taet Bit 2 Een Familievloek. ISoB.derct en zesde jaargang» 1904. VRIJDAG 14 OCTOBER. BUITENLAND. FEUILLETON. Algemeen Overzicht. Enfemia Gravin van Adlersfeld-Ballestrem. NO. 124» JKerste Blad. COURANT. Deze Courant wordt SMasdag-, Honderd ag- «p. Sater dagavond uitgegeven, Abonnementsprijs per 3 maarden voor Alkmaar ff 0,80franco door het geheele rjjk 1 1, 3 Nummers f ®,®0. Afzonderlijke nummers 8 ets. Prijs der gewone advertentlën Per regel tg®,18. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N/V. Boek- en Handelsdrukkerg v/b. HERMs, COSTER 8c ZOONVoordam C 9. telefoonnummer 3. Terwijl in Azië de oorlog woedt in al zijn felheid wordt de Europeesche politiek voor een groot deel be- heerscht door pogingen tot toenadering van de ver schillende mogendheden en volkeren. Tractaten en vriendschappelijke samensprekingen zijn aan de orde van den dag. Nu weder komt van verschillende kanten de verze kering, dat er ijverig wordt gewerkt om Oostenrijk- Hongarije en Italië nader tot elkander te brengen. Nieuwe stof daarvoor geeft een lang durig bezoek, door den hertog van Avarna, gezant van Italië te Weenen, gebracht aan graaf Goluchowski, welk bezoek in verband gebracht wordt met het onlangs te Homburg gevoerde onderhoud tusschen minister Giolitti en den graaf Von Bülow. Verzekerd wordt, dat Duitsch- land het initiatief heeft genomen om de betrekkingen tusschen de beide genoemde landen te verbeteren. Niet te ontkennen valt, dat het oogenblik voor een streven in deze richting niet slecht gekozen is. Het nieuwe handelsverdrag tusschen de beide landen, waar omtrent men onlangs tot overeenstemming is gekomen, en ook de vestiging van een ltaliaansche faculteit aan de Universiteit te Innsbrück hebben er veel toe bijge dragen om de gespannen verhouding tusschen Rome en Weenen te verbeteren. Toch zou men zich op een dwaal spoor begeven, wanneer men aannam, dat nu plotseling alle oude grieven uit den weg zijn geruimd. Daarvoor zullen vele jaren noodig zijn. Is zelfs een vriendschappelijke verstandhouding prac- tisch wel mogelijk Wat Victor Emmanuel III betreft, hij is verzoeningsgezind genoegzijn wensch is 't op goeden voet te staan met alle Staatshoofden van Europa. Keizer Frans Jozef is ook een warm voorstander van den vrede. Wat hapert er dus nog aan Volgens de Ind. Beige zou de moeilijkheid hierin ge legen zijn, dat Keizer Frans Jozef, na vroeger een of ficieel bezoek ontvangen te hebben van Koning Humbert, nu een bezoek zou moeten brengen aan het Hof te Rome. Tot hiertoe heelt de Keizer-Koning dit beslist feweigerd, omdat hij in geen enkel opzicht Z. H. den 'aus wil ontstemmen en liever dan dat aan zijn poli tieleen bondgenoot onthoudt, waarop deze meent recht te hebben. Zoolang dat incident niet is geregeld zal het moeilijk zijn tot een hartelijke Italo-Oostenrijksche verhouding te komen, dus wordt verder gezegd. En op dat thema wordt dan nog voortgeborduurd. Wij voor ons kunnen zeer bezwaarlijk aan dat ar gument groote waarde hechten. Zelfs schijnt 't ons niet geheel nobel om 't te doen voorkomen, dat het Vaticaan een struikelblok zou zijn om twee volkeren tot elkaar te brengen. De Pausen zijn tot dusverre bij uitstek de vredesvorsten geweest en men kan er zich van over tuigd houden, dat als het aangevoerde bezwaar het VAN 30) Maar Daphné wilde niets bedenken en ook niets inzien. Zjj huilde en jammerde als een kind, dat men een stuk speelgoed heeft geweigerd, en kreeg zelfs een aanval van flauwte, waarvan zjj weer herstelde toen het één uur sloeg, het oogenblik om naar het hof te gaan. Den jonker behandelde zij alsof hij er niet was, en slechts de toorn, die nit haar oogen straalde, bewees, dat zjj zeer boos op hem was. Een diepe smart was er in Frederik Leopold's borst gekomen, want