ONGEVALLEN. Indische Penkrassen. Een Familievloek. No, 125. Honderd en zesde jaargang. Zondag 16 October 1904. Kennisgeving van FEUILLETON. OMAK" Enfemia Gravin van Adlersfeld-Ballestrem ALK1AABSCHE COURANT. De BURGEMEESTER van ALKMAAR brengt onder de aandacht van belanghebbenden, dat niet alleen krachtens artikel 61 van de Ongevallenwet lOOl door den werkgever in wiens verzekeringpliohtige on derneming aan een verzekerde een ongeval in verband met de uitoefening van het bedrjjf overkomt, of door hem, die den werkgever ter plaatse van het ongeval verte genwoordigt, uiterljjk binnen tweemaal vierentwintig uren aangifte van het gebeurde moet worden gedaan ten pos- kantore, maar dat BOVKNOIXISI krachtens artikel 12 van de Veiligheidswet het hoofd of de bestuurder van elke inrichting, waarin eenige tak van fabrieks- of handwerksnjjverheid wordt uitgeoefend (onverschillig dus, of het bedrijf al of niet in de Ongevallenwet is opge nomen) verplicht is van elk in zijn bedrijf aan een per soon overkomen ongeval binnen driemaal vierentwintig uren nadat het ongeval heeft plaats gehad, of nadat de gevolgen van dat ongeval zich hebben geopen baard schriftelijk (bij een formulier, dat in den boek handel verkrijgbaar is) aan den burgemeester kennis te geven. Overtreding van genoemd art. 12 der Veiligheidswet wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste eene maand of geldboete van ten hoogste honderd gulden. De Burgemeester voornoemd, G. RIPPING. (Auteursrecht uitdrukkelijk voorbehouden. LXXXK. Men had mij al gezegd, dat de receptie's bij Radhen Adipati Sosro di Ningrat nu eens bij uitzondering niet vervelend waren en ik moet 't bekennen, ik heb er mij best geamuseerd. In de ruime Pendopo van den Vorste- lijken Kepatihan worden de gasten op bijzonder hupsche, op prettige wijze ontvangen. Er heerscht een bepaald gemoedelijke, een ongedwongen toon op deze maandelijk- sche bijeenkomsten, waar bijna alle voorname Europeesche en Javaansche ingezetenen van Solo elkaar geregeld ren dez-vous geven en waar men niet geplaagd wordt door die minder aangename formaliteiten en bepalingen van het Hof. De Radhen Ajoe, eene zuster van den Soesoehoe- nan, is een goed vriendelijk Javaansch vrouwtje, die op z'n Europeesch zelve tegenwoordig is en al spoedig heel gezelligjes met de Solosche dames aan 't babbelen gaat. De zonen van den Rijksbestierder, Radhen Mas Sasra di PoeraOnder-Regent en uitstekend amateur-fotograaf, Radhen Mas Radja di Poera, Radhen Mas Karta di Poera hun zwager Radhen Mas Sasra Margansa, een talentvol musicus, hun neef Radhen Mas Soera Hoekara, zijn allen zeer sympathieke, vooruitstrevende jongelui, spreken on berispelijk Hollandsch en voelen veel voor een nauwere aansluiting met beschaafde, ontwikkelde Nederlanders. Als een bijzonderheid moet ik u mededeelen, dat in de Pendopo, zeer smaakvol en modern gemeubileerd, on- middelljjfc drie prachtige uit hout gesneden en fraai be schilderde busten de aandacht trekken. Ze zijn door Javaansche kunstenaars vervaardigd naar portretten van Hare Majesteit de Koningin, wjjlen Zijne Majesteit den Koning en Hare Majesteit de Koningin-Moeder. De busten, levensgrootstaan te midden van groen en bloemen. Heel mooi 1 Het heeft mij hier op Soerakarta gefrappeerd zooveel portretten van ons Vorstelijk Huis er by de VAN 31) Door de onverwachte vervulling van haren liefsten wensch werd Daphné vriendeljjk en vergevingsgezind gestemd, want het duurde niet lang of zjj zag haren gemaal, op wien zjj met stralenden blik toeijlde. »Wat hebt ge daar vroeg hij, nog voor zij gelegenheid had iets te zeggen, op de diamanten wjjzende. Onder den invloed van zijn strengen en somberen blik kwam de trots bjj haar boven. »Een geschenk van den keurvorst," zeide zjj zacht. Als door een giftigen adder gebeten, schrikte Prederik Leopold daarop terug. »Als het feest ten einde is, zult gjj ze teruggeven," zeide hij