Nog eeas de landbouwraden,
No. 24. Berate blad.
Honderd en vijfde jaargang.
1903.
WOENSDAG
25 FEBRUARI.
Buitenland.
Stadsberichten.
ALKMAARSCHEC
KAAIT.
Deze Coarant wordt Ulnsdi g-, Donderdag
en Zaterdagavond uitgegeten. Abonnementsprijs
per 3 maanden voor Alkmaar f O, SO j franco door het
geheele rijk f 1,
3 Nummers f 0,06. Afzonderlijke nummers 3 ets.
Telefoonnummer 3.
I*r|Js der gewone Jadvertentlën
Per regel f 0,13. Groote letters naar plaatsruimte.]
Brieten franco aan de N/V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h. HERMs. COSTER ZOON Voordam C 9.
Aau het slot van het artikel «Landbouwvertegenwoor-
diging'' van II Januari 1.1. spraken wij ons g voelen
uit, dat het aan uiteenloopende meeningen wel niet zou
ontbreken, voordat het ontwerp der regeering, waarin
die vertegenwoordiging wordt geregeld, wet zou zijn ge
worden. Die verwachting is maar al te veel bewaarheid.
Een merkwaardig verschijnsel daarbij is het, dat juist
zij, die tot nog toe door dadeu toonden in de ontwikke
ling en den bloei van den landbouw het meeste belang
te stellen, met de plannen der regeering het minst inge
nomen bleken te zijn. Wij hebben er toen reeds aan her
innerd, dat het laatste landbouwcongres, van 1902, met
groote meerderheid van stemmen het nut van eeu offiei-
eele landbouwvertegenwoordiging heeft ontkeud. Nu heeft
het bestaande Landbonwcomité bijna eenstemmig slechts
één lid was van een andere meening het regeerings-
voorstel onaannemelijk verklaard.
Ongunstiger oordeel was nauwelijks denkbaar. Als men
toch naar mannen zoekt, die in ons land gerekend kannen
worden, kennis te hebben van het landbouwvak, bij den
bloei van den landbouw belang hebben en in dien bloei
belang stellen, dan zal men za vinden in het Landbonw
comité. De reden van het ongunstig oordeel is niet ver
te zoeken. De provinciale landbouwraden en de rijksland-
bonwraad znllen adviseerende lichamen zijn. Door tus-
schenkomst altijd van den rijkslandbonwraad zal de re
geering ze raadplogen. By deze vertegenwoordiging zal
zij haar licht zoeken. Zij zal dus dienst doen als een ver
gadering van deskundigen; maar een vertegenwoordiging
van landbouwers, gekozen door allen die ten minste één
hectare bonw- of weiland of een halve hectare tuingrond
in gubruik hebben, kan moeilijk beschouwd worden als
een vergadering van deskundigen. Dat de regeering zelve
er ook zoo over denkt, blij kt wel uit haar voorstel om
slechts de helft der leden van de provinciale landbouw
raden, uit wier afgevaardigen de rjjkslandbouwraad zal
worden samengesteld, door deze landbouw-kiezers te doen
kiezen en de andere helft door landoouwvereenigingen te
doen aanwijzen. Het blijkt daarenboven uit haar voorstel
om onder de landbouw-kiezers ook op te nemen niet alleen
de grondbezitters van eenige beteekenis, directeuren van
land- tnin- of boschbouwondernemingen, zetboeren en
boschbazen, maar ook hen die werkzaam zjju in door de
regeering zelve aan te wijzen wetenschappelijke betrek
kingen ter bevordering van de belangen van den landbouw.
Duidelijker nog blijkt het nit de bepaling, dat de regee
ring voor de samenstelling van den rijkslandbonwraad,
behalve de 20 leden, door de provinciale landbouwraden
af te vaardigen, zelve nog ten hoogste vijf leden zal
kunnen aanwijzen, wanneer zij oordeelt, dat anders niet
alle onderdeelen van het landbouwbedrijf in de rijksland
bonwraad vertegenwoordigd zouden zijn, en dat zij daar
enboven in de aideelingen van dien raad nog andere,
door haar aan te wijzen personen tijdelijk zitting zal
kunnen geven, al naar gelang het onderworp, dat in be
handeling zal komen, dit geraden zal maken.
