Honderd en vijfde jaargang.
1903.
VRIJDAG
4 DECEMBER.
Zitting van den Gemeenteraad
NO. 144. Eerste blad.
ALkMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt Dinsdag-, Donderdag-
en Zaterdagavond uitgegeven, Abonnementsprijs
per 3 maanden voor Alkmaar f 0,8®franco door het
geheele rjjk f 1,
3 Nummers f O,O®. Aizonderljjke nummers S ets.
Telefoonnummer 3.
Prijs der gewone ad verten 41 ën t
Per regel f 9,13. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N/V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam 0 9.
AAA ALHH4AR,
op Woensdag 3 December 1903,
's namiddags te 1 nar.
Voorzitter de Burgemeester.
Secretaris: de heer C. D. Donath.
Tegenwoordig 15 leden. Afwezig de heeren de Sonna-
ville, Moens, Kool en van den Bosch, de eerstgenoemden
wegens uitstedigheid de laatste wegens ongesteldheid.
De notnlen der vorige vergadering worden gelezen en
goedgekeurd.
1. Jüededeellngen en Ingekomen stukken.
Ingekomen zijn
a. Dankbetuiging van de opzichters Tromp en de
Vries voor het genomen besluit in zake de verhooging
hunner jaarwedden.
Voor kennisgeving aangenomen.
b. Amendementen van het lid van den raad den heer
Vonk, op de voorstellen van B. en W. in zake de
pensioenregeling van gemeente-ambtenaro».
Deze amendementen zullen worden gedrukt en rond
gezonden aan de leden
De Voorzitter beveelt den leden tevens aan, andere
amendementen nog deze week in te dienen.
Op een vraag van den heer Kraakman, of er niet
meer stukken zijn ingekomen, wordt door den Voor
zitter nog medegedeeld, dat van de Rijksverzekering-
bank op verzoek is terug ontvangen de polis voor de
verzekering der gemeente werklieden.
Ofschoon de Voorzitter voornemens was daarvan
mededeeling te doen aan hot eind der vergadering, beeft
tij geen bezwaar ook dit stak thans te beschouwen, als
behoorende tot de ingekomen stukken. Uit het begelei
dend schrijven blijkt, dat de bank de polis uiterlijk binnen
2 maanden wenscht terug te ontvangen.
De heer Kraakman begrijpt het niet volkomen en
vraagt of dit de polis is der personen, niet bij de Rijks
bank verzekerd, waarop de V o o r z i 11 e r antwoordt,
dat, zoowel de werkliedeD, wier verzekering bij dejRjjss-
bank is overgegaan als de andere, die by de Ned. Alg.
verzekeringbank verzekerd zijn gebleven, daarop voor
komen.
De heer Kraakman meent naar aanleiding van
deze zaak, den raad er aan te moeten herinneren, dat toen
tot de verzekering der werklieden vroeger werd besloten,
een commissie werd benoemd tot regeling van die zaak
en dat die commissie voorstelde de werklieden in onder
linge verzekering op te nemen en vanwege de gemeente
de uitbetaling der schade te garandeeren, zonder over
eenkomst, zonder polis.
De raad heeft toen goedgevonden de werklieden te ver-
zekoren bij eene destjjds zeer in vigueur zijnde Maat
schappij.
Hij leest nu in de overeenkomstdat de schade wordt
uitbetaald aan den werkman en vraagt wie de schade
moet opeischen, de werkman of de gemeente. Een aantal
kwesties kannen zich voordoen en dan is het op deze
wijze voor de gemeente penibel om desgewenscht een
vordering in te stellen. In verband daarmede zon hij het
wenschelijk achten, dat overwogen wordt of het niet
gewenscht isde werklieden niet bij de rijksbank ver
zekerd te verzekeren op een wjjze overeenkomende met
hetgeen de raad destjjds in principe heeft aanvaard.
De polis loopt tot Januari, das er is tot een dergelijk
onderzoek alle aanleiding.
De Voorzitter zegtdat B. en W. aan dezen
wensch gevolg zullen geven.
2. Wilderhandsche verhuring van water tot
het opvlotten van hout.
