Dit nier klimt dt 2 Wi.
Nationale Militie.
No. 142.
Honderd en zesde jaargang.
1904.
VRIJDAG
25 NOVEMBER.
Drankwet.
B UI T E N LAN D.
BIN NB N L A N D.
Algemeen Overzicht.
Nieuwst ij dingen.
Gemengd Nieuws.
Deze Ooarant wordt Dlnsdag-, Doiderdeg-
en Zaterdagavond uitgegeven. Abonnementsprijs
per 3 maanden voor Alkmaar f 0,9©franco door het
geheele rjjk f 1,
3 Nummers ff @,©0. Afzonderlijke nummers 3 ets.
URA1VT.
felefoonnnmner 3.
Prjjs der gewone advertentlën ij
Per regel ff Q,l&. Ghoote letters naar plaatsruimte.;
Brieven franco aan de N/V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h. HERMs. COSTER ZOONVoordam C 9.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alkmaar,
brengen ter algemeene kennis, dat bij hun college zijn
ingekomen, verzoekschriften van
a. K. OLIJ, handelaar in wjjnen en sterke dranken aldaar,
om vergunning voor den verkoop van sterken
drank in het klein in de bovenvoorkamer van hit
perceel Verdroukenoord, wjjk D no. 14;
J. P. CLAIJ, slijter, wonende aldaar, om vergunning
voor den verkoop van sterken drank ln het klein
in een gedeelte van den winkel van het perceel Hont-
tilstraat, wijk B no. 41
c. Jb. DE GROOT, w nkelier, wonende aldaar, om ver
gunning voor den verkoop van sterken drank ln
het klein in den aan de straat gelegen winkel van
het perceel Heiligland, Wijk 0 no. 17
d. Jb. SWAGER, bierhnishouder, aldaar, om verlof
voor d-n verzoop van alcoholhoudenden drank,
anderen dan sterken drank in bet benedenvoor-
lokaal van het perceel Hofstraat wijk D no. 12;
e. J. F. MUSBACH, koffiehuishonder, aldaar, om ver
lof voor den verkoop van alcoholhoudenden
drank, anderen dan sterken drank in het aan
de straat geleden benedenlokaal met waranda van het
perceel Stationsweg, wjjk E no. 32;
f. P. CLAIJ, koffietauishouder aldaar, om verlof voor
den verkoop van alcoholhoudenden drank, an
deren dan sterken drank in de koffiekamer
achter den winkel, de kamer achter de koffiekamer en
de bovenkamer van het perceel Hoüttilstraat, wjjk B
no. 41.
Binnen twee weken nadat deze bekendmaking is
geschied, kan ieder tegen het verleemn van de vergunning
of het verlof schriftelijk bezwaren inbrengen bij ons college.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, G. RIPPING, Voorzitter.
24 Nov. 1904 DONATH, Secretaris.
Zitting van den militieraad.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente
Alkmaar brengen ter kennis van de loteling-n dezer ge
meente van de lichting 1905, dat de zitting van den
Militieraad in het 3e district van Noord-Holland zal
worden gehouden ten Raadhuize te Hoorn en wel voor
zooveel de gemeente Alkmaar betreft, op maandag 13
December 1©©4, des voormiddags te 11 ure.
Volgens art. 74 der Militiewet 1901 moet in die
zitting verschijnen
de loteling, die vrijstelling verlangt wegens ziekelijke
gesteldheid of gebreken, uf wegens gemis van de gevor
derde lengte.
De loteling, die wegens ziekte of gebreken buiten staat
is voor den Militieraad te verschijnen, wordt onderzocht
op de plaats waar hjj zich bevindt, mits deze binnen het
Rijk gelegen zij.
Elk loteling moet verschenen voor den Militieraad,
binnen wiens rechtsgebied hij voor de militie heeft ge
loot, tenzij op zjjn verzoek, de heer Commissaris der
Koningin in de provincie, waarin bij heeft geloot, het
verschijnen voor een anderen militieraad heeft toegestaan.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, G. RIPPING, Voorzitter.
