Indische Penkrassen.
Een Familievloek.
FEUIEESTQ3ST.
No. 97. Derde Biad. Honderd en zesde jaargang. Zondag 14 Augustus 1904.
FL OMAN
Enfemia Gravin van Adlersfeld-Ballestrem-
ALKMAAttSCHE COURANT.
(Auteursrecht uitdrukkelijk voorbehouden.
LXX1I.
We zijn hier op Solo afgestapt in het over geheel
Indië zoo gunstig bekende Hotel Sliervooral ook beroemd
om z'n uitstekende tafel en echt vaderlandsche proper
heid. De Directeur, een gepensionneerd luitenant, heeft
z'n Inlandsch personeel op militaire wjjze afgericht en
van daar, dat deze „roemah makan" wat zindelijkheid
betreft, een unicum mag genoemd worden. Als ik nu
nog mededeel, dat het Hotel Slier zeer gunstig gelegen is
in het centrum der plaats, vlak over het fraaie fortpark
aan den grooten Postweg van Daendels en in de onmid
dellijke nabijheid van Kraton, Residentiehuis en Soos,
dan geloof ik wel, dat 't met 'n gerust geweten aan toe
risten op Java kan worden aanbevolen.
We noemden Solo, (eigenlijkSoerakarta Adiningrat),
in den aanhef der vorige Penkras een typisch Indische
plaats, doch we hadden wel mogen zeggen, de meest
typische. Hier toch is het echt nationale van den
Javaan nog bewaard gebleven, hier kan men het Javaan-
sche volksleven in zjjn zuiversten en meest oorspronke-
ljjken vorm bestudeeren. We zijn in het hartje van oud-
Mataram en het krioelt hier van hooge Javaansche per
sonages, terwijl duizenden min of meer met het Hof in
relatie staan.
Het is werkelijk zeer interessant de chic gekleede jeug
dige edellieden vol gratie, trotsch en zelfbewust voorbij
te zien flaneeren, steeds met hun onmisbare poenakawan's
(volgelingen) en den pajoeng achter zich aan. Ik zeg
tchic gekleed", maar bedoel volstrekt niet, dat fatterige
van sommige Inlandsche jongelui in de Gouvernements -
landen op de Buitenbezittingen, jongelui, die er op uiï zijn
om zooveel mogelijk de Europeesche modegekken te ko
pieeren o. a. door het dragen van afzichtelijk hooge boor
den, bonte dassen en wat de Europeesche wansmaak nog
meer in Indië importeert. Neen, op Solo zien we de zoo
flatteerende bevallige Javaansche kleeding van voorheen
nog, hier is de adellijke Javaan in zjjn uiterljjk Javaan
gebleven en ik mag er hem te liever om
Solo heeft 100.000 inwoners, waarvan een kleine 800
Europeanen (meest Indo's nog, met 90 pet. Javaansch
bloed in hun aderen 1). De stad heeft een omvang van 4
uur gaans en bestaat grootendeels uit eene verzameling
van vorstelijke verblijfplaatsen en inlandsche kampongs.
Van Europeanen en Chineezen merkt men hier niet veel,
gelukkig, want dan zou het efiect wellicht verminderen.
De hoogst eigenaardige, door meer dan 10000 mensohen
bewoonde Kraton, het verbljjf van den Soesoehoenan, de
dalem van Prins Mangkoe Negardover wien we 't later
zullen hebben, en de lusthoven der grooten van het Solosche
Hofschenken de stad een geheel bijzonder karakter.
Onafzienbare boulevardbreede lanen van tamarinden-
boomen door verschillende dwarswegen verbonden, geven
de plaats een grootschen aanblik.
Vooral de Residentielaan langs het Hotel, met hare
electrische booglampen, maakt 's avonds een heerlijk schoo-
nen indruk. Ook de Kraton en de dalem van den onaf-
hankelijken Prins Mangkoe Negara, worden dan op de
meest moderne wijze verlicht, wat vooral in het Oostersch
verblijf van Zijne Hoogheid, een zeer verrassend effect
oplevert.
