Ingezonden stukken. Stadsberichten. Kantongerecht te Alkmaar. bevonden i/oorwerpen. Petersburg. De waarde van het gestolene is 50000 roebels. Het gestolene bestaat uit 78 diamanten, waarvan één die boven op de kroon heeft gezeten, in den vorm van een peer, zeer kostbaar is. Kalveren markt. Te Bdam zal de markt voor kalveren te beginnen Donderdag 26 Februari, weder gehouden worden. Permits voor Zuld-Afrlka. Ter waarschuwing van hen, die naar Zuid-Afrika willen gaan en door den Britschen consul worden voor zien van een voorloopig permit, behelzende de mede- deeling dat op vertoon van dit bewijs te Kaapstad een verlof naar Transvaal of Oranje-Kolonie wordt afgegeven, deelt het »Hbld." mede, eenige bijzonderheden ontleend aan een brief van een Hollander aan zijn ouders in Ne derland. Deze jonge man, die in het bezit was van het be doelde bewijs, verhaalt zijn wedervaren als volgt »Van de boot ben ik dadelijk naar het permit-office|ge- gaan, waar mjj werd gevraagd of ik burger was geweest en aan den oorlog had deelgenomen als hoedanig en hoe lang ik in het veld ben geweestof ik gevangen ben geweest en ben ontsnapt op welke wijze ik uit het land ben gegaan, op wiens kosten en waar ik geland ben waar ik gewoond heb tijdens mjjn verblijfhoe oud ik ben en waar ik ben geboren hoeveel geld ik bezit en of ik een ambacht versta. Toen ik al deze vragen bad be antwoord, werd ik met een brief naar kapitein Wath gezonden, waar ik opnieuw werd ondervraagddoch hier in hoofdzaak omtrent mijn familie. Men zei mij hier, dat ik nog geen permit kon krijgen, doch dat er naar Waterval-Boven en Pretoria zou getelegrapheerd worden. Ik moest over een week of veertien dagen terug komen om te hooren of ik in Transvaal zou worden toe gelaten. Maar ik zal nog wel langer moeten wachten, want er zijn er hier (er zijn buitengewoon veel Hollan ders, alle hotels zjjn bezet), die reeds 7 4 8 maanden wachten. »U ziet dus, dat het niet zoo gemakkelijk gaat als men wel zou denken. Dat gele papier is niet van de minste waarde, men wilde het niét eens inzien niette genstaande ik zei, dat men het mij had verstrekt met de verzekeringdat ik er hier een permit voor zou kunnen krjjgen," Men ziet uit dezen brief, dat de toegang tot de nieuwe koloniën altijd nog even scherp wordt bewaakt. Is ons Tee geschikt voor Zuid-Afrika 1 In de vergadering der Geld.-Overijselsche Maat schappij voor Landbouw dezer dagen te Arnhem gehou den, kwam de vraag ter sprake, of ons vee geschikt is voor Zuid-Afrika. De heer H. C. Reimers, veearts en leeraar aan de Landbouwschool te Wageningen, verklaarde, dat 't niet gewen8cht is, vee naar de Boeren te zenden want 't wil daar toch niet voort. Eerst moet 't in de Kaapko lonie gewend zijn geraakt aan het klimaat, en dan nog zullen alleen de afstammelingen van deze dieren geschikt zjjn voor Transvaal, waar het klimaat warmer is. De heer Pauwen, uit West-Pannerden, deelde mede, dat de heer Wessels (Transvaal) hem had medegedeeld op de tentoonstelling te Alkmaar, dat ons vee slechts bij uitzondering zal geschikt zijn voor Zuid-Afrika; het Gel - dersche vee is totaal ongeschikt. Waar de zaken zóó staan, is 't gewenscht eerst deze quaestie op te lossen, vóór men verder ga met geld in zamelen voor het aankoopen van fokvee. Er is beweerd, dat de hulp die wij aan de Boeren zouden verleenen met veezendingen, aanleiding zou kun- 't haar niet recht gelukte. Alles wat zjj zeide kwam er zoo stjjf en ernstig