Dit mmr Destaat uil 3 Hlaflm.
Mo. 134.
Honderd en zesde jaargang.
1904.
ZONDAG
6 NOVEMBER.
Hinderwet.
Drankwet.
BUITENLAND.
BINNENLAND.
Algemeen Overzicht.
Nieuwst ij dingen.
Gemengd Nieuws.
ALKHAARSCHE OOI RAM.
Deze Oonrant wordt Dins d g-, Oaiderdag-
en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprjjs
per 3 maanden voor Alxmaab f 0,80franco door het
geheele rijk f 1,
3 Nummers f Afzonderlijke nummers 3 ets.
mm
Telefoonnummer 3.
Pr|]s der gewone advertentlën ij
Per regel f ©,13. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N/V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h. HERMs. OOSTER ZOONVoordam C 9.
Onderstaande persoon wordt verzocht zich ten spoedig
ste ter secretarie dezer gemeente aan te melden (afdee-
ling Bevolking)
Maria Emilia Johanna van Rjjn, gekomen uit de ge
meente Amsterdam.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alkmaab
brengen ter algemeene kennis, dat heden op de gemeente
secretarie ter visie is gelegd het aan hen ingediende ver
zoek met bijlagen van M, H. E. DE WILD, ijzerhan
delaar alhier, om vergunning tot het oprichten van een
bewaarplaats van ten hoogste 3 vaten ben
zine in het perceel, Vijvertje, wjjk A, No. 3
Bezwaren tegen deze oprichting kunnen worden inge
diend ten raadhuize dezer gemeente, mondeling op Vrij
dag 18 November e.k,, 's voormiddags ';e elf uur en
schriftelijk vóór of op dien tijd. Gedurende drie dagen
vóór gemelden dag kan de verzoeker en hij, die bezwaren
heeft ingebracht, op de secretarie dezer gemeente van de
terzake ingekomen schrifturen kennis nemen.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, G. RIPPING, Voorzitter.
4 Nov. 1904. DONATH, Secretaris.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALKMAAR
brengen ingevolge de artt: 12, 37 en 65 der Drankwet
ter openbare kennis, dat bjj beu is ingekomen het na
volgende verzoekschrift om verlof tot den verkoop
van alcoholhoudende drankenanderen dan
sterken drank:
Van J. van TELLINGEN voor de voor vergaderingen
bestemde bovenlokalen van het perceel Gedempte Nieu-
wesloot Nr. 43.
Binnen twee weken na deze bekendmaking kan ieder
tegen het verleenen van het verlof schriftelijk bezwaren
inbrengen.
Burgemeester eu Wethouders voornoemd.
Alkmaar, G. RIPPING, Voorzitter.
5 Nov. 1904. DONATH, Secretaris.
Hoezeer de verhouding tusschen Engeland en
Rusland ook moge verbeterd zijn, nog steeds is deze
niet zoo, dat de gevaren voor een oorlog als denkbeeldig
zijn te beschouwen. Donderdagavond heeft de heer Bro-
drick iu een redevoering te Guildford 't onomwonden
gezegdook nu nog geeft de toostand reden tot bezorgd
heid. Docb, zoo voegde de voorzichtige minister hieraan
toe, men mocht verwachten dat met goeden wil aan
beide zijden het mogelijk zou zijn aan de wettige aan
spraken van Eugeland te voldoen zonder dat ongepaste
druk behoefde goefend te worden op de nationale gevoe
lens, waardoor Rusland zich laat leiden. De Britsche
regeering verkeert niet in den minsten twijfel omtrent
de gevoelens van haar landgenooten, noch omtrent de
maatregelen, welke noodig zjjn om de nationale eer te
handhaven onder een toestand van bijna voorbeeldelooze
spanning.
De gevoelens der Engelsehen inderdaad, zjj zijn in
dezen niet twijfelachtig. Merkwaardig is geweest en is nog
da eenstemmigheid, waarmee door het volk gevraagd is
om bestraffing van hen, die den Hallschen visschers on
recht aandeden. Die eenstemmigheid is vroeger nog maar
zelden gezien.
Toen Pitt den oorlog verklaarde aan Napoleon had hg
tegen zich Fox met zjjn bjjtende welsprekendheid, 't Is
zelfs gebeurd, dat naar Pitt steenen werden geworpen
voor de Londensche beurs, door hen, die vóór alles een
vredelievende politiek wenschten te zien toegepast.
