Dit inner bestaat uit 2 Matei
Ho- 19.
Honderd en zevende jaargang.
1905.
VRIJDAG
i
10 FEBRUARI.
Drankwet.
Zitting van den Gemeenteraad
ALKMAARSCHE COURANT.
Doze Courant wordt Dins d a g-, Doiderdag-
en laterd.f tToad uitgegeven. Abonnementsprijs
per 3 maanden voor Alkmaar f O,SOfranco door het
g8heele rijk f 1,
3 Nummers f ©,06. Afzonderlijke nummers 3 ots.
mm
VelefoonnnstHer 3.
Prfls der gewone adrertentlën t
Per regel f O,IA. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N/V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h. HERMs. COSTER ZOONVoordam C 9.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alkmaar
brengen ter algemeene kennis, dat bjj hun college is
ingekomen een verzoeksohri t van W. VAN DER WAL,
bierhuishonder aldaar, ter bekoming van verlof voor
de voortzetting na 31 December l»OA van
den verkoop van alcoholhoudenden drank
anderen dan sterken drank in het baneden-voor-
lokaal van het perceel Zijdam wjjk 0, No. 1.
Binnen veertien dagen nadat deze bekendmaking is
geschied kan ieder tegen het verleenen van het verlof
schriftelijk bezwaren inbrengen bjj Burgemeester en Wet
houders.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
AlkmaarG. RIPPING, Voorzitter.
9 Febr. 1905. DONATH, Secretaris.
VAK ALKMAAR,
op Woensdag 8 Februari 1905,
's namiddags te 1 nar.
Tegenwoordig alle leden.
De notulen der vorige vergadering worden gelezen en
goedgekeurd.
1. Mededeellngen en Ingekomen stukken.
De Voorzitter deelt mede, dat door B. en W. voor
1905 tot voorzitter der commissie van bijstand voor het
abattoir is benoemd de Burgemeester.
Ingekomen zijn
a. Brief van Jen heer S. de Lange, houdende bericht
van de aanvaarding zijner benoeming tot regent van het
Burgerweeshuis.
Alsvoren van Mr. J. W. Mulder, inzake zjjn benoe
ming tot lid van de commissie van toezicht op het M. O.
Idem van den heer A. A. J. Bosch inzake zjjn benoe
ming tot regent van het Stads Ziekenhuis.
Idein^ van den heer L. M. J. Paleari, betreffende zjjn
benoeming tot lid van het burgerlijk armbestuur.
Idem van den heer Mr. B. van der Feen de Lille be
treffende zjjn benoeming tot regunt over het Burger
weeshuis.
Idem van den heer Mr. M. Büchner, inzake zijn benoe
ming tot lid der commissie van toezicht op ht t L.O.
Al deze missives worden voor kennisgeving aange. omen.
b. Dankbetuiging van den heer A. Wijn voor zjjne
benoeming tot hoofd der 5e Gemeenteschool.
Alsvoren.
c. Idem van Mej. C. Krnjjt voor hare benoeming tot
onderwjjzeres aan de 3a Gemeenteschool.
Alsvoren.
d. Proces verbaal van de op 30 Dec.gehouden bas-ver
rificatie ten kantore van den gemeente-ontvanger. Aan
kas was f 24314.48.
Alsvoren.
e. Verzoek van den heer J. Eits om eervol ontslag als
onderwijzer aan de 4e Gemeenteschool.
Eervol verleend het ontslag wordt gerekend te zjjn
ingegaan op 15 Jan. j.l.
Dankbetuiging van den heer J. Eits, voor zjjn be
noeming tot hoofd der Ie Gemeenteschool.
Voor kennisgeving aangenomen.
g. Verzoek van de hoeren J. Brasser c.s., bewoners van
den Bergerweg over de spoorljjn, om dien weg door te
bestraten.
Gesteld in handen van B. en W. om bericht en raad.
h. Adres der afdeeling Alkmaar van de S. D. A P.
houdende het verzoek om meerdere stembureaux te houden
in district III.
Alsvoren.
Adres van verschillende werklieden-vereeniglngen,
waarin gevraagd wordt het opnemen van verschillende
bepalingen in het bestek voor hut te bouwen abattoir.