uit en dat onbestemd, pijnljjk gevoel nam nog toetoen zij merkte, dat haar verloofde in het bijzijn van zijn vriend zoo geheel anders was dan ge woonlijk. Zij kenden slechts den stillen, meest in zich zelf gekeerden Bernhard Hohenfels, en zij had dit als een karakteristieke eigenrchap van hem beschouwd en voor lief genomen. Nu was hij letterlijk opgewonden, entoen Koen een paar gezamenljjke ondervindingen uit beider jeugd aanroerdekon hij ook prettig vertellen uitvoerig beschrijven en scheen 't alsof hem op eens een last van de schouders was gevallen. In de stille kamers van de pa-torie was 't misschien nog nooit zoo druk en levendig geweest, en Inga's heldere lag klonk tusschen al die op geruimde stemmen door. Dominee Eriksen vond dit recht aardig en had zelf pleizier in de vrooljjkheid van zjju jonge gasten. De twee heeren waren blijven eten en namen eerst 's namiddags den terugtocht aan. Edsviken lag op onge veer een half uur afstands, en de weg, die langs de kust liep, bood een fraai uitzicht op de fjord. Koen, vol ver rukking over het Noorweegsche landschap, stelde belang in eiken bergtop en eiken inham die zich aan zjjn oogen vertoonden maar toen zij nu een klein bosch ingingen en het uitzicht hen voor eenige minuten was benomen, vroeg hij plotseling »Zeg, waarom hebt ge aan je aanstaande verteld, dat wjj gisteren al vroeg in den namiddag te Raansdal zijn geweest? Nu zal zij mij natuurlijk de schuld gevendat ge vandaag pas hierheen kwaamten ik heb er gisteren nog op aangedrongen dat ge naar de pastorie zoudt gaan. Maar gij waart er bepaald op gesteld mij eerst je Eds viken te laten zien." Bernhard wierp hem eerst een verbaasden blik toe, maar daarop antwoordde hij lachend: »0 zoo Meent ge dat Hildur dit kwalijk zou hebben gonomen. Neen, zoo sentimenteel zijn we hier te Raansdal niet. De vrouwen zijn 't gewend, dat de mannen dagen lang op zee doorbrengendan wordt er niet zooveel drukte gemaakt bij hun thuiskomst. Men is er weer en wordt welkom geheeten verder niet!" »Nu ja, bij de schippers en visschers, die voor hun beroep gaan varen. Maar gij waart toch maar voor je plezier op zee, en dan bovendien een verliefd minnaar »Neen, verliefd kan ik mij niet aanstellen. Gelukkig verwacht Hildur dit ook niet van mijl Ze zou 't bespot telijk vinden, als ik haar, na een paar dagen weg te zijn geweest, vertelde dat ik op zee naar haar verlangd had." Wordt vervolgd. uen geven tot een levendigen uitvoerhandel. Men voelt thans, dat die bewering zwak staat. Hoe goed ook be doeld door den heer Loopuit (van Schiedam), die het eerst dé veezendingen in de Holl, Maatach. v. Landbouw ter sprake bracht, zullen wij ons doel dan toch niet bun nen bereiken. Maar het geld kan men sturen. Wat wel licht nog verstandiger is, Woensdag 4 Maart komt deze zaak ook te Amsterdam in de Holl Maatsch. v. Landb. weer ter sprake 't is to hopen, dat dan een officieel antwoord voor goed alle onzekerheid zal doen verdwijnen. Moge 't dan ten slotte onuitvoerbaar! zijn, het plan pleit toch voor het goede hart van den heer Loopuit en allen, die hem steunen. (N. v. d. D.) Particuliere gevangenissen. (Hony soit qui mal y pense Toen ik pas eenig begrip begon te krijgen van wat bescherming was, en de dierenbescherming steeds meer en meer veld won, al meer en meer aanhangers en voor vechters verwierf, (wat in hooge mate de goedk enring verdient van elk weldenkend mensch) toen dacht ik dat voor den mensch als zoodanig