Het is niet anders, de regeering heeft blijkbaar de
landbouwraden te gelijk willen maken tot een vertegen
woordiging van belangen en een raad van deskundigen.
Dat zal inderdaad niet gaan; zjj zal een keuze moeten
doen tuBsehen het een en het ander. Het Landbonwcomité
heeft met een belangrijke meerderheid zich verklaaid tegen
een bijzondere vertegenwoordiging van de landbouwers
als afzonderlijken stand in de maatschappij. Van de 47
leden van het Comité, die aan de stemming deelnamen,
onthielden zich vjjf van het uitbrengen van een bepaald
gevoelen door in blanco te stemmen; maar de overige
42 verklaarden zich allen op één na voor de oprichting
van een lichaam, dat door de regeering zal kunnen wor
den geraadpleegd in alle zaken die den landbouw betreffen.
Deze uitspraak van het Landbouw comité komt dus ge
heel overeen met die van het laatste landbouwcongres,
dat er aan een bijzondere vertegenwoordiging van den
landbouw geen behoefte bestaat.
De meening komt ook ons gegrond voor, dat een ver
tegenwoordiging van onze landbouwers, zoo men die in
het leven willen roepen, ruimer bevoegdheden zou moeten
hebben dan de regeering aan haar landbouwraden wil
verleenen. Znlk een vertegenwoordiging zou voorstellen
van de regeering moeten kunnen verwerpen. Kaar goed
keuring zon noodig zijn voor de maatregelen die de re
geering zon willen voorstellen. Dankt men aan een ver
tegenwoordiging van allen die bij den landbouw belang
hebben, dan zonden, zooils sommigen reeds hebben ver
langd, ook de boerenarbeiders kiezers moeten zijn,, Wan
neer het er echter niet om te doen is, goede verhoudingen
te bevorderen tusschen de hoofden of bestuurders der
landbouw-bedrijven en hun werklieden, goede dienstcon-
tracten tusschen boeren en boeren arbeiders, maar de
regeering te dienen van goede adviezen omtrent alle zaken,
die met den landbouw in verband staan, dan wordt de
zaak anders; dan is zeker de vrees niet ongegrond, dat
de vele duizenden, wier belangstelling in hun eigen be
drijf tot nog toe niet groot genoeg was om zich bij een
landbonw-maatschappij aan te sluiten, zich bij de uitoefe
ning van het huu te verleenen kiesrecht, zoo ze er al
gebruik vau maakten, door andere beweegredenen zouden
laten leiden dan door belangstelling in den landbouw.
Het regeeringsontwerp neemt het landbouwbedrijf in
den ruimsten zin, zoodat daaronder ook, zooals wel van
zelf spreekt, de tuinbouw begrepen is. Tot nog toe wer
den de Maatschappij voor Tuinbouw en Plantkunde en
sommige speciale vereenigingeu voor de teelt van bepaalde
gewassen als een bijzondere vertegenwoordiging van deze
onderdeelen van den landbouw beschouwd, die voor de
haar toevertrouwde belangen bij plaatselijke en provinciale
bestaren en ook bij 's lands regeering kon opkomen. Het
hoofdbestuur der genoemde maatschappij vreest en
zeker niet ten onrechte dat bij de voorgestelde regeling
dit onderdeel van den landbouw in de verdrukking zou
komen eu geen voldoende gelegenheid zou hebben om
zich te doen hooreu. Het verzoekt daarom in een adres
aan de regeering, de tuinbouw niet in de wet op te nemen
en, mocht dit ai noodig zijn, daaraan een afzonderlijke
officiëole vertegenwoordiging te geven.
Er is wel alle reden om aan te nemen, dat do kansen
voor het regeeringsontwerp in zijn tegen woordigen vorm
niet' gunstig staan.
WSJTTSCUIjABïD. Keizer Wilhelm heeft aan den
commandant van bet Duitsche eskader in de Venezo-
laansche wateren zijn dank betuigd voor diens optreden
tijdens de jongste verwikkelingen.