Toen Lord Aberdeen een verdrag sloot met Frankrijk
om den Krimoorlog te beginnen, werd hjj hevig bestreden
door John Bright, die later vroeg, of op het voetstuk van
het monument, opgericht op Waterloo-Place ter eere van
de in dezen oorlog gevallen garde-soldaten, het woord
«Crimea" niet zoo kon geplaatBt worden, dat eerst de »a"
gezet werd en dan Crime'1, zoodat er zou te lezen zjjn
»a Crime", d. i. een misdaad.
In de Fasjola-dagen waren de meenigen niet minder
verdeeld. Meetings werden georganiseerd om te protesteeren
tegen de bewering, dat de aanwezigheid van een Fransche
expeditie aan de oevers van den Njjl in geen geval een
breuk zou kunnen veroorzaken tusschen Frankrijk en
Engeland. E'ndeljjk ligt nog versch in het gehengen de
oppositie, waaraan Lord Salisbury en Chamberlain, die
den oorlog verklaarden aan de beide Boeren-republieken in
Zuid-Afrika, hebben blootgestaan van zeer vele liberalen
en in 't algemeen van hen, voor wie Chamberlain de liefe
lijke benaming «little Englanders" heeft uitgedacht.
Na het gebeurde met de visschers van Hull was er
niets van dat alles te bespeuren. Lord Rosebery, die de
kunst verstaat van het juiste woord te vinden in moeilijke
oogenblikken, heeft terstond gezegd, dat 't hier was «een
niet te qualifieeeren aanslag." De leider van de liberale
partij, Sir Henry Campbell-Bannerman, heeft zich niet
minder forecb uitgelaten. Ook de Engelsche dagbladen
en de schrijvers, bekend om hunne vredelievende neigingen,
hebben niet geaarzeld te verklaren, dat als de Russische
regeericg weigerde aan de Engelsche voldoening te geven,
er geen bezwaar zou zjjn om den oorlog te doen uitbreken.
In alle maatschappelijke rangen dezelfde gevoelens. Ik
heb mij dus schrijft de Londensche correspondent van
de Indépendance Belqe in de crisis-dagen tusschen de
menigte begeven en ik heb daar tooneelen bijgewoond,
zooals men nergens elders dan iu Engeland kan zien.
Da bladen van Londen hebben volstrekt niet overdreven,
toen zij zeiden, dat de ontvangst op Dinsdag 25 Oelober
bereid aan den Koning, terwijl deze in den trein stapte
om naar de wedrennen te Newmarket te gaan, iets buiten
gewoons was. Da geestdrift, die de menigte bezielde,
had iets spontaans, iets oprechts, zelfs iets kinderlijks,
waardoor men moest getroffen worden. Naast mij stond
een werkman, die met zeer duidelijke stem liep: *Good
old Teddy (goede, oude Ednard), Goede oude vriend 1
Gjj zult die dolle honden straffen, nietwaar. Hoera voor
de oude dierbare vlag 1 Voorwaarts dan. Heel Groot-
Britannië staat achter u!" De Koning was daardoor
zichtbaar bewogen.
Op dit oogenblik heerscht nog een dergelijke stemming
in Engeland en daarom zal 't groote gerustheid geven,
wanneer het huidige incident voorgoed is afgedaan.
De «Press Association'' verneemt te dezer zake, dat
de Kabinetsraad te Londen Donderdag eenige vorderingen
heeft gemaakt in de voorbereiding van de onderhande
lingen voor het internationale scheidsgerecht. Het is niet
onwaarschijnlijkdat er nieuwe beraadslagingen van de
ministers noodig zijn, daar men van gevoelen is, dat alle
belangrijke stappen onder de gegeven omstandigheden
door het Kabinot in zijn geheel verantwoord moeten
worden. Een telegram uit Petersburg meldtdat de
Engelsche gezant Donderdagmiddag aan graaf Lamsdorf
de voorstellen van zijne regeering met betrekking tot de
samenstelling van de commissie van onderzoek heeft voor
gelegd. Engeland ©kelt vier gedelegeerden vooreen
Eogelschman, een Franschman, een Rus on een Amerikaan.
Deze vier te zamen zouden een vjjfden man aan zich
toevoegen. Verdsr sprak Eageland de hoop uit, dat de
oommissie te Parjjs zou bijeenkomen.
