Stadsberichten.
"Ir. net.xuKLsi
Hoogwater.
Men schrijft aan het Handelsblad uit Hengelo
Treurig is de toestand veroorzaakt door de regens der
laatste weken in het Oostelijk deel van Twenthe. Uit
gestrektheden lands, zoowel bouw- als weiland, zijn her
schapen in plassen, waar het water zoo diep staat, dat
het loof der te veld staande aardappelen geheel onzicht
baar is; zelfs de hooger gelegen wegen vormen geen
waterkeering meer, maar zijn in den plas verzonken,
waaroit hier en daar de boerenwoningen, door wallen
omringd, opsteken. En dan dreigt nog een doorbraak
van den dijk aan de Gele beek, die dag en nacht wordt
bewaaktmocht hij bezwijken, dan wordt de buurtschap
Lattrop geheel overstroomd. Voorwaar, hier kan en moet
nog veel in den waterafvoer worden verbeterd.
draft. De heer J. Slot, predikant bij de Ned.
Herv. gemeente alhier, beeft toezegging van beroep ont
vangen van de Ned. Herv. gemeente te Ondorp.
Voor het herhalingsonderwijs, dat dezen winter weder
in de 3 dorpen dezer gemeente gegeven zal worden, zijn
door den Raad dezer gemeente benoemd de heeren J.
Klinkenberg, J. Hannema en B. Keizer. Voor het onder
wijs in de nuttige handwerken zijn benoemd de dames
A. Schoenmaker en A. Kreijger.
Schermer. Vrijdagmorgen j.l. viel hier een hevige
onweersbui, vergezeld van veel hagelsteenen. Nabij den
4en molen werden 3 schapen van den heer G. G. door
den bliksem gedood.
Bennlngbroek. Mejuffrouw A. M. Welbergen,
onderwijzeres alhier, is tevens belast met het onderwijs
in de nuttige band'.erken aan de herhalingsschool.
Zondagavond was de politie zoo gelukkig een krank
zinnige, ontvlucht uit Medenblik te snappen en weder
terug te brengen.
Benoemingen.
Benoemd tot hoofd der herhalingsschool te Harlng-
carspel, de heer E. Meijer Drees.
Benoemd tot hoofd der herhalingsschool te Waar
land, gem. Harincarspel, de heer D. Plaatsman.
Benoemd tot hoofd der herhalingsschool Kerke-
buurt, gem. Haringcarspel, de heer A. Blad.
Het stoompolitievaartuig «Zeehond" is den 19 we
derom naar zee gezonden ten einde een onderzoek in te
stellen naar het verongelukken van particuliere visschers-
schepen in den omtrek van Terschelling.
Najaarsveeinarktcn.
De groote Beenster najaarsmarkt zal gehouden
worden den 26en October.
De najaarsmarkten te Felsen zullen dit jaar gehou
den worden op Zaterdag 7 en 21 November, en do groote
najaarsveemarkt te Beverwijk op Zaterdag 31 October
He „Argus".
Do «Argus" is den 17 's morgens door den »Zeehond"
gesleept in den haven van het Nieuwe Diep gekomen.
Aan boord van het sehip was alles wel en reden tot
bezorgdheid over het uitblijven van den schoener blijkt
volstrekt niet te hebben bestaan. Aan boord zelf is men
althans geen oogenblik ongerust geweest. Wel spookte
■het op zee geweldig, maar de »Argus" toonde zich tegen
den storm opgewassen en had er weinig van te lijden.
Het schip heeft het wel eens kwader te verantwoorden
gehad.
Oorzaak van het lang uitblijven was de lage barometer
stand. Deze deed het verstandig oordeelen op eerbiedigen
afstand van de kust te blijven en de laatste dagen was
de windrichting' niet guustig, Als de «Zeehond" den
schoener niet bad opgepikt, was er nog geen sprake van
geweest binnen te komen.
Aan een bijzonder toeval dankten we het, dat we ver
namen, dat de afdeeling Alkmaar van de soc.-dem. arbei
derspartij Maandagavond em openbare vergadering hield
in het lokaal Harmonie.
Dat toeval is het dus ook, dat onze lezers in de ge
legenheid stelt kennis te nemen van het door Mr. Mendels
gesprokenedat toch zeker ook voor ruimer kring was
bestemd.
