No 124. Tweede blad.
Honderd en zesde Jaargang.
Vrijdag 14 October 1904.
Zitting van den Gemeenteraad
ALKMA4RSCHE COURANT.
1
TAK ALKMAAR,
op Woensdag IS October 1904,
's namiddags te 1 uur.
Voorzitterde heer Gr. Ripping, Burgemeester.
Secretaris: de heer L. van der Vegt, l°-secr.
Tegenwoordig 16 leden. Afwezig de heer Van den Bosch
wegens ongesteldheid.
De notulen der vorige vergadering worden gelezen en
goedgekeurd.
1. Mededeellngen en Ingekomen stokken.
a. Door B. en W. wordt aangeboden de gemeente*
begrooting, dienst 1905, slnitend in ontvang en uitgaaf
op f 420,777,83.
Aan de leden is een exemplaar toegezonden.
J. Tot zetters voor de Rijks directe belastingen zijn
door den Commissaris der Koningin herbenoemd de heeren
P. Rentmeester, S. de Lange en H. J. Vonk.
Voorts zijn ingekomen
c. Adres van de afdeeling Alkmaar van den Bond van
Nederl. onderwjjzers, waarin adhaesie wordt betnigd aan
het verzoek van de heeren Verkuijl c.s. in zake de co-
edncatie aan de Burgerschool.
d. Alsvoren van de afdeeling Alkmaar van het Nederl.
Onderw.-Genootschap.
Beide adressen worden gevoegd bij de desbetreffende
voordracht van B. en W.
e. Schrjjven van de heeren Eits, Reiziger, Kroy, van
Woerkum, Tinholt, List, van Arnhem, Sellemans en Prins,
dat zij hnnne benoeming tot onderwijzers bij het her-
halings-onderwjjs aannemen.
Voor kennisgeving aangenomen.
Idem van Mejn. Pronk en Bakker.
Alsvoren.
g. Verzoek van den heer A. Wijn te Koedjjk, om eer
vol ontslag als leeraar aan de gemeentelijke normaallessen,
tegen 1 Dec. a.s.
Tegen genoemden datnm eervol verleend.
h. Brief van God. Staten ter geleide van hnnne beschik
king op het bewaarschrift en beroep van Mej. M. C. Stoel
tegen den aanslag in den hoofdeljjken omslag, dienst 1904,
Voor kennisgeving aangenomen.
Idem ten geleide van de góedgekenrde snppletoire
begrooting, dienst 1904.
Alsvoren.
j. Idem in zake het raadsbesluit tot overdracht van
grond aan de stoomtramweg-maatschappij Egmond
Alkmaar—Bergen.
Als voren.
Tc, Idem ten geleide van het goedgekeurde primitief
kohier der straat belasting, dienst 1904.
Alsvoren.
I, Een uittreksel van het Kon. besluit van 14 Sept.,
waarbij de verordening op het heffen van wik- en weeg
loonen vastgesteld bij raadsbesluit van 24 Febr. 1.1. is
goedgekeurd tot 1 Jan. 1906. Alsvoren.
m. procesverbaal der op 14 Oct. 1.1. gehouden verificatie
der boeken en de kas van den gemeente-ontvanger. In
kas was f 20171.48. Alsvoren.
n. Een adres van den Bond van inspecteurs van ge
meente-politie in Nederland, houdende het verzoek om
over te gaan tot vaststelling van een pensioenregeling
voor den inspecteur van politie en zjjn weduwe en weezen.
Te voegen bij de voordracht in zake pensioenneering
van gemeente-ambtenaren.
o. Een adres d.d. 10 Oct., van K. Geels en 7 andere
tuiniers, houdende het verzoek, om een beharden doorgang
te mogen maken van de Westlaan op den Westerweg.
De Voorzitter stelt voor dit verzoek te stellen
in handen van B. en W. om bericht en raad.
