BUITENLAND
^BINNENLAND.
Honderd en zesde jaargang»
1904.
WOENSDAG
13 JULI.
Hinderwet.
Algemeen Overzicht.
Nieuwst ij dingen.
N0« 83» Eerste Blad.
ALKMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt Bias dag-, Boaderdag-
en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 3 maanden voor Alkmaak f O,SOfranco door bet
geheele rijk f 1,—.
3 Nummers f 0,O6. Afzonderlijke nummers 3 ets.
iSS
Telefoonnummer 3.
Prys der gewone advertentlën t
Per regel f O,lö. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N/V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h. HERMs. COSTER ZOONVoordam C 9.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alxmaab
brengen, ingevolge art. 8 der Hinderwet, ter openbare
kennis, dat zij bij hnn besluit van 7 Juli 1904
No. 124aan P. N. GROOT Jbz., aldaar, vergunning
hebben verleend tot het uitbreiden van een bestaande
zuivelfabriek door het plaatsen van een krachtwerk
tuig als beweegkracht voor een karn en van een Don-
keypomp ter voeding van een stoomketel in een perceel
aan den Boekelerweg nabij den Westdijk, wijk P
ongenummerd.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, G. RIPPING, Voorzitter.
12 Juli 1904. DONATH, Secretaris.
Toen wy onlangs schreven over de Presidents
verkiezing in de Vereenigde Staten van
Noord-Amerika hebben wij betoogd, dat de her
kiezing van den heer Roosevelt zoo goed als zeker is.
Sedert zijn de kansen, dat deze bewering zal uitkomeD,
nog weer vermeerderd. Want overtuigend is gebleken
op de samenkomst der Democraten te St.Lonis, dat de
tegenstanders van den tegenwoordigen President de kracht
missen om met eenig uitzicht op slagen in het strijd
perk te treden.
Als gebruikelyk is werd in deze Nationale Democra
tische Conventie een verkiezings-programma opgesteld.
Er staat daarop nogal zoo het een en anderhandhaving
der Monroe-leer, bescherming van Amerikaansche burgers
buitenlands, geen internationale bondgenootschappen, het
behond der open »deur" op handelsgebied in Oost-Azië,
geen uitzuiging der bevolking van koloniën enz. enz.
Een der hoofdnummers van het program is wel, dat
de douane-rechten moeten worden horzien en dat de
rechten verminderd moeten worden op koopwaren, die
de Amerikanen in den vreemde goedkooper van de hand
kunnen zetten. Wat deze wensch aangaat komt President
Roosevelt den Democraten al vrijwel in 't gevlei. Immers,
hij is volstrekt niet znlk een protectionist als zjjn voor
ganger mac Kinley, en 't is genoeg bekend, dat 't vooral
aan zijn optreden is te danken, dat de Senaat ten op
zichte van de donane-reehten aan Coba verschillende
concessies heeft gedaan. Bovendien dringt Roosevelt voort
durend aan op de ontwikkeling van handelsbetrekkingen
tusschen de Vereenigde Staten en vreemde landen. En
waar hg verklaard heeft, dat de protectie noodzake
lijk is tot zekere grens, mag niet uit het oog verloren
worden, dat hij nooit een eigenljjken tarief oorlog heeft
willen bevorderen en hij er naar streeft datgene, wat
nog van het onde Mac Kinley-tarief is overgebleven,
zooveel mogelijk te verzachten.
Wat de buitenlandsche politiek der Vereenigde Staten
aangaat, met nadruk zeggen de Democraten, dat 't niet
behoort tot den plicht van de regeering om zich te men
gen in de inwendige aangelegenheden van andere landen
of de beschaving der blanken aan gekleurde volksstam
men op te leggen. Met andere woordenmen verwjjt
het hnidige gouvernement do verovering der Philippjjnen
en zijn optreden op Cuba en in Columbia naar aanleiding
van de revolutie in Panama. Doch ook wat deze vragen
betreft, mag men Roosevelt niet al te hard vallen.
