Toelating van Leerlingen. Indische Penkrassen. Op ongewissen bodem. ALKMAARSCHE COURANT. Gemeentescholen. De gelegenheid daartoe be staat aan de schoollokalen op Maandagen 3 enÏO en op Dinsdagen 4 en 11 April a.svan des na middags 45 ure. FEUILLETON. BUITENLAND. No. 37. Honderd en Zevende Jaargang. 1905. Vrijdag 24 Maart 190A. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alkmaar noodigen belanghebbende die met. 1 Mei a.s. kin deren op eeno der vijf gemeentescholen toegelaten wenschen te zien, nitdaarvan vóór 15 April liMlö aangifte te doen bij de boofden dier scbolen, onder over legging van b»t geboortebriefje en het inëntingsbewjjs der kinderen waarvan toelating gevraagd wordt. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Alkmaar G. RIPPING, Voorzitter. 24 Maart 1905. DONATH-, Secretaris. Auteursrecht uitdrukkelijk voorbehouden.) XCVI'I, 't Slaat acht uur van deKratonklok, Het reusach tig forum van den S u 11 a n, de A1 o e n-A loen Lor, ziet er reeds recht feestelijk uit. Vele duizenden stads- en d e s a - Javanen honderden Maleiers Chineezen en Arabieren alsook vele min of meer blanke en bruine Europeanen en de «daarmede gelijkgestelde" afstammelingen van Afrikanen en Amboi- neesche Christenen slenteren rond. Ook vele militairen van het garnizoen bewegen zich onder de menigte. Overal ziet men de Inlanders elkaar begroeten met een diepe nijging van het bovenlijf, een vriendenlach op de lippen en de beide handen naar voren gestoken. Moslims salueeren elkaar nu eenmaal anders dan wij. Om er u 'n duidelijk begrip van te geven, zal ik nauw keuriger moeten zijn en u den heilgroet op heden be schrijven. Daar komen juist twee Javanen op elkaar af. Laat ons nu eens goed opletten Beide Muzelmannen lachen reeds van verre, steken daarna al buigende de beide handen uit en leggen ze plat tegen elkaar met de toppen naar voren en wel zoo danig dat ze eikaars rechterhand tusschen hun eigen rechter en linker te pakken hebben. Nu vragen ze elkaar heel zacht om vergeving voor eventueele fouten en houden daarbij de vier handen aangelegd, ze daarna weer langzaam en plechtig terug trekkende. om ze ten slotte met de binnenzijden naar't lichaam gekeerd en de toppen naar boven tot voor 't gelaat op te heffen. Werkelijk zeer bevallig en hoofschdie wijze van groeten. In fijnheid von vormen, in hoffelijkheid zijn de Javanen ons heusch de baas Daar wandelt 'n jong Arabier van gemengden bloede. Wat een edel, wat een schoon Semietisch typeWat trotsch gebiedend oog! Wat voelt die man zich hier onder de Javanen Hij schijnt wel vele vrienden en ver eerders te hebben, want tal van Inlanders, ook ouderen van dagen en kleine P r ij a j i's, ja zelts bejaarde Arabie ren verdringen zich om hem en kussen eerbiedig de toegestoken rechterhand. Hij is een Saïd, een afstam meling van den Profeet dusen zoo'n kus op die hand brengt geluk aan. Uit het Duitsch tan Liudwlg Uknghofer. 48) Lachend of hafluid scheldend gingen de knapen heen. Alleen do aangevallene bleef staan, om niet voor een lallen vluchteling te worden uitgekreten. Docb een zijner makkers trok hem bij den arm mee en fluisterde»Kom, laat het erbjj blijven 1 George meent het zoo kwaad niet 1 Hjj is alleen wat narrig er is zeker iets onaan genaams met hem gebeurd 1 Kom, wees verstandig, ga mee George hoorde niets en soheen niet te merken, dat hjj alleen midden op de straat bleef staan. Zjjn bleekheid had weer voor een donkeren gloed plaats gen aakt, en t.erwjjl hjj vol ergernis op de lippen beet, hingen zjjn fonkelende oogen aan Broni, die uit den winkel getreden was. Zjj droeg op hare armen drie groote brooden, die haar tot de kin reikten, en waaromheen ze baar blanw schort gewikkeld had, opdat de scherpe wind het versche brood niet te veel zon uitdrogen. Toen zjj Daxen-George zag, gleed ook baar een vluchtig rood over de wangen en eon oogenblik scheen ze te overleggen, of ze niet liever een anderen weg zou nemen. Masr wat reden had z» om voor »dien daar'' weg