Indische Penkrassen.
Op ongewissen bodem.
ALKMAARSCHE COURANT.
FEUILLETON.
BUITENLAND.
BINNENLAND.
Gemengde Mededeelingeu.
N ieuwst ij dingen.
No. 43. Honderd on Zevende Jaargang. 1905.
Vrijdag 7 April 190ft.
Auteursrecht uitdrukkelijk voorbehouden.)
C.
In snellen gang ging 't nu over de Aloe n-A 1 o e n
Lor langs het smalle rijpadopengehouden door de
Pradjoerit's Arahan en de Wira Bradj a's,
die door gamelan en angkloen g-muziekdoor
tromgeroffel en trompetgeschaldoor het presenteeren
der wapens en het ter aarde nijgen van de vanende
noodige eer bewezen.
Het aantal »nonto nners" schat ik ruw ongeveer
op 50000 mannen en vrouwen. üNontonners" noemt
men hier de lui, die bij een fuit 'n kijkje komen nemen.
Als we bij de T r a t a g P a g e 1 a r a n uit het rijtuig
stappen, staat de Resident reeds op de S e t i n g g i 1
Lor, waar Zijn hoogedelgestrenge wacht tot allen zich
tot één groep achter hem vereenigd hebben, en daarna
gaat het in zijn gevolg en geleid door twee Kratonbeamb
ten langs verschillende voorhoven en pleinen, trappen
op en trappen af, naar den Sultan.
Al dadelijk merk ik op, dat de bouworde precies dezelfde
is als in den Kraton te Soerakarta, alleen ziet
alles er hier meer vervallen uit. DeSoesoehoenan
is dan ook rijk en de J o g j a s c h e Vorst betrekkelijk arm.
We gaan dan langs de Tratag Rambat en de
bangsal's Mangoentoer en Witana, 't z.g.
»h o o g e t 'e r r a s" over en de achtertrappen weer ai
naar den doorgang Bradjanala en verder dan over
het Plein KemandoenganL or, endat steeds maar
tusschen gepresenteerde sabelspieken en geweren en
salueerende vaandels door, terwijl tromgeroffel, hoornge-
toeter trompetgeschalbekkenslag en fluitmuziek een
leven als een oordeel maken, net als indertijd op Solo
Hoogst interessant!
En zoo komen wij dan eindelijk op het Plein Srimen-
g a n t iwaar Prinsen en Regenten ons wachten om
ons in naam van Zijne Hoogheid te ontvangen.
De Kroonprins en Prins MangkoeBoemi
treden naar voren en drukken den Resident, den
Overste en den Assistent Residenten de hand.
De P a n g r a n's hier schijnen geen uniform Hofgala
te dragen, die van Solo wel. Ze zien er echter prachtig
uit en vooral de sympathieke Kroonprins is een
nadere beschrijving overwaard.
Een zijden k a m p o e h met 't vorstelijk batik-
patroon beteekend, plooit zich om heupen en bovenbeen
en valt links naar achteren in een sierlijken sleep neder.
Een prachtige t j i n d é-broek (batik) omsluit de fraai
gevormde beenen tot op den blooten voet. Een lichtblauw
zijden sikepan of buis, versierd met de officierskruisen
der Oranje Nassauorde en der Orde van den Witten
Olifant van Siam, bekleedt het bovenlijf.
Een doorschijnende lichtblauwe k o e 1 o e k dekt het
ongedoekte hoofd en de glanzende haarwrong wordt
door een van diamanten schitterenden kam gekroond.
Een wankingan (vorstelijke kris) van groote
waardemet fraai gedreven gouden scheedesteekt
achter in den gordelterwijl groote brillanten aan de
fijne vingers fonkelen.
Wat ons echter het meeste aantrekt in deze Vorstentelg,
dat |is wel het zoo sympathieke, nobele gelaatdat de
afspiegeling moet wezen van een mooie edele ziel.