Voor eenige dagen werd in ons blad betoogd, dat de
bourgeois-pers zoo ongeveer behoefte had aan do verslagen
der socialistische vergaderingen, wij veroorloven ons echter
op te merken, dat die behoefte bij ons nog niet zoo groot
is, dat wij er op uit trekken, om eens te gaan informee-
ren of ergens de afdeeling der S. D. A. P. soms een ver
gadering hondt. Dit als onze inleiding
De voorzitter, de heer Fentjn, opende te ruim half
negen de zeer goed bezochte vergadering, met een enkel
woord er op wijzende hoe de christeljjke en liberale par
tijen optrekken tegen de sociaal-democraten met de lenze
weg met de socialisten en speciaal dit Christelijk mini
sterie die leus tot de hare maakt, blijkens het ontslag
van den leeraar Lindeman te Wageningen en het optreden
tegen het bestuur van den Matrozenbond. Daarom willen
de soc.-dem. voortgaan de arbeiders de oogen te openen,
door de handelingen der regeering aan de kaak te stellen.
De afd. Alkmaar zal daarvoor in dit winterhalfjaar een
reeks van vergaderingen houden, waarvan deze de eerste
is. Daarna geelt hij het woord aan den heer Hendels.
Wanneer we, zoo ving spreker aan, zeggen, dat het
onderwerp van dezen avond, als leuze van de meest op
den voorgrond tredende burgerlijke partpen geenszins
beteekent een zelfverheffing der sociaal-democraten, dan
ze88en niets dan de waarheid. Mocht men dat er
in zoeken en van meeniDg zijn dat het getuigt van ijdel-
heid, dat men deze leus tracht voor te stellen als de lens
der tegenpartijders spr. geeft de verzekering, dat men
zich zelf niet zoo groot voorkomt, dan te meenen dat de
tegenpartij niets beters zou weten te doendan alle
krachten samenspannen om de S. D. tegen te staan.
Toch is er alleszins grond om die leuze als strijdkreet
der tegenpartij te handhaven, 's Is toch die partij zelf,
't is zelfs de minister-president, die het in de Tweede
Kamer heeft verkondigd, dat de sociaal-democratie zoowel
in den practischen strjjd, als in de theoretische grond
slagen de groote vijand was.
Dr. Knijper zeide het reeds het vorig jaar: er gaat
niets op 't gansche terrein van deu strijd tusschen zede
lijke idieën en ook in den politieken strijd is er niets
buiten deze tegenstelling«Marx tegen Christus". Die
twee figuren belichamen in hun leer de groote worsteling,
de splitsing in twee kampen. Dat is geen onaanzienlijk
kompliment meent spr. voor de sociaal-democratiedat
men tegenover den grooten Christus niemand anders weet
te stellen dan Marx, daargelaten of die tegenstelling
onbetwistbaar is. Van de Christelijke partpen is het een
begrijpelijke neiging steeds die tegenstelling te maken,
daar ze op die wijze weerden personen, die anders haar
tegenstanders zijn, hnn toevlucht bij haar doet zoeken,
daar ze inzien, dat de Chr. partijen hun een nitstekei.de
steun zijn voor hunne kapitalistische belangen. Dat is
ook de oorzaak dat vooral van de conservatief liberale
kant, hoe langer hoe meer een afbrokkeling plaats heeft
naar de meest reehtsstaanden der christelijke partpon,
Lohman en de Visser, dat de grens tusschen dezen en
mannen als van Karnebeek hoe langer hoe meer wegvalt.
In 't byzonder is er voor en na de Aprildagen een
groote drijfjacht gebonden in ons land tegen de sociaal
democraten door groepen uit de verschillende partijen
met de Christelijke propagandisten aan 't hoofd. Na die
dagen scheen het alsof het tegenwoordig bewind in Neder
land troef zou blijken, maar het begint te luwen, te ken
teren. Dr. Knijper heeft in zjjn troonrede (men zal deze
uitdrukking misschien ketterij noemen, maar men weet
toch wel dat die troonrede door niemand anders wordt
opgesteld) gewaagd van deu nuchteien zin van ons volk.