te loopen Ze lachte verachtelijk en stapte rustig door. ÜDgeveer twintig schreden vóór George sloeg ze een voetpad in, dat door een sloot en een rjj hoornen van de straat gescheiden was. Met één sprong was George de Bloot over. Middeu op het voetpad bleef hij staan, legde de handen op den rug en wachtte. Niet alleen door den u reeds bekenden Noordelijken toegang, doch ook door den Oostelijken, Zuid-Oostelijken en Zuid-Westelijken stroomen volk en P rij a j i's voort durend naar binnen en de A 1 o e n-A loen wordt ééne schittering van kleuren en vlaggegewapper, vroolijk be schenen door 't nog niet hinderlijke zonnelicht. Elk Regentschap is op het Kraton-Voorplein vertegen woordigd door twee in den grond geplante zonneschermen, de z.g. P a j o e n g's a g o e n g, die met drie horizontale banen doek van twee kleuren en met vergulde figuren als bezaaid, omhangen zijn. Naast die P a j o e n g's ver heffen zich met vlaggedoek omwonden bamboestengels, de z.g. g e n d r a's. Nog vele Regenten gaan ons voorbij te voet, met de noodige volgelingen. Hun paarden lieten ze op den g e 1 a d a g achter, eene stalgelegenheid bij de verschil lende toegangswegen. Zij begeven zich naar de P e 1 e 1 a- r a n eene open ruimte tusschen de met s e s e k of plat gespleten bamboe overdekte zuilenrijen, aan de Zuid zijde van den Aloe n-A loen, vlak bij de twaalf trappen van de Setinggil'Lor, de Noordelijke Verheven Plaatswaar straks Zijne Hoogheid met den Resident zich aan den volke vertoonen zal. Zij, de 11 e g e n t e n, gaan te voet, omdat <reen Inlander, behalve de kinderen van den Vorst en van vorige Sultans, zich te paard of in een rijtuig op de beide Aloe n- A 1 o e n's en ook natuurlijk binnen den Kraton mag ophouden. I)it is hier en ook in Solo streng verboden Het zou een grove oneerbiedigheid zijn tegenover den Vorst! 't Slaat negen uur en 't wordt tijd om ons in gala te kleeden. Om half tien worden de Europeanen op het Residentie huis verwacht en we moeten nog ontbijten. Dank zij de mededeelingen van den u reeds bekenden Dr. J. Groneman en van velen mijner nieuwe vrienden hier op J o g j a, kan ik u volledigheidshalve ook vertellen, wat er alzoo verder op den Aloe n-A loen en ook binnen den Kraton geschiedt. Tegen acht uur 's morgens is het Leger van Zijne Hoogheid reeds gemobiliseerd en zijn alle P r a d j o e- ritkorpsen op het PleinMagangan, vlak achter en bezuiden de K e d a t o n, geconcentreerd. Een oude magere Javaanin de groote tenue van 'n Indisch In- fanteriemajoor. Opperbevelhebber van de Sultanstroepen, zendt zijn Gebieder van een en ander bericht en krijgt daarna last, om op te marcheeren en de verschillende vendels positie te doen nemen. Een goed kwartier later staan de dapperen op de P e- 1 a t a r a n het binnenerf, vóór de Bangsal Kant- jan a of groote troonzaal, rin orde van parade" opgesteld. Zij blijven daar nu voorloopig wachten, al precies op dezelfde vervelingwekkende wijze als heusche militairen dat, bij dergelijke gelegenheden, wel gewoon zijn. Inlanders vervelen zich echter nooit, die kunnen, als 't moet, aan niets denken, die kunnen geestelijk absent zijn, en dan verkeeren in het zalige Nirwana der vaderen. 't Wordt half tien. De Rijksbestuurder, Kar. djengRadenAdipati Danoe Redja, die eerst zijne opwachting bij R e s i- dent Couperus gemaakt heeftkomt de Aloen A loen Lor opwandelen. Ook zijn rijk opgetuigd paard moest op de G 1 a d a g achterblij ven en hij loopt daar nu langzaam en statig onder zijn goud-groen-gouden Son g-S ong(Pajoeng), terwijl vele p e n g a m p i I's met den ampilan rommel volgen. De lezers kunnen zich zoo'n Vorstenlandsch optochtje nu al wel voorsteden, denk ik. Daar daalt eene afdeeling Kratontroepen van de breede Setingiltrappen af en schaart zich in twee rijen met het front naar elkaar toe, van de T r a t a g P a g e- 1 a r a n, u weet wel die overdekte zuilenrij, tot aan de Waringinboomen op den Al oen-A loen. 