IndischePenkrassen.
Ou m ËgmoDüscbe httar.
A T.K M A A RSCHE COURANT.
B INNENLAND,
KUNST EN LETTEREN*
PERSONALIA.
Lxxxnu.
Gemengd Nieuws.
MARKTBERICHTEN.
No. 4. Honderd en Zevende Jaargang. 1905.
Zondag 8 Jan. 1905.
Auteursrecht uitdrukkelijk voorbehouden.
Wij zjjn hier verontwaardigd, lezers, diep verontwaar
digd t
Zooeven lezen we toch in de Java-Bode het volgende
telegram
»Het voorgevallene in de Gajoe- en Alas-landen werd
bjj de algemeens beraadslagingen over de indische be
grooting niet alleen aan critiek onderworpen door de
afgevaardigden J. M. Pjjnacker Hordijk, J. T. Crerner
en H. H. van Kol, maar het werd in allerfelste be
woordingen afgekeurd door den afgevaardigde Jhr. Mr.
Victor E. L. de Stuers. Deze toekende de feiten »plns qu'un
crime, nne fante". De bedrjjvers schold hjj moordenaars
en bloedhonden. Hij toonde zich zeer bezorgd voor den
noodlottigen weg van geweld, ingeslagen door het militaire
driemanschap Idenbnrg—van Hmtsz—-van Daalen."
Een krachtig woord van protest dient thans gesproken
Begint men in Holland soms weer met dat intens
verachtelijk systeem van afbreken, liegen en
lasteren?1
Gaat men betzelfde weer beproeven als vroeger met
onzen braven Karei van der Hegden?!
Moet er dan nimmer een eind komen aan dien on-
zaligen Atjehkriig
Welke duistere machten zjjn thans weer aan 't gisten
Nederlanders houdt het hoofd koel, men wil u bedrie
gen, past op
Leent in Godsnaam het oor niet aan die zoogenaamde
»h u m a n e n'', aan die «scbrjjvers" en «sprekers", welke
zoo sentimenteel protesteeren tegen 't»ruw geweld."
Men wil u zand in de oogen strooien, Nederlanders, kijkt
nit, wat ik n bidden mag
Ér zijn hier en in Holland helaas genoeg geldmannen,
cjie belang hebben bij 'n voortduren van den strijd,
die met leede oogen het zagen, hoe Sumatra's Noordkust
onder 'nvan Hentsz gepacificeerd werd, die maling
hebben natuurlijk aan het bloed van onze dappere mili
tairen, van de niet minder moedige Atjehers en van de
ongelukkige gestraften, die het wat schelen kan of mil-
lioenen en millioenen gouds aan arm Java onttrokken
worden, die voor dit alles onverschillig bljjven, zeg ik,
als hun brandkast maar gevuld wordt
Mannen als'nvan der Heijden, 'n van Hentsz,
'n van Daalen zijn er niet dik gezaaid in een leger
Hun krachtig ageeren voert te snel naar het einddoel,
den vrede en voor enkelen zjjn langdurige oor
logen hier zoo voordeelig
De meest practische manier nu om vlotte aanvoerders
iD discrediet te brengen, ja. van hun post te dringen, is
wel verdachtmaking en laffe speculatie op het kasiange-
voel der onkundige groote t> assa.
Scheldwoorden als »b 1 o e d h o n d e n" en «moor-
d e n a a r e" moeten bij 'n natie als de onze inslaan 1
Zingt men bjj u nog niet In de straten:
»Arme vrouwen en kinderen
Slacht men in de Gajoelanden
O, wat een schande
Schande voor ons Nederland
't zou me hensoh niet verwonderen anders
Jhr. Mr. Victor de Stuers had zich bjj z'n kunstlief-
hebberjjen moeten houden, had niet mee moeten praten
over dingen, waar hjj nu eenmaal niets van af weet, had
zich zeker niet moeten verlagen tot boon en laster van
het dappere Indische Leger, van dat Leger éénmaal, als
ik mjj niet vergis, door wijlen zjjn vader gecommandeerd 1
Hjj, Jhr. Victor de Stuers, uit den geslachte van een
Ridder derde klas der Militaire Willemsorde, van 'n veld
overste, die in 1823 zoo kranig ter Westkust van Borneo
ageerde en in 1825 zoo voortreffeljjk de expeditie naar
Boni wist te leiden, hjj de afstammeling van een braaf
en dapper cfficier, speelt daar nu plotseling, zjj 't dan
Rijdt u mee, meneer 't Is tcch beter op 'n onde-
karretje dan te loopen, vindt u ook niet
»Nu, dat kon ik wel eens doen, voerman."
