FEUILLETON.
DELICIA
BUI TE N LAND."
ALKMAARSCHE COURANT.
Amsterdamsche Brieven.
HILBBRTA.
Gemengde Mededeelingen.
No. 65. Honderd en Zesde Jaargang. 1904.
Woensdag 1 Juni 1904. Tweede blad.
XXXVIII.
Wellicht zonde ik deze correspondentie niet geopend
hebben met een en ander aangaande de I18de algemeene
vergadering van het «Nut", hadde ik niet nit het jongste
Dammer van dit eigen blad bemerkt, dat men er op re
kende omtrent het verhandelde een en ander van den
Amsterdamschen briefschrijver te znllen vernemen eene
verwachting, die ik niet gaarne zonde teleurstellen.
Voor niet één Amsterdammer, die in de «provincie"
eenige bekendheid heeft en nit deze en gene gemeente
wat notabelen van aangezicht kentis het omstreeks
Pinkstertjjd twijfelachtigwelk genootschap dan in de
hoofdstad zijn jaarljjksche vergadering pleegt te honden
de waardige gelaatstrekken van de heeren Nutsafgevaar-
digden ontwaart hjj telken jare opnieuw, in de ochtend
uren in den omtrek van de Weteringschans, waar de
Vrije Gemeente haar verenigingslokaal tot vergaderzaal
ten dienste stelttegen koffietjjd in de buort van Ame-
ricain en Hollandais, die voor de plattelandici torenhooge
stapels aangekleeds boterhammen beschikbaar hebben
zooals in die restaurants alleen op Nutsdagen worden
gereed gemaakt, en voor de lekkerbekken een fijn plat du
jour eindelijk des namiddags als een rjj njjvere mieren
na volbrachte dagtaak, langs Leidschestraat en Heiligen-
weg de Kalverstraat intrekkend en zich daar nederlatend
in |een der vele koffiehuizen om ook dit jaar de drukste
straat van het vasteland niet te vergeten. Want voor
vele heeren afgevaardigden is de «nutsvergadering" de
eenige jaarlijksche relatie mot de hoofdstad bovenal de
eenige gratis relatie daarmedehet afgevaardigdeschap
geeft in de plattelandsgemeenten een cachet van hoog
moreel reliefmaaren voor velen telt dit toch ook
wel, in. den volsten zin des woords is hier het nuttige
met het aangename verhonden vriendelijk wuift het oranje
bankpapiertje in de verte.
Niet dat wjj eenigen blaam op de niet-om ziende toe
wijding der geachte afgevaardigden willen werpen de
Hemel beware onsen ons zeiven zouden wij te kort
doen ons herinnerend met welk een enthousiasme wij
zeiven meermalen opgingen met onzen «geloofsbrief" in
den zak ja geachte lezers, geloofsbrief, want ons Nut is
degelijk als een Parlement. Wjj willen niets op die
toewijding afdingenal verdenken wij stellig een der
waardige gecommitteerden, die deze week op een ochtend
al tijdig in een victoria'tje behagelijk zich liet rondtoe
ren er van, dat de slimmert precies de presentielijst heeft
afgewacht en toen zijn recht op «uitkeering" gevindi
ceerd hebbend hem poetste, «voorstellen van urgentie",
en «oude voorstellen" en «nieuwe voorstellen" ten spijt.
Ja, die presentielijst is een grappig, maar ook streng
documentzjj circuleert op ongeregelde tijden het
hoofdbestuur kent zijn Pappenheimers geljjk een con
troleerend inspecteur van politieen wee hem die dan
niet op post isonverbiddelijk ontgaat hem het recht op
de «vergoeding" van wege het hoofdbestuur, behalve dat
hij in stad en dorp voor eeuwig geblameerd is. Het is
dan ook een psychologisch smulpartijtje om op een Nuts-
vergadering acht te geven op de herhaalde onderlinge
informaties der geachte afgevaardigden, «of de presentie
lijst al rond is." Men kan daar diplomaten, onhandigen,
duitendieven, accuraten enz. leeren kennen, al naar gelang
van den toon, waarop de vraag gesteld wordtsommigen
doen die zoo onschuldig en nuchter, als gold het een
handteekeningetje op oen adres aan de Koningin-Moeder
en als hadden zij niet reeds dagen te voren becijferd, hoe
de lusten en lasten tot elkaar in verhouding zouden staan.