Ingevolge 's raadsbesluit van 8 Juli 1.1. is tegen 19
Januari 1904 het gebruik opgezegd van de Nieuwe Hoorn-
sche vaart voor het opvlotten van hont en is aan de
firma's 0. A. Conijn en Zoon en C. Baan en Zoon bericht,
dat de Raad bereid is na den genoemden datum het
water in de Oude Hoornsche vaart te verharen, indien
daartoe door de genoemde firma's verzoekschriften werden
ingediend.
De genoemde firma's hebben zich dientengevolge tot
den Raad gewend, terwjjl tevens een verzoek is ingekomen
van de firma J. Eecen Gz. te Oudkarspel om huur van
water in de Nieuwe Hoornsche vaart, eveneens tot het
bergen van bulken.
In verband daarmede stellen B. en W. voor te be
sluiten om
lo. aan de firma G. A. Conijn en Zoon onderhands
te verharen een gedeelte water van de Onde Hoornsche
vaart, ongeveer 385j M. lang en over een zoodanige
breedte, dat aan de oostzjjde der vaart langs den Friescben
weg een strook water van ten minste 4 M. breedte vrij
blijft, voor een huurprijs van fl06 5'J per jaar berekend
naar 3 centen per c.A.
2o, aan de firma C. Baan en Zoon onderhands te
verharen een zelfde gedeelte water van die vaart, zich
uitstrekkende over ongeveer 379£ M., voor een huurprijs
van f 135 per jaar, berekend naar denzelfden prijs per c.A.
3o. aan de firma J. Eecen Gz. te Oadkarspel, onder
hands te verhuren een gedeelte water van de Nieuwe
Hoornsche vaart, voor een huurprijs van f3.60 per jaar,
eveneens berekend naar drie centen per c.A.
Een en ander bij dit besluit en verder onder nader
door burgemeester en wethondors vast te stellen voor
waarden
De Voorzitter deelt mede, dat een conferentie
heeft plaats gehad met den heer Conijn, waarin deze be
zwaar heeft gemaakt tegen den termijn van tien jaren,
voor welken tijd B. en W. voorstellen, dat de hnnr wordt
aangegaan. B. en W. stellen daarom voor, dien termijn
te bepalen op 5 jaar.
De heer Bosman vraagt of die wijziging ook voor
de andere hoarders geldt, waarop de Voorzitter toestem
mend antwoordt.
Bij 't eerste gedeelte van het besluit vraagt de heer
Glinderman of een hunrprjjs van 3 ct. per vierk.
M niet te bezwarend is.
De Voorzitter meent van niet, adressanten nemen
er ook blijkbaar genoegen mede.
De heer Uitenbosch merkt op, dat in een der
verzoeken is gevraagd, bet waterte mogen afsluiten, doch
hij vindt daarvan in de voorwaarden niets.
De Voorzitter acht dat een zaak van het dage
lijks bestuur, hetgeen de heer Uitenbosch betwijfelt,
daar het geldt de afsluiting van openbaar water, waarop
de Voorzitter spreker er op wijst, dat door dit raads
besluit het water aan het publiek verkeer wordt ontrokken.
De opmerking van den heer Bosman, dat een vaar-
flenf open blijft, doet den Voorzitter inzien, dat
hij een oogenblik abnis had. 't Vaarwater wordt echter
alleen gebruikt voor vaartuigen van enkele personen en
dan zon 't wel kunnen dat voor die personen in de
buurt daar werd gedeponeerd een sleatelbehoorende
aan de gemeente.
De heer Boelmans ter Spill is het daarmede
eens èa de firma Baan èn de gemeente zonden den af-
sluitbalk moeten kannen doen wegnemen, dan is 't ook
geen afsluiting van het water in den eigenlijken zin.
De heer Oohen Stnart bestrijdt deze meening 't
is een afsluiting. Hij is er niet tegen het verzoek toe
te staan, maar acht de beslissing daaromtrent niet een
zaak van B. en W.
De heer de Wit vindt er niets tegen dit pnnt nit
het adres van den heer Baan te behandelen.
De Voorzitter meent echter, dat de raad niet goed
voorbereid is en dat onafgescheidon hiervan het voorstel
van B. en W. kan worden aangenomen.
De heer Cohen Stnart stemt daarmede in, die
afsluiting kan altijd later aan de orde komen.