heesch. »Waar denkt ge aan lachte zg. .Meent ge, dat ik de folie zoude hebben ons in disgr&oo te storten Pas si bete .Daphné, Daphné, ziet ge dan den afgrond niet steunde hij. .Pauvre fou," lachte zij genadig. »Ik geloof werkeljjk, dat ge wat overspannen zijt. A propos, vóór ik het ver geet, de keurvorst wil ons in Ulmenried een bezoek bren gen, wanneer hij daar ter gelegenheid van zjjn reis voorbij zal gaan. II faut faire nos préparations, want wij moeten den hoogen bezoeker al met een dag of tien wachten." En met een licht hoofdknikken, waardoor de diamanten van den keurvorst den jonker honend toeflonkerden, zweefde zjj weg. Hoe Frederik Leopold de rest van den avond door- Javaansche grooten worden aangetroffen. Zoo was ik ver leden bij een Kliwon of Onder Regent, die er liefst acht, van Hare Majesteit alleen, in zjjn Pendopo had hangen, portretten van verschillende leeftjjden, alle netjas in ver gulde lijsten met kroon en achter glas. Toen ik in 1896 in Indië kwam, merkte ik bij de bruine broeders al zeer weinig belangstelling voor Holland en Oranje. Wat is dat alles in korten tyd anders ge worden I In Klaten, een heel klein binnenplaatsje in deze Residentie, zjjn op 't oogenblik reeds meer dan 70 kinde ren van Chineezen en Inlanders, die op de Gouvernements- school en bjj particulieren Hollandsch leeren. Ik was daar onlangs even een dagje en zag tot mjjn verbazing, dat er ook al een laaggeboren Javaantje, Soewarno ge naamd 'i zoontje van den mandoer (ploegbaas) Karlo Soedira, op de Gouvernementsschool ging, een der beste leerlingen was, dokter djawa wilde worden en zeer vriend schappelijk omging met da aristocratische kinderen van den Regent, den Djaksa en den Kliwon. Wanneer zoo iets nn reeds mogelijk is in deze conservatieve Vorstenlanden, dan krijgt men hoopdat binnen een halve eeuw dit volk er boven op zal zijn, dat gebroken zal wezen met de slavenverhondingen tusscken adel on volk en dat ook Hollander en Javaan dichter bij elkaar zullen staan, dichter dan thans nog het geval is. In de allereerste plaats past hier een woord van op rechte hulde en dank aan den Heer Abendanon, don Directeur van Onderwijs, Eeredienst en Nijverheid. Sinds November 1903 (Staatsbl 353) is het aan Inlanders en Chineezen veel gemakkelijker gemaakt, om hun kinderen van de Europeesche scholen mede te doen profiteeren, Europeesche scholen voor 999/lOUO door Inlandsch geld tot stand gekomen! Vroeger konden óók wel Inlandsche en Chineesche kinderen toegelaten worden, mits de ouders maar f 8 f 10 per maand (de beide hoogste aanslagen) wilden betalen. De meerderheid der Europeesche leer lingen, al net zoo donker of zwarter somB nog dan de Inlanders zelf, werden kosteloos onderwezen. Dit nu was al zeer onbillijkThans is er bepaald, dat kinderen van Inlandsahe ouders, wier maandeljjksch inkomen niet meer bedraagt dan ±125 voor f 0.50 f 0.25 in de maand en van fatsoenljjke, doch onvermogende menschen, zelfs gratis kunnen worden opgenomen. Het gevolg hiervan is, dat nu allerwege de Enropeesche scholen bestormd warden door aspiranten van Inland- achen bloede. Jammer is zeker, dat als eisch nog steeds gesteld wordt, dat de kleintjes eerst voldoende Nederlandsch moeten kennen, willen ze de leisen in de laagste klasse kunnen volgen. Dit wordt niet van de Europeesche leerlingen geëischt en die kennen meestal ook nog geen Hollandsch als ze op school komen 1 Op tal van fröbel- en parti culiere scnoortjes zijn thans heeren en dames bezig, om de niet Europeesche jeugd voor de Gouvernementsschool op te leiden. In Klaten zjjn er zoo twee en te Batavia alleen zjjn door het plaatseljjk bestuur in het laatste jaar 87 vergunningen voor dergelijke voorbereidingsscholen" uitgereikt. Ik voorzie, dat over tien jaar het aantal Hol landsch sprekende Inlanders en Chineezen dan ook ver honderdvoudigd zal zijn. Natuurljjk slaat nu den onderwetschen Hollander hier en ook den Indo