»Wel jaaa Ier ebt n 'n zak, ga daar maar op zitte.
Mooi weertje,
«Ja, dat gaat wel."
»Allo, jongetjes, vooruit nou, oor! Je ebt er'n vrachtje
bjj gekregen."
Zjjn die honden niet erg moe, als ze thuis komen P"
«Och, da gaat wel. 's Zomers kan der torg nog al eens
nit den bek angen, maar nou in 't najaar, ebben ze
zooveel last niet. Ze moeten voor den baas mee den kost
verdienen, niet waar, jongens
>Wat zjjn ze weer gaande geweest in 't duin, is 't niet
»Ja, 't, is ook wat te zegge, da 'n mensch nog niet
eens 'n knjjntje mag schieten of vangen. Waar moeten
die menschen aars van leven 's winters, vooral na zoo'n
slecht jaar als dit is Die groote eeren Moet je 'n
bietje ransel ebben, Gerritjeï Wa doe je raar!
Toe, m'n kleine, vooruitZie zoo, daar gaan ze
weer. Ja, ze kennen un baas, meneer I
Wil u wel gelooven, dat ze nou al een nur of zes ge-
loopen ebben, vandaag
»Maar man, dan moest ik maar van de kar afgaan
Ze zullen zonder mjin gewichtje al moe gmoeg ziin.''
»Welnee meneer! Ze kunnen et best uitbouwen. Ze zjjn
taai, m'n arddravers. Is et niet zoo, m'n kindeitjes?
Wa nou weer, zwarte Nie zoo mal doen, oor 1Knap
jes loopen Wil je niet Wacht eventjes »En de
voerman springt met een veerkrachtig sprongetje van de
kar (men kan zien, dat hjj hierin geoetend is) en kjjkt
even naar zjjn »zwarte", die zich in 't tuig en welk
een tuig vei ward heelt.
1) De echte Egmonder laat overal de h weg, waar ze moet uit
gesproken worden.
onwetend, 'in de kaart van gewetenlooze kapitalisten, in
de kaart ook van Neerlands vjjanden in binnen- en in
buitenland 1
Ik weet niet tot welke party deze volksvertegenwoor
diger behoort, ook niet welk district den konstkenner
naar de Kamer afvaardigde, maar wat ik wèl weet, is,
dat deze Jonkheer zich hoogst oneerbiedig, ja krenkend
heeft gedragen tegenover onze Souvereine, tegenover onze
Koningin, die den «bloedhond" en «moordenaar", Luite
nant-Kolonel G. O. E. van Daalen, nog onlangs en juist
voor zjjne zoo energieke en kranige leiding der Qajoe-
en Alasexcursie openljjk prees en beloonde.
Jhr. mr. Victor de Stuers heeft zich niet als vedelman"
gedragen, laat hem dit door 'n «poorter" gezegd zjjn I
Waarom heeft Baron Mackay, de waardige voorzitter
onzer Kamer, die spreker niet tot de orde geroepen,
waarom werd hem het woord niet ontnomen wegens
laster en hoon
Uit naam van het door dat Kamerlid zoo verguisde
Indische Leger, in de gelederen waarvan ik de eer had
vijf jaren te dienen, uit naam van onze koloniale officie
ren, onderofficieren en soldaten, uit naam van die dappere
Europeanen, Javanen, Soendaneezen, Ambonneezen enz.,
uit naam dus van de mannen, die dag en nacht gereed
staan, om leven en gezondheid to offeren voor de eer van
al die braven, slingeren wjj het Kamerlid Jhr. mr. Viotor
de Stuers onze diepe verontwaardiging in het aangezicht
Het zou zeer zeker te betreuren zjjn, als die afgevaar
digde, by 'n volgende verkiezing, weer als zoodanig in
aanmerking kwam.
