■p
Op ongewissen bodem.
binnenland!
ALKMAARSCHE COURANT.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
Gemengde M e d e d e e 1 i n g e n.
Nieuwst ij dingen.
Gemengd Nieuws.
De voortvluchtige Notaris.
7)
No. 151. Honderd en Zesde Jaargang. 1904.
VrJJdag 16 Dec 1964
»De laatste trek" van President Krnger.
Het Ijjk van ond-president Krnger is te Pretoria aange
komen. De aankomst was plechtig en had onder deel
neming van duizenden plaats. Vele winkels waren gesloten,
ook vele particuliere hnizen hadden de luiken voor als
teeken van ronw. Op alle openbare gebouwen wapperde
de vlag halfstok. Vooraan in den stoet gingen de gene
raals Botha, De Wet en De la Rey zij werden gevolgd
door een groep »ex-Burghers, dragende groene uniformen,
do kleur van de vlag van de vroegerere publiek", zegt de
/Standard-correspondent.
Russische vluchtelingen. Volgens de Times
zijn de vorige week vele Russische reservisten te Londen
aangekomen, die zich door de vlucht naar Amerika aan
den militairen dienst en derhalve ook aan den oorlog
hebben onttrokken. De Israëlieten in de stadswijk »Whi-
lechapel" verleenden hun gastvrjjheid. De Times schat
het totaal dezer vluchtelingen in de laatste vier maanden
op 13000. Verreweg de meesten hunner gingen door naar
Liverpool om zich daar naar da Vereenigde Staien en
naar Canada in te schepen. Deze week gaan er 200 naar
Argentinië. Het Israëlietische kerkbestuur in een der
andere wijken geeft 700 Russen iederen dag te eten. De
minstvermogenden vestigen zich in Engeland.
Turkije en Macedonië. De Turksche regeering
zal nu dan toch krachtig optreden tegen de benden in
Macedonië. De divisie-generaal Nasir-Pasja is met snel-
vuurkanonnen, mitraillensen, mausers en munitie te Salo
nika aangekomen. Nasir-Pasja is belast met de uitvoering
van de tegen de benden beraamde buitengewone maat
regelen. Voorloopig krijgt hij de beschikking over de
drie nieuwe jagerbataljons, die thans te Salonika, Islip
en Monastic in garnizoen liggen. Maar na het Biirarn-
feest, als de operaties zullen beginnen, krjjgt hjj meer
troepen. Het heet, dat Nasir-Pasja de meest uitgebreide
volmachten heeft en dat hij zijn optreden in het vilajet
Monastir zal beginnen.
Vrouweljjke kiezers in Noorwegen. De
radicale party in Noorwegen heeft indertijd bet vrouwen-
stemrecht er door geholpenom te beginnen voor de
gemeenteraden, in afwachting van het later te verleenen
kiesrecht voor de Volksvertegenwoordiging.
Maar de radicalen hebben alle reden om hunnen ijver
in dezen te betreuren. Bij de eerste gemeenteraads
verkiezingen, waaraan de vrouwen deelnamen, in 1901,
kwamen o. a. in den gemeenteraad van Christiania de
radicalen, die daar over een aanmerkelijke meerderheid
beschikten, verreweg in de minderheid. Van de 84 zetels
in den raad behielden zij er slechts 16. De conservatieven
verwierven de meerderheid en de socialisten zagen hun
aantal zetels verdubbeld.
De vrouwen hadden voor de conservatieven of voor
de socialisten gestemd, maar altjjd tegen de radicalen,
omdat dezen de belasting aanmerkelijk hadden verhoogd
ter wille van kosteloos onderwijs, kosteloos voedsel voor
arme schoolkinderen, pensioenen voor gemeente-arbeiders,
kostelooze geneeskundige hulp enz.
De nieuwe verkiezingen, welke thans plaats hadden,
bevestigden de radicale nederlaag der radicalen. Het aan
tal vertegenwoordigers van die partij in den gemeenteraad
van Christiania slonk van 16 tot 11. De conservatieven
verloren ook eenige zetels, maar zy bieren in de meer
derheid, en de socialisten wonnen 8 nieuwe zetels, zoodat
zjj thans over 22 stemmen beschikken.