Maar thans de vergadering zelve. Mijn relaas kan
beknopt zijn het Nut was dit jaar wat dufmen kan
merken, dat mr. Treub uit het hoofdbestuur is nieuwe
avonturen werden dit jaar niet gewaagdnoch Univer
sity-Extension noch de Sociale adviezen noch andere ephe-
merische verschijnselen, vroegen dit jaar de aandacht of
legden beslag op de kas het Nut is in ietwat kalmer
VAN
MARIE OORELLI
DOOR
30)
Emily was eene vroolijke, jonge vrouw, die niets van
die gemaakte bewegingen en airs had, die andere kame
niers zoo gemakkelijk aannemen bovendien was ze met
bart en ziel aan hare meesteres gehecht. Ze ontving de
bevelen van Delicia zeer bereidwillig, en begon toen het
kapsel van hare meesteres los te maken. Terwijl ze de
schitterende massa haar los wond en in lange golven liet
neerhangen, sprong Delicia eensklaps overeind en slaakte
een kreet van smart.
«O, mevrouw I wat is er?" riep Emily, doodeljjk ver
schrikt uit.
Delicia beefde en keek haar hulpeloos aan.
«Niets, niets," trachtte ze met|een gedwongen glimlach
uittebrengen. «Ik had zoo juist iets ontdekt, dat is
alles iets, dat ik tot nog toe niet goed begrepen had.
Nu begrijp ik het geheel o, mijn God, hoe vreese-
lijk 1 Kom, Emily, kijk nu niet zoo verschrikt.
Ik ben niet ziek, alleen maar een beetje vermoeid en
verward. Nu kunt ge wel heengaan, ik blijf liever nog
een poosje alleen. Zorg er voor, dat je me morgen bij
tjjds roept, en dat je alles netjes gepakt hebt. Wij zul
len Spartan meenemen."
«Ja mevrouw," zei Emily nog met bevende stem,
terwijl ze haar anstig aanzag. «Is u werkelijk niet ziek
Kan ik niets voor u doen
«Neen, niets," antwoordde Delicia vriendelijk. Ga nu
naar bed, Emily, en sta morgen vroeg op. Wel te
meten 1"
bedding teruggekeerd, zeker niet tegen den zin van on
geveer het geheeie «platteland", met uitzondering van
Friesland, dat steeds door zijn afgevaardigden wat afzjjdig
gehouden werd.
Het is daarom des te merkwaardiger, dat de algemeene
voorzitter, mr. J. Kruseman, in eene wel aangename maar
niet principieele rede gelijk b.v. die van mr. Treub,
prof. Drucker, D. Stork of mr. Smeenge zoo den staf
brak over de bekende Nutsavonden, strekkende tot «aan
genaam vermaak en nut", welke avonden de spr. uit den
tijd noemde en wel in die mate, dat er niet aan gedacht
kon worden en wel door niemand aan gedacht zon willen
worden tot die periode terug te keeren.
Hm, hm, zouden wij willen zeggen.
Wij hebben één grief tegen het hoofdbestuur, tegen
èlk hoofdbestuur van het «Nut" nog gehad en als wij
er zelf in zaten, zouden wij die vermoedelijk tegen ons
zeiven hebbenhet hoofdbestuur bekijkt met wat hoog
hartigheid de departementen alle zonder uitzondering
maar vooral de kleine.
Het hoofdbestuur is als de kop van den één, gezet op
het lichaam van den ander het hoofdbestuur is niet een
extract uit °de departementen, het is als een elixir, dat
den smaak van den drank wijzigt en dien drank kleurt.