In Japan hebben naar aanleiding van den verjaar
dag van den Mikado allerwegen groote feestelijk
heden plaats gehad. De Keizer zelf gaf een lunch, in een
korte redevoering verwelkomde hij de vreemde diploma
ten. Hij zeide te betreuren, dat de lijd nog niet gekomen
is, dat de vrede in het Oosten hersteld zal zjjn en de
wenschen van Japan in vorvulling zullen treden. De
Keizer wijdde hierna een dronk aan de vreemde vorsten,
en sprak den wensch uit, dat de banden van vriendschap
steeds nauwer zullen worden.
Baron d' Anethan, de Belgische gezant en doyen van
het corps diplomatique, deze redevoering beantwoordend,
wenschte den keizer met dezen dag geluk. Hg sprak zijn
leedwezen uit over het voortduren van den oorlog, en zeide,
dat ook de gezanten het herstel van den vrede wenschen
en met te meer vuur als zij met diepe ontroering zien,
welke verwoestingen reeds zjjn toegebracht, hoe duizenden
edele slachtoffers aan beide zijden zijn gevallen, hoe de
gezinnen treuren en hoe de legers in het veld strijden eu
hun bloed vergieten met een dapperheid, die hjj bewon
derenswaardig en een heldhaftigheid, die hij ontembaar
noemt.
Wat echter op dezen dag is uitgebleven, is het in uit
zicht gestelde verjaarsgeschenkde val van Port Ar
thur. Wel hebben de Japanners hun uiterste best gedaan
om den Mikado zulk een overwinningsbericht aan te
bieden, doch dit is hun niet gelukt. Ziehier wat de
Engelsche bladen over de laatste berenning weten te
melden
De Morning Post verneemt uit Shanghai, dat de linker
vleugel van het Japansche leger voor Port Arthur Laot-
silni bezette, aan de kuBt oostelijk van de haven gelegen.
De rechtervleugel bezette Itsoethan en rukte op tegen het
Crematorium. Do „Daily Express" verneemt uit Tokio, dat
het laatste fort aan de oostzjjde van Port-Arthur Donder
dagmorgen in handen der Japanners was. De afdeelingen
voor de bestorming aangewezen, werden naar de loopgraven
en tunnels gevoerd, terwijl tevens maatregelen werden
genomen in verband met de toebereidselen voor den aanval
om de citadel te nemen. Des middags kwam het bericht,
dat vjjf Russische schepen gezonken waren in de haven,
en dat een deel van den zuidwestelijken hoek der stad in
brand stond. Verschillende Russische mijnen zijn gespron
gen, doch zonder den Japanners nadeel te berokkenen.
In den aanval van Dinsdag werd Stössel gewond. Do Ja
panners leden hevige verliezen. De Daily Chronicle ontving
uit Tsifoe het bericht, dat naar schatting de Japanners
in de laatste gevechten 20,000 man aan dooden en gewon
den verloren. De veldhospitalen zjjn overvol.
H. M. de Koningin Moeder heelt een der laatste dagen
een tocht per automobiel gemaakt door het vorstendom
Waldeck en bracht 31 October den dag dror te Frankfort.
Den 1 vergaderde te Schagen de raad dier gemeente.
Afwezig was alleen de heer C. Bijpost. Behandeld
werd een schrjjven van het comité voor het tramplan
SchagenZjjpe—Alkmaar behelzende het verzoek het
ontwerp-statuten goed te willen keuren en gemachtigden
te benoemen voor het passeeren der oprichtingsacte
eener naamlooze vennootschap. Op voorstel van den
heer W. Vader werd besloten aan geen van de twee
verzoeken te voldoen, maar eerst nog eens aan het
comité te vragen een paar veranderingen in de statuten
te willen brengen inlichtingen te geven over de brug
over het kanaal te Schoorldam en uitdrnkkeljjk te melden,
dat Schagen vasthoudt aan de bepaalde richting.
Het hoofdbestuur van den Bond van Ned. Onderwijzers
heeft een adres aan de Tweede Kamer gezonden, waarin
het mededeelt, dat het onderzoek van het wetsontwerp
tot wjjziging dier wet op het lager onderwjjs in de af
deelingen van den Bend er toe geleid heeft de Kamer te
verzoeken aan het wetsontwerp hare stem te onthoaden.
Bij het adres is een Memorie van toelichting gevoegd,
waarin behandeld worden: de onvoldoende waarborgen,
de salarieering, de wachtgelden, de opleiding, de examens,
art. 15, en het aantal leerkrachten per school.