Toen ik de vorige maal op Batavia was, sprak ik 'r
toevallig ook 'n paar gewoede marechausseesmannen, die
ik vroeger op Atjeh gekend had. Beide bruine krijgers
hadden den beroemden tocht van Overste van Daalen
medegemaakt en natuurljjk informeerde ik dus dadelijk
naar dat toen reeds zoo druk besproken dooden van
vrouwen en kinderen.
De beide militairen vertelden mjj eenvoudig en onge
kunsteld, hoe de vork in den steel zat en wierpen alle
schuld in dezen op de dappere Gajoe's. En terecht 1
Overste Van Daalen toch had steeds, door bevriende
inwoners van het land, zjjn nadering doen berichten,
duarby hoofden en volk minzaam aanmanende zich toch
als sobat's der Kompenie te gedragen, geen strjjd aan te
binden en de wapens neer te leggen.
Vtle kampongs heschen dan ook de witte vlag en
vreedzaam werden in dat geval verschillende zaken met
den Overste besproken. Enkelen echter hadden tot 'n
wanhopigen strjjd besloten en de inwoners, mannen zoo
wel als vrouwen, vochten dan en vielen als helden.
Zjj hebben daarvoor recht op onze eerbiedige buidel
Niettegenstaande de Overste nu er steeds weder op
aandrong, om vrouwen en kinderen in veiligheid te bren
gen, bleven die laalsten hunne mannen en vaders getrouw
ter zjjde in den strjjd en elk goed soldaat zal met den
meesten lof over zooveel heldengeest spreken.
Op de borstweringen zelf hadden de marechaussees maar
zelden of nooit die vrouwen en knapen opgemerkt, doch
waren ze eindelijk^ in zoo'n versterkte kampong gedron
gen, was de «overwinning' behaald, dan stuitte men
dadeljjk weder op tallooze kuilen en loopgraven by de
huizen aangelegd, die dan even zoovele reduits vormden
en elk afzonderlyk 'n bardnekkigen kamp eischten. By
die laatste hertïrche binnenverdediging nu streden ook
vrouwen en halfwassen knapen mede, gewapend met
donderbus, schietgeweer, klewang of lans.
De meesten van die «Kenan's" waren als mannen
gekleed met 'n hoofddoek dus en en de bekende wjjde
Atjehsche broek aan.
Ze vochten als leeuwinnen, die Gajoesche vrouwen, en
Wagiman, zoo heette één mjjner zegslieden, kreeg 'n
lanssteek van zoo'n «Gajoe amazone" in den onderbuik.
Natuurlyk dat hjj haar nit ljjfsweer met z'n klewang
neersabelde 1
Dat was toen geen moord, maar het recht van den
oorlog en daarom mag niemand, wie hy ook zjj, dien
dapperen Wagiman zjjn daad verwyten, veel minder hem
een bloedhond, een moordenaar noemen 1
Tjilatlap. Lt. Clockener Beoubson. b.d,
Het gerafelde touw, dat voor strengen dienst doet,
wordt in orde gebracht «zwartje" krygt even een
tik met 't onafscheidelijke stokje, dat de voerman nooit
uit zyn handen legt, zelfs al vleit hy zich platweg op
zyn buik neer op de kar, om een dutje te doen bet
aasj, aasj, afgewisseld met het scherpe tie! tie I klinkt
weer en voort gaat het driespan.
«Vooruit jongens, naar moeder! Kom, bruine,.
nog 'n puppie en we zyn er" en een nieuwe aan
sporing handgeklap in geljjkmatig tempo met een klinkend
tonggetik, dryft de drie viervoeters nog tot grootere
snelheid.