nu eerst gevoelde hij hoe innig hg Daphné liefhad. En hij klaagde zich zeiven aan, dat hij hare ziel vergiftigd had door haar aan het hof te brongen, tegen welks verzoekingen haar karakter niet bestand was. Zij had geen slecht hart en het oogenblik van erkentenis, dat zij onbilljjk handelde tegenover hem wien zjj liefde en tronw gezworen had, had haar verlangen ook in toom gehouden maar in hare aderen vloeide het licht ont vlambare Slavische bloed, het Poolsche bloed van een zeer verkwistenden vader, van eene lichtzinnige moeder, wier naam niet zonder smet was gebleven. »'t Is mijn schuld, dat haar hart vergiftigd werd, want ik had niet moeten dulden, dat haar hart in verzoeking kwam,'' zeide hij diep bedroefd, dit alles zich herinnerende. En bedrukt van hart, met geen enkel woord verwaar digd door zjjne prnilzieko vrouw, begaf hij zich met haar naar het feest te Mauritsburg, hij zelf in een eenvoudige, zwarte domino, Daphné betooverend sehoon in haar Grieksch costuum, een wijd, wit onderkleed van zachte, Chineesehe zjjde, een met goud omzoomd overkleed van dezelfde stof, eenige was dat belemmerend werkte, de tegenwoordige Paus wel uit eigen beweging die moeilijkheid zou op heffen. Oostenrijk-Hongarije en Italië hebben in den loop der jaren meermalen weinig vriendschappelijk tegenover elkander gestaan. Wanneer beide partijen geneigd zijn op sommige punten haar ongelijk te bekennen, dan zal de rest vanzelf wel komen- Men is echter nog lang zoo ver niet en nu wordt het Vaticaan gebruikt om de ware beweegredenen te verbergen. Dezer dagen lazen wij in de hier ter stede verschij nende NieuweNoordhollander een artikel over het belang, dat de Katholieken hebben bij goede Katholieke bladen. Zulke verzuchtingen zjjn dubbel begrijpelijk na lezing van het artikel in de ïnd. Beigewaarvan wij hier een en ander hebben geciteerd. Het is nu met zekerheid bekend, dat de rollen i n M antsjoerije zijn omgekeerd en dat de Russen van aangevallenen aanvallers zijn geworden. Onmiddellijk na het uitvaardigen van den vroeger vermelden legerorder van Generaal Koeropatkine, name lijk op den 3en October, hebben de Russen een aanvang gemaakt met hunne voorwaartsche beweging. Vóór het bevel weerklonk werd een godsdienstoefening gehouden. De veldprediker hield daarbij een bezielende toespraak. Zich tot Koeropatkine richtend, eindigde de geestelijke met deze woordensin de oudheid liet men den krijgsman uittrekken, hem zeggende»Met of op het schild". Tot u zeg ik»Met het kruis in den naam van Christus". De stadhouder Alexejef deed Koeropatkine uitgeleide. De berichten over de vorderingen, door de Russische troepen sedert het begin van hun opmarsch tot heden gemaakt, zijn meerendeels van dagbladcorrespondenten afkomstig en loopen nogal uiteen. Van officieele zijde bewaren beide, zoowel de Russische als de Japansche staf, nog het stilzwijgen. Men schijnt als zeker te mogen aannemen, dat generaal Misjtsjenko en zijne kozakken den 6en na een korte schermutseling het spoorwegstation bij de kolenmijnen van Jentai, halfweegs Moekden en Liao-jang, bezette en dat de Russische linkervleugel drie dagen later Beniapoedza (of Benzipoe) aan de Taïtsérivier, in een bijna rechte lijn ten O. van Liao-jang, na een korte vuurwisseling met de Japansche achterhoede binnentrok. De Japanners trokken zich gelijkmatig op Liao-jang en de heuvelen oostwaarts van Jentai terug, gereed om in deze stellingen een slag aan te nemen. Den 9en October werd opnieuw gevochten, volgens de Russen met een voor hen gunstig gevolg. Zonder de overtuiging te hebben, dat hij thans de meerderheid in getalssterkte heeft, na maandenlang in de minderheid te zijn geweest, zou Koeropatkine ver moedelijk zijn verdedigende tactiek niet zoo onverwacht hebben laten