Da voorzitter stelt voor dit adres in handen te stellen
van B. en W. om bericht en raad.
heer Kraakman vraagt of het niet beter is het
in handen van het college te stellen ter fine van afdoe-
ning. Da Raad vereenigt zich daarmede.
j. Adres van den inspecteur der Ongevallen-verzekering-
Mjj. Fatum om het risico dergemeenta ingevolge de ongeval
lenwet van 1901 aan zjjo maatschappij over te dragen.
Gesteld in banden van B. en W. om bericht en raad.
fc. Verzoek van Mej. P. Roskam, weduwe S. P Kap-
tejjn, om wjjziging te brengen in haar door den Raad
vastgestelde bouwplan.
Alsvoren.
I. Verzoek van Mevr. de Wed. A. P. Zeilmaker, om
haar eeu jaarljjksche gratificatie te willen toekennen.
Alsvoren.
m. Brief van Ged. Staten ten geleide van een beschik
king op een reclame in beroep tegen een aanslag in den
hoofdelijken omslag, dienst 1903.
Voor kennisgeving aangenomen.
2» Verordening op het stedelijk muziekkorps
en de stedelijke muziekschool.
De vaststelling van deze verordening werd in de vorige
vergadering aangehouden.
B. en W., het ontwerp thans weer aan de orde stellende,
hebben er een nota van wijzigingen bjjgevoegd, en zulks
naar aanleiding van een bespreking door de commissie
van toezicht en beheer, gehouden met het bestuur uit de
muzikanten van het korps.
De heer Ui tenbosch verklaart met genoegen te
hebben gezien dat voldaan is aan den wensch buiten
den raad uitgesproken, om ook in deze zaak do muzi
kanten te hooren. Hjj zou echter wel willen vragen of
ook overleg is gepleegd mot den directeur.
De Voorzitter antwoordt, dat over het ontwerp
de vorige vergadering ingediend met den directeur over
leg is gepleegd. Met betrekking tot deze wjjzigingen
werd het niet noodzakelijk geacht.
De heer Uiten bosoh meende uit de toelichting
niet te kannen opmaken of de directeur was gehoord en
meent, dat eene bespreking van directeur en muzikanten
met de commissie gezamenljjk beter ware geweest.
De heer van den Bosch heeft geen bezwaar het
voorstel aan te nemen, maar de raad moet daarbij niet
vergeten dat thans in beginsel meteen wordt besloten,
dat het muziekkorps meer geld zal kosten. Ofschoon
daar niet tegen, zou hij het wenscheljjk vinden, indien
B. en W. zoo ongeveer konden mededeelen wat de finan
cieels gevolgen zullen zijn. 't Spreekt van zelf, dat waar men
van de muz.kanten meer vraagt ook hooger toelage zal moe
ten worden gegeven. Eenige inlichting daaromt'ent zou
wenscheljjk zijn. Dit ontwerp aannemende, wete de raad,
dat meer geld zal worden gevraagd.
De Voorzitter zegt, dat B. en W. hetzelfde stand-
pant innemen als de heer van den Bosch. De aanvraag
om meerdere subsidie is te vei wachten, dat blij A t ook
uit de toelichting, en als de Raad dit weet, is dat vol
doende.
De heer van den Bosch neemt met dat antwoord
genoegen de aandacht van den raad is er thans nog
eens op gevestigd.
Daarna wordt overgegaan tot do artikelsgewjjze be
handeling der verordeningen.
De heer Uitenbosch vraagt bjj eeu dier aTtikels
of de commissie bevoegd is t. ;ordoelon Oïer da uit to
voeren stukken.
De Voorzitter hoopt van ja.
De heer Uitenbosch meent anders, dat dit wel
degelijk van invloed kan zjjn op de herbenoeming van
de leden dier com missie.
De heer Glinderman zegt, dat de raad de oom-
missie benoemt en dus moet weten of de leden
geschikt zijn of niet.
