Groote Paardenmarkt te Altmaar Indische Penkrassen. BUITENLAND^ Kermis. op Maandag 5 September a.s. No, 100. oerde wad. Honderd en zesde Jaargang. Zondag 21 Augustus 1904 Premie voor de geabonneerden op de Alkmaarsche Courant. LANDWEER. ALKMAARSCHE COURAAT. Bij den dood van President Kruger is gebleken, hoe groot hier te lande nog steeds de belangstelling is voor alles, wat tot Zuid-Afrika in betrekking staat. Trouwens, de geschiedenis van de Boeren-repnblieken zal nergens beter begrepen en gewaardeerd worden dan in het stamverwante Nederlandde zaak der Boeren is voor een belangrijk deel ook die van ons volk. Daarom verheugt 't ons zeer, dat wij in de gelegen heid zijn aan onze lezers, by wijze van premie, een Standaardwerk aan te bieden, waarin de historie van het Afrikaner volk door volkomen bevoogde hand is ge schetst. Dit werk, algemeen door de Nederlandscha en Afrikaansche pers geprezen, heet J. P. Van Oordt, Paal Krnger en de opkomst der Znid-Afrikaansche Republiek. Dit werk, rnim 900 bladzijden groot, 4° formaat, met portret van Panl Krnger, is in prachtband gebonden en bieden wij thans onzen lezers aan tegen den aanzienlijk verminderden prijs van f 2.50 (de gewone prijs is f 9). Iïet boek mag in geen gezin ontbreken, waar de ouderen voor de zaak der Boeren sympathie koesteren en waar de jongeren ook met graagte zullen kennis nemen van de roemvolle daden van het nn, helaas, geknechte heldenvolk. Er spreekt uit deze historie een geest van energie, die voor de vorming van het opkomende geslacht niet anders dan heilzaam kan zijn. Ingevolge de overeenkomst, die ons in staat stelt tot dit voor onze lezers zeer mooie aanbod, geldt het voor slechts enkele weken. Daarom is 't raadzaam zoo spoedig mogelijk tot ons de bestellingen te richten op onder - staand biljet. Alkmaar, De Uitgevers 15 Aug. 1904. van de Alkmaarsche Courant. De BI1R6E1HËE8IE1B der gemeente ALK MAAR herinnert den verlofgangers der Militie van de lichting 1896, die bestemd zijn op 1 Augustus a.s. naar de landweer over te gaan aan hunne verplichting om zich na 1 Augus tus a.s. doch vóór of op 30 Augustus d.a.v. ter gemeente-secretarie aan te melden onder overlegging van hun militair zakboekje. Alkmaar, Do Burgemeester voornoemd, 14 Aug. 1904. G. RIPPING. KENNISGEVING. Het HOOFD van het Plaatselijk Bestuur te Alkmaar brengt op grond van artikel 1 der Wet van 22 Mei 1845 (Staatsblad No. 22) ter kennis der ingezetenendat hem ingekomen en aan den Ontvanger der Rijks directe belastingen binnen deze gemeente ter invordering is overgegeven het kohier der bedrijfsbelasting No. 6, voor het dienst jaar 1904/5 executoir verklaard door den Directeur der directe belastingen in Noordholland te Amsterdam den 16en Augustus 1904 dat ieder verplicht is zijn aanslag op de bij de Wet bepaalde wijze te voldoen en dat heden ingaat de ter- mjjn van zes weken binnen welken daartegen bezwaar schriften kunnen worden ingediend. Alkmaar, den 17en Augustus 1904. Het Hoofd van het Plaatselijk Bestuur voornoemd G. RIPPING. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente ALKMAAR brengen ter algemeene kennis dat in het Gemeenteblad van Alkmaar No. 174 is opgenomen het besluit van den Raad dier gemeente van 10 Augustus 1.1. No. 9waarbij is vastgesteld eene Wijziging der verordening op het benoemen en ont slaan van sommige gemeente ambtenaren en bedienden. Welke verordening, heden afgekondigd, gedurende drie maanden voor een ieder ter lezing is nedergelegd ter gemeente-secretarie en aldaar tegen betaling van f 0,05 in afdruk is verkrijgbaar gesteld. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Alkmaar, G. RIPPING, Voorzitter. 18 Aug. 1904. DONATH, Secretaris. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alkmaar brengen ter algemeene keunis, dat de kermis dit jaar zal gehouden worden van 87 Augustas tot en met 41 Sept a s. dat de regeling van staanplaatsen en van hetgeen verder met de kermis in verband staat, opgedragen blijft aan de gemeente-politie dat de loting voor de niet verpachte staanplaatsen zal plaats hebben aan het politie bureau op Woensdag 84 Augustus a.s., des voormiddags ten lO ure dat de straatmuziek zooveel mogelijk zal beperkt worden en niet meer dan vijf draaiorgels zullen worden toegelaten en dat op Maandag 5 September a.s., des morgens, een aanvang moet worden gemaakt met het afbreken en opruimen der kramen, tenten en uitstallingen. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Alkmaar, G. RIPPING, Voorzitter. 19 Aug. 1904. DONATH, Secretaris. (Auteursrecht uitdrukkelijk voorbehouden LXXI1I. Het was mij bekend, dat als men tot Zijne Hoogheid den Soesoehoenan wenschte te worden toegelaten, steeds welwillende tusschenkomst van Residentswege noodzake lijk was. Den eersten morgen na mijn aankomst op Solo, kleedde ik mij dan ook in de groote tenue van gepensionneerd Luitenant der Nederlandsche Infanterie en maakte ik aldus mijne opwachting bij den heer W. de Vogel, een uiterst voorkomend prettig mensch, die als echt hoveling, geknipt schijnt voor de zoo kiesche en moeilijke betrek king van ouderen broeder des Soesoehoenan s." Na een zeer aangenaam onderhoud van meer dan anderhalf uur, waarbij ik van den Resident reeds dade - lijk vele nuttige wenken mocht ontvangen, beloofde Zijn Hoogedelgestrenge mij, moeite te zullen doen, om nog gedurende de feestweek audiëntie voor mij te ver- krijgen. Hij vreesde echter, dat ik zou moeten wachten tot alles goed en wel was afgeloopen. Intusschen scheen Zijn Hoogheid reeds van ter zijde mijn komst vernomen te hebben en als trouw lezer van de d Bintang Hindia", zeker naar spoedige kennismaking te verlangen. Hoe het zij, wie schetst mijne verbazing en verrassing, toen ik thuiskomende van het Residentie huis, een bericht in het Hotel vond, dat de vloean Soenan" nog dienzelfden avond mij om 9 uur op de Sekatën ver wachtte en mij door den Kolonel-Commandant Zijner troepen Radhen Mas Haryo Koesoema Winata in Zijn rijtuig zou doen afhalen. De Directeur van 't Hotel vertelde mij, dat de d Soenan" gewoon was, gedurende de skermisweek" iederen avond op t feestterrein rond^ te rijden en dat wel in gezelschap van de Toean Ratoe (Keizerin) en al het gevolg. Hij gaf mij dan ook den goeden raad om vooral in groot tenue te gaan. Ik zeg vgoeden raad", omdat mij later herhaal delijk bleek, hoe veel de Soesoehoenan en ook de andere Solosche grooten op uniform gesteld zijn. Ik geloof dan ook zeker, dat 'k mijn prettigen omgang met het Hof, voornamelijk te danken heb aan de witte pluim, den rooden kraag en de gouden kwasten mijner fouragères. Een feit is 't. toch, dat bij alle invitatie's voor rijtoeren, muziek- en tandak-avondjes enz., die ik sedert ontving, steeds de tenue nauwkeurig werd opgegeven en dat ik zelfs al eens in de eenvoudige exercitietuniek Kraton- waarts ben getogen, omdat Zijne Hoogheid ook met de laatste uniformwijziging in Holland kennis wilde maken. Doch laat ik beginnen bij het begin en u dan mede- deelen, dat de Kolonel der Kratontroepen met militaire stiptheid, klokslag 9 uur voorreed. Radhen Mas Haryo Koesoema Winata, een stevige vijftiger, was gekleed in de vroegere uniform van de Indische Infanterie. Hij woonde indertijd, samen met wijlen Pangeran Haryo Mataram, de Kroningsfeesten in Holland bij en informeerde dan ook bij de eerste kennismaking al dadelijk vol belangstelling naar vele civiele en militaire autoriteiten, die hij toenmaals inpatria had leeren kennen. Binnen