niet telden, zich verwonderlijk verbeterd had. Hij was, wel is waar, nog een beetje bleek, nog altoos flikkerde het weerlicht der onrust en opge wondenheid in zjjn trekker. Maar onder het dakje van zijn denken scheen het te oordeelen naar den onver vaarden blik zijner oogen aanmerkelijk helderder ge worden. En zooals hij de trap afkwam, zoo veerkrachtig van tred, had hy het uitzicht van een man, die weer «verstaudzaam" geworden is en eindelijk weet, wat hij wil. En het scheen een gewichtige tocht te zijn, die hij voorhad want ofschoon de stille zaterdag tot aan de opstandingsviering 's avonds om zes uur als een werkdag gerekend werd, had Roman zich op z'n zondags uitge dost, zoo fijn, alsof hij niet eerst ter repetitie vau het bruidsexamen, maar onmiddelljjk ten huwelijk ging. Al- DUITSCHCAW©. De sensatie-wekkende vlucht van de Saksische kroonprinses boeit nog steeds geheel Duitsch - land en bijkans ieder blad bevat dagelijks nadere bijzon derheden over de ongelukkige verhouding van het hoog geplaatste echtpaar. Volgens het Belgische blad Petit Bleu" zou de Duitsche Regeering bij de Zwitsersche stippen gedaan hebben om de uitwjjzing der prinses uit Zwitserland te bewerken doch de Bondsraad zon beslist geweigerd hebben daartoe over te gaan. Intassehen heeft aartshertog Leopold van den keizer van Oostenrijk bericht ontvangen dat hij alles op zijn eigen verzoek geschrapt is als lid van het Galden Vliesdat zijn toelage van 40000 kronen wordt inge trokken dat hij uit het leger is ontslagen dat hij nim mer meer in Oostenrijk mag komen dat hij zich in een ander land moet laten naturaliseeren en dat hij genoegen moet nemen met het afstand doen van den titel van aartshertog. De oud-aartshertog blijft van plan met mej. Wilhelmina Adamovics in het huwelijk te treden. FRAATKRIJR. De be/uchte familie Hambert Dauriguac is in den morgen van den 29 te Parijs aan gekomen en onmiddellijk naar de Coneiergerie overge bracht. De geheele reis is met ontzettend veel voorzorgen gedaan en de Rageering had alle mogelijke maatregelen genomen om het publiek op een dwaalspoor te brengen omtrent datum en uur van vertrek en de te volgen route. Te Parijs is het inderdaad gelakt de uitgeleverden onge merkt binnen te smokkelendoch onderweg werd de nieuwsgierigheid van het publiek hier en daar bevredigd. Overal waar de trein maar even zou stoppen stonden de stations zwart van nieuwsgierigen die den heelen nacht, dikwijls in den regen hadden staan wachten. Aan de Spaansche grens bevond zich ook Marcel Habert onder het publiek. Hier en daar werd bij aankomst de trein met gejouw en gefluit ontvangen en aan oevrouw Humbert wordt dit gevleugelde woord in den mond gelegd »Wat een troep stommelingen P' Volgens een der Spaansche bladen zou de docter die Thérèse Humbert in de gevangenis behandelde verklaard hebben dat zij lijdende was aan grootheidswaanzin. RAROCCO. Reeds sedert verscheidene maanden kwamen er nit dit altijd rumoerige land berichten van een pretendent naar den troon, die Sultan's macht be dreigde. Tot nog toe werd daaraan niet veel aandacht geschonken, eensdeels omdat er zelden een week voorbij gaat of Marocco heeft zijn kleine beroering, anderdeels, omdat het scheen alsof de Sultan deze laatste oproerige beweging gemakkelijk den kop indrukken. Thans wordt echter geseind, dat de pretendent-Sultan een schitterende overwinning zou hebben