St. Nicolaas.
No. 143. Tweede blad.
Honderd en vijfde jaargang.
1903.
WOENSDAG
2 DECEMBER.
FEUILLETON.
Boeren en Zeelui.
ALK1AARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt Olnsdag-, Donderdag-
en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 3 maanden voor Alkmaar f O,SOfranco door het
geheele rjjk f 1,
3 Nummers f 0,OB. Afzonderlijke nummers 8 ets.
Telefoonnummer 3.
Pr(|8 der gewone advertentlën t
Per regel f 0,18. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N/V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h. HERMs. COSTER ZOONVoordam 0 9.
Sinterklaasgestorven in 327ligt begraven in de
kerk gewijd aan den heiligen Stephanus in Apulië in
Z.-Italië. Te Myra is hij bisschop geweesttot welke
waardigheid hij om zijn vroom leven en zjjn goede wer
ken verkoren werd. Toen hjj morinik was besteedde hij
het groote, door zijn ouders nagelaten vermogen tot heil
der menschen. Waar zich fatsoenlijke armen bevonden
waar gebrek en ellende in een gezin heerechtendaar
kwam plotseling van wien wist men niet hulpo.
Hij was steeds de onbekende weldoener want hij deed
zijn weldaden in het verborgen. Raad en troostverma
ning en leering maakten hem bemind bij oud en jong
bjj rgk en arm. Vele zijn z'r* deugden waarvan de over
levering de herinnering bewaart. Bv.Een arm man
vader van twee kinderen zat in benarde omstandighe
den. Nauwelijks hoorde Nicolaas dit of hij wierp bjj de
door zorg gedrukte familie door het open venster een
groote som gelds in huis. Een tweede voorbeeld eens
wandelde hij aan het strand der zee en zag hoe een
arme vrouw met hare drie kinderen bezig was mosselen
te zoeken om den honger te stillen. De kinderen hadden
zich te ver in zee gewaagdf, en waren op het pnnt van
te verdrinken. Nicolaas wierp zich in het water en redde
de drenkelingen. Een derde teekeningeens reisde Ni
colaas te waterer ontstond een hevige storm en de
golven sloegen over het vaartuig. De manschap liet den
moed zinken en staakte elke poging tot behoud. Toen
greep de bisschop een roeispaan en beval het werk te
hervatten. Men gehoorzaamde. Schip en bemanning wer
den gered. Daarom smeeken do zeelui nn nog in tijd van
gevaar den heiligen Nicolaas om hulp en uitkomst. Schip
pers en zeelui waren voor Sinterklaas bevoorrechte per
sonen gedachtig dat hij in een havenstad in Klein-Azië
geboren was. Eindelijk in Myra waar Nicolaas later
bisschop werd, en in de geheele omstreek heerschto eens
groote hongersnood, want het had er in zeer langen tijd
niet geregend. Niets groeide, 't Volk werd radeloos. Toen
scheepte Nicolaas zich op 'n klein scheepje in en voer
zoolang, totdat bij aan een land kwam waar het geregend
had en waar koren in overvloed groeide. Nauwelijks aan
land, zag hg een bakker voor zijn winkel staan. Terstond
vroeg bij hem »vriend heb je koren genoeg om mjjn
scheepje vol te laden »Zeker" zei de bakker »nog
wel eens zooveel." »Heb dan medelijden met mij en mijn
arme stad, waar wij bjjna van honger sterven en laad,
hoe eerder des te beter, mijn scheepje. En geef mij ook
al het brood en gebak dat in je winkel is dan loop 'k
er hard mee naar hnis om het aan al de arme kinderen
te gevende groote menschen knnnen wachten totdat
het koren komt.'' Sinterklaas pakte alle brood en gebak
uit den winkel bijeen en liepzoo hard hij loopen kon
er mee naar huis. De kinderen die al lang wisten hoe
'n lieve goede man de bisschop was stonden hem op
te wachten. Toen zij hem zagenvlogen ze hem tege
moet. En geen der kleinen liet hg gaan of zij kregen
wat, »Sinds dien tijd", alzoo eindigt de legende, .krijgen
Een der schetsen nit „Noord-Hollandsche Vertellin
gen," door GEERTRÜIDA CAKELSEN.