weinige minuten bereikten we de Aloen Aloen waar de kermispret in vollen gang was. Als ik hier 't woord „kermispret" gebruik, dan druk ik mij volkomen juist uit, want de Seiatèn is feitelijk niets anders dan een kermis. Evenals in Holland toch ziet men er draaimolens, schiettenten, kiekspellen, bioscopen, ververschingskramen, enz. enz.;^ evenals in Holland kan men er aan allerlei prullen zijn geld kwijt raken en heeft men er geheele rijen van kramen, gevuld met speelgoed voor de kinderen, die er ook al net als in patria blij gemaakt kunnen worden met een bromtoleen doosje Japansche en Russische soldaatjes, een blikken sabeitje, een schreeu wende pop enz. Ook hoort men overal, juist als in Holland, de valsche muziek van draaiorgels en schorre koperinstrumenten, ja zelfs de op piepertjes blazende straatjongens, hier natuurlijk half naakt en barrevoets, ontbreken niet op 't alignement Eén groot verschil echter zal elk Europeaan dadelijk moeten opvallen 1 Men ziet en hoort hier geen lieder lijkheden, men vecht hier niet en komt hier geen heel- of halfbeschonken ruziemakers tegenDe Javanen weten kalm en waardig feest te vieren en, naar de Kolonel mij mededeelde en later mij de Resident be vestigde, waren slechts 6, zegge zes politiemannen van den „Soenan" en ééne patrouille van 't Legioen van Prins Mangkoe Negara met de handhaving der orde belast, terwijl volgens mijne overtuiging zelfs dit „machtsvertoon" nog geheel overbodig was, eene over tuiging, blijkbaar ook gedeeld door de twee politieagen ten, die ik, al zoo gemoedelijk mogelijk, elk op een leeuw in 'n draaimolen zag zittenStelt u zoo iets nu eens voor op de Rotterdamsche kermis Doch laat ons Zijne Hoogheid niet vergeten. De „Keizer van Javcü' vraagt nu verder onze aandacht. Al heel spoedig dan moest het rijtuig stil houden en merkten we aan de groote massa eerbiedig neergehurkte Javanen, dat we ons dicht in de nabijheid van den vorstelijken stoet bevonden, We stapten dan ook uit en baanden ons een weg door de menigte, om ons plotseling, bij het omslaan van een hoek, vlak tegenover het door een zwerm ruiters omgeven rijtuig van den „Toean Soean" te bevinden. Het Vorstenpaar en twee zeer mooie prinsesjes waren gezeten in een fraaie équipage, bespannen met 'npaar prachtige Arabische volbloeds. De Soesoehoenan wenkte dadelijk vriendelijk lachende met de hand en toen ik, na een stram militair saluut, al buigende genaderd was en juist mijn mooie in het hotel gememoriseerde Maleische speech wilde gaan afsteken, begon de opgewonden Vorst me dadelijk in korte stootende zinnetjes 'n welkom op Solo toe te roepen, me vriendschappelijk blij de hand te schudden en aan de Keizerin en de mooie prinsesjes voor te stellen met de woorden „Hier heb je nou dien luitenant van de Bintang Hindia!" Dadelijk daarop een gebiedend „stap in en rijd mee!'' natuurlijk alles op z'n Maleisch. Ik wist eerst heusch niet zoo gauw hoe ik 't had, stamelde zoo wat van te veel eer en zette me toen<hls in een droom naast de bekoorlijke poetri's neder, vis d vis het Vorstenpaar. Veel tijd tot droomen liet Zijne Hoogheid me echter niet. Het regende dadelijk vragen en opmerkingen van allerlei aard Of ik Solo mooi vond of Bandoeng mooier was dan Solo hoeveel abonné's de Bintang Hindia nu al had of ik van Solo ook iets in de Hollandsche cou ranten zou schrijvenhoe oud of ik al washoeveel soldaten Hare Majesteit de Koningin er wel op nahield of 't waar was, dat de Soewami Baginda (Prins Gemaal) naar Java wilde komen of de Prins dan in de Kraton zou willen logeerenof Hare Majesteit nu weer geheel hersteld was of de Koningin misschien mee zou ko men hoe oud of ik Hem, den Soesoehoenan, wel tax eerde, Ddertig ymeen mis hoor, négen en dertig, ik