HORDENREN. Honderd en vijfde jaargang» 1903. WOENSDAG 21 OCTOBER. liezen. SPORTROMAN FEUILLETON. NO. 125. Tweede blad. ALKMAARSCHE COURANT. Deze Courant wordt Blnsda g-, Moöderdag- en ffiateïdagavoad uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaas ff 0,89franco door het geheele rjjk f 1, 3 Nummers f 0,90. Afzonderlyke nummers S ets. Pr|)s der gewone ndvertentlën i] Per regel ff ®,13. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N/V. Boek- en Handelsdrukkerij v/li. HERMs. COSTER k ZOON, Voordam O 9. Telefoonnummer 3. Gelijk 's menschen lichaam lucht, licht, voedsel behoeft om te kunnen leven, aizoo hebben zijn geest en gemoed voortdurend versterkende spijs noodig. Wordt hun deze ontbonden of geeft men ongezonde, dan verdort en ver armt de geest, gelijk het gemoed versteent als men het niet telkens schenkt bevrediging van rechtmatige eisehen. Geen wonder dat er zijn ledige hoofden en ledige harten, die de ledige levens veroorzaken. Er zijn bronnen te over, waaraan de mensch zich laven kan. Men deuke slechts aan de ornstige bestndeering van eenig belangrijk onder werp, aan het bezoeken van museums en tentoonstellin gen aan het bijwonen van concerten en tooneelnitvoerin- gen aan een wandeling in een stille, rustige omgeving, aan een degelijk gesprek, dat doet luisteren en leidt tot gedachten wisseling. Laat ons nü een oogenblik stilstaan bjj éene dier bronnen van ontwikkeling en vorming het lezen, éene der heer lijkste genietingen voor den geest en waarvan het gemoed de schoonste vruchten plukken kan. Er zijn menschen die niet van lezen houden. Misschien zijn ze te bewegelijk van aard om kalm zich neer te zetten wellicht zien zij op tegen inspanning het kan ook wezen dat zij te zeer opgaan in hun zaken en bezigheden. Velen leerden nooit goed te lezen anderen hebben of beweren er geen tjjd voor te hebben. Niet- lezen verraadt dikwijls onverschilligheid, gemis aan weet gierigheid, vaak ook aan hniselijken zin. Een goed werk doen zij, die trachten bij hen den leeslust op te wekken en aan te kweeken. Er zijn er die te veel lezen. Arme boekenverelinders Overlading werkt altoos scha delijk. 't Gelezene wordt niet overdacht, verwerkt. De geest wordt een chaos. De indrukken verdringen elkaar. Te veel lezen verwoest lichaam en geest en werpt niets af. Men bedenke dit in oen tjjd van veelschrijverij. Waarom zullen wij lezen Om den ledigen tijd te dooden P Goed»Ledigheid is 's duivels oorkussen." Ter ontspanning? Best! Hoeveel goede boeken zonden anders onopengesneden blijven! In spanning worde door ontspanning gevolgd. Wie altijd werkt in den winkel, op het kantoor, in de fabriek, op de studeerkamer, in de woning of daarbuiten, met den geest of met de handen neme het boek ter hand, dat verfriseht en in andaren dampkring doet ademen. Doch bovenal worde het boek ter hand genomen om de kennis te verrijken en het gemoed voedsel te schenken. Ver ruiming van den blik, uitbreiding van den gezichtseinder, verscherping van het oordeel wy behoeven ze allen. En daarnevens hebben wij noodigverheflende, ziele- louterende en gemoedsverwarmendo indrukken aan de vorming van het karakter, de versterking van den wil, de verfijning des gevoels moet immer gearbeid worden. Wie dit alles aan boek en lied mede dankt, eert zijn geestelijke weldoeners, bekenden en onbekenden. En naar mate een mensch hooger staat, naar die mate zal hjj kieschkeuriger worden in de keuze zijner lectuur. DOOK W. 91 M IJ ER FÖR8TK R. 31) Zijn sporen rinkelden bij eiken stap en de