behaald. De Sultan had tienduizend man onder de wapenen, onder bevel van den minister van oorlog, doch de preten dent had zooveel en zoo goed geoefende cavalerie op de leen ontbrak het ruikertje op zjjn hoed en in de hand de citroen met de rozemarijntak. «He, jij 1" riep de meid uit de keuken hem toe «nou is ie thuis, dèa Hanspeter gister zocht je overal naar 'm." «Zoo Nou, daakje wel I Dèn hè'k nie meer noo- dlg 1 'k Weet zelf al, wa'k doe En Roman ging in de huisdeur staan. »Je eteu hè'k voor jo warm gehoue. Za'k 't binnen brengen Roman keek over ziju schouder heen en vroeg aar zelend, met gedempte stem »is vader thuis »Nee 1" »Wat mij betreft, wel! Breng 't me binnen!'' Wat werd zijn stem eensklaps vast en helder! En zijn hoofd, dat hij buitendien toeh al hoog droeg, hief hij nog een ruk hooger. «As ie gegeten hèt, hèt 'n mensch ze beter bij mekaer 1 Maar 'k mot me haasten 1 't Presseert 1" Hij ging de kamer in. En het was een flinke maaltijd, die hij hield. Want de meid had nauwelijks het eten opgedragen, toen Roman alweer de kamer uitkwam. Met den zakdoek het zorg vuldig opgedraaide snorretje afvegend,; verliet bij met gezwinde pas hot huis. Buiten op straat zag hij zijn vader komen en wou haastig om den hoek van den tuin zwenken. Maar de oude was zijn jongen reeds gewaar geworden, en sprak hem aan: «Zoo? Hè'je eindelijk 's uitgeslapen, jij?" »Ja En goed, vader riep Roman over zijn schouder heen terug en deed onderwijl nog wijder stappen. »Nou he'k wat, dat zich niet verschuiven laat. Maar a'k thuis kom rno'k je wat zeggen 1" En in den stormpas ging het den straatweg langs. Waldhofer stond met dwarse voeten, legde de handen op zijn rug, keek zjjn jongen na en schudde het hoofd. »Nou kan 'k 'r geen kop of staart an vastmaken," dacht hij, «Vogel narrenkap moet in zijn hersenkast een nest vol eieren gelegd hebben! Wat daar nog uit komt krui pen... daar ben 'k nieuwsgierig na!" Zoo vergist men zich in de mensehen zelfs in zjjn eigen vleesch en bloed Want terwjjl de oude Waldhofer been weten te brengen, dat hij het leger van den Sultan volkomen uiteen geslagen heeft. De regeeringstroepen vluchtten naar Fez, met achterlating van hun geschat, hunne ammunitie en hunne lastdieren. In den morgen van den 24 December kwamen de eerste vluchtelingen te Fez aan, hun bericht veroorzaakte groote ontsteltenis. Da poorten dar stad werden gesloten, de winkels eveneens, alles maakte zich tot tegenweer gereed. De Europeesehe kolonie Fez, die niet zeer talrijk is, heeft geen maatregelen genomen om de stad te verlaten. In Spanje hebben deze berichten aanleiding gegeven tot bijzondere maatregelen. De ministers van buitenland- sche zaken, van oorlog en van marine hadden onmid dellijk een bespreking met den minister-president Silvela over de te nemen maatregelen. De minister van buiten- landsehe zaken zond instructies aan de Spaansche ge zanten te Londen en te Parijs de ministers van oorlog en marine hebben maatregelen genomen voor het zenden van troepen naar Marocco, zoo dit noodig blijken mocht. HUSLAIVD. De aardbevingen te Andiejan in Centraal Azië dnren nog steeds voort. Eiken dag worden vier tot vijf schokken waargenomen. Den ochtend van den 23 December waren ze zóó hevig, dat de spoorwagens, waarin een deel der bevolking onder dak is gebracht, in bewe ging geraakten, hetgeen aanleiding gaf tot een panische vlucht. EB.