In de andere gemeenten was de nitslag der verkie
zingen niet beter voor de radicalen dan te Christiania.
Overal hebben de conservatieven of de socialisten ge
wonnen en men blyft dit toeschrijven aan de vrou
welijke stemmen. De vrouwen stemden met ijver j zij
kwamen veelal in grooteren getale op dan de mannen
en vele moeders brachten hare kleintjes mede, in kinder
wagens of op den arm.
Brienz-lnterlaken. De Zwitsersche Bonds-
regeering heeft aan de volksvertegenwoordiging oen wets
ontwerp aangeboden, waarbij de directie van de Bonda-
spoorwegen wordt gemachtigd, een spoorweg aan te leggen
van Brienz naar Interlaken langs den rechteroever
van bet Brienzer meer. De kosten ervan zijn geraamd
op 5,500,000 francs.
Uit de Tweede Hamer.
Van de Aigsmeene Beschouwingen naar aanleiding
van de Staatsbegrooting gevoerd in de Tweede Kamer,
hebben wjj tot dusverre eenigszins uitvoerig vermeld de
redevoeringen van een lid der linkerzijde (den heer Goe
man Borgesius), van een lid der reeh'cerzjjde (den heer
Kolkman) en van minister Kuyper.
Thans zjjn de socialisten aan de baart en daartoe laten
wjj hier volgen een verslag van de repliek, gebonden
door den heer Troelstra in de Kamerzitting van Dinsdag.
Spr. zeide, dat de langs algemeene beschouwingen, die
nu reeds 7 dagen duren, een gevolg zijn van de houding
der Regeering. Als men de debatten hoort, waant men
zich nu eens in een Jeznïtencollege, dan in een college
van een Openbare Universiteit, dan weer in een Christe-
Ijjke jongelings-vergadering. In den breede zet spr. uit
een, dat al die ellenlange debatten geen praotisch nut
hebben en niets bijdragen tot een levend, opwekkend,
opbouwend beginsel van Staatkunde.
Er was niets in het debat wat hem als soc.-dem. reden
tot tevredenheid gaf. Acfe heeft spr. genomen van het
geen gezegd is over het Koningschap. Gebleken is, dat
al dat gescherm van linker- on rechterzjjde daarover,
een lenze is.
Da rede van den Minister van Binnenl. Zaken vond
spr. litterarisch mooi, maar wat inhond betreft zwak.
De Minister werd ook nu weer op bedenkelijke wijze
in zijn politieken gedachtengang bebeerscht door de sehool-
quaestie. Aan al die woorden over God en belijden s,
aagt spr., hebben wjj niets, zoolang geen daden spreken.
Misschien zal God zich meer openbaren in het werk der
soc.-dem., die God verzaken ia het Staatsrecht, dan in
het prutswerk der overzjjde. Wanneer gij zegt spr.
werkelijk zedelijke leiding aan ons volk hebt gegeven,
dan hadt ge met ander werk moeten komen dan met een
prnl-Drankwet en een prnlwetje tot afschaffing van de
Staatsloterij, werk dat niets beteekent in verhouding van
hetgeen door de rechterzijde is toegezegd. Alleen de heer
Schokking heeft iets positiefs gezegd. Bij alle verdeeld
heid die bestaat zoo beweerde hjj bestaat eenheid
omtrent het gezag, het huwelijk, de ouderlijke macht en
de verhouding tnsechen werkgevers en werknemers. Maar,
het is in de historie juist gebleken, dat de Katholieken
en Calvinisten lak hebben aan het burgerljjk gezag als
dat in bun kraam te pas komt.
Hierna stelt spr. in het licht een twistgeschrijf tasschen
mr. T. de Vries, mr. De Savornin Lohman en De Stan
daard over de Ordonnantiën Gods met betrekking tot
de vakorganisatie. Dat wil Bpr* in 't voorbijgaan oven
aan den minister zeggen, dat nooit is beweerd, dat de
vakorganisatiën boven de wet moeten staan. Dat zon
een dwaasheid zijn.