De heer de Wit zon het liever in handen stellen
van B. en W., ter afdoening in verband met een vroeger
te dezer zake genomen beslissing.
De heer Uitenbosch kan zich daarmede vereenigen,
maar merkt op, dat de Westlaan nog niet zoo is ver
beterd, dat zij voor de menschen geschikt is, indien de
verbetering althans heeft plaats gehad.
De heer d e W i t zegt, dat volgens het genomen be
sluit de weg verbeterd is met slordige puin.
De heer Glinderman verklaart het met den heer
Uitenbosch eens te zijn.
vDe Voorzitter belooft, dat men zooveel mogelijk
verbeteringen zal aanbrengen, maar daar de raad reeds
besloten heeft daar geen doorgangen meer te maken, is
hij het eens met den heer de Wit, dat het adres ter
afdoening in handen van B. en W. kan worden gesteld
Alzoo wordt besloten.
p. Een schrjjven van den heer J. A. van Middendorp,
houdende dankbetuiging voor een berioht van aanneming
van zjju benoeming tot leeraar aan de gem. normaallessen
Voor kennisgeving aangenomen.
q. Een adres van de firma 0. Baan Zn., houdende
verzoek om bij den aankoop van den grond aan te wijzen
voor de plaatsing van het abattoir rekening te willen
honden met de erfdienstbaarheid op dien grond gevestigd
ten behoeve van hare firma.
Te behandelen bij het pnnt der agendade voordracht
van B, en W. in zake het slichten van een abattoir.
r. Een adres van de afd. Alkmaar van het »Witte
Krnis" met verzoek haar een verlicht en verwarmd lokaal
ten gobruike af te staan voor een te honden cursus in
»Eersie hulp bij ongelukken", vooral voor personen
die in fabrieken en werkplaatsen werkzaam zijn.
Gesteld in handen van B. en W. ter afdoening.
Nog wordt door den Voorzitter medegedeeld, le
dat moet worden benoemd een stembureau voor de ver
kiezing van leden van de Kamer van Koophandel.
Voorgesteld wordt het bureau te vormen door de beide
wethouders, wat goedgekeurd wordt;
2e dat B. en W. bjj de jongste audiëntie van H. M.
de Koningin te Amsterdam, namens den Raad, hnnne
opwachting bij H.M. hebben gemaakt.
Hierna wordt overgegaan tot behandeling der agenda
en komt aan de orde
2. Splitsing van de Herste gemeenteschool.
Naar aanleiding van het aan den beer H. van den
Berg eervol verleend ontslag als hoofd der le gemeente
school heeft de districtsschoolopziener in overweging
gegeven die schooi te splitsen in twee zesklassige scholen,
met niet-ambulante schoolhoofden.
B. en W. kannen zich met dat denkbeeld heel goed
vereenigenterwjjl de schoolcommissie ook de splitsing
goedkeurt en stellen daarom voor de Eerste gemeente
school welke twaalf klassen telt en aan welke tot na
toe een ambulant schoolhoofd verbonden was, te splitsen
in twee scholen elk van zes klassen, aan elk van welke
een niet-ambnlant schoolhoofd zal verbonden worden en
voorts in de verordening op het lager onderwijs de daaruit
voortvloeiende wijzigingen aan te brengen.
Den heer De Groot spijt het eigenlijkdat hij weer
genoodzaakt is over dezo zaak het woord te vragen, daar
in een vorige vergaderingwaar de zaak aan de
orde was ook al reeds do opmerking kreeg dat hij van
schoolzaken geen verstand had.
Hij wil evenwol dit zeggen. Ia de vergadering van
15 Jnni is na langdurig debat op voorstel van den heer
Kraakman de zaak aangehouden, omdat het gewenscht
werd nader advies te vragen aan het gemeentebestuur van
Amsterdam en de schoolcommissie. Bij de stokken heeft hij
van die adviezen niets gevonden, wel een nader schrjjven
van den heer Van Rijsens. Uit dat schrjjven is spreker
echter niets wjjzer geworden terwjjl hjj opkomt tegen
de woorden waarmede door den heer Van Rijsens over
de ambulante hoofden wordt geschreven alsof met hen
»de school wordt gesteld op een hellend vlak" en »dat
het sterke beenen moeten zijn die daarop niet gijjden".