Immers, hij is t joist, die het streven van de imperia
listen in toom tracht te honden en die gezorgd heeft
voor het wegnemen van al het buitensporige in de over-
heeraohing der Philippijnen. De Democraten zeggen ook nog,
dat men aan Europa moet doen weten, dat de Ver
eenigde Staten nèch hnn leger nóch hnn vloot zullen
aanwenden ten behoeve van de schulden, die de volkeren
van Midden- en Zuid-Amerika met vreemde naties heb
ben aangegaan. Dit is klaarblijkelijk een verwjjt aan het
adres der regeering te Washington in verband met haar
optreden tjjdens de moeilijkheden in Venezuela. Doch
de Demoeraten verliezen hierbij geheel uit het oog, dat,
zonder de inmenging van President Roosevelt, Duitseh-
land, Engeland en Italië onget.wjjfeld heelwat krachtiger
zouden zjjn opgetreden in Venezuela, zoodat de steeds
zoo hoog gehouden Monroeleer Amerika voor de
Amerikanen I dan ernstig gevaar zou hebben geloopen.
Wélbeschouwd legt het programma der Democraten er
getuigenis van af, dat er feitelijk geen ernstige grieven
zjjn tegen President Roosevelt en de Amerikanen zijn veel
te practisch om ter wille van kleinigheden te haken naar
een changement de gouvernement, waarvan zij met volkomen
recht kunnen zeggen pat ne vaut pas la peine assurément
Nadat het program aangenomen was, moesten door de
Democraten candidaten gesteld worden. M. W. Littleton,
uit New York, stelde Anton B. Parker voor. Hjj prees
zijn candidaat, en voegde er bij dat deze niet het woord
voerde omdat hg zijn party niet wilde overheerschen,
maar dienen. Op deze woorden volgden uitingen van
groote geestdrift in de zaal en op de galerjjen. De be
tooging ter eere van Parker dnnrde bjjna een half nnr.
Daarna kwam Delmas, uit Californië, met William H.
Hearst als candidaat. Zjjn aanhangers deden, onder de
banier van Caliiornië, een ommegang door do zaal, uit
gejouwd door hnn tegenstanders, terwijl velen in 't voor
bijgaan Bryan de hand drukten. Nog werden genoemd
de rechter Cray, generaal Miles, en de senatoren Olney
en Cockerell.
Bij de eerste stemming kreeg Parker 658 stemmen
Voordat de uitslag bekend gemaakt werd, brachten Idaho
en West-Virginië hnn negen stemmen op Parker over
zoodat deze de noodzakalyke meerderheid van J/3 bereikte
Ten slotte werd een motie aangenomen, inhoudende dat
Parker's candidaatstelling beschouwd moest worden als
te zjjn geschied met algemeene stemmen.
Scherp steekt hierbij af de manier, waarop Roosevelt
door zijne partijgangers candidaat ia gesteld. Onder hen
was eenheid en geestdrift, wel de meest begeerlijke eigen
schappen om eene electorale campagne te ondernemen
De bezetting van Kaipingdoor de Ja
panners, waarvan wij nog in de rubriek »Laatste
i elegrammen'' van ons vorig unmmer mededeeling kon
den doen, maakt de positie van de Russen nog weer
heel wat ongunstiger dan zij reeds is. Want de strate
gische waarde van Kaipïog wordt, van groot belang geacht
j>Met het bezit van Kai-ping zoo schrijft o. a. de
Kölnische Zeitung zjjn alle passen welke oostwaarts
door het gebergte loopen, in do macht der Japanners,
in 't bijzonder de Hsi-fa-ling en de Tsjin-pang-ling. Ook
de Ta-ling wordt in den rng bedreigd, en het leger uit
Ta-koe-sjan, dat daar zich aansloot bij den linkervleugel
van Koeroki's armee, ban nu met goede kans op succes
westwaarts optreden, om de taak van het 2e legercorps
te verlichten. Russische schattingen stellen de vereenigde
vjjandelijke strijdmacht in deze streek op 50,000 man.
Uit een Japansch telegram bleek, dat de garde en de
10de divisie om de Ta-ling-pas gevochten haddenmaar
bovendien zullen de Japanners nog ten minste een divisie
tot hun beschikking hebben, zoodat tegen de stelling
Kai-ping—Ta-sji»tsjao op zijn minst vjjf vijandelijke
divisies hunnen convergeeren. Tegenover het oprnkheu
van znlk een strjjdmacht znllen de Russen het niet kan
nen hondenhet kustgebied tot aan Ta-sji-t9iao zal ont
ruimd moeten worden. Daarmede is dan Nioe-tsjwang en
de gemeenschap met de zee aan de Japanners overgelaten,
en deze kunnen zich een nieuw steunpunt kiezen voor
de verzorging van het leger te velde."