23 Nov. 1904. DONATH, Secretaris.
Nog steeds bljjven berichten over den aanvang van
den grooten slag op het oor 1 ogsterre i n
achterwege en men krijgt te dien aanzien den indruk,
dat zij, die dezen slag in uitzicht stelden, wat voorbarig
waren in hun oordeel.
De Petersburgsche correspondent van de Matin verzekert,
op grond van vertrouwbare inlichtingen, dat er nog
geen sprake is van een groote veldslag.
De strijd om den Poetiloff-heuvel had een oogenblik
doen gelooven, dat de vijandelijkheden hervat waren,doch
men vergiste zich. Koeropatkine zelf verzekert, in zijn
allerjongste tel-gram, dat de toestand over de geheele
linie kalm is. Telkens weer wordt gezegd: elk oogenblik
kan de worsteling worden hervat. Doch van het oorlogs
terrein wordt steeds gemeld, dat de vijandelijke legers
zeer dicht bij elkaaar liggen, doch nog steeds bewegenloos
zijn. Een hoogst eigenaardige toestand, eenig in de ge
schiedenis der groote oorlogen, moet deze situatie, nu reeds
sinds zóó langen tijd voortdurend, worden genoemd 1
De correspondenten der bladen verklaren eenstemmig,
dat het voor de beide legers feiteljjk onmogelijk is om
frontaanvallen te doen. Men is gehouden zich te bepalen
tot groote omtrekkende bewegingen.
De nachten in Mantsjoerije zijn nu ontzettend koud en
hout kan men bijna niet bekomen. Men betaalt thans
te Kharbice f175 voor dezelfde stapel hout, waarvoor
men te St.-Peteraburg pl.m. 25 gulden betaalt.
Ook aan het Havas-buteau wordt uit Moekdeu ge
meld, dat de koude buitengewoon is. Hevige winden
jagen voortdurend stofwolken op. De gemiddelde tempe
ratuur wordt geschat op ongeveer 40 gr. beneden nul 1
Over de bemanning der Russische sche
pen bij Creta wordt weinig vleiends gemeld. D Daily
Express verzekert, dat officieren en manschappen voort
durend beschonken zijn en de inwoners op allerlei ma
nieren molesteeren. Bij vechtpartijen, die volgden, zou
den vijf personen gedood zijn. Veertig matrozen deser
teerden. Zjj verklaarden openlijk, geen vertrouwen in
hun officieren te stellen. De tucht op de Rassische
schepen wordt door den correspondent van de Daily Express
erbarmelijk genoemd. De meeste schepen zegt hij
zijn van verouderde type en moeten gerepareerd worden.
Nadere berichten zeggen
Dogeljjks hebben onlusten plaats.
Op de markt te Kanea gebeurden da walgelijkste dingen.
Matrozen liepen ontkleed rond. Op den openbaren weg
werd de vrouw van den directeur van een buitenlandsch
huis beleedigdtoen haar man haar wilde beschermen,
werd hij mishandeld. Er heersch e een volkomen insubor
dinatie tegenover de meerderen. Alle tucht is weg.
Da spiegelruiten van magazijnen werden verbrijzeld
De bevolking te Kanea en in de omstreken heeft alle
achting voor de Russische matrozen, die totaal gedemo
raliseerd zjjn, verloren.
Vrijdag 2 December a. s. zal Z. K. H. Prins Hendrik
der Nederlanden deelnemen aan een jachtpartij, die alsdan
op de landgoederen van den beer W. baron van Nagell,
te Barneveld, gehouden zal worden.
De Avondpost kan met zekerheid melden, dat de bewer
king van de cienwe Zondagswet zoo ver is gevorderd, dat
het ontwerp binnenkort de Tweede Kamer zal bereiken.
Tot lid der Zaanland-cfn Kamer van Koophandel en
Fabrieken is gekozen de heer D. Donker, te Zaandijk.
Den 23an werd te West Graftdgk door het polderbe
stuur van de banne Graft verpacht de schutsluis aldaar
voor den tijd van 4 jaar. Pachter werd de heer J. van
Kleef voor f 45 per jaar. Gelijktijdig werd ook het
vischwater in dien polder verpacht voor f 26 per jaar
aan den heer P. Bankersen.