Men is van plan langzamerhand geheel Solo door gloei
lampjes te bestralen en de resultaten in 't centrum ver
kregen, zijn dan ook wel geschikt om 't publiek, ook
onder de niet-Europeanen, er gunstig voor te stemmen.
De straatverlichting moet geheel uit particuliere fond-
VAN
6)
»De balken zullen vergaan zijn en de muren versleten,
daarom zal jonker Ludwig den toren wei afgesloten heb
ben," meende de opzichter. .Dietrich," riep hjj den toevallig
voorbjjgaanden jager toe, .sedert wanneer is de roode
toren gesloten? Mevrouw wenscht den sleutel te hebben."
.God beware ons," zeide de toegesprokene verschrikt,
.daar dreigt het gewelf iemand op het hoofd neer te vallen."
.En niettegenstaande dót, zal ik toch in den toren gaan,"
hernam Uraca, wier eigenzinnigheid geprikkeld werd door
den onverwachten tegenstand. .Laat het slot met geweld
openbreken."
.Dat kan hier niemand doen het is een Pransch
kunstwerk, en slechts een zeer ervaren meester zou dat
kunnen," zeide de opzichter hoofdschuddendde jager
echter stond er bjj en wischte zich de dikke zweetdroppels
van het voorhoofd, naar bet scheen van de hitte, en de
anders blozende knaap was zoo wit als een doek.
.Dan moet ge naar de stad gaan om een smid te halen,
die kan wat ik wil," gebood Uraca aan Dietrich.
.Ik ik weet niet of mijn genadige meester
stamelde hij verlegen.
Uraca verhief zich in haar geheele lengte en haar zwarte
oogen Bchoten vuur.
.Mijn wil is geljjk aan dien van uwen meester," riep
zij vol gezag. .Doe oogenblikkeljjk, wat ik beveel, of ik
laat je in de gevangenis werpen."
Na dit gezegd te hebben, verdween zij.
.0 wee, o wee," zei de zoon van den opzichter, die
als staljongen diende, .dat ziet er niet plezierig uit."
sen worden bekostigd en vooral Zijne Hoogheid tast
daarbij diep in z'n beurs
De kleine man is hier stemmig in 't donkerblauw ge
kleed, iets wat dadelijk opvalt, wanneer men van de
Soendaneezen komt, die juist in bonte kleuren hun fort
zoeken. Opmerkeljjk is het, dat de Javaan z'n vrouw vrij
wel als lastdier gebruikt, 't Zware werk is hier voor de
dochteren Eva's, terwijl de heer der schepping het zich
zoo gemakkelijk mogeljjk maakt. Gevolg, dat de dames
vroeg oud en leelijk worden, terwijl ook onder de maag-
deljjnen van de volksklasse maar zeer weinig schoone
typen voorkomen, 't Is hier net andersom als in West-
Java. üóar de mannen meestal leelijk en ineengedrongen,
de vrouwen echter beeldschoon, hier de juffers verre van
mooi, en de jongelingen met fraai besneden gelaat, pracht
exemplaren, die aan het klassieke Hindoeras herinneren.
De meisjes iu den Kraton zijn wel mooi, doch komen
bijna nooit op straat.
De schitterende ruitergroepen, die men al wandelende
tegenkomt, de sierljjke équipage's van het Hof, de kleu
rige songsong's (pajoeng's of zonneschermen), de kranig
gebouwde cavaleristen van Zijne Hoogheid, die aan Tar-
taarsche krijgers doen denken met hun zwarte koelok's,
(een eigenaardig afgeknot kegelvormig hoofddeksel, dat
ik voor 't eerst hier op Solo zag) voeren ons als in ge
dachten terug naar den bloeitjjd van Java, een eeuw of
vier geleden, naar den bloeitijd onder de machtige Hin
doe-vorsten
We werden zeer hartelijk en gastvrij ontvangen, zoowel
door Zijne Hoogheid den Soesoehoenan als door de ver
schillende Prinsen en Rjjksgrooten. Pangeran Haryo Ma-
taram had mijn komst aangekondigd en zeker had ik
niet gedacht hier zooveel sympathie te zullen ondervinden.