«Wa zal da ier allemaal aars zyn, as die tiem es
klaar is, vindt u niet meneer
«Ja, dat zal een heele verandering geven."
«Jongen, we gaan toch vooruit in de wereld! Eerst
niks 'k weet nog eel goed, dat we ier door den Alk-
maarscken weg da paaidepad nog niet eens adden. En
smal als ie toon was 1 En kijk nau es. Jammer, da ze
niet beter voor de afwatering zorgen de kanten zjjn te
oog; ze moesten er op elke twee Meters afstand een
greppel in graven, dan bleef 't water er niet zoo op staan.
Toen kwam de bus. Da was al 'n eele verbetering.
En nou deugt da ding ook al nie meer.
Nou moet de trem komen.
Ien ding spjjt me maar zoo. Da we onze visschers-
schuiten kwjjt zyn. Da was toch maar 'n cel gemak,
da we onze visch op 't dorp zelf konden inBlaan. Nou
moet alles naar IJmuiden."
«Dat is ook snel vooruitgegaan in den laatsten tijd,
niet
«Da zou 'k denken, meneer 1 Zou u wel willen gelooven,
dat all Egmond al in IJmuiden zit?"
«Nu, zoo erg zal 't toch wel niet zyn 1"
«Er zyn er aars al 'n eele schep eengegaan. Graag
gaan ze qr aars niet naar toe, een Egmonder is aan zyn
dorp gehecht, zie je. Maar, wat zal je er aan doen, brood
ga voor."
«Wil u niet eens opsteken, voerman
«Ja, da kon 'k wel eens doen Dank o, meneer;
He Yelser Stoompont.
De proefnemingen met de stoompont zyn Woensdag jl.
weder aangevangen. Voorloopig gaat bet goed en wordt
alles, behalve de tram, die nog over de brug passeert,
per pont overgezet.
Waar deze proefneming van langen duur zal zyn, worden
de wachthuisjes, die by den voorsten steiger stonden,
verplaatst naar de voorloopig alleen gebruikte achterste
steigers.
den jeugdig brandstichter.
De brand in den Wieringerwaard, onlangs vermeld,
bljjkt aangestoken te zjjn geworden door een tien
jarigen knaap. Na een scherp verhoor kwam hy tot be
kentenis en tevens kwam aan het licht, hoe hy by een
anderen brand mede schuld had.
Ambachtsschool te Helder.
Te den Helder is in een openbare vergadering opgericht
een Vereeniging tot stichting en instandhouding eener
ambachtsschool. Er traden ruim 300 leden toe.
Te Dordrecht is in 70 jarigen ouderdom overleden de
heer Carel Bonman aan de gevolgen van een noodlot
tigen valdien hy in den namiddag van j.l. Zondag in
zyne woning deed.
Als hoofd ingeland van de strijkmolens der Sohagor
Kogge is gekozen de heer P. Bas, te Valkoog.
Alkmaar, 6 Jan. Aangevoerd 114 stapels, wegende
65360 kilogrammen. Kleine kaas f 31.commissie 30,
Middelbare f 31.—.
Alkmaar 6 Jan. Aangev. 305 mudden Tarwe f 0.
a 0.rogge f 0,a 0.gerst (chev.) f 5.70 a 0.
haver f 3.25 a 3.70, paardeboonen f 6.50 a 0.br.
id. f 0.— a citroen id. f 0.witteid. fa
kanariezaad f a rood mosterdz f a
karweizaad fa blauwmaanzaad f
a erwten groene f 10 a grauwe f 11,
a 13.vale f 0.— a 0.—, gerst f 0.—
Amsterdam 6 Jan. De pryzen der Aardappelen
waren heden als volgt
Geldersche blauwen f2,10 a 2.15, id. gieltjes f2.20 a
2.30, IJpolder jammen f 2.20 a 2.40, Friesohe borgers f 1.70
a 1.80 id. bonten f2.a 2.30, id. blauwe f 2.10 a 2.15,
Zeeuwsche bonten f 2.15 a 2.25, id. blauwe f 2.20 a 2.30,
id. Eigenheimers f 1.50 a 2.10 Zand Thomassen f 3.75
a 4.25, id. eigenheimers f 1.65 a 1.90, Duitsche Hambur
gers f3.50 a 3.75, Spuiscbe pooters f0.90 a 1.30.