Zoo moet Radhen Ardjoena er uit gezien hebben"zeide
mij op M a 1 e m a n S e 1 i k o e r een opgetogen Javaan,
en als men nu weet dat Rad hen Ardjoena de
meest populaire figuur uit de oude Hindoesagen en
w a j a n g-verhalen is dan spreekt zoo'n opmerking
voldoende voor de liefdedie ae onderdanen van Zijne
Hoogheid voor hunnen Kro onprins koesteren.
De Resident biedt intusschen den Kroonprins
zijn arm, de Assistent Resident den zijnen aan
Prins Mangkoe Boemi, en de overige Pangé-
ra n's mengen zich onder de Europeanen.
Nu passeeren we nog eene Poort, de régol Dana
Pertapa, en het lawaai houdt plotseling opwant
hier zijn we dan bij den Sultan en de Javaansche
Uit het Duitsch
TAN
liudwlg (üanghofer.
53)
Zwijgend legde hot meisje den arm om Karliens hals
on vljjde haar wang tegen het gezicht der jonge vrouw.
«Daar komt Matthes ook!" rei Karlieu met gesmoorde
stem. Zjj maakte zieh van Broni's armen los en terwijl
bet meisje haar vader meetrok, ging Karlien op Matthes
toe en reikte hem beide handen, «Dank Dank
Matthes schrikte, toen hjj haar aanzag. »Maar Line,
om Godswil, hoe sta je daarJe hebt geen drooge draad
meer aan het ljjfJe moet ziek worden bjj zoo'n koude 1
Ga toch in huis, en verkleed je 1"
»Ja, Matthes, zoo aanstonds, ik heb alleen op jou ge
wacht, om je te danken voor alles!" Zij drukte hem
de handen en zag hem in de oogen. «Kom, Line, je
behoeft me toch niet te danken Let op, hoe de
wind aanwakkert Ik bid je, ga naar binnonIk
heb zelf ook haast om thuis te komen! Vaarwel Line 1''
Door haar tranen laohend knikte ze hem toe en keerde
zich om. Halverwege bleef ze staan en riep »Matthes
dezen nacht vergeet Ik niet zoo lang ik leef Heb dank
Hij stond reeds op straat. »Ga nu," antwoordde hg en
verdween.
»Kom jongen sprak de Simmerauer, die op hem ge
wacht had. »Laat ons zien, dat wjj thuis komen
Hoe zal het er daar uitzien
•Goed, vader! Zie maar Matthes stampte op
de harde aarde, »de grond is bevrorenen zal niet
zoo spoedig weer week worden I Vandaag nog krjjgen we
Hofkapel ontvangt ons met het Wilhelmus van Nassau we
(oude toonzetting), zeer verdienstelijk en zuiver gespeeld.
Daar verrijst Hij van Zijn zetelde oude Vorst met
het goede doch waardige gelaat.
Zijne Hoogheid is in groot gala.
Op 't hoofd draagt Hijin stede van een doekeen
lichtblauw doorschijnende k o e 1 o e k met juweelen knop
versieid, achter op de grijze haarwrong een zwaren
diamanten kaïn en onder tegen den haarknop een juweelen
vlinder.
Gevleugelde zilveren met diamanten bezette oorversier
selen, soempings genaamd, schitteren om 's Vorsten
ooren, als twee rechtopstaande boombladeren.
Op zijn borst draagt de Vorst het Commandeurskruis
van den Nederlandschen Leeuw en de Grootoflicierskrui-
sen der Orden van Oranje Nassau en van de Kroon van
Siam. Ook het eereteeken voor langdurigen dienst als
officier siert zijn borst, want Zijne Hoogheid is, evenals
de Soesoehoenan, Generaal-Majcor van het Indische
Leger.
Ook merken wij de groote achtpuntige met diamanten
bezaaide ster op eenmaal door D a e n d els aan de
Vorsten van Soerakarta en Ngajogyakart a
geschonken en die sedert tegelijk met de vorstelijke
waardigheid, als p o e s a k a (erfstuk) telkens van vader
op zoon is overgegaan.