(Het complete werk is verkrijgbaar bij de N.V. Boek
en Handelsdrukkerij v/h. Hebm. Gosteb Zoon.)
7)
Aaltje hield van Rika en moeder De Groot was vrien
delijk jegens haar, zoo dikwijls zjj meekwam. Misschien
hing dit voor een deel samen met Mevrouw Van Daals
mangelkiandiziedoch in elk geval profiteerde Aaltje
daarvan op hare zondagavonden.
Het woonkamertje was klein maar in den winter
was 't er lekker warm. En toen het voorjaar werd en
de meisjes eerst, zoolang het licht was, op den djjk rond
drentelden, vonden zij er, als het donker werd, ten slotte
altijd nog een behaaglijk lamplicht, een kopje koffie en
een gezellig praatje. Moeder kon, als zij op haar praat
stoel was, erg grappig of erg griezelig vertellen van
allerlei histories uit het havenplaatsleven.
.Jullie motte niet denken as dat|et hier altaid zoo
groot spnl 'weest is as non. Pas op, as 't waer is. Toe
dat ik jonk was, toe liep der hier nog meenigeen, die
heelegaer van de strandjntterai leefde, 'k Zei maer zeggo
as der 'n skip strandde, den ginge ze met 'n heele koppel
bai nacht en ontaie der op los, en ellik graaide van de
bnit zooveel as ie kraige kon."
»En moste ze dèt dèn niet weeromgeven an de skepe-
linge?" vroeg Aaltje eerlgk.
.Nou, permeteerd was et van zelf niet datte ze'n 't
hielde, dat begraipe ja welmaar ze deeën et in 't geniep."
Een andermaal vertelde zij»Toe dat ik zenventien
jaer was, most ik elleke dag drie keer daags 'n beer voere."
»'n Beer Een levendige beer
»Ja. Zeuve weke lang. 'n Levendige beer. De juf-
alle zoete kinderen op den verjaardag van den Heilige,
gebak en geschenken."
Het Sinterklaasfeest is in eere in O. en W., in Z. en
N,, waar maar Nederlanders zijn geljjk in Dnitschland
en Engeland het Kerstfeest.
En wederom zal straks gejubeld worden op 5 6 De
cember. Andermaal zal er feest zijn in woningen, in ge
stichten in weeshuizen ja waar niet Rijke en minder
stoffelijk bevoorrechten kleinen en volwassenen knapen
en meisjes de kinderen der armen de schooljeugd op
vele plaatsen zij zullen leven in hope, zij genieten van
de voorpretzij hebben hun droomen en wenschen en
verwachtingen enals de avond komtzijn duizenden
bij dnizenden in spanning. Ouders zullen kinderen ver
rassen en dezen zijn er op nit hun ouders een gave te
bereiden. Vrienden en vriendinnen zij sloven zich uit
om elkaar blij te maken. Harten spreken zich nit voor
dat woorden over de iippen durven komen.
Neen, St. Nicolaas is niet dood on nimmer sterve hjj
Zjjn goede weldoende en gelukkig makende geest gaat
voort te zegenen in stilte en zonder om te zien.
En 't feest, nu ophanden, wekt weer als altijd
eigenaardige gedachten en gewaarwordingen in ons hoofd
en in ons harte.
't Doet ons denken aan de dagentoen wij groote men
schen nog Tcinderen waren. Wij zien weer de huiskamer
onzer ouderlijke woning en het kringetje van ouders,
broers en zusters. Wat waren we toen nog eenvoudig
Wat waren onze kinderhanden ganw vol en onze kinder
harten gauw gelukkig I Gingen w' er in dit opzicht op
vooruit? Wij..? De kinderen van heden? Ach neen!
Alles wordt overdreven .opgevoerd" zooals men zegt.
Maar toch al mochten wjj geen kinderen blijven
altijd weer vloeit ons iets zachts en zoetsdat naar
heimwee gelijktdoor het hartals wij denken aan den
tijd van onze zoo eenvoudige en zoo zorgelooze kinder
vreugd ook door te zien op de vreugd van die nog
kind zjjn. Iets kinderlijks blijve De a.s. feestvreugd doet
opnieuw hoogschatten de waarde van het huiselijk geluk.
Arm wie dat niet kent! Rijk wie dien zegen ervaart!
