Dit nier Mul uit 3 Diaflen.
SCHOUW.
No. 116. fierste blad. Honderd en zesde Jaargang.
1904.
ZONDAG
25 SEPTEMBER.
Woensdag 12 October,
tijdelijke Onderwijzeres.
BUITENLAND.
BINNENLAND.
JAARLIJKSCHE SCHOUW, over
Algemeen Overzicht.
Gemengde Mededeelingen.
Nieuwst ij dingen.
ALKMAARSCHE COURANT.
Deze Oourant wordt öimsdag-, Doaderdag-
sa «atesrdagavffiad uitgegeven, Abonnementeprp
per 3 maanden yoor Alkmaar ff ©,88franco door het
gebeele rjjk t 1,
Nummers ff 0,00®. Afzonderlijke nummers S ets.
VelefoonnuHiater 3.
Prlts der gewone advertentlën t
Per regel Groote letters naar plaatsruimte.
Brievon franco aan de N/V. Boek- en Handelsdrukkerij
r/h. HERMs. COSTER k ZOONVooidam 0 9.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente
ALKMAAR brengen bij deze ter kennis van belang
hebbenden, dat op
dezes jaars, door den opzichter over den Hout en de
Plantsoenen zal worden gehouden de
De oude Zandersloot, beginnende bij het brugeetje
in den Kennemersingel tot aan de zoogenaamde nieuwe
Plantage. Vervolgens de sloot loopende van genoemd
bruggetje langs den Kennemersingel tol de Verlaatjes-
bruggen en vandaar tot do tweede brag in de Lindenlaan.
De sloot langs Egelenburgerlaan en Ropjeskuil tot
den weg naar de begraafplaats.
De Ringsloot om de Cadettenschool.
De Bleekersloot loopende van den Nieuwlandersingel
tot daar, waar die sloot zich vereenigt met de nieuwe
Zandersloot en verder deze sloot geheel tot aan de
banscheiding pan Heiloo.
De sloot, loopende van de baanhuizen, buiten de
Nieuwlanderbrug, tot de brug buiten de voormalige
Boompoort aan het Kanaal.
Wordende alle eigenaars of gebruikers van perceelen,
aan en langs die slooten liggende, aangemaand om
van de gezegde slooten, en wel ieder voor zooverre
zijn eigendom zich daar langs uitstrekt, de kanten af
te maaien, het kroos en afgemaaide op te halen, alsmede
die slooten uit te diepen en het zand, beuevens den
modder, te hunnen koste, ter weerszijden daaruit op
te halen, alles op zoodanige diepte ea onder die boete
en strafbepalingen, als bij de bestaands verordeningen
zijn vastgesteld.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, G. RIPPING, Voorzitter.
23 Sept 1904. DONATH, Secretaris.
een jaar een
Sollicitanten gelieven zich onder overlegging van de
vereischte stukken zoo spoedig mogelijk in ieder geval
voor Woensdag 28 September a.s., aan te melden bij
het hoofd dier schoolden heer T. 1JPMA.
Bevolking.
Onderstaande persoon wordt verzocht zich ten spoe
digste ter secretarie dezer gemeente aan te melden (afd.
Bevolking)
Jannetje Gootjes, dienstbode, geboren 13 November
1882 gekomen uit de gemeente Oudkarspel.
Het verdrag, tusBchen kolonel Younghusband, Engelands
vertegenwoordiger en den Nationalen Raad van Thibet
geslotoD, is vroeger bekend geworden dan men had mogen
verwachten.
Dat zit aldus in elkaar.
Terstond na de onderteekening is een afschrift van het
tractaat toevertrouwd aan een koerier, die ondar ge
wapende geleide is gezonden naar Simla om het stuk
van daar aan den waarnemenden gonvernenr-gereraal van
Engelsch-Iodië te doen toekomen. Eerst deze zal offi-
cieele mededeeling van den in hond doen aan de Engel
sche regeering, waarmee nog wel eenige tijd zal ver-
loopen.
