Oil iiror Maat oit l Maden No. 122. derate Blad. Honderd en zesde jaargang. 1904. ZONDAG 9 OCTOBER. Gemeenteraad van Alkmaar Hinderwet. BUITENLAND. BINNENLAND. Algemeen Overzicht. Nieuwst ij dingen. Gemengd Nieuws. ALKMAARSCHI COLRAAT. Deze Oourant wordt Dinsdag-, Donderdag en Katerdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f O,SOfranco door het gebeele rjjk 1 1, 3 Nummers t O,OS. Afzonderljjke nummers ets. Telefoonnummer 3. Frfjs der gewone advertentlën i Per regel igOjltt, Groote letters naar plaatsruimte. Brieven frjanco aan de N/V. Boek- en Handelsdrukkerij v/h. HERMs. COSTER Si ZOONVoordam 0 9. op Woensdag, 18 October 1901, des namiddags te één uur. Punten van behandeling 1. Lezing en vaststelling der notulen van de vorige vergadering. Mededeelingen. Ingekomen stukken. 2. Voorstel van B. en W. tot splitsing van de Eerste Gemeenteschool in twee scholen met zes klassen. (Bijlage No. 54). 3. Idem tot oprichting van een openbaar slachthuis (Bijlage No. 83). 4. Idem tot het opnieuw vaststellen van verordeningen op het heffen en invorderen van havenen kaaigelden. (Bijlage No. 97). 5. Idem tot herziening der verordeningen op het heffen en invorderen eener tonnenbelasfing (Bjjlage No. 98) met darrop ingekomen amendement van den heer N. Glinderman. (Bijlage No. 101). 6. Idem tot het verleenen van een langdurig verlof aan een onderwijzeres. (Bijlage No, 99). 7. Idem tot benoeming van een leeraar in het lijn- en vaktetskenen aan de Burgeravondschool. (Bjjlage No. 100). BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alkmaar brengeningevolge art. 8 der Hinderwetter openbare kennis dat zij bij hnn besluit van 6 October 1.1. No 132, vergunning hebben verleend aan J. C. BAAN, fabrikant aldaar, tot het oprichten van een door een gasmotor van 20 paardekracht gedreven inrichting tot het bereiden van cacaopoederin het perceel Mosterdsleegwijk C No. 15 en 16 Burgemeester en Wethouders voornoemd, Alkmaar, G. RIPPING, Voorzitter. 7 Oct. 1904. L. VAN DER VEGT, 1°. Secretaris. Kamer wan Koophandel en Fabrieken. VERKIEZING. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alkmaar brengen, ter voldoening aan art. 10, al. 4 van het algemeen reglement voor de Kamers van Koophandel en Fabrieken, ter kennis van belanghebbendendat de verkiezingten gevolge der periodieke aftreding van de Heeren A. J. T. CONIJN, J. G. PGTGIESER en P. J. BOOM, als leden der Kamer van Koophandel en Fabrieken in deze gemeente, is bepaald op Donderdag 19 November a.s., van des voormiddags 10 tot des middags 12 urein een der lokalen van het Stadhuis. Burgemeester en Wethouders voornoemd Alkmaar, G. RIPPING, Voorzitter. 6 Oct. 1904. L. VAN DER VEGT, 1°. Secretaris Wanneer wij, Nederlanders, voor een reisje in Duitsch- land de kens hebben gevestigd op het land aan de Lippe, dan is 't tien tegen één dat wij thnis gekomen tegen over allendie na onzen terugkeer ons belangstellend komen begroeten een loflied zollen zingen op de vrien delijkheid der streek die door ons bezocht werd. De natnnr is er niet grootsch als in Zwitserland, maar lie felijk des te meer. Da inwoners zijn eenvoudig nog niet geraffineerd als zij, die zjjn gevestigd aan de plat-getrapte toeristen-paden. En de residentiestad Detmold is als het omringende land men wordt er niet overweldigd maar krijgt wel een indruk van groote vriendelijkheid. 