Tweede Hamer.
Dinsdagmorgen werd een aanvang gemaakt met de In
dische begrooting over 19u5.
Ontwerpen tot verhooging van deze begrooting
a. Voor aanleg van een stoomtram van Midioen over
Ponorogo naar Balong met zjjtak Ponorogo—Soemoroto
b. Voor instelling van plaatselijk zelf bestuur te Batavia,
Meester-Cornelis en Buitenzorg
c. Voor maatregelen in het belang van de economisohe
ontwikkeling van Neilerlandsch-Indtë
De heer Pijnacker Hordijk opende de algemeene be
raadslagingen mat te bepleiten, dat het moederland hulp
moet verleenen aan het noodlijdende Indië. De middelen
door den minister voorgesteld keurt spreker af. De toe
stand is zeer bedenkelijk. De bevolking wast te sterk in
verhouding tot den beschikbaren grond. Noodig oordeelt
spr., afschaffing van heerendiensten, beter waarbo g voor
de veiligheid door verh oging van de bezoldigingen der
politie, en verbetering van irrigatie. In zake bet land-
bouwcrediet zal mimen steun moeten verleend worden de
bevordering der nijverheid moet krachtiger hervat worden.
Uitvoerig bespieekt spr. verder het een en ander in
verband met den Atjeh-oorlog en expedities in Indië.
De heer Oremer spreekt uitvoerig over Indië's toestand
en vindt dat deze Rigeering wat dit betreft het niet
bijzonder getroffen heeft.
Ten aanzien van de bezuinigingen dringt spr. aan op
inkrimping der Indische militaire marine.
Wat betreft ons jongste optreden in de Gajoe- en
AlaBlanden kan spr. onze houding tegenover de Gajoes
verdedigen, maar geenszins die tegenover de Alaslandeis.
Voorts betoogt de heer Oremer nog de wensehelijkheid van
goed onderwezen Indische ambtenaren en dus niet te
lichte examens en dringt hg tenslotte aan op het sluiten
van leeningen voor Indië, vooral met het oog op aan te
leggen spoorwegen.
De heer Van Kol bespreekt eenige details van het
Koloniaal Verslag, dat na voor het eerst tegeljjk met
de begrooting ter sprake kan komen, en toont zich in
hoofdzaak bevredigd met de beantwoording door den
minister van de opmerkingen in het Voorioopig
Verslag. Spreker dringt aan op afschaffing van veel
administratieve sleur en op meer aandacht in het Kolo
niaal Verslag voor den economischon Btand. Veider gaat
spr. nog eenigen tijd door met deze financieele politieke
besprekingen. Wegens het vergevorderde uur zal de heer
Van Kol zijn rede den volgen sen dag vervolgen
Gisteren vervolgde de heer Van Kol zijn rede. Spr.
gaat niet verder in op de financieele politiek hjj meende
dat bezuinigd moest worden en wel in de eerste plaats
op de militaire uitgaven en dan door minder roekelooze
uitbreiding van ons gezag. Afkeurend sprak spr. over de
Atjeh-oorlog en t09n hjj met 't oog hierop o. a. zeide
Ons leger is hier gebruikt als huurlingen voor de be
langen der bourgeoisie, kon de heer Troelstra een »juist 1"
niet, weerhouden.
Voorts klaagde spr. over het geheimhouden van ver«
schillende rapporten, als ter zake den opstand te Soera-
baja, de koelietoestanden op Deli, het onderzoek naar de
suiker industrie enz. Hij hoopte, dat Gouverneur-Gene
raal Van Heutsz eindelijk licht zal brengen in deze kunst
matig gehouden daisternis voor de Buitenbezittingen.
Tenslotte dringt spr. aan op beperking van ons direct
gezag en eindigt met te zeggen iu alle ernst: Gaan wjj
zoo voort, ous Koloniaal Koninkrijk zal worden verdeeld.
De heer Roëll wil na hetgeen er over den fioancieelen
toestand is gezegd, daarover niet vrder uitweiden. Hij
bepaalt zich tot het wetsontwerp zooals het daar ligt.