De motiveering van den heer Treub over hetgeen
clencalismo zoude zijn, kan spr. niet aanvaarden. Meer
vereenigt hij zich in dat opzicht met hetgeon door den
heer Lohman is gezegd. Terecht heeft de heer Treub
echter gezegd, dat de richting, waarin de rechterzijde
drijft, moet leiden tot ciericalisme. De grond der over
tuiging van de Christelyke partgen laat spr. volkomen kond.
De Minister sprak van cement, maar cement kan af
brokkelen en duidelijk is reeds gebleken, dat elk organisch
verband ontbreekt en wjj van de eene coalitie in de andere
zullen vervallen. Iets anders dan een Cabinet d'affaires
is op dit oogenblik en in de naaste toekomst niet te
verwachten. Een nieuwe coalitie wordt door de vrjjzin-
nigeo voorbereid, maar bjj die coalitie zal de soc.-dem.
Partij zich niet aansluiten. Vast staat bet echter, dat,
mocht er weer een liberale Regeering aan bet bewind
komen, zjj voor een groot deel zal moeten steunen op
de soc.-democraten.
Dat heeft spr. vroeger reeds gezegd en de oppositie
heeft er gretig eebruik van gemaakt en gezegd: Hoedt
u dus voor de liberalen.
Het zal misschien vteemd klinken als spr. zegt, dat
de soc.-dem. party dien invloed niet begeert, maar toch
is het zoo, want niets zal lastiger en onaangenamer en
noodlottiger voor de soc. dem. party zjjn dan vastgekop
peld te worden aan eene burgerljjke Regeering. Niet dat
de soc.-dem. party niet naar het gezag zal streven, maar
de tjjd is daarvoor nog met gekomen.
Thans komt spr. tot den heer Tydeman, die vroeg:
wie is nw veldheer. Die vraag gold als wedervraag aan
de liberale partjj. Welnu, spr. wil er wel op antwoorden
en dan zegt hij Bebel is onze veldheer op internationaal
terrein. Dat is op het Amsterdamsche Congres uitge
maakt. Wie is in het binnenland de veldheer, Troelstra
of Domela Nienwenhuis, vroeg de heer Tydeman verder.
Do heer Domela streeft niet naar politieke macht. Dat
is bekend, zijn part jj vormt geen politieke partjj. Hierna
zet spr. uiteen het strjjdplaD, de marsch-ronte der soc.-
dem. partjj, die er naar streeft het gezag te veroveren
voor het proletariaat. Hoe sterk de soc.-dem1 partjj zich
ontwikkelt bewijzen de internationale Congressen en de
steeds stjjgende stemmencyfers bij de verkiezingen.
Wjj geven den arbeiders het gezond verstand, zeide de
heer Tydeman. Spr. hoopt, dat de heer Tydeman, wan
neer hij den arbeiders een deel van zijn verstand wil
geveD, zelf nog genoeg zal overhouden om te begrypen,
dat die arbeiders hnn verstand anders zullen begrjjpen
dan de heer Tydeman wenscht.
Een coalitie is thans in het verschiet tnssehen de
vrjjz.-dem. en Unie-liberalen. Of de soc.-dem. geluk
moeten gewenscht worden met die coalitie zal later
bljjken.
Ten slotte de vergelyking van den heer Kolkman. Deze
stelde de rechter 'egenover de linkerzijde en sprak van
een optocht van Barnnm en Baily. Welnu, daar is de
toestand jnist mee weergegeven. Zoowel van recbts als
links zjjn het reclsme-optochten. Spr. schetst nn zjjner-
zyds een reclame-optocht met 7 gedresseerde olifanten.
Een er van is een uitstekend zakkenroller, b.v. de Tarief-
wet werd door hem gestolen. Een andere was een spe
cialiteit in het afbreken. (De Matrozenbond). Zoo voort
gaande brengt spr. verschillende specialiteiten van Barnnm
en Baily in vergelyking met politieke momenten en ten
slotte wjjst bjj er op, dat het meest merkwaardige nog
was het opbouwen en afbreken van Barnnm en Baily.