't Klinkt zoo vreemd, dat deze rustige landouwen thans zijn geworden een twistappel in het groote Dnitsche Rjjk en toch is het aldus. Dit is gekomen door den dood van Graaf Ernst, den regent van Lippe-Detmold. Na zjjn verscheiden was 't niet meer dan natuurljjk dat zijne waardigheid zon worden overgenomen door zijn 33-jarigen zoon, Graaf Leopold van Lippe-Biesterfeld, luitenant a la suite bjj het Pruisische leger. Doch daarbjj is een kink in den kabel gekomen. Tegen de opvolging van Leopold is namelijk een pro test ingediend door Prins Adolf van Schaumburg-Lippe, die zijne aanspraken op de volgende wijze motiveert Het scheidsgerecht, dat in 1894 onder presidentschap van den toenmaligen Koning Albert van Saksen in het geschil tusschen Adolf en Ernst uitspraak deed, stelde den laatste in 't geljjk, maar ging de rechten van Ernst's nazaten stilzwijgend voorbjj. Nu was graaf Ernst gehuwd met een gravin Von Wartensleben, die als behoorende tot den kleinen adel, ongelijk in rang met haren echt genoot was. De vraag bleef over, of Leopold en de andere kinderen, uit dat huwelijk geboren, in de rechten hnns vaders konden treden. De berechting van deze quaestie werd zoowel door den Schaumburger als door den Biester- felder voor den Duitschen Bondsraad gebracht. Dit lichaam verklaarde in de maand Januari 1899, dat het krachtens art. 76 der Rjjksgrondwet, welke den Bondsraad bevoegd heid verleent, in geschillen tusschen Bondsstaten een be slissende uitspraak te doen, zich het recht voorbehield, om ter gelegener tijd de erfopvolging van Lippe-Detmolds regentschap te regelen. Deze »gelegene tijd", dus zegt de Schaumburger, is thans verschenen Dit protest zou op zichzelf niet zooveel te beteekenen hebben, ware 't niet, dat Keizer Wilhelm daar achter zit. Daaraan zal niet vreemd zijD, dat de Prins van Schaumburg- Lippe gehuwd is met Prinses Victoria van Pruisen, een zuster van den Keizer. Wiihelm II heeft 't trouwens nooit goed kunnen verkroppen, dal zijn zwager in 't ge schil met de Biesterfelden ongelijk kreeg. In 't najaar van 1898 had de Keizer gel ge&heid, zjjn verstoordheid te uiten. Graaf Ernst had hem schriftelijk verzocht, dat de officieren van 't Pruisische garnizoen te Bückeburg zijne zonen en dochters met »Uwe Doorluchtigheid" zouden aanspreken, een titel echter, die hnn volgens den Almanak van Gotha niet toekwam. De Keizer wees dit verzoek gladweg af in een stekelig telegram, waarvan de slotzin luidde: Overigens wensch ik voor eens en altijd niet te worden aangesproken in den toon, dien 't u beliefd heeft, in uw brief tegen mij aan te slaan." Ook na den dood van Graaf Ernst heeft de Keizer zich in het oogloopend gereserveerd gedragen zelfs geen tele gram 1 Of ja, een telegram is er wel geweest, maar de woorden daarvan waren zoo weinig vriendelijk, dat 't blijkbaar meer bedoeld was om ergernis te wekken dan wel troost te bieden. En de Reichsanzeiger, die anders bij het overlijden van een Duitschen Bondsvorst kolommen daaraan wjjdt, heeft alles, wat er te Detmold is voorge vallen, zorgvuldig genegeerd. De quaestie der erfopvolging is nog weer ingewikkelder geworden door het bevel van den Dnitschen Keizer, dat het garnizoen van het vorstendom niet den eed aan Graaf Leopold mag doen. Daartegen komt de Voss. Zeitung op. Da troej.cn van Lippe toch zjjn, dus zegt het blad, ten gevolge van de militaire conventie van 14 November 1873, als onderdeel van het Dnitsche rijksleger te beschouwen; zij moetenden ocd afleggen van trouw aan mm landsheer en aan den Keizer. Wordt die eed niet noodig geacht, dan is dit een bewijs, dat de Keizer den regent niet als zijn mede contractant, en dus niet als den wettigen vertegenwoor diger van den overleden vorst aanziet. Dit ware te meer te betreuren, omdat de bevolking van Lippe, de volks vertegenwoordiging en het ministerie, den zoon van den