't Is het Pradjoeritvendel Wir a-B radja, gekleed in rooden lijfrok en korte roode broek lange witte kousen en lage zwarte schoenen. Ze dragen een hoogen, van achteren puntig toeloopenden rooden hoed met van voren een breede klep. Het haar is bedekt met een witten hoofddoek. Het voorste peloton is bewapend Broni deed, als had ze niets gemerkt. Eerst toen ze dicht voor George was en niet verder kon, zag ze op. »Goeden dagzei ze met jjzige kalmte, >goed, dat ik je joist tegenkom George zweeg, kaauwde op zjjn knevel on wiegelde op de voeten heen en weer. Dit zwjjgen scheen Broni een weinig van haai stak to biengen. »lk had je vandaag in de smederjj willen opzoeken," zei ze scherper, »doch ik kon deuken, dat men jou niet licht thuis treft." Grorge zweeg, maar maakte een diepe bniging. •Daarom heb ik do drie mark, die mijn broeder je gisteren schuldig gebleven is, in deD kruidenierswinkel neergelegd. En toorn en spot trilden om haar lippen, »ik heb gedacht, of ik er nog geen tien penning zou bjjleggen je hebt van nacht muziek bij ons gemaakt en hebt vergeten geld op te halen." Dat woord had Daxen-George het bloed naar het gelaat gedreven, doch hjj zweeg nog steeds. Broni werd ongeduldig de fonkelende blik, waarmee George's brandende oogen op haar gericht waren, benam haar haar geljjfcmoedigheid. »Wat kijk je me aan Ik ben niet bang voor je! Neen, voor zoo een als jjj bent heelemaal niet I Ga nit den weg. Jij hebt den tjjd, maar ik niet George bewoog zich niet van de plaats, maar hjj riep: •Dank je, kat 1" En bij hield haar de bekrabde hand dicht onder de oogeD. »Daar, kijk Fjjne nagels heb je!" Broni fronste de wenkbrauwen en ging eon stap ach teruit. »Wat eeu onzin Je zult zelf wel weten, hoe je aan die krabbels komt. Van mij niet 1 Ga uit den weg en laat mjj door »Zoo? Loochen je bet ook nog?" George werd woedend. »Jjj bent een fijne 1 Als iemaud krabt in Gods naam maar liegen behoel je daarom niet 1" »Ik heb van rnjjn leven nog niet gelogen,en om jou in 't allerminst nietlaat mij door, zeg ik voor 't laatst!" Haar gezicht gloeide, baar lippen trilden en vonken schoten uit haar oogen. Bij allen toorn, die in George met percussiegeweren en het achterste met zeer lange pieken. Bovendien hebben alle krijgers een met bloemen versierde kris achter in den buikgordel steken. Hun luitenants, P a n d j i's worden ze genoemd, hebben een Europeesche officierssabel en twee krissen en zijn kenbaar aan 'n paar ouderwetsche sergeant-strepen. Ook zij sieren zich op met m e 1 a t i-, k e n a n g a- oft je in pak a-bloemen. Het Korps houdt er twee vaandels op naéén voor het verliezen zeker, die elk een roode schijf in een wit veld vertoonen. Daar komen twee Javaansche dames aanzweven Het zijn vrouwelijke Kratonbeambten, die de Sétinggil- trappen af klimmen om namens den Bul tan den Rijksbestuurder te bevelen, dat hij twee afgezan ten met de noodige rijtuigen naar het Residentie huis zenden moet, om den Vertegenwoordiger van bet Nederlandsrhe Opperbestuur en zijn gevolg naar den Kraton over te brengen. De Rijksbestuurder zegt, dat bet goed is en geeft, daarna een teeken, waarop twee Regenten oprijzen en in deftigen langzamen pastusschen de beide rijen p r a d j o e r i t's \V i r a B r a d j a en p r a d j o e r i t's Arèhan door en over den Aloen-Aloen wandelen, om zich verder langs het Hotel Centrum en de Boos naar het Residentiehuis te begeven. Eenige rijtuigen, met vier paarden bespannen, volgen. Ze zijn bestemd voor de Ambtenaren en Officieren. Jogjakarta. Lt. Clockener Brousson. b. d. moeilijkheden met Venezuela. De kruik gaat zoo lang te water, tot zjj breekt. Dat wil president, Gastro misschien niet, gelooven, maar hij zal 't nn toch waarscbjjnljjk ondervinden. 