De beer Vonk merkt op, dat nergens staat, dat de
muzikanten dienst, moeten doen bjj de oefeningen der
scbatterjj doch in artikel 5 leest men, dat de directeur
als kapelmeester moet optreden, als het korps dienst doet
bjj de oefeningen, 't Ljjkt hem wat vreemd toe. Met het
oog op de afschaffing der scbutterjj zou hg echter deze
bepaling willen schrappen en evenzoo de zinsnede in
artikel 6 betreffende de verstrekking van uniformen.
De vergadering vereenigt zich hiermede.
Bjj 't gewjjzigde artikel 10 betreffende de verdeeling
van de opbrengst van buitengewone concerten maakt oe
beer Uitenbosch de opmerking dat daarbjj niet
gesproken wordt van den directearter voorkoming vau
quaestie dienaangaande acht hg het beter dat er uitdruk
keljjk in bepaald wordt, dat de directear ook mede
deelt in verhouding van zjjn salaris
De heer Cohen Stuart is het daarmee eens; hjj
acht de oorspronkelijke redactie beter.
De heer Kraakman meent, dat bet van zelf spreekt,
dat de directeur mededeelt.
De heer Uitenbosch is er echter voor, dat het
uitdrukkelijk wordt opgenomen, de redactie is niet moeiljjk.
B. en W. zjjn niet ongenegen aan dien wensen tege
moet te komen, waarna het artikel in den aangewezen
zin wordt gewjjzigd.
De beer Glinderman maakt een aanmerking op
artikel 11; er is niet bepaald wat er met het bedrag
der boeten moet geschieden.
De Voorzitter deelt mede, dat dit bedrag wordt
gestort in de kas van bet korps. Op aandrang van den
heer Glinderman wordt dit in het artikel opgenomen.
De heer De Groot wijst er op, dat niet wordt ge
sproken van boete bjj het te laat komen of te vroeg
beengaan van een uitvoering.
Een wjjziging in dien zin wordt echter niet noodig
geacht. De voorlaatste alinea van artikel 12 kan daarin
desnoods voorzien.
De heer Cohen Stuart, niet muzikaal aangelegd,
vindt het verbod van rooken iets zeer huishoudelijks, om
in de 'ermen der commissie te big ven, meer nog dan het
afwimpelen van een uitvoering j hjj zou daarom het ver
bod uit deze verordening willen schrappeD.
De Voorzitter zegt, dat het artikel op aandrang
van den directeur er in is opgenomen.
De hoer Cohen Stuart wil dat gelooven, maar
vindt er iets komieks in, dat de quaestie van bet rooken
met iets huishoudelijks is en vele andere dingen van meer
belang wei.
Do heer Glinderman zon het rooken ook aan den
directeur willen vei bieden. Het voorstel daartoe wordt
echter niet gesteund.
Aangaande de inwerkingtreding der verordening vraagt
de heer Kraakman of het niet wenscheljjk is, als
tjjdstip daarvoor te nomen 1 Januari 1905, o. a. met
het oog op de te verboogen toelagen en de verdeeling der
opbrengst van buitengewone concerten.
De Voorzitter meent dat dit wat het laatste be
treft mogeljjk eenig bezwaar hee't. De te verhoogen toe
lagen zullen echter evengoed op 1 Januari kunnen ingaan.
De datum van inwerkingtreden wordt daarna bepaald
op 8 Februari
De verordening voor het muziekkorps wordt daarna
met de wijzigingen vastgesteld.
Aan de orde is vervolgens de verordening op de stedeljjke
muziekschool.
De heer Cohen Stuart vindt het wel wat zonder
ling, dat volgens artikel 3 de directear minstens 6 jonge
lieden kosteloos onderwjjs moet geven dat minstens is
daar misplaatst, dat zal hoogstens moeten zjjn.
De raad is het daarmede eens.
De heer Uitenbosch bepleit de wenscheljjkheid dat
niet de directeur, doch do gemeente zorgt voor een lokaal.
Het tegenwoordige noemt hij een »hok". Da gemeente
heeft wel een lokaal beschikbaar in de Doelen.
De heer Cohen Stuart wjjst er op, dat het salaris
van den directeur daarmede verband houdt.