de schrik om het hart. .Waar moot dat naar toe met onze kin deren? .Het hemd iB toch nader dan de r o k 1enz. zoo wordt er geprutteld. Sommigen zijn zelfs plotseling erg braaf en dus bang, dat hun kroost van de niet-Europeesche kameraadjes allerlei slechts zal leeren, dat ze ongodsdienstig zullen worden enz. enz. Nonsenspraatjes 1 Men is bang voor concurrentie later 1 Volgens alle onderwijzers, die ik tot nog toe sprak, munt de Inlandsche jeugd uit in gver, aanleg, bevattelijkheid en bracht, dat wist slechts hjj alleen in zjjn nameloozen angst om zijn schat te verliezen. Of had hij dien reeds verloren Aan den arm van Apollo zag hij Daphné meermalen voorbjj komen, het bekoorlpe gezichtje getint in den vreugderoes van haren triomf, maar geen blik van haar schitterende oogen had zij voor hem over. Het gezelschap stiet elkaar aan en zag daarbij naar het schoone paar en men fluisterde en lachte en zolfs de opperhofmeesteres, zgne eigene moeder, ging met opgeheven hoofd, trotsch als een pauw rond, do bewijzen harer genade uitdeelend. Na afloop van het feest, dat met een vuurwerk eindigde, naar huis rijdende, werd er tusschen de beide echtgenoo- ten geen woord gewisseld. De jonker leunde somber in een hoek van zijn karos, Daphné scheen in den anderen in slaap gevallen, en toen zij thnis gekomen waren en hij iets tot haar wilde zeggen, hief zjj afwerend de han den op, .Ik bid je, pas nn motIk sterf van fatigue. Djarbij weet ik wat je zeggen wilt, maar ieder woord is trop et perdu, daarom epargnez moi." Diep bedroefd begaf de jonker zich ter ruste hij kon den slaap evenwel niet vatten, hoewel hij voortdurend tot zich zeiven zei.alles, alles zal wel weer terecht komen, als wij maar weer rustig thuis zjjn." Wel geloofde hjj zelf niet in dezen troost, maar hg geloofde aan een droppel gif, die in Daphnó's hart was gevallen, en die al haar bloed in vuur zette. De dag na deze gemaskerde partij ging voorbij met het maken van toebereidselen voor de terugreis en ook met beschikkingen voor het bezoek van den keurvorst op Ulmenried. De jonker zag daarbij zijne vrouw weinig of heelemaal niet, zjj sprak vrooljjk en opgewekt met de tallooze van haar afscheid nemende vrienden en met geen enkelen blik verwaardigde zg hem, die bleek en ernstig daarbij stond. Ook zonder een woord te zeggen, word de terugreis gemaakt, want Daphné scheen meestal te slapen, ofschoon Frederik Leopold den reiswagen daartoe niet de geschikste plaats vond. Thuis ward het er niet veel bater op. goed gedrag. Mr. Abendanon, Uw naam zal hier later door het dank bare nageslacht met eerbied worden uitgesproken U hebt als Lid van het Hoofdbestuur van het Algemeen Neder landsch Verbond Indische Tak) begrepen wat er gedaan moest worden. Richt nn nog bij elke school eene voorbereidingsklasse op, voor Indo s en niet-Enropeanen, eene voorbereidings klasse waar, volgens de Fiöbelmethode, door gediplo meerde onderwijzeressen den kleintjes spelenderwijze vol doende Hollandsch geleerd wordt. Verder ook spoedig de noodige scholen bjjbonwen en meerdere onderwijzers uit Holland gevraagd 1 Straks komt er overal plaats te kort 1 Ook de Dokter djawaschool en de Opleidingsscholen voor Inlandsche hoofden zullen weldra te klein blijken. Alle niet-Enropeesche Ambtenaren laten thans reeds hun jongste kinderen naar de Hollandsche scholen gaan. We zjjn midden in de évolntie, trots het gejammer en geweeklaag van de dompers, zoowel in de Europeesche als in ds Inlandsche maatschappij. De bedienden van den Rijksbestierder dragen een lint van groene zijde met gele randea om den hals. In den Kraton dragen ze een geel lint met rood omzoomd en kleine gonden kwastjes. Ook aan het Hof te Djocja moet die gewoonte bestaan, Een der jongelui vertelt ons nu de volgende legende, aan dit oude gebruik verbonden. In overoude tydan zond er eens 'n Javaansch Vorst eenige dienaren met geschenken naar een vazal. Onderweg kregen