varen. Deskundigen onderstellen, dat het Russische leger sedert de concentratie bij Moekden met 60 000 man versche troepen versterkt is geworden, ge vormd door het 6de Siberische en het 1ste Europeesche legerkorps. Deze laatste afdeeling is een keurbende met een roemvol militair verleden. Aan artillerie, welk wapen vastgehouden bij den schouder door robijnen, en sandalen aan de met een vleeschkleurige stof bedekte voeten. Een storm van bewondering ging op, toen zij te midden van de bont en kostbaar gemaskerde menigte verscheen, die zich vrjj in den door tallooze Chineesehe lampions verlichten tnin bewoog, keuvelende in den zoelen, lauwen zomernacht, intrigeerend, lachend en schertsend. Daar trad de keurvorst op haar toe in het masker van Apollo, de allongeprnik met de lange krullen versierd door eeo gouden kraus, gekleed in een wit, met purper om zoomd, geplooid gewaad, met een gondon lier in den arm. Ziedaar de schoone nymph Daphné,'' riep hij haar toe, en dan fluisterde hij den naast hem staanden graaf Briihl in het oor, maar zoo, dat men het rondom hem hooren kon »deze kleine Ulmenried zon een heilige buiten zich zeiven kannen brengen, zoo schoon is zij." Daphné bloosde van genoegen en verhief nog trotscher haar hoofd, te meer nog toen de keurvorst haar zijnen arm aanbood om eene wandeling door het park te maken. •Leg gerust uwen arm in den mjjnen, schoonste vrouw," fluisterde hjj haar toe, »er is geen Gaea, die Daphné in een laurierboom zou knnnen omtooveren." •En toch geschiedde den schoonen Apollo daarmede recht," antwoordde zij driest. •Jawel, maar de bestrafte was toch de sehooDe nymph," antwoordde de keurvorst, lachend. Dat ban ik niet vinden, want door baar werd Apollo's trotsch overwinnaarshoofd met een onverwelkbaren krans gekroond," antwoordde Daphné fijn. De keurvorst bracht haar kleine, bekoorlijke hand aan zijne lippen. •Maar op deze wjjze werd toch het zjjne, wat bij zoo vnrig had verlangd," antwoordde hg galant. »Doch, schoone vrouw, mijns inziens zoudt gij da nymph Daphné in uw costuum nog meer nabjj gekomen zijn, indien gij daarop laurierbladeren had aangebracht.' •Dat is zoo, daaraan had ik heelemaal niet gedacht," antwoordde zij, innerlijk boos op den keurvorst, omdat hij nog iets op haar toilet wist aan te merken. »Dat ban nog wel volmaakter worden," zeide hij zacht; »daar hij in de eerste plaats behoeft om zijnen vijand te staan, kan Koeropatkine inmiddels met 24 nieuwe batterijen, 192 snelvuurmonden en 24 veldmortieren versterkt zijn geworden. Of de Japanners daarentegen over een grootere leger macht beschikken dan zij bij Liao-jang in 't vuur brachten, valt te betwijfelen. Wel zijn de ruim 20 000 strijders, die zij in die ontzettende worsteling verloren, voor aan gevuld te rekenen, maar niet te vergeten is, dat de aanvulling meerendeels bestaat uit reserve-formatiën, welke in deugdelijkheid de veldtroepen niet evenaren. Al hebben dus de Russen door hunne vermoedelijke meerderheid in aantal wel kansen, toch is de uitslag van hun thans begonnen onderneming zeer moeilijk te bepalen en zijn de vooruitzichten zoo weifelend" dat generaal Koeropatkine die, evenals in 1870 generaal Ducrot voor zijn uitval tegen de Duitschers bij Cham- pigny, gezegd heeftWij zullen dood of als overwinnaars terugkeeren", zich even ernstig op de eerste als op de tweede mogelijkheid dient voor te bereiden. Een telegram uit Tokio meldt nu reeds, dat het voorwaarts rukken der Russen echec zou hebben geleden, nadat aan beide kanten een groot aantal manschappen waren gedood. Officieel is dat bericht echter nog niet bevestigd, wat zeer zeker de kans dat men hier met waarheid te doen heeft heel klein maakt. Voorts zijn er tal van telegrammen uit Russische en Japansche bron, die wemelen