De Voorzitter stelt dan ook voor die zaak nader
te onderzoeken.
Dit voorstel geeft den heer Kraakman aanleiding
om ook zijne meening te zeggen. Al 't verhuurde water
wordt aan deD openbaren dienst onttrokken, dat is altijd
zoo, doch als de hnnrder niet alles in gebruik heeft op
een zeker tijdstip dan is het open gedeelte weer voor den
openbaren dienst bestemd, dat kan niet anders.
Water kan men niet zoo afsluiten, als bijv. een gedeelte
van den operbaren weg, zooals thans terecht of ten on
rechte dat. laat hij in 't midden ge-chiedt op de Laat,
waar een tijdelijk gebouwtje staat. Wat verder de afslui
ting betreft, geldt het een afscheiding tnsschen de per-
ceelen van twee huurders, dan is het een zaak van B.
en W., maar hier betwijfelt hij of tot een afsluiting ter
ontrekking aan den openbaren dienst hetflagelijksch Be-
stnnr het recht heeft De raad is daartoe de bevoegde
macht meent hij. Hij geeft daarom B. en W. in over
weging de zaak ernstig te onderzoeken, alvorens de afslui
ting wordt toegestaan.
De heer de Lange merkt op, dat de teekening van
den architect bij de stukken gevoegd, niet is in over
eenstemming met het ontwerp-beslnit.
Bij nadere beschouwing blijkt hij goed gezien te hebben,
op de teekening is het te verharen gedeelte water, aan
den verkeerden kant aangewezen.
Daar dit echter aan het besluit, waarin de gedeelten
goed zijn omschreven niet afdoet, wordt overeenkomstig
het voorstel van B. en W. tot het verharen der genoemde
perceelen water besloten. De teekening zal worden ge
wijzigd.
Bjj de behandeling der voorwaarden wordt nog ter
verduidelijking aan een daarvan toegevoegd dat het
uitdiepen van het verhaarde water zoo noodig moet ge
schieden door den hnnrder.
De heer Glinderman merkt nog op, dat de
voorwaarde, dat het water weer in denzelfden toestand
moet worden opgeleverd, waarin het zich bij het ingaan
van de hnnr bevindt een onmogelijke eisch is, ook in
verband met de vorige toevoeging.
De raad ziet er echter geen bezwaar in, deze zinsnede
te behouden, die in alle huurcontracten voorkomt en die
nooit zoo wordt opgevat als de heer Glinderman moge
lijk acht. Deze maakt er dan ook geen voorstel van
om de woorden weg te laten.
Het geheele voorstel wordt daarna zonder hoofdelijke
stemming aangenomen.
De heer de Groot zon thans het adres van de firma
Baan en Zoon nog willen afhandelen. Waar er stemmen
zjjn opgegaan tegen de afsluiting wil ook hg daarover zijn
gevoelen zeggen. Het geldt hier een voor Alkmaar niet
onbelangrijke industrie, die men zooveel mogelijk tegemoet
moet komen. De hnnr wordt thans reeds hooger nl. van
1 op 3 ot. per vierkanten M. en waar het den hoarders
bij hoogen waterstand wanneer er gespuid wordt, veel
moeite en geld kost de balken te honden, zou hij gaarne
zien, dat de afsluiting word toegestaan, bijv. op verzoek
bij hoogen waterstand.
De Yoo rzitter vindt het beter een nader voorstel
van B. en W. af te wachten.
De heer Kraakman merkt nog op, dat het geens
zins in de bedoeling lag om de nijverheid ook maar
eenigermate te hinderen, doch 't gold alleen het recht
van B. en W. in dezen.
Na deze opmerking wordt de discussie gesloten.
3. Verdeeling van den Raad In afdeelln-
gen benoeming en aanvulling van commlsslën
voor 1904.
B. en W. roodigen den raad nit om over te gaan
lo. tot verdeeling van den Raad in afdeelingen voor 1904.
Bij lotiDg worden de secties samengesteld als volgt
le sectie, waarvan voorzitter is de burgemeester .- de
heeren Moens, Kool, Wicheriuk, Bosman en Glinderman.