»Met voldoening, dus seinde de Keizer, heb ik uit uwe
rapporten de overtuiging gekregen, dat gij, de comman
danten en de equipage der Duitsche schepen indeVene-
zolaansche wateren tijdens de blokkade uwe taak goed
hebt volbracht onder vaak mojilijke omstandigheden.
Met blydschap grijp ik de gelegenheid aan om thans u
en allen, die onder u stonden, dank te zeggen voor de
bewezen diensten. Ik verzoek van den inhoud van dit
telegram mededeeling te doen aan allen, die onder uwe
bevelen staan."
De waardeering die uit 's Keizer's telegram spreekt
zal zeker niet algemeen gedeeld worden, ea tot het laatst
toe blijft Duitschland's houding in d> Venezolaandsche
quaestie niet zeer waardig en is die mogendheid niet zeer
bescheiden in hare eischen. Uit Washington wordt toch
van den 23 geseind
Da Duitsche gezant, baron Speck von Sternborg, ver
zocht aan Bowen de onmiddelljjke betaling van 5500
pond sterling, in bet protoeal bepaald. Bowen weigerde
dit en deelde aan baron Von Sternborg mede, dat dit
bedrag aan den Duitschen vertegenwoordiger te Caracas
zal worden betaald dertig dagen na 13 Februari, zooals
in het protocol is vastgesteld.
De toestanden in het Duitsche leger laten veel te
wenschen over. Herhaaldelijk zijn reeds ergerlijke feiten
ontdekt van mishandelingen der reernren. Na weer zijn
vier onderofficieren wegens het herhaaldelijk mishandelen
van recruten door den krijgsraad te München tot een
gevangenisstraf vau 12 tot 40 dagen veroordeeld.
Schandelijk goedkoop zijn deze onderofficieren er afge
komen in vergelijking met twee van hunne slachtoffers.
Deze ongelnkkigen waren zoo gesard en gekweld, dat zij
radeloos werden en de vlucht namen. Zo zijn nu wogens
desertie in vredestijd veroordeeld tot 18 macuden ves
tingstraf
MACEOOWIIi). De »Morning Leader'1 verneemt uit
Sofia, dat er in Macedonië zooveel wapenen en ammunie-
tie is binnengesmokkeld, dat de opstand spoedig kan
aanvangen. Het hervormingsplan wordt als zeer onvol
doende beschonwd. Het raakt enkel financiëele quaesties,
maar overigens laat het alles bij het oude.
Rusland heeft slechts vredelievende bedoelingen de
Russische regeering zond aan de dagbladpers een geheime
ciiculaiie, waarin aan de bladen verboden wordt de
Turksche regeering of den Sultan aan te vallen.
Sneeuwstorm.
Te Newfoundland heeft een sneeuwstorm gewoed
zooals nog Dooit is voorgekomen. Twee treinen met hon
derden passagiers waren ingesneeuwd in het binnenland.
Men vreesde dat zij den hongerdood zouden sterven,
maar gelukkig heeit men de ingesneeuwde trein nog
bijtijds kunnen bereiken. De storm is zoo hevig als men
zich niet kan herinneren, dat er ooit eeu gewoed heeft
hij hield verscheidene dagen aan.
Brand.
Het hotel Clifton te Cedar-Rapid in Iowa is afge
brand. Van de 120 gasten zijn er twintig in dn vlammen
omgekomen en veertig bekwamen ernstige brandwonden.
Debat-vergadering Vau Oversteeg
en iur. iUcndels.
In een openbare vergadering der anti-revolutionaire
propagandaclub «Groen van Prinsterer", gehouden in
bet lokaal «Harmonie", op Maandag 23 Februari, werd
het reeds lang te voren aangekondigd debat gehouden
tnsscheu bovengenoemde hoeren als vervolg op de ver
gadering der S.-D. A. P. van 22 Dec., waarin mr. Men-
dels sprak over het socialisme en op de in dit blad ge
voerde polemiek tusschen de heeren Van Oversteeg en
dr. van Gelder.
Na opening door den voorzitter, den heer Wolzak, die
op het bijzondere] karakter der vergadering wees en
voor het slagen de medewerking inriep van het over-
talrjjk publiek de Harmonie was eivol werd het
woord verleend aan den heer
Van Oversteeg.