Wanneer men in 1905 soms een olifant noodig beeft
om op te ruimen, is spr. bereid om mee te helpen, de
heeie kermisvertooning van 1901 zoo gauw mogeljjk op
te ruimen. En als hjj het niet alleen at kan, heeft hjj
nog wel eenige vriendjes om hem te helpen (gelach).
Naar men uit vertrouwbare bron meldt mist het ge
rucht als zou de voortvluchtige notaris van WermeBkerken
uit Krommenie te Napels zjjn aangehouden, allen grond.
Men verkeert nog steeds in het onzekere waar v. W.
gebleven is, nadat hjj Londen bereikte. Van daar uit
schreef hjj aan zjjn klerk, wien hjj bjj bereiking van zjjn
bestemming zjjn adres zou opgeven.
Zomervogels.
In de lage velden van Texel houden zich nog groote
troepen kieviten op, die bljjkbaar nog geen toebereidselen
maken om te vertrekken.
tiemerkte schollen.
Door het zoölogisch station te Helder, wordt bij publi
catie kennis gegeven, dat op verschillende plaatsen der
Uit het Duitscj
van
Iiudwlg Oanghofer.
»Ja, Michel' zei Purtseheller, »je hebt geljjkEen
doodarm meisje zonder familie en dan ineens de vrouw
in den Purtschejlerhof 1 Zoo iets komt niet dikwijls voor.
Menigeen had in mjjn plaats anders gedacht. Maar ze
beviel mij. Ik^ was ineens verliefd. En als ik eenmaal wil,
dan wil ik, En als ik eenmaal wil, dan gebenrt het ook 1"
Dit groote woord maakte den Simmerauer stil, en
modder Kate bekeek den alvermogendon Pnrtscheller met
schuwe oogen en dacht in stilte: kon hjj maar willen",
dat de berg weder tot stilstand kwam.
Tijdens dit zwijgen vloog een houtspaander naar de
bank Math"S had den zwaren eikenhouten hamer met
zulk een kracht op den paal geslagen, dat het boveneinde
daarvan versplinterd werd.
Moeder Kate nam den spaander van Purtscbellers fla-
weelen jacket en vroeg>Maar met den kleinen ioneen
is het toch goed?'
»Dat kan ook beter 1 De jongen is een beetje al te fijn.
»Miju jongen dien had ik mjj anders gedacht. Maar
ja, de moeder is ook altjjd zoo'n zwakke stamper geweest."
Mathes liet den hamer zinben en over den schouder
nam by met fonkelenden blik Purtseheller van het hoofd
tot de voeten op. Het scheen, als lag hem een woord op
de lippen, en geen vriendelijk maar Broni kwam tus-
schenbeiden. Schijnbaar had zij niet naar het gesprek
geluisterd, en zich slechts om haren arbeid bekommerd j
toch was haar de beweging van den broeder niet ontgaan'
en haastig liep zjj op hem toe, leunde hem den paal in
den arm, en hem waarschuwend in de ocgen blikkend
sprak zjj zacht »Werk liever, Mathes 1"
Hjj knikte, greep met beide handen den paal, en stiet
hem in de aarde. Hij greep zijn hamer weer, en Broni
waadde naar het hakblok terug.
Purtseheller zat met gekruiste armen tegen den zonnigen
muur geleund, strekte de beenen uit, en bekeek den
arbeid, die om hem heen voortging. Overal staken de
koppen van ingeslagen palen uit het slyk op, en voor de
helft waren ze reeds met balken tot een vasten bodem
met olkaar verbonden.
»Een goede inval 1" zei Pnrtscheller met het gezicht
van een zaakkundige. »Wie heeft je dat geraden, Michel
Niemand anders dan mjjn angst en kommer", ant
woordde de oude. »Zoo'n vlechtwerk, dat de geheele
plaats om het huis omringt, kon, dacht ik, den grond
toch een weinig bij elkaar honden, dat hij niet overal
vaneen scheurt zooals op de helling daarginds." Hjj haalde
diep adem en bestreek de warm geworden zaag met vet.