Voorts wordt er gezegd, dat aan het gezag niet de minste
atbrenk wordt gedaan. Die meening is spr. niet toege
daan. De heer Van Rjjsens moet al slechte indrukken
van ambulante hoofden hebben gekregendat hij zoo
ongeveer kan zeggen, dat het luiaards zijn spr. stelt de
ambnlanten daarvoor te hoog. Als het hoofd voor de
klas staat, vraagt hjj, wat komt er dan van de controle
terecht en vooral waar het hier geldt een armenschool
kan hjj met het voorstel niet meegaan. Bjj vacature, bjj
ziekte kan dan niemand invallen, er is altijd geen tjjdeljjke
werkkracht bjj de band en de kinderendie het zoo
noodig hebben zullen daardoor onderwijs moeten missen.
Hij kent gevallendat in weken niet in een vacature
kon worden voorzienwaar dat zoo zou zjjn zonder
ambulant hoofd lijdt het kind er schade bijeerder zou
hjj er voor zijn als het een school voor uitgebreid onder
was wasdie kinderen kannen het ontbrekende door
lessen inhalen. Ton slotte herhaalt spr. zjjn vraag:
waarom hebben B en W. niet voldaan aan de opdracht
van den raad
De Voorzitter toont aan, dat B. en W. niet min
der dan de heer De Groot opkomen voor de belangen
der kostelooze school en wjjst op het feit, dat, waar in
deze zitting een voorstel wordt gedaan een onderwjjzeres
aan een kostelooze school een jaar verlof te geven, B. en
W. tevens kunnen mededeelen, dat in de tijdelijke vacature
reeds is voorzien, zoodat er geen minuut stagnatie in
het onderwjjs is geweest.
Waarom B. en W. niet hebben voldaan aan de op
dracht van den raad? Als men het advies van den districts
schoolopziener goed leest zal men zien, dat daarin de
gewenschte inlichtingen worden gegeven. En de school
commissie, de redeneering van de schoolcommissie in haar
verslag over 1903 zegt genoeg. B. en W. big ven dan ook
van meening dat de wenscheljjkheid van het behond van
het ambnluntisma ook door de commissie niet is aange
toond en dat het noodig is alleen om de contröle, daarin
gaat spr. in 't geheel niet mee en verwijst hjj naar de
buitengemeenten, waar de hoofden ook niet ambulant zjjn,
ja zelfs 2 of meer klassen hebben. Als het ambulant
hoofd alleen noodig is voor do contröle zet er dan een
politieagent neer.
De heer de Groot merkt op, dat de toestanden op
het platte land ook verbeterd zjjn in den laatsten tijd,
en voert verder aan, dat men in de vacature door do
ziekte van mej, Bakker tjjdig kon voorzien, daar men
allang wist, dat het verlof noodig was.
De Voorzitter wjjst den heer de Groot er op,
dat hij volstrekt niet heeft gegeven onde toestanden van
het platteland, de heer de Groot onderzoeke maar eens
te Koedjjk en te Sohoorldam. Verder ontkent hij, dat
juffrouw Bakker verlof noodig hadhet was niet nood-
zakeljjk, dat ze eerder dan nn de betrekking neerlegde.
De heer de Groot hondt niettemin vol, dat het hier
niet was een plotselinge ziekte; in het laatste geval kan
men niet dadeljjk in de vacature voorzien en dat gebeurt
daarom ook niet.
De Voorzitter vraagt den heer de Groot naar
feiten.
De heer de Groot, doorgaande, zegt dat indien het
hoofd zelfs meer dan één klasse kan hebben, hjj den
toestand aan de meisjesschool niet begrjjpt, waar men
klassen! van 2 en 3 leerlingen heeft.