reeds lang gezorgd was en niet ten onrechte naar ik meende, want, aangenomen dat het dier dikwijls weerloos is, zijn er zeer zeker nog 'n groot aantal stervelingen, die in 't zelfde zeer treu rige geval verkeeren »weerloos te zijn", of te moeten zijn. Dat vele kinderen een verkeerde, verderfeljjke opvoe ding en karaktervorming ontvangen, (getuige de Opvoe dingsgestichten), wie zal daaraan twjjfelen. Treurig, diep treurig, maar die kinderen ontvangen en ondergaan zulks nog in hun onschuld, beseffen niet dat zij verkeerd doen, en welk 'n invloed zulks zal hebben op hun volgend leven, zij ontvangen en handelen onbewust. Maar treu riger is 't mijns inziens wanneer kinderen (en vooral meisjes), al is de leeftijd dau ook reeds boven de twintig jaar, dus 'n heel goed begrip kunnen hebben van hun toestand, hun doen en laten, met volle bewustzijn moe ten doen, wat tegen alles in is. Want waar blijft 't begrip, bewustzjjn, macht en recht welke de mensch boven het dier heeft gekregen, als dat door welk gebrek in de wet dan ook, op lage wijze ban worden onderdrukt Als men tegen zin en wil in, onder alle mogelijke en bjjna onmogelijke bedreiging, foltering en mishandeling gedwongen wordt tot handelingen noodlottig voor naam en eer. En waar blijven bij dezulken de aanspraken op 'n onbesproken verleden en hoop op 'n golukkige toe komst P Wat is 't vooruitzicht voor hen Vreeselijk, diep treurig dat zulks in onzen tijd in 'n kleine plaats, door oogenschijnljjk knappe ouders, bjjna ongestoord kan worden misdreven. Hoe jammer dat door bijna niemand die hiervan kennis draagt, kan worden opgekomen tegen zulke misstanden, dat zoo weinigen zich 't lot knnnen aantrekken der on rechtmatig verdrukten, en dat betrekkelijk kalm wordt aan gezien dat 't leven en geluk van 'n weerloos meisje met wellicht 'n schoone toekomst voor zich, zoo roekeloos en ongestraft werd verwoest, door verkeerde exploitatie in 't schjjnbaar belang van ouders onder nooit te verantwoorden, noch te rechtvaardigen voorwendsels en dwang. Zoo kan 't vuistrecht nog dikwijls botvierenEr is nog zoo veel -waarachter men moet plaatsen. »Aldus gedaan ter goeder trouw en naar mjjn beste weten". Den WelEdelen hear J. COCK te Alkmaar. WélEdde Heer De Courant, waarin u in briefvorm het woord tot mij richt heb ik ontvangenzij werd mij door bevriende hand toegezonden. Gaarne zou ik u uitvoerig mededeelen, welke plannen ik zoowat voor mij zelf gemaakt heb, hoe met de be planting van Alkmaar's plantsoenen te handelen, doch daar is de Courant te klein voor en ook de plaats niet. Zoo iets laat zich niet in een paar woorden zeggen. Nog beter is dit ter plaatse te doen. Dit echter verzeker ik u, dat op mjjn advies niet doelloos gehakt wordt. Het Fransche spreekwoord zegt: aux grand maux grand remedes, of op zijn Hollandscheen zachte heel meester maakt stinkende wonden. Reeds sedert jaren heeft men te Alkmaar zoo goed als te Haarlem, door overgroote piSteit het plantsoen en den Hout verwaarloosd. Nu kan ik mij best begrijpen, dat men daar gaandeweg aan gewend is geraakt en 't slechte niet meer ziet, vooral als men geen deskundige is. Niemand kan moer liefde hebben voor 't schoone, dat boomen en heesters ons aanbieden dan ondergeteekende, maar niemand kan ook meer hekel hebben, aan verwaar loosde en slecht onderhouden plantsoenen en bosschen. Wil men waarlijk schoone boomen en heesters hebben, dan moet er op tjjd gehakt en uitgedund worden. Dit