Tegenover zulke feiten is 't niet te verwonderen» dat
men te Petersburg steeds mismoediger wordt. En waar
is t einde 1 Men vreest, en niet geheel zonder reden,
voor de mogelijkheid dat reeds thans een sterke Japansche
legermacht bezig is, langs den weg naar Moekden op te
rukken, om Koeropatkine in den rug te vallen en zijn
verbindingsljjn met Charbin af te snijden.
Zetten de in het zuiden saamgetrokken Japansche
troepen den tocht noordwaarts langs den spoorweg voort,
en bljjven zij aanvallenderwijs optreden, dan dwingen zjj
Koeropatkine daar een goed deel van zjjn legermacht
beschikbaar te houden. Wordt er nu tegelijk, op een
gunstig oogenblik en het is te voorzien, dat de Ja-
paneers, en niet de Rossen, in staat zjjn om het oogen
blik van een grooten aanval te kiezen een beweging
uitgevoerd tegen het centrum te Liao-jang en tegen den
Rnssischen linkervleugel te Moekden, dan schijnt inder
daad de kans groot dat aan Koeropatkine de mogelijkheid
ontnomen wordt van de beste tactiek die hjj zou kunnen
volgenachtereenvolgens met een grootere macht de
Japansche afdeelingen op 't lijf te vallen. Immers, hij
zal dan zijn troepen moeten verdoelen over de 150 K.M.
lange ljjn tns3chen Kai-ping en Moekden, en zijn aldus
naar de vleugels sterk uitgerekt leger kan in dat geval
moeilijk een overmaoht stellen tegenover den vijandeljjken
aanvaller.
Het zou begrjjpeljjk zijn dat de Russische opper
bevelhebber zoo snel mogelijk het gros van zjjn troepen
noordwaarts, bij Moekden terugtrok. Maar het ligt voor
de hand, dat dan de belangrijke stellingen ten zuiden
van die hoofdstad prjjsgegeven moeten worden, en van
een poging om aan de benarde veste Port Arthureenige
afleiding ie verschaffen, is dan in 't geheel geen sprake
meer.
Met steeds meer bekommering vraagt men zich ook te
Petersburg af, o Port Arthnr 't zal kunnen uithouden.
Eiken dag wordt er hevig gevochten en aan beide zijden
zijn telkens de verliezen zeer groot. Vluchtelingen nit
Port Arthnr melden, dat de Oostelijke divisie van het
Japansche leger, geholpen door de vloot, zonder ophouden
vecht, om in het bezit te komen van de stelling, dis het
maritiem deel der stad beheerscht. De Japansche vloot
bombardeert onafgebroken en er vallen daarbij steeds
dooden en gewonden. Particuliere woningen zjjn veranderd
in ambulances. Volgens mededeelingen echter nit de
omgeving van het maritieme kamp bombardeerde do
Japansche vloot de forten in de nachten van den 2en,
3en en 4en Juli uit het Zuiden, zonder schade te ver
oorzaken.
Volgens een Ras bezetten de Japanners den top van
den Takoesjanberg in den nacht van den 6en Jnii, en
plaatsten er eene batterij. De Novih, begeleid door vier
kanonneerbooten, vertrok den 7e om deze Japansche
batterij te bombardeeren, welke door de Russische infan
terie genomen werd. De Russen beweren, dat de Japan
ners minstens tien torpedo bootjagers verloren bij hunne
poging om de Russische wachtschepen te bereiken, die
trachtten de wrakken op te ruimen der schepen, welke
de Japanners deden zinken met het doel, om den haven
ingang te versperren. De haveningang is bovendien ver
sperd door eene palissadeering, welke ontoegankelijk is
voor torpedobootjagers. Eenige aanvallen op deze Japan
sche torpedobootjagers waren bijna fanatiek, doch zij
slaagden niet. De bemanning, die zinkende was, weigerde
elke hulp.
Aan De Telegraaf wordt uit Schwerin geseind
Gisteravond had de laatste feestelijkheid ter gelegen
heid van het huwelijk van den groothertog plaats. Het
was een historisch gecostnmeerd feest, waarbij de intocht
van Johann Albrecht I binnen Schwerin werd voorge
steld. Het leverde een schitterend schouwspel op, dat
bijgewoond werd door H. M. Koningin Wiïöelmina,
Prins Hendrik en alle andere te Schwerin vertoevende
vorstelijke personen.