De Voorzitter: U gaat buiten de orde. De heer
de Groot: U ook.
De heer Boelmans ter Spil) verklaart, dat B.
en W. meenden het in Jnni gevraagde onderzoek niet
beter te kunnen doen, dan door middel van den heer
van Rjjsens. Uit diens schrijven nn, kan men veel of
weinig lezen. B. en W. lazen er veel uit, op den heer
de Groot heeft het blijkbaar niet denzelfden indruk
gemaakt. Dat schrjjven lezende, moet men zeggen daar
is een man aan 't woord, die het onderwjjs kent, en
daartegenover moet men dan anderen kannen oproepen,
die ook deskundig zijn. Als de districts-schoolopziener
dien indruk van het ambnlantisme heeft gekregen, is er
alle reden voor den raad, om met het stelsel te breken
De schoolcommissie heeft gezegd voor kleine scholen te
zjjn. Daarnaast* komt hier de vraag: is 't niet beter een
niet-ambnlant hoofd te nemen en dan gaat spr. gehee
mee met den heer van Rijsens.
Aan een school met 6 klassen, wat heelt het ambulante
hoofd daar te doen? En als iemand weinig te doen heeft
de conclusie trekke de heer de Groot zelf.
Het ambulant hoofd moet leiden, zwakke krachten helpen,
maar als die zwakke krachten verbeterd zjjn, is zjjn werk
weer af. Controle kan er genoeg uitgeoefend worden door
het toezicht.
Voorts wjjst spr. er op, dat een hoofd dat onderwijs
geeft, op de hoogte blijft van zjjn tijd en niet zal inslapen.
De heer Uitenbosch spreekt er zjjn verbazing over
uit, dat de discussie thans weer zoo uitgebreid wordt en
is den heer da Groot dankbaar, dat hjj zich zoo interes
seert voor de arme kinderen hij hoopt, dat de heer da
Groot dat ook steeds zal doen als lid van den raad, voor
de groote armen.
Hjj verklaart voorts mee te gaan met het advieB van
den heer van Rjjsens en zegt, dat hij zich op dit stand
punt plaats, dat als niet-ambulante hoofden in de stad
zelve, verklaren spr. heeft die verklaring van de per
sonen zelf dat ze er ten zeerste mee zijn ingenomen, dat
ze onderwjjs moeten geven en den onden toestand niet
gaarne zonden willen, ook omdat de gemeente door goede
jaarwedden kan zorgen voor uitstekende onderwjjskrachten,
er reden genoeg is om de voordracht aan te nemen.
De heer Cohen Stuart verbaast zich ook over deze
discussie, doch in verband met hetgeen er gezogd is over
de opdracht dor Jnni-vergadering.
Toen heeft man immers het oordeel van andere des
kundigen gewild en waar B. en W. de opdracht aanvaard
hebben om in Amsterdam inlichtingen in te winnen, gaan ze
naar dan heer van Rjjsens. Hoewel hjj hoog loopt met
het advies van oen man als deze, vindt spr. het toch beter,
om door eigen oogen ta zien, dan door die van een zoo
jjverig voorstander van niet-ambulante hoofden, als de
schoolopziener is.
De heer van Rijsens beantwoordt bovendien de vraag
met een wedervraag: zjjn de toestanden in Amsterdam
verbeterd, is de verhouding tnsschen hoofd en onderwij
zer beter geworden Ook het advies der commissie is er
niet, en toch was het wel noodig te weten of de com
missie van meening is dat de voordeelen der splitsing
misschien opwegen tegen de nadeelen die zij verwacht van
de afschaffing van het ambnlantisme. Spreker is niet van
plan, ook na alles wat bij heeft gehoord en gelezen over
de zaak thans zjjn stem uit te brengen.