Hij had liever gezien een stelsel van scherp omlijnde
buitengewone uitgaven, waarvoor de gelden worden be
steedt. Hij behoudt zich zijn oordeel voor omtrent dit
wetsontwerp.
De heer Visser wenscht het beleid van den minister
tegenover enkele gemaakte opmerkingen in eenigszins
ander licht te stellen.
Omtrent de quaestie der Gajoe- en AUaslanden zelf zal spr.
niet uitweiden, doch wel heeft het hem verwonderd dat
verschillende sprekers tnsschen beide onderscheid maakten.
Ook zet spr zjjne meening niteen omtrent de voorstellen
tot verbetering der economische toestanden van Java.
De heer Van Karnebeek, ofschoon geen Indische spe
cialiteit, wenscht enkele opmerkingen te maken over de
financieele voorstellen van den Minister, die toch geen
speciale Indische zaak hebben te heeten.
Da heer De Waal Malefijt acht de maatregelen van den
Minister in het belang der bijzondere scholen nattig.
Vervolgens behandelt spr. den toestand der financiën
van Ind Ook hem komt het voor dat deze de uitersts
zorg eischt. Ten slotte bespieekt spr» de toestanden op
Soemba. Ook Soemba worde gebracht onder de sfeer van
ons direct bestuur.
De heer Van Bylandt dankt den Minister voor het in
gediend wetsontwerp tot regeling der rechtspositie van de
inlandsche Christenen.
Wat den financieelen toestand betreft, spr zon ook zijn
tegen het schenken van een groot bedrag in eens aan Indië.
Met het oog op den oorlogstoestand in Japan is het
van groot belang dat in Indië gezorgd worde voor een
bühooilijke verdediging ter zee.
De heer Da S nors memoreert de resultaten van onze
roemrjjke excursie iu de Gajoe- en Alias-en Battaklanden
en noemt de slachtingen daar een groote font. De
font ligt in den geest van ongebreideld militamsme in
Indië, waar men direct naar de sabel grijpt. Het op
treden der militairen verwekt slechts wrok en haat.
]ï«g een slachtoffer van den storm van
6 ©ctober.
In de nabijheid van Patten is nit zee aangespoeld het
lijk van den Helderschen visscher J. Willems, schipper
van den botter H D. 2, die in den storm van 6 October
1.1. verongelukte.
Voortvluchtig.
Uit Krommenie wordt gemeld, dat de notaris V. W.
voortvluchtig is. De notaris is Dinsdagavond vertrokken
met den trein van 8 nar en hij zou hebben medegenomen
het vermogen zjjner tweede vrouw en van haar minder
jarigen zoon.
Relletje ln de Wroote schouwburg te
Rotterdam
Men meldt aan het Hbl. nit Rotterdam
De tweede opvoering vau WatwdyZ's »Kleine Menschen''
gaf Dinsdagavond in den Grooten Schouwburg aanleiding
tot een relletje. Reeds na de eerste acte gaf een zekere
K., in het parket gezeten, naar het heette nogal een
vriend van den schrijver, aan zijn kennelijke ontevreden
heid lucht door te fluiten, hetgeen hij na het tweede en
derde bedrjjf herhaalde. Bij den aanvang der pauze moest
hij dat duur bekoopen. Eenige heeren nit stalles en par
ket grepen bem aan en schopten hem de zaal nit, en of
dat nog niet genoeg was, we d hij ook nog nog de trap
afgeworpen, zoodat hg vol builen en schrammen in de
vestibule verdaagde. Overigons h-»d het stuk bjj het pu
bliek weer groot succes.
Hen lletsrem.
Inlanders zijn toch zeer praetisch. Als staaltje daarvan
diene het volgende Niet lang geleden zag ik een inlan
der, gezeten op een rijwiel zonder reminrichting een
helling afgaan. Een ding moet ik er nog bij zeggen, n.l.
het rjjwiel was ook niet voorzien van spatborden. Wat
doet onze bruine broeder Hg strekt het rechterbeen
achterwaarts uit, plaatst ziju voet tegen den achterband,
en gebruikt zoo zjjn voetzool als rem, »simple comme
bonjour''. (»Bat. Nbl.")