Wat is er echter gebeurd. De Chineesche amban te
Lhassa heeft zich gehaast de overeenkomst in afschrift
aan zijne regeering te Peking mee te deelen. Daar zetelt
echter ook een correspondent van de Times en dezen is
't bljjkbaar gelukt op eenigerlei wijs dit afschrift onder
de oogeu te krijgen. Onmiddellijk heeft deze correspondent
de bepalingen aan zijn blad geseind, daarmee aan de
Times een heel aardig journalistiek buitenkansje ver
schaffend.
Er bijjkt uit dat het tractaat, behalve de inleiding, uit
tien artikelen bestaat. Thibet verplicht zich teu dienste
van den handel met Engelsch-Indië, markten open te
stellen te Yatoeng, Gyangtse en Gartok. Dit is een der
voornaamste bepalingen van bet tractaatwant om de
handelsbetrekkingen tusschen Indië en Thibet, die door
de regeering te Lhassa bemoeilijkt werden, is de expeditie
eigenlijk begonnen. Maar daarnaast komt de bepaling,
dat zonder goedkeuring van Engeland geen Thibetaansch
grondgebied mag worden verkocht of verpacht, dat aan
geen mogendheid mag worden toegestaan zich te be
moeien met de binnenlandsche aangelegecheden v >n Thibet
en dat geen buitenlandsche mogendheid het recht zal
krijgen in Thibet wegen, spoorwegen en telegraaflijnen
aan te leggen of mijnen te explo taeren.
't Behoeft geen betoog, dat deze laatste bepalingen
rechtstreeks tegen Rusland gericht zijn. En er mag wel
bij gevoegd worden, dat Engeland zich stellig niet ver
meten zon hebben dergelijke concessies af te peisen,
wanneer Rusland de handen niet zoo vol had in Oost-Azië
en dus weinig geschikt is tot verweer. Immers, het tot,
hiertoe door Rusland bezeten recht om in de Thibetaansche
aangelegenheden een woordje mee te spreken is daardoor
geschonden.
Te St. Petersburg wordt deze loop van zaken dan ook
met leede oogen aangezien. Men beweert er, dat Engeland
te vroeg juicht, wijl de Dalai Lama het tractaat niet
heeft geteekend en deze zich niet zonder strijd zal laten
berooven van de macht te Lhassa. Br vendien zullen de
Mongolen de beleediging van hunne religieuse gevoelens
door het binnendringen der Engelsehen in de heilige
stad, op allerlei wjjze wreken.
Op dit oogenblik verhengen de Engelschen zich zeer,
dat zij den Russen zulk een poets hebben gebakken. Maar
't is niet zeker, dat wie heden lacht dat ook morgen zal
doen. Zoodra Rusland zijne handen niet meer zoo ge
bonden heeft, zal wel een van de eerste werkzaamheden
zijn het zoeken van vergoeding voor de weinig ridderlijke
wijze, waarop Engeland 't heeft bestookt in dagen van
nood.
Het Thibet-tractaat zal stellig nog meer van
zich doen spreken.
De Japanners verhengen zich dag aan dag in het
voor uitzicht van den grooten slag, die nabij
Moekden staat gevochten te worden. Zij twjjfelsn er niet
aan, of zij zullen daar opnieuw zegevieren. Generaal
Oyama moet met de onlangs ontvangen versterkingen
thans beschikken over 310.000 man met 840 stukken
gesehut, die ruimschoots voldoende worden geacht om de
Russen bjj Moekden te verslaan en hun den terugtocht
af te snijden.
Hit den aard der zaak hebben al dergelijke voorspellin
gen weinig waarde. Was de zaak zoo eenvoudig, dan zou
generaal Koeropatkiue aan wiens strat»gieche bekwaamheid
nu toch wel niemand meer twijfelt, stellig niet stand
honden en veiliger oorden opzoeken. De eerstvolgende
dagen zullen ons wel lseren, of den Japanner hier eindelijk
het >halt" zal worden geboden.
Z:ch te wagen aan voorspellingen omtrent het lot
van P o r t A r t h u r is, na al de onvervulde profetieën
in dezen oorlog, zeker niet geraden. Men zon zoo zeggen,
dat de toon in de laatste telegrammen uit de benarde
veste veel minder hoopvol klinkt, wat aanleiding geeft
tot de vooronderstelling, dat men hier staat voor het
begin van het einde maar de uitkomst kan niettemin
wel gansch anders zjjn.