Welnu, spr. constateert dat de nuchtere zin van ons volk
genoeg heeft van de schrille kleuren waarmede Dr. Knijper
de bedoelingen der sociaal-democraten afschildert, om
het volk daarvoor bang te maken, 't Gaat er mee als
met een kermisdook met een moordgeschiedenis, die men,
naarmate men onder wordt, met kalmer gewaarwordingen
gadeslaat. Evenals ons dat dan niet meer «pakt" even
min pakt meer do schilderij van Dr. Kuyper en spreker
gelooftdat tegen 1905 de ontroering wol zoo gezakt
zal zijn dat de toeleg, om tot de verkiezingen de ge
schiedenis brandende te houden, mislukt zal wezen.
Sprekende over de dingen van den politieken strijd
onzer dagen is het onmogelijk even terug te komen op
de dagen van April. Erkennen moet men dat er fouten
zijn begaan maar wien passeeren dien niet en wien
zouden ze eerder passeeren, dan de nog onervaren en geprik-
bede arbeiders maar toch de beweging was in baar kern
beslist gerechtvaardigd en ieder zul het moeten erkennen
zedelijk niet misdadig te noemen. De oorzaak der beweging
in de herinnering terugroepende, er op wijzende dat ze
aangegrepen werd als uiterste Doodmiddel, niet plotseling
doch eerst nadat er mede was gedreigd, ontzegt spreker
een ieder, ook de regeering het recht de leiders dier
beweging te stempelen als misdadigers. Waar ze dat
doet is die regeering onjuist en harteloosonjuist- om
dat in wettelijken zin er toen niets strafbaars in lag;
in dien zin was het geen misdrijf, doch evenmin is dat
in zedelijken zin vol te houdon. De maatschappij en de
regeering hadden tegenover het spoorwegpersoneel al hare
plichten verzaakt en daarom miste men het recht om als
zedemeester op te treden om de arbeiders als misdadigers
te signaleeren. Veeleer is het te noemen een zedelijke
misdaad dor regeering waar ze een zoo onbillijk en har
teloos oordeel velt over de arbeiders en ze hongerend op
straat zet, (applaus),
Bovendienwat blijkt uit de enquête Dat al die
arbeiders het recht aan hun zijde hadden, dat er bergen
van grieven waren bij het spoorwegpersoneel. Nu zegt
de regeering wel het goede te willen doch vraagt spre
ker, aan wie is het te wijten als de regeering in staat
gesteld wordt het goede te willen.
Als de spoorwegstaking niet had plaats gehad, dan was
die enquête niet ingesteld. De regeering heeft dat te
danken aan het spoorwegpersoneel, dat haar eens flink
aan de ooren heeft getrokken. Dat die enquête zeer leer
zaam is toont spreker aan, door aan te halen de ant
woorden van den kapelaan Mntsaars, adviseur der R. K.
spoorwegorganisatie te 's-Hortogenbosch, waaruit blijkt,
dat ook deze beeft verklaard, dat biliyke grieven nooit
bij den directeur-generaal gehoor vonden en dat thans
tot groote ontevredenheid der R. K. arbeiders het met
hare organisatie gaat als met de Nederlandsche Vereoui-
ging er wordt beloofd te onderhandelen, zooals tusschen
de le en 2e staking word gezegd, maar 't is alleen een
belofte om de menschen te paaien. Duidelijker kan het
niet gezegd worden. En als nu zoo iets 25 jaren achter
een geschiedt met arbeiders, die zich voor lage loonen
met gevaarlijk werk moeten afbeulen, terwijl dan nog
het laatste middel van verweer hun dreigt te worden
ontnomen en als deze menschen dat gevaar willen afweren,
is dat dan misdadig of zijn niet misdadig regeering en
maatschappij, die haar plichten hebben verzaakt
Weg met de sociaal-democratie heeft dr. Knijper go
zegd ook in dien zin dat hij ons werkelijk kwijt wil
zijn niet op de wijze als keizer Wilhelm de Duitsche
waar deze zich uitsprakdat hij wensebtedat de
sociaal-demccrateD hot land verlieten doch dr. Knijper
stelt ons buiten de natie door te zeggen er vait met
n over zedelijkheid niet te redeneeren er bestaat voor
u geen zedeljjkheidge hebt geen begrip van goed of
slecht. Grooter domheid zon spr. haast zeggen grooter
onbillijkheid is er nooit gehoord uit den mond van een
minister. Een historische waarheid is het toch, dat het
begrip redelykheid zich wijzigt naar gelang der tijden
naar gelang der ontwikkeling naar het klimaatzooals
spr. dat bij een vorige gelegenheid ook al eens uiteen
zette. Zoo kunnen ook in dezelfde maatschappj ver
schillende groepen zijndieonder verschillende om
standigheden levende, geoorloofd noemen, wat bjj andere
groepen niet geoorloofd is en omgekeerd. Als voorbeeld
noemt spr. da verschillende opvattingen van den oorlog in
Atjeh en schetst, naar de beschrijving van een ooggetuige,
een officier die zulks mededeelt iu de Padauger Courant,
hoe gruwelijk daar bij de jongste overwinning werd ge
handeld. Nu zijn er, ten spijt van dr, Kuyper en anderen,
menschen zegt hij die dit bepaald onzedelijk noemen.