-STAT EST. Ten slotte heeft president Roosevelt, voornamelijk op advies van den Staatssecretaris Hoy besloten de functie van scheidsrechter in de Venezo- laansehe questie niet te aanvaarden, doeh de beslissing te laten aan het ILaagsehe Hof van Arbitrage. ZUID-AFRIKA. Chamberlain is te Durban aange komen en heeft aan een feestmaaltijd natuurlijk het woord gevoerd. Hij zeide o.a. »De Boeren behoeven zich niet vernederd te gevoelen door hun nederlaag. Wij zullen pogen, niets te doen wat de oude vijandschap kan herlevendigen. Wij moeten hun gelijke rechten geven en hun vragen onze uitgestrekte band zonder achterdocht aan te vatten." Dit klinkt allerliefst, doch de Boeren hebben den Brit nog nimmer de hand zien uitstrekken of het was om goud te grijpen of vrouwen en kinderen te mishandelen. Verzakking. Vottem, een Belgisch dorp van 4000 zielen, boven een steenkoolmijn gelegen staat op het puntin den groDd te zakken. Een vijftigtal huizen vertoonen gevaarlijke bersten en vele zjjn reeds ontruimd. In een der straten heeft men het verkeer moeten verbieden. De meest bedreigde huizen worden geschoord. Het corps der mijnen en de provinciale overheid zijn verwittigd. Slaapziekte. Eene raadselachtige slaapziekte blijft volgens den Belgischen zendeling Handekyn aan den Congo slacht offers maken en heeft thans jonge mannen aangetast, die aan het verstand van zijn jongen twijfelde, was Roman van meening dat hij in geheel zjjn leven geen «verstand- zamer" dag had gehad als juist heden en nog nooit een wijzer weg was gegaan. Daarenboven nog zoo'n mooie wegAlles aan dien weg scheen hem te bevallen, iedere steen en iedere kar» voor, iedere buiging die hij maakte, elke Ijpg, die hij langs ging. En toen een zekere plek kwam, bleef Roman staan, beschouwde de opkomende grassprietjes en lachte heel bijzonder. Hij greep zijn hoed en haalde weer uit. «Radje, nou loop je, nou laa'k je rollen 't Loope mij tot geluk, of tot ongelukdacht hij. Er zijn woorden, die aan 's menschen hart blijven han gen zooals klitten aan zijn kleeren. «Ongeluk Over Romans gelaat voer de schaduw van een laatste bedenking. Maar hij schudde zieh, en dacht «nou 'r op los 1 't Geluk hèt voeten daarom mot men 't naloopen Deze wijze uitspraak bracht weer vlucht in zijn schre den. Maar terwijl hij over do laatste waidehelling naar boven ging, waarachter reeds langzaam het steile dak van Staudam opdook, zette hij toch een gezichtzoo als iemand die voor de rechtbank geroepen is en bezorgd heid in zich voelt oprijzen, ofschoon hij zeggen kan «gedaan hè'k niks... 't mag loopen zooas 't wil... vrij laten gaan motten ze me Op het eri van de hoeve Staudam was de knecht juist bezig, om het Berner wagentje te wasschen, dat van de tocht naar Eudsdorf grijs bestoven teruggekeerd was. Toen Michiel den jongen Waldhofer met zoo gezwinden pas over de grasheuvels zag aankomen, dook hij gichelond achter het spatbord van den wagen en verdween met een flinkeu sprong in de schuur. Daar plaatste hij zich in den hoek bij de deur, gluurde glimlachend door een reet naar buiten en plukte daarbjj aan een der krabwon- den op zijn wang. Roman trad den hof binnen en aai z lie, toen hij bij de huisdeur kwam. Zijn gezicht was hoog gekleurd en dat scheen de snelle loop alleen niet gedaan te hebben. Zwaar hijgend stond hy een poosje voor den drempel

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1902 | | pagina 1