De Sultan treedt naar voren den Resident tegemoet
tot op den rand van den marmeren binnen vloer.
De beide freuletjes, de sleepdraagster en't meisje met
het gouden kwispedoor, volgen.
Deze tegemoetkoming van den vorst is precies zoo
volgens 't contract voorgeschreven en een groote eer
voor den Resident, in de oogen der Sultansonderdanen.
De Kroonprins, PrinsMangko e-B o e m i en
alle andere Pangérans zitten thans gehurkt met
neergeslagen blik en de handen gevouwen. Dit is nu de
houding van het d 6 d k die de Javaan aanneemt
wanneer hij ergens slechts voor korten tijd in eerbiedige
houding moet verblijven.
Bij eenigszins langeren duur wordt 't s i 1 a of 't met
de beenen gekruist onder het lichaam zitten, toegepast.
In 't eerste geval raakt 't zitvlak dus niet in'tlaatste
w e 1 den grond.
De President en daarna de Overste en ook de
Assistent-residenten naderen den Vorst, bestij
gen den marmeren binnenvloer en drukken hem de hand.
De overige Europeanen blijven onder het afdak staan
en buigen diep, welke collectieve groet dan door den
Sultan met eene lichte vorstelijke tegenbuiging beant
woord wordt.
Nu presenteert de Resident aan Zijne Hoogheid
den arm de Kroonprins en Prins Mangkoe
Boemi nemen in s i 1 a houding op een smirnaasch
tapijt plaatsdat onder en vóór de troonzetels op den
marmeren vloer ligt uitgespreid en wij Europeanen
volgen langzaam en zwijgend, om onze plaatsen in te
nemen.
Wij zijn nuindeBangsalkentjanaof Troonzaal,
gebouwd in denzelfden stijl als de ons reeds bekende
van Solo. Hier zijn echter de pilaren met veel fraaier
snijwerk versierd en onze indruk is, dat al mogen dan
ook de voorhoven en muren van dezen Kraton niet
zoo onderhouden zijn als die op Soerakarta dat
dan toch »het heilige der heiligen", het verblijf van den
Vorst zelf, er hier mooier uitziet.
De Sultan neemt plaats op den d a m p a r een
gouden tabouret op vier gouden pooten en bedekt met
een groenfluweel goudgerand kussen.
De Resident gaat links van den Sultan zitten
op een leuningstoel, met gele zijde bekleed.
Beide zetels zijn met melatibloemen bestrooid
en staanain 't Westen, net als op Solo.
Vóór den dam par van Zijne Hoogheid staat de
tjantjadan, een rood met goud drijfwert beslagen
voetenbankje, dat door eene hofdame in s i 1 a-houding,
onder de met edelgesteenten bezette muilen des Sul
tans wordt vastgehouden.
Zoowel de Vorst als de Resident hebben groote
gouden spuwvazen en natuurlijk ook alle benoodigdheden
tot het genieten van een sirihpruimpje, naast zich
op vergulde tafeltjes staan.
De Resident legt op één er van zijn steek en
sneeuw, geloof ik En dan komt voor ons de goede
tijd, vader 1"
Ja, je kunt gelijk hebben Maar wat zal moe
der een angst hebben nitgestaan, zoo alleen daar boven
Kom, laten we ons haasten 1"
Ja Maar waar is Broni
«Die komt dadelijk! Zjj wilde even gaan zien, hoe de
bakkerin het maakt."
»De bakkerin Zoo, zoo Matthes knikte en
tunrde in de richting der smederjj.