de lui 't wat warm en daar er vlak bij een rivier stroomde, gaven zij aan voorbijgangers last, om even op de c.adeaux te passen, want ze wilden baden. Ze kwamen toen bij ongeluk terecht in het Rijk der watergeesten, werden daar flink getrakteerd en vergaten er door 't tniven al spoedig den tijd. Toen zij na eenige weken van pretmakea plotse ling schuldbewust werden en terug wilden naar boven, om de gesohenken verder aan hun adres te bezorgen, brachten do gulle gastheeren hen weder naar den oever. De inlanders, die nog steeds trouw op de cadeaux pasten, herkenden hen echter niet meer en weigerden daarom 't hnn toevertrouwde af te geven. De bedienden moesten toen weer naar hun Vorst terug en wel om de bewjjzen voor hun identiteit te halen. Van toen af moesten, ter voorkoming van dergelijke moeilijkheden, de dienstbaren van den Sultan een lint van bepaalde kleuren om den hals dragen. at het op de Recepties bjj don Rijksbestierder ook al zoo gezellig maakt, dat zjjn de mooie nummers door hot Javaansche strijkorkest uitgevoerd. Voor de kenners en liefhebbers schrijf ik hier even het programma af. 1. Spreken is zilver en zwijgen is goud, Marsch gecompo neerd door Radhen Adjing Soedarni, eene nicht van den Rijksbestierder. 2. Ouverture zur Oper Norma. Bellini. 3. Im Zigeuner LagerII. Sperber. 4. ZweigesprdchJ. Van Ham. 5. Nebelbilder PhantaisieLumbte. 6. Potpourri La TraviataL. Stamij. 7. Sourire d'Avril, WalzerM. Depret. 8. S il vous plaitR. Eilenberg. De Rijksbestierder is een bjjzonder vriend zoowel van Javaansche als van Europeesche toonkunst en onderhoudt daarom de noodige artisten voor verschillende orkesten. Zoo woonde ik in de Javaansche Sociëteit Habiprojo reeds een gamelan-concert met Javaanschen zang bjj, zoo ia-goddelijk mooi, dat slechts een Henri Borel de noodige woorden zon knnnen vinden voor eene beschrijving. Het Strijkorkest van den Kepatihan" oefent zich 5 A 6 uur per dag, is veertig leden sterk en staat onder directie Met een vlnchtigen groet verwelkomde Daphné hare kinderen en ving dadelijk aan met hare toebereidselen te maken voor het hooge bezoek, terwijl de jonker de on schuldige kleine wezentjes aan zgn warm, liefdergk hart drnkte, als moesten zij hem alles vergoeden, wat hem hun eigen moeder onthield, »Het komt alles nog wel weer in orde," dacht hg bjj zich zeiven, maar het kwam niet weder terecht. Dien zelfden avond wendde de jonker zich tot zijne in diep nadenken verzonken zittende vrouw en zeide vriendelijk »Daphné, ziet gjj nu in, dat ge verkeerd hebt gehandeld en mij smart hebt aangedaan »Hoe komt ge nu op zulke dwaasheden?" vroeg zij spottend terug, »laat die sentimenteele babillages toch achterwege dat is zoo mauvais genre." »Q kind, mijn kind, wat is er toch van je geworden," riep hij smartelijk. Wat heeft de wereld van je gemaakt." »Dat, wat mjj toekomt," hernam zjj heftig, »hier in dezen horribelea boek hebt ge mij tot eene belachelijks land jonkvrouwe gemaakt. De tijden dezer abominabele solitude zijn nn passé." »Daphné ge wilt mjj verlaten?" vroeg hij somber en zgne woorden klonken zoo innig, dat zij er ondanks haar zelve van rilde. >Neen," antwoordde zij aarzelend. »Wie spreekt daar van Ik meen slechts, dat het zoo totalement hors de la mode is, zich in een nid d' amour met zjjn man van de geheele wereld af te sluiten." »En wie heeft je die moderne principes geleerd?" »Mais tont le monde 1 bovendien deelt uwe moeder deze opinions volkomen." »En daarom zal ik ja ook weldra te eenvoudig, te bekrom pen voorkomen," zeide Frederik Leopold meer smarteljjk dan bitter of ironisch. »Dat spreekt vanzelf," antwoordde zg achteloos. »De keurvorst zelf heeft mij immers gezegd>uw éponx maakt op mg de impression als leefde hjj voor jaren. Zjj zjjn zeer amusant onze lompe, onhandige landjonkers," Ik dacht, dat ik mij dood zou schamen." (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1904 | | pagina 5