Eén avond in de huiskamer in 't bjjzijn van kinderen
uit wier groote oogen de heldere stralen schieten van
blijde verrassing en innig genot, is oneindig méér waard
dan de schitterendste feesten buitenshuis. De vrede en
de vreugde des huizes maken dankbaar en zij verruimen
bovendien het hart zoodat het ook aan anderen de vreugd,
die het zelf geniet toewenscht en haar brengt. Laat er
ons op bedacht zijn om het onze te doen tot verblijding
van anderen. Dat. is haast de schoonste kant van 't feest,
dat dan ieder in de weer is om een ander big te maken
en geluk aanbrengen is gelukkig zijn, En wij denken er
bjj .als die arme kinderen eens mijn kinderen waren
Als ik eens met de mijnen daar stond te kijken op zoo'n
stoep, voor dien winkel." Die gedachte wordo een daad,
een daad van liefde alzoo wering van hartzeer en ver
breeding van vrengd. Ware maar alle hartzeer te heelen
Maar dat kan niethier heerljjke verrassing, da&r zieleleed.
frouw, deer 'k diende, die dee in viktualieen nou had
ze op 'n keer veur 'n heele bom geld leverd an 'n skeeps-
kappetein, die der van deur ging. Ze dee van alles om
der dnite te kraige, maer det was 'n dingetje van niks,
hoor. En toe most ze toch wit veur kwaje skuld anneme
en toe nam ze dèn op et lest die beer nog. Ze het em
ook verkocht an 'n vent van de kerremis. Maer eerst
hebbe me 'm zenve volle weke op de kleerzolder had."
.Was nwe niet eng venr 'm
.Non, alles went, zie je. Ik zette de aizere pot, deer
ie z'en ete in kreeg, altaid zoo neer, dat ie der niet bai
kon; en dèn gaf ik der 'n sbop tonge en dèn had ie'm."
»En hoe kreeg uwe de pot dèn weerom as ie leeg was
.Nou, deer hadde we 'n puthaek veur. Zoolang as et
licht an de hemel was, dèn kon 't er nog mee deur
maer toe 't winter dag wier, dorst 'k bai avond amper
de ladder op Ik zon denko as dat op hede de
pelitie der wel achterheen zou zitte, azze je 'n beer op
zolder houwe wouwe. Maar toe Och, toe ware
der aigenljjk twee persone, die hier alles regeerde."
Met zulke geschiedenissen uit het Heldersch verleden,
onderhield zjj, als een moderne Edda, het jongere geslacht.
En als Aaltje, enkele minuten vóór tienen, haastig op
brak met een: .Vriendelijk dankbaar hoor," dan klonk
doorgaans het weerwoord
.Kom maer 'n aere week weerom hoor. Zoo blaif je
wat in de kennis 1"
VI.
Kort na Pinksteren kwam er bjj moeder De Groot
extra levendigheid.
Iets vroeger dan zjj bad durven verwachten, kwam
haar zoon Barend thuis, die twee jaar lang als schepps-
timmerman weg was geweest.
Een knappe jongen, uit-en inwendig zes en twintig jaar
moeders trots en daarvan nochtans geen misbruik makend
goed aangeschreven in zjjn vak en overigens vol van eigen
schappen van een pas aan wal gestapt zeeman, zoo vertoonde
hij zich plotseling binnen Aaltjes gezichtsveld.
't Is dank en deemoed, 't is vreugd en liefde wat door
de gedachte aan 't kinder- en grootemenschenfeest in
het hart wordt gewekt. Dat doe ons goed en dringe tot
goeddoen. Ervaren we het eene en doen wij het andere 1
Ga dan engel van weldoen en vreugdbereiden rond 1
Maak velen blij en gelukkig Stem tot jubelen en dan
ken 1 Open veler harten om mee te deelen aan anderen.
Ontsteek in tallooze huiskamers het licht van vreugde
van warmte van poëzie en leer ons anderen vrengd be
reiden die zonder onze hnlp geen feestdagen feest
avond zullen kennen 1 dn dien behoeven zIJ niet
minder dan wij.
Blijde dag in dnistre tijden
Welkom zijt ge ons, vrengdestond 1
Als de jeugd zich mag verblijden,
Jnublen kan met hart en mond.