Nog wjjst spr. op de financiöele zijde der zaak en vraagt
alsnog overlegging van den staatwaarop in de vorige
vergadering werd gewezen.
De Voorzitter zegt nog, dat men niet is ingegaan
op het verzoek van den raad, omdat men meende dat in
Amsterdam de quaestie niet zuiver is behandeldhet
advies dar schoolcommissie, men had het kannen inwinnen,
dat geeft hjj toe, maar dit was eigenlijk al vooruit bekend.
Da heer Cohen Staart meent, dat men dit niet had
kunnen maar had moeten doen. Hij zegt tenslotte
dat hjj neigt naar behoud van 't ambnlantisme, doch
niet voldoende kan oordeelen over de zaak.
De heer Boelmans ter Spil), er op wijzende, dat
de bespreking van het voorstel van twee leden der min
derheid in Amsterdam niet geheel afgescheiden bleef van
de politiek, is van gevoelen, dat men na het advies van
den heer van Rjjsens, waarbjj deze ook heeft gewezsn op
dat van andere anloriteiten in Amsterdam niet meer
behoefde te vragen, 't Is niet de bedoeling gewesst, dat
B. en W. niet wilden voldoen aan de opdracht.
Da heer d e W i t voegt hier nog aan toe, dat uit de
stukken, die B. en W. van den heer Van Rjjsens ter
inzage hebben gehad, is gebleken, dat in Amsterdam
vele leden tegen hebban gestemd, omdat het nog al wat
zou kosten om van de dubbele scholen, enkele te maken.
De heer Cohen Stuart zegt daarop, dat de raad
die stukken had moeten hebben, men had van Amster
dam moeten vragen de resultaten van het door B. en W.
van Amsterdam ingestelde onderzoek. Voorts toont hjj
aan, dat wat de schoolopziener van andere plaatsen zegt,
vrij vaag is. Hij blijft van meening, dat de raad recht
had op betere voorlichting, wil men er genoegen mee
nemen, hjj zal er zich bij neerleggen, maar blijft buiten
stemming, doch dan zal da raad eerst het besluit van 15
Jnni moeten herroepen.
De Voorzitter geeft eenige toelichting uit den
financieelen staat, waaruit blijkt, dat de splitsing de ge
meente niets zal kosten, de afscheiding der büde scholen
is zelfs niet noodig.
De heer Glin derm an meent, dat al heeft men
nog meerdere inlichtingen de raad nog altijd in een
moeilijk parket zal verkeeren, er zit volgens hem niets
anders op dan het advies van den schoolopziener te volgen,
daarmede is men verantwoord.
De heer Cohen Staart vindt, dat het meer op den
weg ligt van B. en W. alsnog de inlichtingen te geven
tenzjj de raad op zijn besluit van 15 Jani terugkomt.
De Voorzitter vraagt den heer Vonk, of deze als
lid der schoolcommissie, misschien hare meening kan
geven, doch ontvangt daarop een ontkennend antwoord.
De heer de Groot zegt nog, dat hjj niet weet, hoe
de zwakke krachten verbeterd kunnen worden als ze
zonder toezicht zijn en beroept zich op de meaning van
ambulante hoofden, waar hjj beweert, dat indien het
hoofd een klasse heeft, deze niet meer de volle verant
woordelijkheid kan dragen. Voorts dringt hjj aan op
handhaving van het besluit van de Jnnivergadering.
De Voorzitter voert hem tegen, dat die zwakke
krachten als ze er zijn, tjjdens het ambnlantisme, dan
toch niet zijn verbeterd, de ambulante hoofden hebben
daarin dan niet knnnen slagen, om ze beter te maken.
De heer Boelmans ter Spill gelooft dat de heer
de Groot een verkeerde opvatting van de zaak heeft, als
hjj meent, dat het niet-ambulante hoofd, alleen aan
sprakelijk kan zjjn voor zjjn eigen klasse. Het hoofd
hondt wel degeljjk de leiding, men krijgt geen repnbli-