Dat het zoo is is wel een beetje onvermijdelijk, maar
het springt toch sterker in het oog dan noodig of ge-
wenscht is. De hoofdbestuurders worden veel gerecruteerd
uit de bekende mannen, niet nit de bekende Nutsmannen
wij hebben op eene algemeene vergadering den voorzitter
wijigelooven prof. Dracker eens hooren zeggen ,Fdat
er hoofdbestuurders zijn geweest, die kort voor hun op
treden als zoodanig, dit verschiet geopend ziende, als lid
tot het Nut toetraden, en die nog in hetzelfde jaar, waarin
zy als hoofdbestuurder demissionnair werdenvoor hun lid
maatschap bedankten. Men s'aat nu voor een wetswijziging
het departement-Alkmaar zit in de voorbereidingscom
missie wij zouden het willen adviseeren te streven naar
eene andere wijze van samenstelling des hoofdbestuurs
thans hebben de departementen op de voordrachten van
hoofdbestuursleden slechts ja en amen te zeggen.
Juist de al te sterke centralisatie bij het hoofdbestuur
in eene maatschappijdie slechts kan leven krachtens
hare decentralisatie bij welke het hoofdbestuur o. i. niet
veel meer behoorde te zijn dan de wachter voor de poort
der bekrompenheid en van het particularisme, maakt dat
de onderlinge band tusschen departementen en hoofdbe
stuur zeer slap hangt en hier en daar zelfs werd door
geknipt of gevaar liep doorgesneden te worden.
Let eens op, hoeveel voorstellen van departementen op
eene algemeene vergadering vorden aangenomen, meestal
geen enkel of een dat geheel verwaterd werd. Dit hoofd
bestuur is altijd hoffelijk in zijn bestrijding, gepoljjst hof
felijk «het gevoelt svmpathie"«warme sympathie",
voor het voorstel van het departement zoo en zoo, het
welk door den geachten afgevaardigde die en die «met
talent en gloed" werd verdedigd de afgevaardigde
begint zich lekker te gevoelen, als hij het klappen van
de zweep nog niet kent maar het hoofdbestuur
moet bezwaar maken En het voorstel keldert zonder
pardon. Slechts eens hebben wij tegen don zin van het
hoofdbestuur een belangrijk voorstel zien aannemen, waar
dat werd verdedigd door mr. N. G. Piersou, wiens ora
torische gaven en handigheid in het debat, in dezen kring,
waar ze voor velen fonkelnieuw waren en dus diepen
indruk maakten, doorslaanden invloed hadden, nog afge
zien hiervan dat wat hij voorstelde rationeel was en in
den geest des tjjds lag.
Waar de voorzitter van dit jaar, mr. Kruseman, in
zijne openingsrede zeide te meenen, dat in de inrichting
der maatschappjj by de aanstaande wetsherziening niet
veel te wjjzigen zoude zijn, waarmede de spreker stellig
doelde op de departementen, daar zouden wij willen zeg
gen neen dèè,r niet, laat aan de departementen hun
plaatselijke evolutie laat het hoofdbestuur er van door
drongen worden, dat het Nut ook departementen heeft,
waar men de bijeenkomsten regelt «naar den stand der
maan" (nu werd er om gelachen toen een afgevaardigde
dit zeide), ja dat de bloeiendste departementen, bloeiend,
omdat ze in eene behoefte voorzien, bjjra alleen op het
platteland en in de kleine steden gevonden worden. Het
departement Amsterdam bloeit zeer stellig niet, noch zijn
instellingen, tenzij dan deze door menschen, die van die
instellingen gebruik maken omdat dit hun goedkoop
gerief geeft, maar allerminst, omdat zjj voor de grondidee
van het Nut sympathie hebben.
Overigens geeft de Nuts vergadering zelve ons geen
aanleiding tot mededeelingenhet was bijna allemaal
«kleingoed" en «overjarig."
Italië en de H. Stoel.
In ItaliS is dezer dagen iets gebeurd, dat weer heel
wat pennen in beweging brengt.
Koning Victor Emmanueldie Bologna bezocht, heeft
daar bij zich zien verschijnen Kardinaal Svampadie
het hoofd van den Staat hulde is komen bewjjzen met
volle instemming van den Paus. Wat nog nooit gezien
waskreeg men nu te Bologna te aanschouwenter
eere van het Koninkijjk bezoek waren het aartsbisschop
pelijk paleis en het seminarie met vlaggen en tapjjten
versierd.