De haven van Zaandam.
De gemeenteraad vsn Zaandam was Vrjjdagavond in
buitengewone zitting bjjeen. Het is thans gebleken, dat
aan B, en W. in de geheime vergadering van 20 October
een crediet werd verleend voor aankoop van den benoo-
digden grond voor uitbreiding der zeehaven en machtiging
tot het voeren van onderhandelingen met de H. IJ. S,
M. aangaande dit onderwerp.
Sedert is aan B. en W. de noodzakelijkheid gebleken,
dat zoo spoedig mogelijk eene wet worde verkregen,
waarbjj de verklaring van algemeen nut wordt uitge
sproken, opdat onteigening der terreinen mogelijk zij, nu
pogingen tot onderhanóschen aankoop zonder resultaat
bleven. Dat college is thans daartoe gemachtigd de noo-
dige stappen te doen, verwijl voor de bedoelde uitbreiding
als grondslag wordt genomen het door de commissie ad
hoe ingezonden plan.
Verder werd op voorstel van bet dagelijksch bestuur
een commissie van advies ingesteld, bestaande uit zes
leden. Aan die commissie wordt toegevoegd een technisch
ontwikkeld en voor de uitvoering van een uitgebreid
havenplan berekend man, die èa als adviseur èa als se
cretaris der commissie zal fungeeren. Ten slotte zjjn B.
en W. nu gemachtigd dat deel van het rapport der com
missie van 21 Jan. 1914, hetwelk door hen voor publi
catie geBchikt wordt geacht, op te nemen in de in druk
verschijnende voordrachten aan den gemeenteraad.
Ken Kinderhuis.
Door een commissie bestaande uit mevr. M.G.Muller-
Lulof's, presidenteden heer J. L, Bosma, secretaris,
hoofd eener school; mej. W. P. Costerus, penn'iDgmeesteres
mevr. O. Bisdom-Roelvinken de heer J. Hobma, hoofd
eener school, S. Schober en C. W. Wagenaar, worden
pogingen in het werk gesteld om te Utrecht te komen
tot de oprichting van een Kinderhuis. Het doel van dit
Kinderhuis zou zijn, om aan schoolgaande kinderen van
ouders, die door werk buitenshuis, door ziekte of door
een andere oorzaak hun kinderen zelf niet kunnen ver
zorgen, tusschen de schooluren een aangenaam en nuttig
verblijf te verschaffen. De proef, die genomen werd op
kleine schaal, heeft de beste resultaten opgeleverd, zoodat
het voorloopig bestuur een beroep doet op de offervaardig
heid der ingezetenen. Er is gerekend, bjj een getal van
p.m. 24 kinderen per dag, voor de exploitatie van een
kinderhuis (huur en belasting inbegrepen) per jaar onge
veer ƒ2000 noodig te hebben.
Afscheid van den heer Appelboom.
Iu de laatste vergadering der afdeeling Alkmaar-Buiten
heeft de heer Appelboom op eenvoudige wjjze afscheid
van zjjn collega's genomen. Enkele jaren was hjj voor
zitter, vele jaren lid dier afdeeling geweeststeeds zonden
bjj hem in aangename herinnering big ven de uren in dit
gezelschap doorgebracht. Mocht ziju nieuwe werkkring
het toelaten, dan hoopte hjj een enkele maal de vergade
ringen van Alkmaar-Buiten bij te wonen, waar oprechte
vriendschap en onderlinge belangstelling altijd voorzaten.
De heer Rujjter, hoofd der school te Heiloo, zegde hem
in welgekozen bewoordingen dank voor hetgeen hjj als
voorzitter der vereeniging gedaan had. Hg voor zich
was er van overtuigd, dat de appelboom, welke thans
in andere gaarde geplant was, velen goedegvruchten voor
de maatschappij geleverd had bij hoopte, dat het den
scheidenden voorzitter in zjjn nieuwen werkkring wel
mocht gaan.
Zjjn opvolger, de heer Medemblik, sprak den wensch
uit, dat de heer Appelboom te Mettray zooveel invloed
op de daar ham toevertrouwde knapen zou oefenen, dat
deze, eenmaal de maatschappij ingetreden, zich ff nke bur
gers van Nederland zouden toonen, de schoonste hulde
voor elke inrichting.
Te water.
"Vrjjdag j.l, geraakte de heer J. H. Spaans van Grosthuizen,