nu wordt in de meeste gevallen vergeten of nagelaten, 't zij nit onwetendheid, verkeerde zuinigheid of misplaat ste piëteit voor boomen. Het klinkt aan ondeskundigen vreemd in de ooren, maar om een bosch of groep gesloten te houden moet er gehakt worden. De vrees, die u en anderen bekruipt, is gegrond; ik kan mij zulks levendig voorstellen, maar laat die vrees nu eens varen, en heb vertrouwen. Een heelmeester doet een levensgevaarlijke operatie ook niet uit lust tot snijden, maar omdat het noodig is en om erger te voorkomen en het leven te redden, en zoo gaat het met den tuinarchi tect, die waarlijk geen boomen bakt, uit lust tot hakken, maar omdat het moet, omdat het noodig is, om het schoone te redden of verbeteringen aan te brengen. Door hem wordt nooit doelloos gewerkt. U ziet er niets planmatigs in, maar daarvoor moet men deskundige zijn. Maar wat voor planmatigs is er gelegen in het systematisch verwaarloozen van plantsoenen Er schuilt o.a. veel wanbeheer uit zuinigheid achter de mom van artistieke opvatting. Geloof mij, ik ken die klaagliederen, zoolang ik reeds het vak beoefenelk vak man moet die op zijn tijd hooren, tn hg, die zich, tegen beter weten in, door ondeskundigen van zijn plan laat afbrengen uit vrees voor de publieke opinie, is een zwak man en niet waard een vakman te zijn. Ik heb niet de eer U te kennen en ik weet ook niet welk vak door U beoefend wordt, doch ik mag toch wel aannemen, dat aij u evenmin zult laten leiden door menschen, die van uw vak geen verstand hebben. Ik doe het althans niet, dooh ik roep u nogmaals toe: wacht tot alles gereed is; heb geduld en vertrouw.'" Ik treed in verdere correspondentie over deze zaak niet 't is onvruchtbaar en tijdroovend. Hoogachtend UEd. dw. LEONARD A. SPRINGER. „Het beruchte slootje." Sedert eenige jaren verneemt men meermalen klach ten over stank van het slootje langs den Straatweg, en is er al of niet gegronde drang geboren om het gedempt te krijgen. De hoofdinspecteur van de volksgezondheid wordt nu te hulp geroepen, en het is wel waarschijnlijk dat deze, zijn neus raadplegende en de vraag latende rusten of de stank niet te voorkomen zij, tot demping zal adviseeren. „Beschermen wat men heeft" is het door den heer J. Cock in zijn open brief aan den heer Springer aanbe volen beginsel, 't welk toepassing verdient zóólang, tot betgeen men heeft onhoudbaar of schadelijk is geworden. Dit nu schijnt met het besproken slootje, hetwelk een voor schoon gevoelig man als de heer Cock zeker ook wel bescherming, althans behoud indien mogelijk, waardig keurt, het geval te zijnen het zou niet slechts het ge val schijnen maar het ook worden, als men de dingen liet in den verkeerden toestand, waarin zij in de laatste jaren gekomen zijn. Zeker is het, dat reeds vele jaren, even als nu, door enkele gezinnen aan het slootje werd gewoond, zonder dat men klachten over stank vernam. Het leed niet aan watergebrek en men was in staat het behoorlijk te ver- verschen. Maar sedert de uitlaatduiker bij het Eilandje gebrekkig en nog meer sedert deze vervangen werd door een te diep liggende bnis, die al het gevallen of ingelaten water dadelijk doet wegvloeien, zoodat het ingevallen blad en ander vuil onbedekt ligt en, aan de lucht rottend, hinderlijken stank veroorzaakt, heeft de wensch tot dem ping zich doen hooren. Alvorens daartoe te besluiten is het raadzaam, althans te beproeven den vroegeren voldoenden toestand te her stellen. De