Voor acht dagen ben ik er reeds aan begonnen, maar
als mjjn Mathes niet thuis gekomen waswie weet,
of ik er mee klaar gekomen was. De jongen heeft in één'
nacht en van morgen in do vroegte meer gedaan dan ik
in de geheele week."
»Ja, ja, dat geloof ik!" En met onderzoekenden blik
zag Pnrtscheller een poos op Mathes arbeid toe. »Die
werkt voor drie 1 Zoo heb ik nog geen menech zien werken,
zoo lang ik leef. Zóó een kon ik gebruiken op den Part-
scheller hof 1 Die zon myne zaken goed in orde houden,
terwijl ik mijne andere verplichtingen nakomen moet. Die'
luilakken van knechts bedriegen mjj op alle wjjzen. Maar
op zoo iomaud als Mathes zou ik mjj kunnen verlaten.
Zoo een wilde ik hebben!" En daar bij Pnrtscheller j
zooals hjj zelf zeide, iedere wensch of wil reeds een daad
was, vroeg bjj>Zeg Mathes Ik neem je dadeljjk aan 1
Heb je lust?"
Vader heeft mrj noodig", antwoordde de jongeling
kalm, zonder den arbeid te staken.
Michel, die bij Pnrtschellers vraag geschrikt was
haalde verruimd adem.
»Nu ja, je vader! Nul" Purtseheller geraakte in vuur.
»Maar die onzinnige berg zal toch eenmaal ophonden.
En als de winter invalt, is het ergste gevaar voorbij. En
dan ben je weder vrjj
Voor dat geval weet ik een plaatsals verleden
jaar... ver van hier!"
»Een plaats, ja! Maar niet zoo een als op den Part-
scbellerhofDriehonderd mark in 't jaar, alles vry, twee
maal in 't jaar een nieuw pak, en een kerstgeschenk,
zooals in 't heele land geen graaf geeftWat zeg jé
ervan P"
De Simmerauer werd weer onrustig, en ook Broni
zag den broeder aan, als vreesde zjj, dat dit aanbod hem
zou overhalen.
Daar schalde een lnide roep over de velden, en ondni-
deljjk verstond men, hoe daar boren iemand met lange
tusschenpoozen den naam Purtseheller riep.
Allen zagen op, en hoog boven hunne hoofden ontwaarden
zjj een meusch, wiens gestalte zich zwart tegen den hel-
deren hemel afteekende. Hjj zwaaide met beide armen en
schreeuwde als een dolleman.
»Wie kan dat zijn vroeg Purtseheller en haalde den
verrekyker nit zjjn weitasch.
Maar Broni had dien daarboven reeds herkend. Daxen-
George sprak zjj en nam den arbeid weder op. Met
dezen naam scheen de zrak, die do anderen nog in beslag
nam, voor haar afgedaan te zjjn. Doch hare roode lippen
had ze onwillig samengeperst, een diepe plooi vertoonde
zich tusschen hare wenkbrauwen en hare brnine oogen
blikten somber. Het is waar, als zjj nog steeds aan dien
daarboven dacht, dan was die half boose, half verachtende
uitdrukking haar met kwaljjk te nemen.
Zelfs de vrienden van Daxen-George wisten niet veel
goeds van hem te vertellen hoogstens, dat hij een
vrooljjke klant en een gezellige vent was, darrby een goed
gevormde jongen met schitterende zwarte oogen. Voor
het overige echter scheen het bjj Daxen-George heel pover
gesteld met goede eigenschappen. Zjjn hoofdgebiek, waaruit
al zijne andere fouten voortkwamen, was eene grenzenlooze
lichtzinnigheid, die reeds meer dan eenmaal hem de on
aangenaamste dingen op den hals had gehaald. Als het
berouw hem eens te pakken kreeg, wat echter zeer zelden
gebeurde sprak hij zuchtend »Ik heb vader en mooder
te vroeg verloren, ik had nog een paar jaar lang, bjj
iedere morgenraep een flinke dracht slagen moeten hebben
misschien had dat geholpen 1" Misschien hij was er
zelf nog niet vast van overtuigd.
Wordt vervolgd.)