zie er nog erg jong uit, niet of ik wel wist dat Zijne Hoog heid zeer liberaal was, veel liberaler dan de Sidthan van Djocja en dat Hij al Zijn kinderen naar de Hollandsche school zondof ik dacht, dat Zijn beide zoontjes nu bijna in Nederland konden zijn, dat Hij wel eens met ze mee had gewild, doch dat een vorst nu eenmaal lang zoo vrij niet was als 'n gewoon menschof er geen gevaar bestond, dat anarchisten Zijn zoontjes zouden vermoordenwaarom de Vorsten in Europa al die slechte menschen toch niet opsloten dat Java dan toch maar een goed land waswie of 't op den duur wel zouden winnen, de Russen of Japannersof de Russen ook blank waren, net als de Nederlandersof de Ko ningin Zijn zoontjes niet eens zou willen zien in Haar paleis of ik de Sekaten niet erg gezellig vond waarom ik toch zoo'n moeilijken naam had; of mijn vader ook militair wasof ik de Koningin wel eens gesproken hadof Hare Majesteit werkelijk op Hare portretten geleek; waarom of ik zoo jong reeds pensioen had ge kregen of ik al wist, dat Zijne Hoogheid Generaal Majoor van het Indische Leger wasof ik dacht, dat Zijne Hoogheid ook 'n uniform mocht dragen van de Generaals in Nederland, dat Hij er al vast maar een bij Mouwen in Breda besteld had, dat Hij die epauletten met franje zoo erg mooi vond, of ik dacht, dat Hem die nieuwe uniform goed zou staanof ik de nieuwe re glementen ook al kende, dat Hij ze bestudeerd had waarom die reglementen toch telkens weer veranderd moesten worden, dat dit zoo erg lastig was voor Zijn Kraton-officieren, die de oude reglementen niet zoo ge makkelijk weer konden verleerenwaarom of men b.v. »met verdubbelde rotten" in smet vieren" had veran derd, dat 't er in den oorlog toch niet toe deed waarom of ik in groot tenue geen sjerp droeg, of 't prettig was om tegen de Atjehers te vechtenof ik er wel eens eentje had gedood of ik niet bang was geweest als ze schotenof soldaten nooit bang waren dat Hij wel de gelijk bang zou zijn, dat 't leven toch veel prettiger was dan de dood, tenminste als men vorst was dat Hij wel eens voor een paar jaar een Hollandsche Heer zou willen wezen, doch dan ook in Holland, niet hier of de vrouwen in Holland net zoo mooi waren als in Parijsdat Hij gehoord had, dat ze daar heel erg mooi moesten zijnof ik wel wist hoe die en die en die rid derorden heetten, trotsch toen wijzende op het Comman deurskruis van den Nederlandschen Leeuw, het Comman deurskruis van de Siameesehe Kroonorde, het Comman deurskruis van de Belgische Leopoldsorde enz., (de andero kruisen ben ik heusch weer vergeten) en zoo ging 't steeds voort, daarbij voortdurend Zijne groote nieuws gierige oogen als gehypnotiseerd op mij gericht. Bij elk antwoord, met eene lichte buiging gegeven, kwam er dan een snel herhaald y>soo, soo, soo, soo, soo 1" uit den Keizerlijken mond. In de volgende Penkras zal ik de lezers nog meer van deze eerste zoo belangwekkende ontmoeting met Zijne Hoogheid mededeelen- Solo Lfc. Clockener Brousson. b.d. Dc sluiting van het JHngelschc Parlement. De Engelscbe Parlementsleden treffen 't nietnn het mooie zomerweer voorbjj schijnt te zijn, hebben zy eerst vacantie gekregen. Te harder is dat, waar een tijd van verlof hnn minstens evenzeer toekomt als een journalist, die maar altjjd produceert, wat toch zonder een behoor lijke rusl-periode kwalijk is vol te houden. Zoo'n Parle mentslid heeft nog in een ander opzicht overeenkomst De ondergeteekende teverzoekt franco toe zending van het als premie door de Alkmaarsche Courant uitgeloofde StandaardwerkJ. F. van Oordt, Paul Krnger en de opkomst der Znid- Afrikaansche Republiek, tegen betaling van f 2.50. Woonplaats en datum Naam

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1904 | | pagina 9