De vrouw van een Russich officier, die uit Port Arthur
te Tsji foe is aangekomen, roemt zeer den arbeid in de
Russiche hospitalen aldaar. Er zijn 3 verpleegsters op elke
honderd man. De dames houden zich bezig met het maken
van kleeren voor de soldaten, terwijl de armere vrouwen
aan de waschknip staan. Er moeten geen besmettelijke
ziekten binnen de vesting beerschen. Do mannen, die door
Japansche geweer- en machine geweerkogels worden ge
troffen, herstellen spoedig, wat te danken is aan hst
zeer kleine kaliber van de projectielen. Veel menschen
bezwijken aan den steek van groote vliegen, die lij ken ver
gif .op levenden overbrengen. Een dokter, die door zoo'n
insekt gestoken was, hieuw zichzelf dadelijk den duim af,
maar stierf toeh nog aan bloedvergiftiging. De oude stad
is bijna geheel vernield. Maar het verlies aan menschen-
levens is desniettegenstaande betrekkelijk gering. De
Japanners hebben op zekbren keer 57 granaten verschoten
tegen een Russische batterij, zonder dat een enkele raak
was geweest. Het garnizoen is goedsmoeds. Wanneer de
menschen na een driedaagscben dienst nit de schansen
terugkomen, zingen en schertsen zij, al zijn er ook vele
van hun kameraden gevallen.
Uit Tsjifoe wordt aan de Daily Mail geseind, dat de
Japanners te Port Arthur nieuwe Kanonnen hebben opge
steld in de pas vermeesterde stellingen.
Volgens verklaringen van Japansche gevangenen, zouden
de zware stukken van de blokkade-vloot erg hebben
geleden bij bet voortdurende vuren onder een hoogen
hoekdientengevolge is de aanval uit zee verzwakt.
De Chineezen zeggen, dat er honger goleden wordt te
Port Arthur, maar dat men de vreemdelingen die heen
gaan, van goede bleeien en voedsel voorziet, om deze
beweringen te schande te makeD.
Engeland en Thibet. Uit Petersburg wordt aan
de Köln. Ztg. gemeld, dat het Engelsch-Thibetaansch trac
taat in gansch Rusland hevige verontwaardiging te weeg
brengt. Zelfs van liberale zijde wordt de wenschelijkheid
van een oorlog met Engeland betoogd, zegt do correspon
dent. Ook de Russ, het tot dusver Engelsch-geziude blad,
vaart heftig uit tegen de leugenachtige en onbetrouw
bare houding dor Eogelsche politici. Naar aanleiding
van de uitdrukking van den minister Brodrick, dat het
Britsch-Indische leger op alle eventualiteiten voorbereid
behoort te zijn zegt de Nov. Vremya «Ook wij zijn
gereed
Men zie in velband Kermee ons bnitealandsch over
zicht.
H. M. de Koningin en Z. K. H. de Prins der Neder
landen stellen zich voor, Zaterdag den len October naar
Mecklenburg te vertrekken.
H. M. en Z. K. H. hebben het voornemen den eersten
tjjd van hun verblijf in het buitenland door te brengen
op het landgoed Dobbin van Z. K. H. den Prins.
In de nienwe wet op het hooger onderwijs, die binnen
kort bjj de Tweede Kamer zal worden ingediend zal,
naar de Res.-Bode verneemtnie*1 meer voorkomen da
subsidie van f 100.000 aan bjjzondere universiteiten ter
tegemoetkoming in de kosten van gebouwen. Om de zaak
principiëel zuiver te houden zou deze bepaling zijn ge
schrapt.
Tot lid van den Gemeenteraad van Blokker is gekozen
de heer K. Schouten Az. met 144 van de 250 uitge
brachte stemmende heer A. Laan verkreeg 100
stemmen.
Op de Begrooting voor Binnenlandsche Zaken is o. a;
f 300 uitgetrokken (als de helft der geraamde exploitatie
kosten) om de exploitatie van een nieuwe'visscherjjschool
te Enkhuizen mogelijk te maken.