't Is nn zoo ver, dat hjj Venezuela opnieuw in onaan genaamheden be"ft gewikkeld met de Vereenigde Staten, Frankrijk, Italië en Nederland. Tn pen correspon dentie nit Washington in de Daily Chronicle word! daar omtrent gemeld, dat aan het staatsdepartement te Washington Maandag een telegram werd ontvangen van Bower), den Amerika-nscheD gezant, te Caracas, waarin deze berichtte, dat. reeds door zjjn Franschbn collega al daar aan president Castro een ultimatum is gericht iu zake de vernietig'ng van de contracten der Fransche kabel maatschappijen. Frankrijk waarschuwt in het bedoelde ultimatum, dat bet de verkortiug der rechten van de maatschappjjen niet zal dulden en dat, wanneer Gastro zich in de zaken dier maatschappijen mocht mengen, Frankrjjk daartegen zjjn maatregelen nemen zal. Reeds zjjn twee Fransche kruisers, om aan het ultimatum kracht bij te zetten, naar de Caraïbische wateren ge zonden. De Chronicle-aoi respondon t verneemt verder, dat de regeering der Vereenigde Staten zich tegen Fraukrjjk's actie allerminst zal verzetten, zelfs niet, wanneer dit land beslag op Venezolaansche inkomsten zou leggen. Alleen een permanente vestiging van Franscho macht in het gebied der Zuid-Amerikaansche republiek zou door deVoreenigde Staten worden tegengegaan. De regeering te Washir.gtou eikent ten volle de rechtvaardigheid van Frankrijk's zaak en bodenkt etbjj, dat zjj zelf nog een appeltje te schillen heelt met Castio inzake de concessie, verleend aaD Amerikaansche asphalt maatschappijen, ter- wjjl Italië redon van klageu heeft over de honding van de Venezolaansche regeering in verband met de Ita- iiaanscbn kolenstations. In Washington bestaat dan ook de overtuiging, dat Gastro marr eens een duchtige les moet b'bben, wanneer althans vóór dien tijd een revolutie in Venezuela geen einde aan zijn bestuur heeft g-maakt. Een nad-r telegram uit Willemstad meldt, dat vol gens te Caracas ingewonnen informaties, Bowen, de Amerikaansche gezant te Caracas, ook eene nota heelt ingediend bjj de Veuezolaanrche Regeering, waarin een antwooid gevraagd werd op de vraag of Venezuela er in toestemde, de hangende geschillen langs den weg van arbitrage op te lossen In geval van eeD weigerend antwoord zouden de Vereenigde Staten zich bevoegd «rriHtllW^MEÉ—M—3a— IIHUWI BI i uym mm i— woedde, was hjj toch niet blind voor Broni's schoonheid. Zoo mooi als nu had hjj haar nog nooit gevonden. Een vnrig verlangen kwam iu hem op, dit schoone, trotsche hoofd aan zijn borst te drnkken en die taeete, roode lippen te kussen. Slechts éénmaal En waarom dan niet? Had hjj niet het recht, zich te wreken over de streek, welke die »lieve kat'' hem vannacht gespeeld had Pas was deze gedachte in bem opgekomen, of hjj strekte de armen naar het meisje uit. »Laaf. me met rnsf stamelde Broni en week achter uit. »Kom, kom, ik krab toch niet 1 Integendeel, ik betaal je met een weldaad!" Met één sprong stond George aan Broni's zyde eo sloeg deu arm om haar hals. Hjj meende gemakkelijk spel te hebban, daar ze drie brooden droeg en weerloos was. Doch hjj had zich misrekend! Nauwljjks had Broni begrepen wat Daxen George wilde, of kort besloten liet ze de brooden vallen, zoodat ze naar alle zijden rolden, en stiet George met zooveel geweld terug, dat bij achterover tegen de haag tuimelde. •Oho! Zacht wat!" bromde George, terwjjl hjj met beide armen in de lucht sloeg om weer in evenwicht te komen. »Ontsnappen doe je me toch niet 1" En met nieuwen moed begon hjj den aanval Doch Broni, die tot in de lippen bleek was, had het schort, waarin de brooden gewikkeld waren, van deu grond opgeraapt, en toen George weer uaderde, zwaaide zjj met zooveel geweld dit echt vronwelijk wapen, dat het hem zwart voor de oogen werd. Bjj den klinkenden slag stoof een wit wolkje om Georges hoofdzijn gezicht, wenkbrauwen, knevel en neus wareu wit gepoederd van het meel, dat van den onderkant der brooden aan het schort was blijven hangen. Wel heb ik van rnjju leven 1" bracht hjj nit, terwijl op zjjn gezicht brandend roode strepen de vonwen van het schort afteekenden. «Krabben in den naeht, en er op inslaan bjj dag en zooieta zou ik laten begaan Dat zullen we toch eens zien 1" f Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1905 | | pagina 5