overleden regent wel beschouwen als den rechtmatigen vertegenwoordiger van den vorst. Worden aan den regent door den Keizer de rechten onthouden, die de militaire conventie van 1873 voorschrijft, dan wordt daardoor vooroitgeloopen op de beslissing van den Bondsraad. Voor het oogenblik is graaf Leopold regent, dus komen hem die rechten toe, onverschillig welke beslissing de Bonds raad nog nemen kan. Voor de belangen van het Dnitsche Rjjk en voor de goede verstandhouding tusschen de Bondsvorsten onderling, is dit ontijdige en vergezochte conflict zeker zeer te be treuren. En voor ons, buitenstaande niet-Duitschers, is 't moeie- lijk de verzuchting te weerhouden, dat 't onbegrijpelijk is dat een hooggeplaatst vorst zich druk maakt met zulk klein gedoe, waar zooveel ernstiger vraagstukken de aan dacht eischen. v Bij herhaling wordt verzekerd, dat Generaal Koeropatkine er niet aan denkt, Moekden prjjs te geven. Voor het geheele. leger zijn er leemen hutten gebouwd, die, naar verzekerd wordt, al klinkt ietwat vreemd, gemakkeljjk en warm zjjn. In Japansche kringen is men van meening, dat de toestand z!ch als volgt ontwikkelen zalDe driehoek, waarvan de top Tieling is, de basis ligt tnsachen Moekden en Foesjoensjeng, zal het terrein worden van de operaties. De Russen gebruikten Tieling oogenschjjnljjk als hoofd basis, een serie versterkingen beschermt deze plaats tegen het zuid-oosten. Op de hoogten bouwden de Russen sterke verschansingen, eveneens bij Iloe, 38 kilometer noordeljjk van Moekden en noordelijk van Tieling. De rivier, waaraan de plaats ligt is niet doorwaadbaar. Foesjoensjeng moet door de Russen sterk bezet zjjn. De verdeeling der troepen wjjst er op dat Koeropatkine van plan is Oyama op te houden bjj het overschrjjden van de Hoen-ho en hem daarna slag te leveren op een terrein dat thans versterkt wordt. Eiken dag zoo wordt verder gemeld komen te Moekden Japansche ruiters aan, die bjj de voorposten gevechten krijgsgevangen zjjn gemaakt. Zij zien er er barmelijk uit en zjjn uitgehongerd en stijf van de kou. Te Tokio is men nog altjjd vol moed op een uiteinde lijke zegepraal, al gaat 't dan ook nu niet meer zoo vlot als in het begi- In eene aldaar gehouden redevoering, verklaarde graaf Okoema, dat de natie zich moest voor bereiden op een langdurigen oorlog. Het is nog ou- mogeljjk den duur ervan te schatten, maar bjj zal op zijn minst twee jaar lang voortgezet worden en een uit gaaf van twee milliard jen meebrengen. Japan zou komende jaar 500 millioen jen moeten leenen. Okoema vermaande de natie, om hare krachten te sparen en ge tuigde van zjju onwankelbaar vertrouwen in den goeden afloop. De gouverneurs van de prefecturen hebben met het kabinet een samenspreking gehouden. De prefectorale uitgaven zijn sedert het begin van de vijandelijkheden besnoeid met 20 millioen jeD, terwjjl nog andere bezui nigingen zijn ingevoerd. De Londensche bladen bevatten ten telegram uit Tokio, meldende, dat het eskader van Port Arthur een nieuwen uitval heelt gedaan. Er zou een groote zeeslag aan den gang zijn, maar bijzonderheden ontbreken. Volgens een vroeger gedagteekend telegram uit Tokio, hadden de Russen hun schepen in eeu kleur geverfd, gelijk aan die van Engeleche oorlogsschepen. Port Arthur zelve schjjnt nu eenigermate met rust gelaten te worden. Wel treffend is 't, dat na alle geleden ellende het garnizoen aan Generaal Slössel een adres heeft aangeboden, waarin het de verzekering geeft, dat het tot den laatsten man zal blijven staan. De correspondent van de Petit Parisien te Petersburg, meldt, dat het laatste rapport van