Herinnerende aan de aanleiding tot deze vergadering zei
spreker, dat hjj in den beginne niet veel had lust gevoeld
om, toen hem in December was gevraagd met den
heer Mendels te komen debateereu, aan dat verzoek te
voldoen, Veel heil ziet hij in die debitten nooit, 't gaat
daarin juist tegenovergesteld als bij een roman. Daar
krijgen ze mekandor aan 't eind altyd, bij een debat nooit.
Ook dezen avond zal het hier zoo gaan. De eene partij
zoowel als de andere zal zeggen wat heeft hij hem
geraakt.
Toch trad spreker hier nog wel met eenige animo op,
en daartoe werkte wel eenigszins mede het verslag van
de vergadering in December in de Alkmaarsche Cou
rant", waarvoor hij meende den verslaggever zijn compli
ment te maken.
Wat spreker aanleiding geeft het socialisme te be
strijden is dit, dat hij er van overtuigd is, dat het
socialisme, hoe goed ook bedoeld, een stelsel is lijnrecht
in stiijd met het Christendom. Vaak heeft men gezegd
dat socialisme en godsdienst veieenigbaar zijn; daarop
wil spr thans niet zoo diep ingaan, doch toch met een
enkel woord aantoonen, dat die twee precies tegenover
elkaar staan. Het Christendom is niet los te maken van
den oorsprong van den mensch is, niet met te belijden zon
der dat het de gansche levensbeschouwing opèischt. Daarom
zal hij steeds met alle krachten hem door God geschon
ken, 't Christendom blijven stellen tegenover hel socialisme
Hij laat in 't midden en gelooft gaarne, dat menig
belijder van bet socialisme overt ui is, dat alleen dat de
maatschappij kan redden, maar stelt daartegenover even
stellig zijne meening, dat het langs dien weg onmo
gelijk is.
Wat men dezen avond te verwachten heelt, is al toe
gezegd in de «Alkm. Coarant". Men heef' spr. er van
beschuldigd, dat hij het citaat van Van Kol gansch
verkeerd beeft gebruikt.
Mr. Mendels heelt dat toen in eigenaard gen vorm
n tgedrnkt en met een der kerkvaderen nitgeioepen
»Ik geloof het, omdat het zoo onzinnig is".
Op 't programma vindt men in aansluiting daarmede,
dat spr. het zal hebben over onzinnigheden van het
socialisme en zoo is ook het opschrift boven de door
hem te behandelen citaten, 47 in getal, uit het werk
van den heer van Kol, die aan het publiek zijn
medegedeeld.
Eer hij tot de korte bespreking daarvan overgaat,
corrigeert spr. even Dr. van Gelder die het voorstelt
alsof deze den spreker had uitgenoodigd, om te spreken
over de onzinnigheden van het social sue. Dat is niet
juist spr. heeft zelf dat ODderwerp aangegeven en niet
zooals Dr. van Gelder aan hetr daarna schreef, dat hij
zou spreken over de dwaasheden van het socialisme. Dit
noemt hij wat onattent.
Komeude tot de zaak bespreekt de inleider de vier
eerste door hem genoemde citaten.
Waar beweerd wordtdat Christendom en Socialisme
vereenigbaar zijn zijn deze citaten het bewijs voor h«t
tegendeel, en tevens het vierde luidende wij geioovt-n
aan de toeneonnde ontwikkeling der menschbe d wij
gelooven aan den vooruitgang enz. wel in staat is om
aan te toonen dat het praatje dat het socialisme op
wetenschappelijke gronden rust, niet de minste waarde
heeft. En waar men ons, zegt spr., zon toevoegen gij
gelooft en ik weet, daar zon ik antwoorden, gij geloott
dat ge 't weetmaar ik weet wat ik geloof.
Tegenover het geloof van het wetenschappelijk verhaal
der schepping stelt spreker het zijne van het: lu den
beginne schiep God hemel en aarde.
Voor wat van Kol gelooft is het wetenschappelijk
bewijs er evenmin als voor dat van den spreker en bij