goede leus „beschermen wat men (bevalligs of schoons) heeft" moge hierbij ook zooveel mogelijk be tracht worden. De Yereeniging tot bevordering van het vreemdelingen verkeer voert ook den titel „tot verfraaiing van Alkmaar en Omstreken". Wat zij tot verfraaiing doet weet ik niet, maar, alvorens daarvoor te ijverenzou zij zich reeds verdienstelijk maken door hare zorg te wjjden aan het beschermen van wat men heeft. B.v. nu in den Raad door een lid het denkbeeld werd uitgesproken om van den Straatweg den eenen boomregel weg te nemen, schijnt het meer dan tijd, dat zjj eens voor den dag kome en voor het behoud in de bres springe. C. W. B. Badhuis Witte Kruis. In de week van 16 tot 21 Febr. zijn in het bad huis van het Witte Kruis genomen 36 kuipbaden, 54 regenbaden le kl. en 86 regenbaden 2e kl., tezamen 176 baden. Zitting van 20 Februari 1903. G. W., Schagen, dronkenschap, f3 boete of 3 dagen hecht. E. Z. Pz,, P. D. Az., Egmond aan Zee, strooperjj, de le f2 boete of 4 dagen hecht., de 2e f 2 boete of 3 dagen hecht. P. S. Az., W. G. Jz., W. K. Az., C. H. Mz„ P. H. Mz., L. v. D., N. v. D., Egmond aan Zee, konijnendel- ven, de le en 6e ieder f 2 boete of 2 dagen hecht., de 2e en 4e ieder f0.50 boete of 1 dag hecht., de 3e en 5e ieder f 1 boete of 2 dagen hecht. J. B., D. A. K., D. G., W. G., Alkmaar, J. S., Sas- senheim, J. H., Qudorp, J. de B., Sint-Pancras, R. M,, Bergen, overtreding politie-verordening, de le en 6e ieder f 0.50 boete of 1 dag hecht., de 2e vrijspraak, de 3e f5 boete of 5 dagen hecht., de 4e, 5e en 8e ieder f 1 boete of 1 dag hecht., de 7e f 3 boete of 2 dagen hecht. J. G. Lz., E. de G. Jz., C. K. Jz., Egmond aan Zee, K. K. Jz., S. S. Wz„ Sohoorl, konijnendelven en niet dichten der gaten, de le, 2e, 3e en 5e ieder 2 maal f 2 boete of 2 maal 2 dagen hecht., de 4e 2 maal f 1 boete of 2 maal 1 dag hecht P. de J. Cz,, K. W. Ez„ H. W. Jz., K. S. Jz., E. V. Gz., T. S. Jz., O. S. Jz., Egmond aan Zee, loopen over verboden grond, de le f 4.50 boete of 3 dagen hecht., de 2e f 4 boete of 3 dagen hecht., de 3e f 5 boete of 3 dagen hecht,, de 4e f 3 boete of 3 dagen hecht., de 5e f 1.50 boete of 2 dagen hecht., de 6e f 2 boete of 2 dagen hecht., de 7e f3 boete of 2 dagen hecht. 0. S. WzS. S., Schoor], O. K., Helder, T. G. Pz., L. K. Lz., J. Z. Tz., E. Z Pz., J. S. Pz., P. H. Mz., N. v. D., L. v. D., C. H. Mz., J. V. Gz., A. V. Gz., J. Y. Gz., C. Z. Az., Egmond aan Zee, jachtwetover treding, de le, 4e, 7e en 16e ieder f 3 boete of 2 dagen hecht., de 2e f 2.50 boete of 2 dagen hecht., de 3e en 5e ieder f4 boete of 4 dagen hecht., de 6e, 8e en 11e ieder f 2 boete of 2 dagen hecht., de 9e en 10e ieder f 1.50 boete of 2 dagen hecht., de 12e f 0.50 boete of 1 dag hecht., de 13e f 1 boete of 2 dagen hecht., de 14e en 15e ieder f 3 boete of 3 dagen hecht. Te bevragen aan het bureau van politie op werkdagen des morgens tusschen 9 en 12 uur Een geel kinderschoentje, een witte boezelaar, een paar zwarte kousen, een grjjs gevlekte hond, een notitieboekje, een zwart lederen ceintuur, een wollen omslagdoek, een R. C. kerkboekje, een huissleutel, een doctersspuitje in étui, een blauw koralen halskettingtje, een portemoonaie inh. f 0.05, een huissleutel waaraan een schoenenhaakje, een kruiwagen, een oude slede. Alkmaar, De Commissaris van Politie, 20 Febr. 1903. S. M. S. MODDERMAN Jr. Stoomdr. v. HermB. Coster Zoon.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1903 | | pagina 6