Het bezoek des kardinaals aan Z. M. werd gebracht
in een oud galarijtuig, door bereden karabiniers om
stuwd en aan 't gemeentepaleis bewees een piket in
fanterie hem de militaire eer. De kardinaal zegende de
troepen en begaf zich naar de zaalwaar de Koning
hem wachtte. Het onderhond duurde 17 minuten en bij
't afscheid drukte Z. M. Mgr. Svampa herhaaldeljjk de
hand.
Aan 't banket des avonds zat laatstgenoemde als aarts
bisschop van Bologna aan 's Konings rechterzijde en ge
durende het geheeie maal, dat uit deferentie voor den
prelaat voor den vastendag was ingericht, onderhield Z.
M. zich met hem over den toestand zijner onderhebbende
geestelijkheid en over aangelegenbeden van kunst en ge
schiedenis de politiek werd in 't geheel niet aangeroerd.
Later keerde de kardinaal onder hetzelfde geleide als
waarmeê hjj gekomen was naar zijn paleis terug.
Het is op 't eerste gezicht niet gemakkelijkdeze
opzienbarende toenadering der Curie, of men mag wel
zeggen van Paus Pius tot den kleinzoon des «beroovers
van den Heiligen Stoel" met de nota aan Frankrjjk in
overeenstemming te brengen. Dat de verzoeningsgezind
heid des gewezen patriarchs van Venetië in den Paus
niet is ondergegaanis te begrijpen maar hoe is dit
treffend blijk dier gezindheid te rjjmen met de krasse
handhaving van de wereldlijke macht bij de Roomsche
Hoofden van Staat Is die eene soort van weörwraak
tegenover de houding der Pransche regeering? Is zjj
eene eerste poging om de pas verkregen toenadering
tusschen Frankrijk en Italië te dwarsboomen
Ziehier een enorm terrein voor gissingen dat in de
eerstvolgende weken duchtig door de internationale pers
zal worden afgegraasd.
In geen tjjden heeft het Vaticaan den bladen zooveel
stof geleverd als in de laatste dagen.
Het loon voor heldenmoed. Grootvorst Cyril-
lus van Rusland, die bjj den ondergang van het slagschip
«Petropawlowsk" ter reede van Port-Arthur op wonderlijke
wjjze het leven behield en daarna naar St. Petersburg
terugkeerde, vertoeft sinds eenige dagen te Coburg. Daér
woont Prinses Victoria Melitta, de gescheiden echtgonoote
des groothertogs van Hessen. De liefde van den 28 jarigen
grootvorst voor de ongeveer even oude Prinses is een
bekend geheim. De Czaar was eerst tegen hunhuweljjk,
uit deferentie wellicht voor den groothertog, die de broe
der der Czaritsa is. Maar thans zou, zegt men, de Czaar
zjjn verzet hebben laten varen, ter belooning van's groot
vorsten dapper gedrag tegenover den vijand en om hem
van den doorstanen schok geheel te doen herstellen.
Staaltjes van Russische verdorven
heid. Een officier van gezondheid, die ziek uit Kharbin
is teruggekeerd, hoofs verklaard, dat hjj een groot deel
van de ziekte onder de Russische troepen in Mantsjoerjje
toeschrijft aan het muffe zure meel en andere bedorven
levensmiddelen door schelmachtige leveranciers geleverd
en door veile militairen aanvaard. Voorts moeten er
naar Mantsjoerjje gezonden zjjn een 60 a 70,000 kisten
«Wel |te rusten, mevrouw!" en half met weerzin ver
liet Emily de kamer.
Toen Delicia alleen was, ging ze naar de deur en
deed die op slot. Daarna schoof ze het gordjjn weg, dat
voor de nis hing, die zjj haar bidkapel noemde en waar
een ivoren kruis tegen een purperen gordjjn hing. De
zielvolle oogen van den ljjdenden Heiland keken op haar
neerhet was als boog zich het met doornen gekroonde
hoofd tot haarde Man van Smarte, met ellende wel
bekend, en de armen aan het kruishout uitgestrekt, was
gereed haar te ontvangen snikkend viel ze op hare
knieën.