2e sectie, waarvan voorzitter is de oudste wethouder
de heer de Wit: de heeren: de SoDnaville, Uitenbosch,
van den Bo»cb, Oohen Staart en de Groot.
3e sectie, waarvan voorzitter is de wethouder, de heer
Boelmans ter Spillde heeren Vonk, Luiting, de Lange,
Wanna en Kraakman.
Voorts tot benoeming voor 1904 van
le. vier leden der commissie voor het ontwerpen van ver
ordeningen tegen welker overtreding straf is bedreigd
waarvan de burgemeester voorzitter is.
Herkozen de heeren
C. BosmanMr. H. Boelmans ter' Spill, Mr. J.
P. Kraakman, Mr. K. A. Cohen Stnart.
2e. vijf leden, waarvan een tot Voorzitter der commissie
tot de belastingzaken en eenige andere onderwerpen van
financieelen aard.
De heer van den Bosch heeft bericht, dat hij voor
een benoeming niet weder in aanmerking wenscht te
komen.
Herkozen de beeren
J. de Lange O.Jz., Mr. H. Boelmans ter Spill, J.
E. Moens, J. M. de 'Sonuaviile.
Gekozen de heer H. J. Vonk met 7 st. Tot voor
zitter werd benoemd de heer de Lange met 12 st.
3e. drie ledeo der commissie van bijstand in betrekk.ng tot
het beheer en onderhoud der plaatselijke werken en eigen
dommen.
Herkozen de heeren
G. de Groot Jz., H. J. Vonk, M. Uitenbosch.
Tot voorzitter voor het jaar 1904 is door burge
meester en wethouders aangewezen de Burgemeester.
4e. drie leden der commissie van bijstand in betrekking tot
het beheer en onderhoud ran de wandelwegen, enz.
Herkozen de heeren
G. T. M. van den Bosch, J. F. Moens, Mr. K. A.
Coh6n Staart.
Tot voorzitter voor het jaar 1904 is door burge
meester en wethouders aangewezen de heer Mr. H.
Boelmans ter Spill, wethouder.
5e. twee leden der commissie vnn bijstand voor de gemeen
telijke gasfabriek.
Herkozen de heeren
C. Bosman, J. de Lange O.Jz.
Tot voorzitter voor het jaar 1904 is door burge.
meester en wethouders aangewezen de Burgemeester
6e.ee» lid der commissie van toezicht op het stedelijk mu
seum, tot 1 Januari 1907, wegens periodieke aftreding
als zoodanig van den heer J. Masdorp.
Door de commissie ia de vo.gende aanbeveling in
gezonden
J. Masdorp, dr. H. E. van Gelder, waaruit herbe-
benoemd werd de heer J. Masdorp met algameene
stemmen.
7e.ee» lid van het burgerlijk armbestuurtot nit. Decem
ber 1907, wegens periodieke aftreding van den heer
P. de Lange P.Bz.
Door bedoeld bestuur worden aanbevolen de heeren
P. de Linge P.Bz., Tb. van Spall. Herbenoemd de
heer P. de Lange P.Bz. met alg. stemmen.
8e. een regent van het burgerweeshuis tot uit. December
1907, wegens periodieke aftreding als zoodanig van»
den heer Mr. W. F. A. Verhoeft.
Door het college van regenten is de volgende aan
beveling ingezonden
Mr. W. F. A. VerhoefF, Mr. J. Brnijn, waaruit
werd herbenoemd de heer Mr. Verhoeff met alg.
stemmen.
9e. een regent van het stads-ziekenhuis tot nit. December
1908, wegens periodieke aftreding als zoodanig van
den heer J. van der Veen.
Door het college van regenten is de volgende aan
beveling opgemaakt
J. van der Veen, G. G. Vonk. Herbenoemd de
heer van der Veen met alg. stemmen.
10e. een lid der commissie van toezicht op het middelbaar
onderwijs tot nit. December 1908, wegens periodieke
aftreding als zoodanig van den heer Mr. H. Boel
mans ter Spill.
Door de commissie worden aanbevolen de heeren
Mr. H. Boelmans ter Spill, F. van Rjjsens. Her
benoemd de beer Boelmaks ter Spill met 12 St.; 1
stem in blanco.
11e. een lid der commissie van toexicht op het lagvr onder-