Eveneens noemen zij onzedelijkheid als een ambtenaar,
die een zekere meening met overtuiging heeft uitge
sproken door een minister wordt voorgesteld die
meening te herroepen, cp straffe van ontslag, niet eervol
ontslagdat ontslag was zeker niet eervolmaar niet
voor den ambtenaar, doch voor den minister des te meer.
Zoo zouden er tal van voorbeelden aan te halen zgn
en eigenaardig, dat het ministerie Kuyperdie zoo veel
vuldig aan de band doet.
Dwaasheid is het derhalveom te zeggen dat een
groep rechtvaardig noemt wat een andere als misdadig
stempelt. Voor u bestaat geen begrip van zedelijk of
onzedelijk. Dat is een grove manier van bestrijden, dat
riekt naar volksmennerijslechte praktijkenwaarbij een
beroep gedaan wordt op"" de slechte hartstochten der men
schen. Het blijkt er op gezet de sociaal-democraten in
de oogen der massa te doen zijn de groote vijand.
Weg met sociaal democratie zegt de regeering uit
practisch oogpunt. Als die partij verdweenzou men
immers vrij spel hebbenwant de sociaal-democratie
voert de principieele oppositie, niet tegen deze Christelijke
regeering in 't bijzondei'doch tegen een regeering van
elke andere partjj zal ze bet doen, krachtens haar maat
schappelijke overtuiging, die op geheel anderen grondslag
staat dan elk der tegenpartijen. Daarbij is ze echter de
partij die alles aanvaarden wilzelfs het geringsteals
het ook binuen het raam dezer maatschappij strekken
kan tot opheffing der arbeidende klasse en dus opbouwend
wil werken maar onder voorbehoud dat haar einddoel
blyft omvorming der maatschappij, dat weggenomen wordt
het kapitalistisch karakter, dat verdwijue het privaat
bezit. Verder schetst spr. hoe de sociaal-democratie ook
staat tegenover de vrijzinnige-democraten, die ook, ofschoon
op anderen toon zeggen weg met de sociaal-democraten.
Volgens dezen zijn wij op den verkeerden weg en schenken
wij te veel aandacht aan het versterken van den arbeid
in den klassenstrgd en was het beter onze aandacht te
vestigen op het verzachten van dien strijd. Ook zij erkennen
een klassenstrijd maar die moet worden getemperdde
kloof moet men trachten te dempen door wat te geven
en te nemen en dan te komen tot een accoord. Dit accoord
moet echter vclgens spr. nitloopen op een faillissement,
die het moet bankroet maken omdat direct de vraag
rijstvan wie moet dat geven en nemen uitgaan, van
welke der partijen. Men brengt daardoor een derde factor
in 't spel en wie is het «die de tempering teweeg moet
brengen"
't Is zegt spr. als bij een lamp, een strjjd tusschen de
olie en de vlam. Gaat men dien strijd temperen dan
moet er een derde macht zijn, die die tempering te weeg
brengt. Bovendien temperen veronderstelt altijd iets tijde
lijks; gaat men er mee door dan draait men ten slotte
de lamp uit, doch ten koste van de vlam, die spreker
vergelijkt met de soc. democraten. Dat nu willen de
V. D. niet. Door een stel van sociale hervormingen willen
zij het den arbeiders wat huiselijker maken in de kapita
listische maatschappij, hun huisje wat laten oplappen, dan
laat het zich daar wel leven, doch het fundament, deu onder
grond die niet deugdelijk is, willen zij zoo laten, terwijl
de sociaal-democraten de heele boel willen afbreken, de
fondamenten door andere vervangen om een nieuw huis
der sociale gemeenschap op te richten
De Troonrede geeft wel aanleiding den klassenstrijd
als een levend feit vast te stellen, zij geeft duidelijk
aan, dat wat men geeft slechts mondjesmaat is. Zij kon
digt aan wijziging in de belastingpolitiek d. i. wijziging
in het tarief van invoerrechten en wel omdat er geld
noodig is.