Het Volk deelt mede dat de soc.-dem. Kamerfractie
Donderdag hare honderdste clubvergadering hield ge
durende het ministerie-Kuyper. Besloten werd o. a. dat
de heer Hugenholtz bij het adresdebat de houding van
den minister van marine jegens den Matrozenbond ter
sprake zal brengen waarvan den minister schriftelijk
kennis is gegeven.
Kersfe Hamer.
In de Vrijdag gehouden zitting bracht, bij de behan
deling van het Adres van antwoord op de Troonrede, de
heer Yan Houten de ontbinding der Eerste Kamer
ter sprake.
Nagaande de medewerking der Eerste Kamer aan de
wetgeving, oordeelde de Spreker, dat de taak dezer
Kamer is de zorg voor de beginselen der wetgeving.
Door die zorg der vorige Kamer is de ontbinding ont
staan. De Kamer had geen stroo aan do Regeering in
den weg gelegd. Het verschil tusschen haar en de
Regeering betrof een ondergeschikt punt in de wetgeving.
De Regeering had kunnen doen zooals hare voorgangster
deed bij de Ongevallenwet.
Spreker betre rt, dat de Regeering om een dusdanig
geschil tot ontbinding heeft geadviseerd. Waar moet
het heengaan, als elk geschil beschouwd wordt als een
conflict? Bij de aanstaande Drankwet staan wij dan
weder aan hetzelide bloot. De materie, waarover het
geschil ontstond, mocht geen aanleiding zijn tot ont
binding, want er was geen zweem van geschil tusschen
Kamer en Kroon. Het was hier eenvoudig een zaak van
„gouverner' en niet van „regner".
De aanleiding kan alleen gezocht worden in den
persoon des Ministers, die èn Minister èn hoofdleider
van verkiezings- en persbureaumisschien zelfs van
eene verkiezingspartij is. Dat sam nvereenigd zijn van
Minister en „grand-electeur'' moet op het gezichtspunt
van den Minister van schadelijken invloed zijn.
Geheel in strijd met den geest der Grondwet, achtte
spreker 's Ministers optreden als „grand-electeur".
Yreezende voor risico der volgende verkiezingen, maakte
hij zulk een haast, maar hij had de Kroon daarbuiten
moeten houden. De Regeering heeft de verantwoorde!ijk-
he d op zich genomen voor een roekelooze daad. Zelfs
behoorlijke tijd van beraad werd niet gegeven.
In verband met deze qnaestie vroeg spreker naar oen
uitslag van het toegezegde onderzoek nopens het bekende
„communiqué' in de bladen.
De heer Van den Biezen betwistte, dat het hier een
ondergeschikt punt betrof. Het gold de vrijmaking van
het Hooger Onderwijs, welke gelegen was in het
regeerings-program. Het kwam juist aan op het verkrij
gen van een effectus civilis. Als er een vast tijdstip was
om de Kroon te adviseeren tot ontbinding, dan was het
hier. Voor aftreding was geen reden. Spreker begrijpt
niet hoe de heer Van Houten Minister Kuyper durft
vergelijken bij een reus op leemen voetstuk, terwijl de
li erale partij leeft bij genade der socialisten.
De heer Van Zinnicq Bergmann oordeelde eveneens,
dat het voor de Regeering plicht was tot ontbinding te
adviseeren. Het was geen punt van ondergeschikt belang;
was dit wel het geval geweest, dan had de liberale
partij de Hooger Onderwjjswet daarvan niet afhankelijk
moeten maken. Neen, het geldt eene belangrijke quaestie
trouwens, reeds lang te voren is van liberale zijde
gezegd, dat aan het betrekkelijk punt een belangrijke
politieke strekking is vastgeknoopt. Het punt in quaestie
heeft dan ook vooral belang gekregen door de houding
der 1 bcralen in de Kamer.
De heer Godin de Beaufort verdedigt eveneens, dat
tot ontbinding is geadviseerd. Die ontbinding was geens
zins in strijd met den geest der Grondwet Nooit heeft