Door den Voorzitter wordt er de aandacht op
gevestigd, dat de commissie het lokaal moet goedkenren
en hjj acht het wenscheljjk de bepaling zoo te behouden.
De heer Van "den Bosoh sluit zich daarbjj aan
evenals de heer Kraakman.
De heer Uifenbosch ziet er vau af eeu voorstel te
doen, waarna het artikel onveranderd wordt goedgekeurd.
Artikel 6 betreffende hot lesgeven van den directeur
wordt zoodanig geamendeerd, dat er niets van overblijft
en vervalt dus.
De verordening wordt daarna aangenomen.
3. Verordeningen op het heffen en Invorderen
van een gemeentelijk vergunningsrecht.
Daar de in de verg.dermg van 28 Dec. 1.1. vastgestelde
verordening op bot hefLü eenig bezwaar heelt ontmoet
bÖ den Minister van Binnenl. Zaken, stellen B. en W.
voor om door eene wjjzig.cg van artikel 5 daaraan tegemoet
te komeD.
Goedgekeurd.
4. Begrooting Burgerweeshnlgdienst 1905.
Do commissie tot do belastingzaken enz., stelt voor,
na te hebben onderzocht de nadeie toelichting van heeren
regenten, gegeven volgens besluit van z8 Dec. 11„ in ont
vang en uitgaaf "ast te stellen op f 12350: het bedrag
der schadeloosstelling voor verpleging van niet tot het
huis behoorende weezen voor 1905 te bepalen op f 153
per wees en de verhaalbare verplegingskosten over 1903
op f 138,95'/a per wees.
Na de opmerking van den heer Glinderman, dat
bet wenscheljjk is dat regenten de zninigbeid betrachten,
er. het vertrouwen in regenten te dien opzichte is uitge
sproken, wordt conform besloten.
5. Reglement van de Burgeravondschool,
B. en W. stellen voor, naar aanleiding van een ver
zoek der Commissie van Toezicht op heFM. O., het regie*
ment op de Burgeravondschool zoodanig te wjjzigen, dat
het schooljaar eindigt met den laatsten werkdag in Maart.
tioedgekenrd.
6. Verordening tot wering van schoolverzuim.
Voorstel van B. en W., om een verordening vast te
stellen, waarbjj wordt bepaaldle dat aan kinderen, die
verlof hebben bekomen, de school fe verzuimen, daarvan
door het hoofd der school een bewijs wordt afgegeven
en 2e, dat de ambtenaren der politie gemachtigd zjjn
een kind, dat zjj onder schoollgd op straat aantr<ffen
naar school te brengen, tenzjj het bovengenoemd bewjjs
kan worden vertoond.
De heer Cohen Stuart heeft een amendement in
gediend om de beide artikelen in omgekeerde volgorde
te nemen, daar het eerste de uitzonderingen bevat van
het tweede.
Voorts heeft hg gemeend dat ter verduidelijking voor
het woord «kinderen" moet ingelaaeht worden het woord
«leerverpliobte", wat volgens den heer Boelmans ter Spill
moet zjjn «leerpliohtige."
De heer Kraakman zou een aanmerking hebben
op deze verordening, maar heeft genoeg vertrouwen in
het optreden der politie, anders was hem de regel te
algemeen.
De heer Cohen Staart gelooft ook niet, dat de
verordening tot veel moeilijkheden aanleiding zal geven.
De beer Bosman meent dat bet bedoelde bewjjs aan
de ouders moet worden gegeven.
De noodzakelijkheid daarvan wordt echter door den raad
niet ingezien.
De heer Uiten bosch betoogt naar aanleiding van
deze veiotdening de wenscheljjkheid van verstrekking van
voedsel en kleedicg aan het arme schoolkind, en meent
van B. en W. te mogen verwachten, dat. zjj met een
voorstel daartoe zullen komen, anders behoudt bjj zich
bet reeht voor, 'zoodanig voorstel voor de begrooting van
1906 in te dienen.
De Voorzitter begrjjpt het verband, dat de vorige
Bpreker tusschen beide zaken brengt, niet; het betreft
hier de kinderen, die moedwillig de school verzuimen en
op straat loopen.