«O, mjjn God, mjjn God I" klaagde zjj. «Nu weet ik
eerst wat ik verloren heb Al mjjne lietde en al mijne
vreagdeVoorbjj, voor eeuwig voorbjj, als een bedrie-
geljjke droom Voorbjj, en wat is mg overgebleven
Niets dan de doornenkroon, Roem genaamd."
Snikkend verborg ze haar gelaat in de kussens van
haar prie dien en weende bittere, hartstochteljjke tranen,
die uit haar gewond hart opwelden en hare oogen bran
dend heet maakten. Ze schreide als een klein, ljjdend
kind, totdat zjj ten laatste, uitgeput en huiverend, het
hoofd oplichtte en den gekruisigden Christus, die voor
haar hing, aanzag.
«Ik heb hem te lief gehad," zei ze half luid. «Ik
maakte hem den afgod van mjjn leven, en nu ben ik
voor mjjne zonden gestraft. Wjj zjjn allen maar al te
zeer geneigd de groote Stem van den Berg Sinaï te
vergeten, die sprak: «Gij zult geen andere goden voor
mjjn aangezicht hebben". Ik had dat woord vergeten,
ja, bijna moedwillig vergeten Ik maakte van hem een
godhjj maakte van mjj een stuk speelgoed 1"
Ze stond op, wierp heur haar over de schouders, en
luisterde een oogenblik. Geen enkel geluid werd in het
huis gehoord, behalve de onrustige bewegingen van Spar
tan, die voor hare deur sliep.
«Ik heb van avond het gevoel van «mjjn heer" omtrent
hetgeen recht en welvoegeljjk is voor eene vrouw, ge
kwetst, door naar dien schouwburg te gaan," zei ze,
met een vernchtelijken glimlach. «Maar zjjne begrippen
over moraliteit gaan niet zoover, dat ze hem weerhouden
op dit oogonblik met La Marina te zjjn."
Haar edel gelaat drukte een onuitsprekeljjken alkeer uit.
«Arme Liefde! Arme, kleine, teere vlinder! Hoe snel
heeft eene ruwe aanraking hem gedood hopeloos ter
neergeslagen, zoodat hjj nooit weer zjjne vleugeltjes kan
uitslaan 1 Ik geloof, dat de liefde de eenige hartstocht
is, die wjj bezitten, die, eenmaal gedood, nooit weer
kau opgewekt worden. De Eerzucht leeft altjjd, maar
de Liefde is als een aloëbloei» die maar eenmaal
in de honderd jaar bloeit. Wat zal ik nu nog met dit
gebroken, verwelkte leven doen
Ze liep langzaam naar haren spiegel en keek lang en
ernstig naar haar eigen beeld.
«Arme vrouw!" zei ze medeljjdend. «Wat hebt ge n
vergist. Ge meendet uit de geheeie menscheumassa een
man gevonden te hebben, die een held was, een man
met een edel hart, een ridderljjke inborst, aan wiens
liefde en waarheid nooit getwjjfeld kon worden Een
beschermer en verdediger, die, wanneer iemand het
waagde u te belasteren, den leugenaar op den mond
zou geslagen hebben, en hem voor zjjn laster hebben
doen boeten. En wat hebt ge gekregen, inplaats van
dezen Marcus Antonius of Theseus van uwe verbeelding
Schrik niet, arme Delicia! Uw mond beeft en uwe
oogen vullen zich met tranen, dwaze tranen -— want
het is alles onzin, dat weet geGe moogt niet voor
de waarheid terugdeinzenen als het God behaagd
heeft, uwen mooien afgod voor uw gezicht in stukken
te breken, dan moogt gjj niet tegenstreven en de stuk
ken trachten opterapen, en zeggen, dat God onrecht
vaardig is. Moed, Delicia 1 Zie het ongeluk goed onder
de oogen Wat dacht ge, dat ge uit al deze pracht en
wisselvalligheid van de illusies dezer wereld verkregen
hadt? Een hart van goud een trouwen minnaar
en, zooals we zeiden, een soort van Theseus in uiterlijk
en ridderljjkheid Maar zelfs Theseus verliet Ariadne,
en in dit geval heeft uw held u verlaten 1 Het eenige
wat ge goed weten moet, gjj bedrogen schepseltje, is,
dat uw held in 't geheel geen held was, en nooit ge-