van bijzonderheden, maar na lezing de overtuiging achterlaten, dat wel zeer bloe dige gevechten hebben plaats gehad, doch nog aan geen der beide partijen de overwinning mag toegekend worden: Omtrent den toestand te Port Arthur is een en ander meegedeeld door den heer Verblumsky, in specteur-generaal van de Russisch-Chineesche scheep vaartmaatschappij, die aan boord van een jonk uit Port Arthur is ontsnapt. Het garnizoen van Port Arthur, zei hij, zou nooit door hongersnood tot de overgave gedwongen kunnen worden, daar er nog altijd aanzienlijke voorraden waren en de jonken geregeld nog levensmid delen aanvoerden. Vier-en-tachtig vrouwen zijn er nog te Port Arthur, die allen werkzaam zijn bij het Roode Kruis. Drie restaurants zijn geopend. De strijdmacht bestaat uit 23 000 soldaten en 16 000 matrozen. De energie der bezetting is nog niet in 't minst verslapt. Dit moge ook blijken uit een telegram aan de Nov. Vremja, waarin wordt gezegd, dat het garnizoen den 6en October een uitval deed en verscheidene hoogten, door de Japanners bezet, hernam. Eerst nu heeft men te Tokio vrijheid gegeven om bekend te maken, dat den I8en September de Japansche kanonneerboot sHeiyen" in de Duivenbaai op een mijn is gestooten en gezonken. Van de bemanning, bestaande uit 315 koppen, werden er slechts vier gered. Dit moet gezegdals de Russen tegenspoeden hebben, dan houden zij die niet zoo lang verborgen. Wat baat 't ook, eenmaal worden zij toch bekend. Het conflict te Iilppe. In een schrijven aan den onder-Voorzitter van den Lippeschen Landdag, hoogstwaarschijnlijk op last des Keizers verzonden, tracht da Dnitsche Rijkskanseiier Von ginds bij die grot staan lanrierboomen, daar moet Daphné Apollo veroorloven, dat hij haar het zoo beteekenisvolle loof aanbiedt." Z>n der het minste vermoeden, betrad zij aan zijn arm de door dicht gebladerte verscholene, slecht verlichte grot, waarin een kleine fontein klaterde. Plotseling lieten zich op een wenk van den keurvorst twee als Mooren verkleede dienaren voor Daphné op de knieën vallen, terwijl zij een spiegel omhoog hielden; de keurvorst zelf nam echter van eenen in een kuip staanden laurierboom een prachtige parure van diamanten, laarier- takken voorstellende, die in het gedempte licht werkelijk duivelachtig schitterden. •Zoo verandert het loof onder de handen van Apollo neem het aan en tooi er u mede, hem ter eere, schoone nymph,'' voegde hij er aan toe. Dat dat is te veel," stamelde Daphné ontdaan. •Dat mag ik niet aannemen.'' Zeker wel," hernam de keurvorst dringend en terwijl zjj nog bleef aarzelen, voegde bij er eenigszins nit de hoogte aan toe»ik meen, dat het een voorrecht is van vorsten om hunne onderdanen met diamanten te sieren." Met bevende vingers hechtte Daphné na voor den spiegel vast, wat de keurvorst haar gegeven had; eau collier om haren blanken hals, een tak op hare borst en eveneens oen in haar haar om haren (raai gevormden bovenarm legde hij zelf schitterende diamanten slangen met hel glin sterende robijnen oogen. Daphné sidderde licht toen zjj de kostbare kleinodiën vasthechtte, maar dat duurde slechts een oogenbliktoen nam de blijdschap en de trots over het heerlijke geschenk de overhand, want het was haar waardig als eane koningin, zeide zjj bij zich zelve, toen zjj overstelpt van geluk in den spiegel de kleine, maar uitnemend geslepen diamantjes zag. Toen zjj eindelijk gereed was, boog zij zich tot den vorsteljjken gever over om zjja hand te kassen, doch hij liet dit niet toe, maar raakte haar even met zjjn lippeu aan. »Het is het voor recht van Apollo zjjne lievelingen te mogen kussen," zeide bjj daarop op dien symphathiekea toon, die hem onweer staanbaar maakte. Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1904 | | pagina 1