Dat er geld noodig is, daar hebben de soc. dem. niets
tegen, als het 1°. voor nuttige doeleinden is, en 2°. ge
haald wordt, waar het is. Die voorwaarden ontbreken
echter hier geheel. Geld is er noodig voor de nieuwe
snelvuurgewereu, welker invoering volgens de vorige
troonrede niet kon uitblijven 't was dus iets door
het noodlot geboden. Verder is er een tekort op den
dienst 1903 van 4 a 5 millioendat ook gevonden
moet worden. En och, onze kapitalisten zijn al zoo hoog
belast, een millionair betaalt a 1 f 1837,50 vermogens-
oelasting en wezenlijk dat kan volgens onzen minister van
financiën geen gulden meer lijden, dau scheidt die mil
lionair er uit met de zaak. Wel kan er nog wat af van
de menschen, die niets hebben, bij dia kan het immers
niet minder worden 1 Daarom wil men bij de nog be
staande aecijnsen, accijns heffen op de tabak. In dit ver
band wijst spr. er op dat deze maatregel ook zeker de
aandacht der tabaksbewerkers verdient, die daardoor in
hun bestaan kunnen worden benadeeld, de sigarenmakers
willen echter in sommige plaatsen, als Rotterdam bijv.
niet weten van een agitatie hier tegen, dat is politiek
zeggen ze. Krijg je dus een klap om je ooren van den
patroon, dan kom je daar tegen op, dat is vakaetie, maar
geeft de regeering je een klap, dat is politiek, dan doe
je niets terug (gelach).
Verder behandelt spreker de voorgestelde invoerrechten,
op buitenlandsch meel en toont aan hoe daardoor, vooral
de kleine bakker zal worden gedrukt en het brood duur
der moet worden. Tegen deze onrechtvaardige belastingen,
naar het gebruik, moeten de sociaal-democraten front-
maken, t is een zuivere uiting van den klassenstrijd.
Ten slotte wordt nog even stil gestaan bij het mooiste
deel van de troonrede, het groote lokaas voor de verkie
zingen^ van 1905, de onderdomspensionneaiing, die in voor
bereiding is, dat wil zeggen voor 1905 krijg je die niet.
Het stelsel, waaibjj de arbeider en de patroon gedwongen
worden een premie to betalen, terwijl de Staat er wat
bij doet, wordt door spr. op de bekende wijze veroordeeld,
terwijl hij er nog op wijst, dat de arbeiders dobbel zullen
moeten betalen, daar voor de 7 millioen die de staat er
voor noodig heeft, eerst het schrobnet der aecijnsen over
hen zal worden gehaald, zelfs al vooruit. De regeering
doet net als Chamberlain, die ook de Engelsche arbeiders
wil lekker maken door hun een pensioen te beloven, als
ze eerst zijn proteetie-voorstellen slikken willeo.
De menschen, die die politiek er op na houden roepen
weg met de soeiaal-democratie spreker hooptd«t de
arbeiders zullen inzien, dat zij tot eigen heil da sociaal
democratie zooveel mogelyk moeten steunen en dat zij
met haar zullen strijden onder deze leuzeweg allereerst
met, deze regeering 1 (luid applaus.)
Na een kleine pauze werd gelegenheid gegeven tot
debat, waaraan deelgenomen werd door de heeren Bremer
en Schellekens.
De heer Bremer hooptdat bij rustig zal kannen
spreken zonder interruptieshij heeft den leeftijd van
23 jaar bereikt en verwacht, dat hij competent geoordeeld
wordt debat te voeren. Dit met het oog op hetgeen in
Amsterdam op vergaderingen der sociaal-democraten is
gebeurd.
Hij verdedigt de meening van Dr. Knyper, die het ge
beurde in April, heeft genoemd een misdadige woeling.
De bedoeling toch was don watertoevoer voor Amsterdam
stop te zetten en het geheel verstoken te doen zijn van
levensmiddelen. Dat Dr. Kuyper dat verhinderd heeft,
verdient den dank aller partyen hy heeft het beestje
bij den waren naam genoemd. In de le plaats heett de
heer M. gezegd, dat dr. K. dankbaar moest zijn, dat de