Terwjjl ze vlag doorstapten, jammerde de Simmerauer
»Die arme vronw! Wat een ongeluk, alles te moeten
verliezen En het huis ook, dat mooie huis Ik heb diep
medelijden met haar! En wat moet zo nu op haar ouden
dag Zij heeft niemand dan dien losbol, dien Daxen-
George, die niet eens voor zich zelf kan zorgenOch,
och die arme vrouw 1"
Toen zij in de koude ochtendschemering de helling
opklommen, bleef Mathes staan en blikte terug naar den
Purtschellerhof, Dunne rook steeg nog naar boven, doch
er behoorde een scherpe blik toe om dien te onderschei
den, daar hij bjjna versmolt in den morgennevel.
De hof, waarvan Mathes een gedeelte kon overzien,
was leeg Karlien was reeds lang naar binnen gegaan.
Op de bovenste verdieping van het huis, in de woon
kamer waren de vensters nog verlicht. Thans verdween
het licht Karlien had de hanglamp, die ze brandende
gevonden had, uitgeblazen.
Uitgeput en sidderend stond de jonge vrouw bij de
tafel, staarde hoofdschuddend naar de drie leege wjjnfles-
schen en zag in de met sigarendamp en lampenwalm
gevulde ruimte rond, als was ze op een vreemde plaats
en als wist ze niet, hoe ze hier gekomen was.
Een rilling voer door haar leden. Langzaam streek ze
over de natte kleederen, die haar half bevroren aan het
lichaam kleefden, knikte voor zich heen en mompelde:
«Ja, Mathes beeft gelijk, ik moet mij verkleedenl"
Zij ging in do slaapkamer, en daar zag zjj haar man
in zjjn uniform en met laarzen aan op bed liggen.
Toen de deur openging, ontwaakte hg half uit zjjn roes,
maakt evenmin als de Vorst gebruik van de sirih.
Achter Sultan en Resident zitten nog een
achttal hofdames in s i 1 a houding op den grond met de
noodige a m p i 1 a n's bij zich.
Ook de mooie freuletjes nemen er plaats.
Achter den damparen den zetel van den Resident
bevindt zich de staatsiezaal der vrouwen, waar de R a-
t o e's en Prinsessen vergaderd zijnin afwachting van
het bezoek der Autoriteiten.
Op den achtergrond zien we nog het buitengewoon
fraaie bruidsbed van den Vorst.
Wij gaan nu zitten op de in rijen geplaatste stoelen,
met het front naar het zuiden. Ik zorg naast Dr. G r o-
n e m a n te komen.
Jokjakarta Lt. Olockener Bbousson. b.d.
President Roosevelt is Diüsdag voor zes weken
op reis gegaan, eerst naar San Antonio in Texas om er
den 7en eene bjjeenkomst van zijn voormalig regiment
der «Rough riders" bij te wonen en vervolgens in Okla-
hama op wolven en in Colorado op beren te gaan jagen.
Te Louisville, St.-Louis en andere plaatsen zou hij op
zjjne doorreis korten tijd zich ophouden.
Lichamelijke achteruitgang van het
Engelsche volk. Bljjkens het jaarverslag over het
Britsche leger zijn van nog geen 92.000 aspiranten tot den
krijgsdienst 20.000 door de recruteerings-officieren ter
stond afgewezen en van de overigen na medisch onder
zoek nog 24.000, m. a. w. van de 9 man die zich aan
meldden werden slechts vier bruikbaar bevonden. De
Daily News ziet hierin een bewjjs van bedenkeljjken pby-
sieken achteruitgang des volks, want, beweert zjj, wie niet
deugt tot vechten, deugt ook piet tot werken.
Een vreemde epidemie. Berichten uit New-
York gewagen van een ware epidemie van menigitis
cerebrospinalis, dezelfde ziekte die .in het Oosten van
Pruisen als Genickstarre bekend staat en daar op dit
oogenblik vele slachtoffers vergt. In 1872 is er nog eons
zulk een epidemie in Amerika geweest. Verleden week
zjjn 148 personen aan de ziekte bezweken, en het
sterftecjjfer aan meningitis is dit jaar reeds hooger dan in
1872 gedurende do tien maanden dat de ziekte toen
epidemisch heerschte. De Board of Health heeft een
commissie van onderzoek benoemd, waarvan bekende
dokters en baoteriologen doel uitmaken.