De jongere broeder van genoemden Prins Radhen Mas
Pandji Haryo Pinilih, bewees mij zelfs de groote eer om
zijn eerstgeborenen zoon, die juist dezer dagen op aarde
arriveerde, naar mij te noemenRadhen Mas lsmaêl
Clockener Brousson, zoodat ik, als laatst overgeblevene
van mjjn geslacht, voorloopig nog niet aan uitsterven
van mijn naam behoef te denken. Beslist toch is, dat ook
later de oudste zoon van mjjn petekind den naam Cloc
kener Brousson zal voeren.
Ik deel u een en ander alleen mede, om u er op te
wijzen, dat ik waarlijk hier niet te klagen heb over ge
brek aan vriendschap en dat komt natuurlijk mjjn
Penkrassen ten goede, want men laat mjj hier meer zien
dan ooit een geboren Solonees, ik bedoel van Europee-
schen bloede, mocht aanschonwen
Wjj treffen het bovendien al zeer bjjzonder. Juist waren
de jaarljjksche Moslimsche feesten begonnen, feesten, die
vooral in de Vorstenlanden op Solo en Djocja met bijzon-
dere plechtigheid worden gevierd. We bedoelen hier dan
de feesten in de derde maand *Moeloedvan het Moham-
medaansche jaar. Op den 12den dag dier maand toch
herdenken de Islamieten de geboorte van hun Profeet en
men zou dit feest gevoegelijk met de Christelijke Kerst
dagen kunnen vergeljjken.
Op de Noordeljjke Aloen-Aloen van den Kraton was
het zeven dagen en nachten lang sekaten of kermis, zou
den wjj zeggen.
Nu moet ik eerst even uitleggen wat we onder een
Aloen-Aloen verstaan.
Voor eiken dalem of woning van een Vorst of Regent
op Java zien we een ruime vierkante grasvlakte, door
reusachtige .heilige" waringin's omzoomd en met een of
twee van die prachtboomen in het midden. Zoo'n vlakte
nu noemen we de Aloen-Aloen "en meestal bevindt zich
aan de Westzijde dan de moskee of missigit.
De Kratons van den Soesoehoenan en Sulthan van Djoc-
jakarta hebben twee Aloen-Aloen's, n.l. een Noordelijke en
een Zuidelijke. Op die vorstelijke Aloen-Aloens mag echter
geen gras groeien en ze doen dan ook denken aan de
stoffige zandvlakten om en bjj Port Said.
Op die Noordelijke Aloen-Aloen nu was het feest, ter
eere van Nabi Mohammed.
De herdenking van 's Profeten geboortedag (Arabisch
maulid an nabi) op den 12den der maand tMoeloed" (Ara
bisch Rabial-awwal) wordt telken jare door de geheele
Mohammedaansche wereld en dus ook in Ned,-Indië min
of meer luisterr jjk gevierd. In het bjjzonder, zei ik reeds,
aan de Javaansche hoven in de Vorstenlanden.
Mohammed is op den 12den Rabial awwal van het
jaar 11 overleden en feiteljjk niet geboren. Voor het ge
mak ech er heeft men nu dien datum ook maar en pas
sant als geboortedag aangenomen en verder nog vele
andere gewichtige feiten uit Mohammed's leven op dien
zelfden 12den tMoeloed" gesteld.
Ik sprak daar van het jaar 11 en reken dan volgens
de Mohammedaansche jaartelling, die begint met de z.g.
thidjrah'' van den Profeet of de vlucht van Mekka naar
Medinah (16 Juli 622 n. Chr.)