Den .goed' heiligman" te schragen
In zijn scboone renzentaak,
Moet aan oud en jong behagen,
Is het reinst en 't best vermaak.
Wone dus een heiige geest
In ons allen op zijn feest I
J. F. T. A.
Verdwaald.
Tien soldaten van het Mederlandsch-Indlsche
leger zijn te Marseille, waar het schip, dat hen naar
Indie moest brengen een dag overbleef, en waar zij met
anderen aan wal waren gegaan om de stad eens te zien,
verdwaald geraakt.
Eén hunner, die wat Fransch sprak, vroeg een voorbij
ganger den weg naar de haven maar door verkeerd be
grijpen van zijn raad, kwamen zij op eene naar Aix
gaanden tram te land en na een paar nar rgdens stonden
zij des nachts in de hoofdstad van Provenceverder van
hun schip dan ooit.
De politie te Aix verschafte hun nachtverblijf en den
volgenden dag zijn zjj naar Marseille gebrachtwaar zij
hun schip veitrokke^ vonden en waar nu de Nederland-
sche consul hen zal helpen.
Brand In school.
Dank zij der tegenwoordigheid van geest van den
directeur eener school te Eastham bij Londen, waar
2000 kinderen onderwjjs ontvingen, is daar een groote
ramp voorkomen.
De directeur bemerkte 's morgens dat brand was uit
gebroken op den zolder, terwijl de kinderen in de klassen
zaten. Dadelijk gaf hij last om de lessen te staken door
te verklaren, dat men een proef wilde nemen om de klas
sen te verlaten voor het geval brand ontstond.
De 624 jongens, die op de tweede verdieping verbleven,
werden naar de speelplaats gsbrachtde meisjes volgden
dit voorbeeld en eveneens geschiedde dit met de kleine
kinderen. De heele redding had 6 minuten gednard.
Van het schoolgebouw bleef niets anders over dan de
verdieping gelij tvloers. De schade bedraagt een half mil-
lioen Nederlandsch.
De eerste maal, dat zij hem ontmoette, was bjj gelegen
heid dat zij een mandvol waschgoed had te mangelen.
Rika had haar geholpen, die te dragen. En Barend,
nog jnist in de stemming om alle werk, dat hjj in lang
niet had gedaan, aardig te vinden, begon aanstonds den
ouderwetschen mangel te duwen. Toen Aaltje aan den
anderen kant wou helpen, verklaarde hjj het best alleen
aan te kunnen, zelfs als de beide meisjes er bovenop wil
den gaan zitteD.
Na gedanen arbeid greep hjj Aaltje om haar middel
en trachtte haar te zoenen. En toen zij tegenstribbelde,
schertste hij
.Neem me niet kwaljjk. Ik dacht dat 't Rika was.
'n Mensch kan 'm vergisse 1"
Den volgenden Zondag werden de vriendinnen bij haar
aankomst op muziek getracteerd.
In de linker-zijkamer, die gewoonljjk »an kant ge-
houwe" werd, maar ter eere van Barends aanwezigheid
in gebruik was genomen, zat hg aandachtig te luisteren
naar een anderen jongenman, die hem op een klarinet
het Wilhelmus" voorspeelde.
Hjj had ergens onderweg eene ocarino gekocht, maar
kon er niet mee terecht. En nu zou een onde kennis,
klarinettist van beroep, hem de noodige instructies geven.
Het Wilhelmusbleek echter een slechte keus te wezen
omdat, terwijl Gerrit als professioneel misucus de antiek-
moderne melodie aangaf, Barend nog de ouderwetsche in
het hoofd had, die hem weleer op school was bjjgebracht.
Daarom besloot men het liever met *Piel Hein''' te
beproeven, wat ook wel niet gemakkelijk ging, maar
waaromtrent in elk geval meer eenheid van opvatting
bestond.
Deze muzikale oefeningen, hoe oorverscheurend zjj
waarschjjaljjk voor artistieke fjjnproevers zouden geweest
zjjn, bleken een bron van groot vermaak voor het vrou
welijk auditorium, dat er bij werd toegelaten. En de
vrengde steeg, zoo vaak de instrumentale inspanning
werd afgewisseld door vocale uitspanning.