Do hoogste brug der wereld. Zaterdagmor
gen zjjn de beide oevers van de Zambesi bjj de Victoria
Falls vereenigd om 7 uur werd de slnitbalk gelegd, die
de einden van de bruggen aan weerszjjden verbindt. Dit
is de vorwezenljjkiDg van den droom van Cecil Rhodes,
want nu is de onafgebroken verbinding verzekerd per
spoor van Kaapstad tot Cairo. Tegelijk is het ook een
zegepraal op technisch gebied, waarop de Engelsche inge
nieurs met volle recht trotsch mogen zjjn.
Zorg voor de gevangen en in Oostenrjjk.
Hoever de zorg van den Oostenrjjkschen minister van
justitie voor de gevangenisbevolking gaat, toont zjjn be
sluit, dat voortaan aan alle gevangenen tandenborstels en
mond.vater moeten worden verstrekt.
Kinderzegen. Te Charlton, in Jowa (Vereenigde
Staten), heeft de 65-jarige vrouw van een 78-jarig ge-
pensionneerd oud-strijder haren man met de geboorte
van gezonde tweelingen verbljjd. Dat zal presi
dent Roosevelt seker wel niet onbeloond laten, te meer,
omdat het de achtste maal is, dat deze onvermoeide moeder
het leven aan tweelingen schenkt.
De gemeenteraad van Hoorn heeft een spoedeisohende
vergadering gehouden, inzake het op 29 Maart genomen
besluit om de groote voorjaarsmarkt te bepalen op Woens
dag 3 Mei. Dit besluit is ingetrokken en de markt is
vastgesteld op 28 dezer.
zuchtte diep en keerde zich op de andere zjj. Karlien
wilde naar hem toe gaan, maar het was of haar voeten
haar den dienst weigerden. Doch zjj vermande zich,
ging naar het bed en greep de hand van haar m?n. »Toni!"
«Laat mjj slapen", bromde hjj en trok zijn hand terug.
»Mjjn leden zjjn zoo zwaar als lood!" Toch richtte hjj
het hoofd half op, zag haar met waterige oogen aan, en
terwijl hjj sprak bemerkte Karlien dien wjjngeur. »Hoe
staat het daar beneden?"
»De brand is gebluscht, en de menschen zjjn vertrokken."
»Heb je de lui bedankt?"
»Ja 1"
«Heb je wjjn of bier aangeboden on sigaren rondgedeeld?"
Zjj schudde het hoofd.
«Jjj denkt ook nergens aan! Alles komt op mg neer.
Alles 1" Weer zuchtte bjj en drukte het moede hoofd in
de kussens. «Met jou is iemand opgescheept, dat moet
ik zeggen
Zonder een woord te spreken wendde Karlien zioh om,
ging naar de kast en nam daaruit wat ze noodig had.
Toen zjj de deur uit wilde gaan vroeg Purtsoheller
knorrig: «Waar moet je nu weer heen?"
«Naar mjjn kind!"
Karliens stem was veranderd. En die vreemde klank
scheen den man op te vallen, ondanks zjjn wjjnroes hjj
keek haar aan, als stond niot zjjn vrouw maar een ge
heel vreemde voor hem.
«Haal geen gekke kuren uit," bromde hjj, «wat
scheelt je
Zonder te antwoordeu verliet Karlien het vertrek. In
de woonkamer verkleedde zjj zich. Daarna ging zjj de trap
af en verliet bet huis.
In den tuin bleef ze staan en haalde diep adem. Nu ging zjj
vlug over de straat en trad in 't huis van haar buurman.
In een laag, behageljjk verwarmd vertrek vond Karlien
de oude boerin in een leunstoel naast de leeren sofa,
waarop met bonte kussens een bedje voor den kleinen
Toni was gemaakt. Het kind had roode wangen en zijn
ademhaling ging geregeld.
(Wordt vervolgd).