Als ik zeg, dat vooral in de Vorstenlanden 't geboorte
feest van den Nabi met luister gevierd wordt moet men
daaruit volstrekt niet de gevolgtrekking maken, dat ze
hier op Midden-Java zoo buitengewoon vroom zjjn.
NeeD, dat is nog al een verschilletje met de Preanger
zou ik zoo zeggen 1 Ik voor mjj reken de Javanen hier
eigenlijk niet tot de Moslim's, want nog nergens in Indië
zag ik zooveel onverschilligheid in zake den godsdienst.
Vooral de adel stoort zich zoo goed als niet aan de
voorschriften. Men drinkt wijn, bier, cognac en jenever
of 't zóó hoort, neemt van de vjjf roekoen's of_zuilen van
den Islam vierkant weg geen notitie en beweert zelfs
openlijk, dat de Islam een van buiten opgedrongen leer
is. Zendingsvrienden mogen hieruit niet besluiten, dat de
Javanen gemakkelijk te kerstenen zjjn, want ook van het
Christendom willen ze maar weinig weten. In hun hart
zijn de lui, hier op Solo tenminste, echte Hindoes ge
bleven en men ziet dan ook overal nog heiligenbeelden
en Boeddha's.
Oude krissen, ja zelfs de rjjtuigen van Zijne Hoogheid
worden in den letterljjken zin bewierookt en goddelijke
eer bewezen! Ook ziet men hier, o.a. duizenden, vooral
de nog ongehuwden, zonder hoofddoek loopen, gekapt on
geveer als de Hindoes, die ik vroeger op Sumatra's Oost
kust en Atjeh mocht ontmoeten.
Mijn Maleische jongens, goede Mohammedanen, klagen
er steen en been over, dat in de waroeng's overal 't on
reine babi (varkenBvleescb) verkocht wordt en trachten
nu door extra-gebeden zich te zuiveren van de onwille
keurige bezoedeling, die hen hier bedreigt.
Dat ze 't hier niet zoo bijster nauw nemen, wist ik
trouwens reeds.
In de maand tRamadhan" tocb, de 9de maand van
het Mohammedaansche jaar, de maand, waarin volgens de
vierde roekoen (zuil) van den vroegsten morgenstond tot
na zonsondergang alle eten, drinken, rooken, pruimen van
sirih, ja elk zinnelijk genot tot slapen toe, volstrekt ver
boden is, maakte ik aan 't station te Soekaboemi kennis
met 'n paar edellieden van Djocjadie kalmweg aan 't
buffet, tot groote ergernis natnurljjk van de rechtzinnige
Soendaneezen, een paitje (bittertje) stonden te drinken
Een bittertje en dat om 1 uur in de vastenmaand, 't
kan al niet slimmer 1
De lui zjjn hier dan ook alleen tMoslim", zoodra 't pretjes
geldt, op dezelfde wjjze ongeveer als onverschillige .Chris
tenen" in Europa een heiligen dag van .hun godsdienst"
gebruiken tot 'n verzetje, als welkome gelegenheid dus
om de bloemetjes eens buiten te zetten.
Dietrich scheen in eens haast gekregen te hebben, hjj
ging naar den stal, zadelde een flink paard en scheen
gereed om weg te rjjden.
.Ik mag geen minuut verloren laten gaanieder oogen-
blik is meer waard dan een menschenleven," zeide hjj
voortdurend tot zich zeiven.