generaal Stössel door dri9 officieren, die elk een afdruk op dun papier bjj zich droegen, moest worden overgebracht. Twee hunner wer den aangehouden door de Japanners. Maar zij wisten het papier op te eten, en werden daarna gedood. De derde bracht zjjo rapport over. Wat er in staat heeft men nog niet vernomen. Maar een ander Franscb correspondent te Petersburg, die van de Petit Journal meldt, dat Woensdag het bericht op Peterhof aankwam, en dat de Ozar, na ontvangst zeer ontroerd naar de keizerin ging. Beiden lazen en herlazen het bericht en de keizerin zou dit, sedert historische woord gesproken hebben: »Die brave kerels 1" De Daily Telegr. correspondent te Tsjifoe heeft zjjn bericht van een ChiDees en deze vertelde hem, dat er sedert 25 September niet meer gevochten werd en alles rustig was te Port Arthur. De Japanners zouden weer een wapenstilstand aangevraagd hebben om hun dooden te begraven maar StÖ3sel zon ditmaal geweigerd hebben. Vluchtelingen uit Port Arthur te Kharbin aangekomen, deelden mede, dat het garnizoen van Port Arthur 30.000 geweren benevens ammunitie zou hebben buitgemaakt op de vluchtende en gesneuvelde Japansche aanvallers. De Russische verdedigers der vestiüg zonden nu deze geweren en patronen gebruiken, ten einde hun oorlogsvoorraad te sparen. Naar men verneemt, is de minister van Binnenlandsche Zaken, dr. Kuyper, sedert eenige dagen niet aan zjjn departement werkzaam geweest, tengevolge van een lichte ongesteldheid, welke hem verplicht zjjn kamer te houden. Op het Loo wordt verwacht, dat de Koninklijke familie tegen 6 of 8 November uit Duitschland ten paleize aldaar terugkeert. Ken betreurde onderwijzeres. Uit Rustenburg wordt ons geschreven: Er heerschte rouwe in het harte van vele meisjes, toen haar geliefde onderwijzeres, mej. A. Starreveld van Loenhond naar haar laatste rnstplaats werd gedragen. Zoolang hare wankelende gezondheid het gedoogde, leefde en werkte zij voor anderen, ging zij in het onderwjjs op. Geen wonder, dat zjj bij veleu geacht was, die haar in haar werkkring hadden gadegeslagen. Eu thans is zij van ons heengegaan, doch lang zal haar beeld in herinnering blijven bjj hare leerlingen en oudleerlingen, die een schoone krans op haar graf legden als een symbool van oprechte genegenheid eu welgemeende waardeering. J9e Storm. Nog verschillende berichten komen omtrent de nood lottige gevolgen van den jongsten storm. Eenige daarvan laten wij hier volgen Aan het strand bjj Petten is aangedreven het wrak van de Texelsehe blazerschnit »Tx 122", schipper Mossel. Er werd een lijk in gevonden. Dit is vermoedeljjk de bjj Oallantsoog omgeslagen schuit. Het eiland Marken is door den storm weer onder water geloopen Als een bewijs boe krachtig Donderdag de wind was, meldt men uit BarneveldEen ledige wagen van de landkolonie van het Leger des Heils, ovordekt met een hnif, werd plotseling met paard en voerman opgenomen. Een eind verder, door het breken van het zeil, kwam alles gelukkig goed terecht. »Indien wjj er zelf niet bij tegenwoordig geweest waren schrjjft de berichtgever szouden wjj het niet geloofd hebben." Het Uroot-IVoordhollandsch Kanaal. Men schrjjft aan het N. v d. D. uit Noord-Holland: Het water in het Groot-Noordhollandsch Kanaal is reeds langen tijd zeer slecht. Bovenop drjjtt op vele plaatsen een groene laag, geljjkende op groene verf. Sedert den regen van Zaterdag schjjnt dit nog toegenomen te zijn. Als men des avonds met een schuitje het kanaal oversteekt, dan ziet men bjj eiken riemslag op die plek vonken vuur.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1904 | | pagina 1