schitterende uniform beviel haar nitstekend. Ze was zeer spraakzaam en babbelde opgewekt met hem terwijl Joseph in het gedrang der menschen beurtelings naast haar of achter haar liep. Het eerste weerzien met Albrecht had een onaange naam gevoel bjj hem gewekthij had zich voorgesteld een tragisch gezicht te zullen zien en schoolmeesterige, ernstige woorden te zullen hooren, een. onverkwikkelijke scène met deftige allures. En in plaats daarvan was het op een gemakkelijke banale manier afgeloopen, op een haast al te gemakke lijke manier. Tusschen hem en Albrecht hadden er levenslang maar weinig aanknoopingspunten bestaan, maar in elk geval waren ze toch broers. In vijf lange, zeer bewogen jaren hadden ze elkaar niet gezien, beter ware het geweest elkaar nooit meer te ontmoeten. Maar nu dat eenmaal het geval was, moest dat op eenigszins plechtige wijze geschieden. Mochten daarbjj al heftige en tragische woor den gewisseld worden, 't zij zoo, alles was beter geweest dan dit banale, doodgewone: »Goeden dag" en »hoe gaat het?" En eensklaps overviel hem een gevoel alsof die vrouw daar, zijn eigen vrouw, een vreemde was, die zich weder rechteljjk drong tusschen hem en zijn broer. »Neenneenwe gaan naar het hotel, dat spreekt vanzelf. Joe, zeg ook een woordje." Wat is een goed boek Zulk een dat het denken aan bet werk zet, onze kennis van het wetenswaardige vermeerdert, zoodat weetgierig heid wordt bevredigd. Zulk een, dat het hart verwarmt, reinigt, verheft, dat schoone gedachten wekt, edele in drukken achterlaat, vormenden invloed oefent, dat de ver beelding leidt op goede banen. Goed is een boek niet hetwelk het zenuwleven prikkelt, onreine hartstochten opwekt, al te zeer vertrouwd maakt met zonden, den mensch bij voorkeur teekent van zjjn dierljjko zijde, hem het liefst rond.oert in de moerassen des levens. Groot zij 's sehryvers gevoel van verantwoordelijkheid. Hij toone eerbied voor zjjn lezers en specnleere nimmer op den wansmaak van een zedelijk-onontwikkeld publiek. Hjj doe menschen niet dalen. Het boek zij onze huisvriend en dat kan alleen wezen een opbouweud boek, niet een zieleverwoestend. Een vonnis over die lectuur, welke wij anderen niet durven aanbieden, over welker inhoud en taal wjj ons schamen te spreken. Hoe moeten wij lezen Met hoofd en hart. Wij moeten het zóo doen, dat w' ons verplaatsen in 's sehryvers gedachtenwereld en door leven wat hem vervuld moet hebben, toen hij zijn denk beelden aan het papier toevertrouwde. Weinigen kunnen lezen. Wie een goed boek herleest en nog eens leest, zal ervaren dat hjj telkens nieuwe schoonheden, treffende gedachten ontdekt. Ach er wordt zoo onjuist ver staan en menigeen laat een schrijver zeggen, wat hjj zou wenschen dat gezegd was. Is goed hooren, en juist ver staan en precies weergeven een groote knust, dit geldt evenzeer voor het lezen. Een vereeniging Leeskunstis geen overbodig ding. Leesavondjes' kuunen een weldaad wezen en grooten zegen afwerpen. Samenlezen, voorlezen, het gelezene bespreken, dé,t loert lezen en in zich opnemen. Iemand zeimenschen die lezen kunnen, zijn met een kaarsje te vinden't Is maar goed dat vele sehryvers od dichters niet weten hoe slecht zij gelezen worden. Gelukkig de kinderen wier ouders bij de lectuur hunne gidsen zjjnGelukkig de leerlingen wien onder wijzers trachten den smaak i,o vormen en den leeslust op te wekken. Uit ervaring zou ik allen die vruchtbaar lezen willen, dezen raad wenscnen te geven teeken van al wat gjj leest in een cahier den inhoud