Daarop ging hjj het Blot binnen en bleef ongeveer een
kwartier in de kamer, die hjj dicht gegrendeld had, zooals
Hans, de paardenknecht, die op den gang stond te luisteren,
weldra vertelde. Deze kamer nu lag in den westeljjken
vleugel juist naast den toren, en toen Dietrich zich had
opgesloten, liet hjj door middel van een veer een geheime
aeur openspringen. Met gebogen rug ging hjj nu een
smalle trap op, die eerst achter het beschot verborgen was
geweest. Na deze eenige schreden te zjjn opgegaan, stond
hjj weer voor eene deur, die eveneens, toen hij op een
veer drukte, opensprong. Hij kwam toen in een zaal,
die wel gemeubileerd, maar bljjkbaar sedert tientallen
jaren onbewoond was geweest. Hier was in een nis een
zeer zware eikenhouten deur met ijzeren beslag en een
slot van bijzonder maaksel, waarop Dietrioh een even
vreemd uitzienden, passenden sleutel bleek te hebben
hjj verdween zonder eenig geruisch snel achter de deur.
Hans, de paardenknecht, schatte zooals wij gezien hebben
Dietrich's verblijf in zjjne kamer op een goed kwartier.
Toen dit om was, ging de jager, thans blijkbaar heel wat
kalmer dan straks, naar zjjne meesteres en deelde baar
mee, dat bjj zjjn paard gezadeld had, om naar de stad
te gaan, ten einde een smid te haleD, die den rooden toren
zou kunnen openen.
Toen dit gebeurd was, steeg Dietrich in den zadel en
reed weg.
Had bjj het gedaanzonder het te melden, hjj zou
tjjd gewonnen hebbendoch de mensch tast in het
duister en doet wat hem het best dunkt, en Dietrich,
die zjjne meesteres kendeachtte haar er wel toe in
staat, dat zjj door opgewondenheid en ongeduld de deur
met bjjlslagea zou laten openen, daarom had hjj haar
bericht, wat hjj gemeend had te moeten doen om haar
tot een weinig geduld aan t6 zetten.
Voor zich zelf wist hij evenwel, dat hjj niet naar den
smid, maar ventre-üt-terre naar de residentie, naar zijn
meester reed, en dat, wanneer hjj 's avonds niet terugkeerde
men hem zou laten zoeken, waardoor de gedachten zijner
meesteres zouden worden afgeleid en aldus een nacht zou
gewonnen zjjn.
Op deze overweging bouwde de arme jongen zjjn geheele
plan het was een wankelend en onvast fondament,
maar hjj wist er niets anders opzoo galoppeerde hij op
zjjn doel af door het zwoele woud.
De gedachtengang van Uraca had door den jager een
anderen loop genomen. Was hij niet de broeder van de
heks Kon ook hjj niet door haar betooverd zjjn, vooral
daar zij wist hoezeer hij door zijn meester geacht werd
Kon Dietrich zelfs niet in het bezit zjjn van een
toovermiddeldat hem de gunst van zijnen meester had
doen deelachtig worden en had doen vermeerderen Waar
had zjj toch haar oogen gehad, dat zij dit alles niet
eerder had bemerkt?
»Ik moet noodzakeljjk, wat Dietrich bezit eens nauw
keurig onderzoeken," zeide zjj bjj zich zeiven, .anders zal
ik geen rust hebben." Oogenblikkeljjk maakte zjj zich ge
reed om haar plan ten uitvoer te brengen. .Dat ik daar
vroeger niet aan gedacht hebLudwig Ohristoffel, mjjn
zoon, ik zelve, wij allen zjjn in groot gevaar. Laat eens
zien, de stad ligt ongeveer een uur van hier, voor het
invallen van den avond kan Dietrich met den smid niet
teruggekeerd zjjn, daar deze wel zal moeten loopen."
Zij knikte tevreden, en begaf zich naar den westeljjken
vleugel, waar zich de kamer van den jager bevond.
Zjj maakte er zich geen gewetensvraag van of het wel
geoorloofd was de kamer te gaan doorzoekenja, zjj zou
er zelfs verbaasd over geweest zijn als men haar dat recht
had willen ontzeggen, want als meesteres van het huis
meende zjj de beschikking te hebben over ljjf, ziel en
eigendom van hare onderhoorigen zoo was het in Spanje
en zoo was 't overal,
TJ ordt vervolgd.