Aanv. 2 ladingen.
Leeuwarden, 6 Jan. Ter veemarkt werden aangevoerd
2711 stans, 83 stieren f 70 a 260, 0 ossen f —0 a 0
75 vette koeien 1 2b0 a 250, 141 melkkoeien 1 140 a 240,
63 pinken f 50 a 80, 85 vette kalveren f 25 a 50,
graskalveren f a ,62 nucht. di. f7.a 11.
552 vette schapen f22.a 26.—. 841 weide dito f20
a 23.0— lammeren f a100 vette varkens
f 90 a 95 of f 19 a 21 ct. per Kg., voor Londen
16— a 17 ct., 82 magere varkens f 45 a 50, 449
vette biggen f 25 a 35, 137 speenvarkens f 4 a 8,
bokken en geiten f0 a 0. 21 paarden f 50 a 100.
Handel in vet vee kalm, in kalveren stadig, in export
varkens stil.
Bohiedam 6 Jan. Ruwe Spiritus f 9'/4moutwjjn
willig, Distillateurs f 10.Beurscommissie 1 9.50, Jene
ver 1 14.Spoeling Commissie/. f 2.Amst. proef
f
Zwolle, 6 Jan. Boter. 4455 Kg., waarvan 1421/,
en 13üY3v. en 1110 stukken. Prys per kg. f 1.15 a
1.30, per 1.8 vat van 20 kg. prima f 26.50 a 27.af-
Wil u eventjes de leidsels ouwe, dan kan 'k m'n
segaar aansteken."
Een dikke tabaksprnim (vergeef me, waarde lezeressen)
wordt van achter de rood-bolle wangen weggehaaldmet
een rukje, gaat de puut van de sigaar af, zoodat deze
eveu inscheurt en, ua eenige vergee sche pogingen met
het opsteken, dampt onze vriend met hoorbare trekken
er lustig op los.
«Da's 'n goeie, meneer."
»'t Gaat nog al."
«Nou, zoo rook ik ze alle dagen niet."
«Zeg, voerman, wjjk een beetje nit. Daar komt een
kameraad van je aan Foei, wat plaat die man zyn
honden! Hoor die dieren eens huilen 1 Wat een verschrik
kelijke beul is dat Zoo'n man moest noodig bekeurd
worden wegens dierenmishandeling."
«Ja, wat zal ik je daarvan zeggen, meneer? Ik ben
nou ook uiet zoo pieperig niet uitgevallen, maar mjjn
onden mishandelen, nee, da doe 'k toch nie. De dieren
moeten al ard genoeg werken. Zeg Teun, ransel toch
je onden zoo nietl Zo loopen ommers toch wel!"
Maar Teun bromt, terwijl by in vliegende vaart langs
zyn collega schiet, wat voor zich heen als: «Wa ga jou
dat an I" en bljjft er op los slaan, tot hg een heel eind
voor is, waarna hjj zgn arm wat rnst gunt.
»'t Is beestachtig."
«Ja en dan moot u zien, oe da ze die arme dieren
soms laten trekken. Als ze voor de «ooge duinen" tegen
die oogte opmoeten, bljjven ze toch maar, soms met der
drieën op de kar liggen. De beesten knnnen 't bijna niet
alen."
«De politie moest hier wat meer op letten. Als ze
eens goed er voor gestralt werden, zou het wel ophouden."
«Zou u deuken, meneer? Ik weet et niet. Ze zyn by
ons aais niet zoo bang voor 't «groote logement."
«Maar wa kom daar weer aan F'
«Een motorkar, denk ik."
«Ja, 't is weer zoo'n akelige stoomfiets. Kyk non toch
zoo'n ding eens vliegen! Men zon er bang van worden.
Je weet je soms niet gaaw genoeg te bergen met je kar.