op, benevens de ge dachten die n troffen en welke waard zijn in het geheugen geprent en in het hart opgenomen te worden. Wie dan bijwijlen zich verdiept in zijn aanteekeningen, dien werd de schrjjver een zaaier, die uitging om te zaaien. Ten slottehet is een geluk dat er bibliotheken en leesgezelschappenbestaan, welker doel is menschen aan het lezen te zetten en daardoor huiselijke gezelligheid te bevorderen. Maar, zij die aan het hoofd er van staan, moeten levendig gevoelen hnn aansprakelijkheid. Een boek toch kan levenswekkend, maar evenzeer zielemoordeud nawerken. Men stelle zich, zoowel ter wille der lezers als uit achting voor zich zeiven zeer hooge eisehen bjj de opname van lectunr. Wie een catalogus samenstelt, aan vaardt een gewichtigen en dus hoogst verantwoordelijken arbeid. Wij snakken naar schrijvers, die besoffen hnn dare ver plichting, hun grootsche roeping. Heil hen die door hun woordkunst" zegen wrochten J. P. T. A. »Natuurljjk gaan we naar het hotel." Voor ze het rjjtuig instapten volgde van de eene zijde nogmaals een invitatie en van de andere een vriendeljjk bedankentoen staakte Albert wie deze oplossing van het logies niet onwelkom was, zijn hoffelijk aandringen »Maar n komt bjj ons soupeeren. Marie wacht n Over een uur hopen we u te zien. Tot weerziens, mevrouw.' »Tot weerziens." »Tot weerziens." Het portier werd dicht geslagen en de vigolante rolde voort. »Een heel aardig mensoh." Albrecht?" Natuurlijk! Wie anders? Hoe schitterend ziet hij er uit in zijn bonte uniform. Zeg, Joe, je bent een dwaas dat je levenslang met dien broer onaangenaamheden ge had hebt. Hij lijkt op je." Daar hjj zweeg en naar de oude, bekende straten staarde, vleide ze zieh teeder tegen hem aan. »Met dat verschil dat hjj veel onder is dan jij en lang niet zoo knap." •Hm." Hij luisterde nauweljjks naar haar woorden, haar aan raking deed hem bijna pijn. De fonteinen naast het gedenkteeken van Ernst August klaterdeneen soldaat wandelde met zijn liefje, een opge prikt kamermeisje, in de schaduw der boomeneen warme, zwoele lucht stroomde door de straten. Hij had maar een enkel, alles overweldigend gevoel Alleen zijn! Een enkel uur maar!" Hij stond in de hotelkamer voor het geopende raam en keek de Georgstraat in, waar op den mooien zomeravond nog een druk verkeer was. Jane, voor den grooten spiegel staande, was bezig zich te kleeden. »Joe, geef me eens de necessaire. Je hebt ze zelf ingepakt." Hij ging naar de koffer en bracht haar het etui. Haar blanke hals straalde hem verleidelijk tegen, de mollige, ronde armen en de slanke handjes die de zware vlechten vastmaakten, Bchemerden in het flikkerend kaarslicht, ÏETederlandsche Onderwijzers Propaganda-Clwb voor drankbestrijding. (Goedgekeurd bij Koninklijk Besluit van 15 Juni 1895.) Door het Hoofdbestuur van de Nederlandsche Onder wijzers Propaganda-Club (voor drankbestrijding) is aan alle gemeentebesturen in Nederland onderstaande circulaire gezonden. Aan de Gemeentebesturen in Nederland. L. S. Het Hoofdbestuur der N. O. P.