Op Woensdag 20 Jnli a.s., des morgens 11 uur, zal
in het Noord-Hollandsch Koffiehuis te Schagen worden
gehonden de algemeene vergadering van Burgemeesters en
Secretarissen in het Arrondissement Alkmaar.
Bij de Ned.-Hervormde Kerk waren op I dezer 173
predikantsplaatsen vacant, of 15 minder dan op 1 Januari
van dit jaar, verdeeld als volgt: Gelderland 16, Zuid-
Holland 17, Noord-Holland 28, Zeeland 8, Utrecht 6,
Friesland 39, Overjjsel 12, Groningen 26, oord-Brabant
9, Limburg 2 en Drenthe 10 plaatsen. Voor deze vaca
turen zijn nog een 40;tal candidaten beroepbaar.
De Raad der gemeente Beemster heeft een crediet van
ƒ150 toegestaan aan de «Beemster Harddraverjj-Vereeni-
ging'' voor de in Augustus a.s. te honden dravergen.
Be intocht van Generaal Van Heutsz.
Generaal van Heutsz zal niet kunnen zeggen, dat
Nederland zijn werk in Atjah niet weet te waardeeren
overal waar hjj komt is hjj met de grootste eerbewjjzen
en veel geestdrift ontvangen.
Zaterdag kwam de Generaal van Brussel te Rosendaal,
waar de ovaties en toespraken begonnen, die werden
voortgezet te Breda, Tilburg en 's Hertogeuboseh.
De meest grootsche huldebetooging had echter Maandag
plaats in den Haag. Om kwartier over elven arriveerde
daar de Generaal.
Mevrouw Cremer-Nogau bood mevrouw Van Heutsz
een bloemruiker aan, met de linten in de kleuren der
residentie, terwijl mevrouw Wijnaendts-Francken een
bouquet overhandigde aan mevrouw Colijn, de echtgenoote
van den adjudant des generaals.
Geraimen tijd ging heen met de voorstelling aan den
generaal en zjjne echtgenoote, door jhr. Van der Wijek,
van de aanwezige vertegenwoordigers der vorstelijke per
sonen en de leden der commissie.
Allereerst werd voorgesteld jhr. De Ranitz, die den
generaal namens de Koningin-Moeder gelnk wenschte
met zijn behouden aankomst in de residentie en hem
mededeelde dat H. M. haar verlangen te kennen had
gegeven spoedig den generaal te ontmoeten.
Jhr. Hooft Graafland sprak in gelijken geest namens
den Prins.
De minister van Koloniën verwelkomde den generaal
met een hartelgken handdruk.
Daarop barstten daverende toejuichingen los, terwijl de
koninklijko militaire kapel het »Wien Neerland» bloed"
speelde. Aan mevr. Van Heutsz en mevr. Coljjn werden
bonquetten aangeboden.
Een uitbundig gejuich steeg op bij het afrjjden van
den stoet; voor het Hotel des Indes" werden weder
ovaties gebracht.
Aan den ingang van dit hotel werd generaal van
Hentsz ontvangen door een daarvoor aangewezen com
missie, die hem en zjjne echtgenoote naar de allersmaak-
volst versierde receptiezalen begeleidde.
Voordat de eigenlyko ontvangst een aanvang nam werd
door een commissie in de receptiezaal binnengeleid, de
vertegenwoordiger van Hare Majesteit de Koningin, luit.-
generaai graaf Dnmoncean, chef van Harer Majesteits
Militair Huis. Deze kweet zich van de opdracht, om den
generaal namens H. M. te verwelkomen, en hem te be
richten, dat hjj spoedig na Harer Majesteits terugkomst
op het Loo bjj Hare Majesteit ontvangen zal worden.
Namens de sub-commissie van het nit 124 leden be
staande hoofdoooiité heette de heer v. d. Wiiok Zjjne
Excellentie en mevrouw Van Hentsz harteljjk welkom
en sprak namens allen den wensch nit, dat nog zeer vele
gelukkige jaren na deze blijden dag voor beiden mogen
volgen.
Voorts werd de Generaal hier toegesproken door den
luitenant-generaal Kool, die een treffende rede hield.
Generaal Van Hentsz verklaarde overweldigd te zgn
door de bewjjzen van waardeering en herdacht met di oe
fenis de gevallenen voor het vaderland, die daar in Atjeh
tot aan hun dood hun plicht hebben gedaan om te be-