-C. veroorlooft zich de vrijheid Uw aandacht in te roepen voor het volgende Hot drankmisbruik met zijn verschrikkelijke gevolgen bedreigt ernstig den gezonden groei der maatschappij. Paal en perk daaraan te stellen mag de plicht genoemd worden van elk, die door zijn positie invloed heeft in grooter of kleiner kring. Mannen van de meest uiteen- loopende politieke en economische richting erkennen zulks. Wie een diepen blik slaat in verschillende treurige maat schappelijke verschijnselen, ontdekt op den bodem er van meermalen het alcoholisme als een der bewerkers er van. Prof. W. D. Simons, sprekende over de maar niet ver minderende misdadigheid, zegt dat bij eiken vorm van misdaad het debet van den alcohol het grootst is. En zoo spreken onderzoekers op elk gebied. Verschillend zijn de pogingen, welke aangewend wor den, om dien geesel dezer eeuw meester te worden. Een der meest belovende middelen is wel het in kennis stellen van onze opgroeiende jeugd met de gevaren van den alcohol. Een uitmuntende gelegenheid daartoe bieden de her halingsscholen. En juist daar is een waarschuwing zoo noodig, wijl de jongens en meisjes, doch de jongens vooral, in zulk een gevaarlijke periode verkeeronde drinkverleiding lokt hen van alle kanten, op de werkplaats en elders. En jnist daar is een waarschuwend woord nog beter mogelijk dan op de gewone school de leeftijd brengt een weinig meer ernst mede dan eigen is aan den leeftijd in de gewone schooljaren en doet ook gemakkelijker het verband tnsschen verschillende zaken begrijpen. Het Hoofdbestuur der N. O. P. C., zich overtuigd houdende van Uw ernstigen wil, om mede te werken aan de bestrjjding van het drankkwaad, heeft de eer tot UE.A. het dringend verzoek te richten, te bepalen, dat op de herhalingsscholen inUwogemeente mintens een drietallessenaanhetdrank- vraagstuk gewijd worden. Het veroorlooft zich de vrjjheid Uw aandacht te ves tigen op het volgende plan voor een drietal lessen I. De alcohol en zijn werking op het lichaam. Van het ontstaan deele men zooveel mede dat de verspilling voedingstof uit de gebezigde grondstoffen blijktmet eenige feiten wordt geïllustreerd dat de alcohol niet Maar zonder zjjn bekoorlijke vrouw een enkelen blik te schenken, keerde bjj terug naar het raam. Voordurend babbelde de kamenier met haar mees teres ze bekeken eerst het grijs zijden costuum van Worth, dan twee of drie andere toiletten- en besloten na lang heen en weer praten tot oen zwierig gezelschaps kleed nit Laferriere's beroemd atelierbordeauroode zijde met een garneering van licht roode kralen. Joseph deed zijn best om niet te luisteren maar ofschoon Jane en de kamenier, met het oog op zijn tegenwoordigheid, fluisterend spraken, verstond hij elk woord. Waarheen hij zijn blik ook wendde, stegen de herinneringen in hem op. Van den hofschouwbarg die zwaar en massief en donker zich dicht voor zijn venster verhief, van de verlichte Georgstraat met haar wemelende menschen, van de heele stad waar hij het grootste deel zyns levens had doorgebracht, echter geen enkele indruk kon hjj vasthouden, omdat het gebabbel achter hem zijn gedachten afleidde. »Mevronw de barones is dikker geworden." »Werkelijk »Op het schip kon men geen beweging nemen; zoodra mevrouw weer gaat rijden en tennis spelen dan wordt het wel anders.,' »Joe?" »Wat »Vindt je dat ik dikker ben geworden Met een gevoel van ergernis wendde hij zich om en bekeek haar. Ja, ze was dikker geworden maar hij had niet de minste neiging op dit thema in te gaan. »Ik vindt het niet." »Zoo. En hoe bevalt je dit costnum Het was een der Parjjsche toiletten voor de reis naar Europa aangeschaft en dat hy nog niet gezien had. Sprake loos beschouwde hij haar en mat kwam hem over de lippen »Heel mooi, maar een beetje opzichtig." Jane glimlachte en de kamenier, juffrouw Dash, voelde zich beleedigd. Beiden begonnen zijn oordeel te weer leggen en betoogden dat er geen sprake van opzichtig-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1903 | | pagina 5