Van Oude Tijden. No. 53. Honderd en zevende jaargang. Zondag 30 April 1905. Van Week tot 'Week. BTJÏ TE N L AND. De BOUW- en WONINGVEROR DENING is tegen betaling van f0.50 ter gemeente - secretarie verkrijg baar. in. ALK1AARSCHE COURANT. Doe wel en zie on Aan vereenigingen is hier ter stede Iwel allerminst gebrek. En bjjna zonder uitzondering beoogen zjj een goed doel. Dat goede doel doet hen, die zich voor een zaak gespannen hebben, wel eens, in stede van vorzoe- kenderwjjs, aanvallenderwjjs optreden enfia, we zullen niet herhalen, wat we daarover vroeger geschreven hebben en slechts dete gelegenheid te baat nemen om te con- stateeren, dat de liohteljjk verwijtende toon, destjjds door ons aangeslagen, bjj velen weerklank heeft gevonden. Gelijk veel varkens de spoeling dan maken, moeten veel vereenigingen oorzaak zjjn, dat de post, dien do Alkmaarscbe bnrgerjj na eenmaal op haar begrooting zet voor liefdadige en nuttige doeleindeo, in heel veel porties gedeeld wordt, die elk op zichzelf niet zoo heel groot kannen zjjn. Dat ligt voor de hand. Doch wat wjj heden willen trachten aan te toonen is, dat die porties toch nog wel iets grooter zonden kannen zjjn, wanneer hier meer in toepassing werd gebracht de variant op een bekende spreuk, boven dit artikel geplaatst. Om goed te doen nitkomen wat wij bedoelen znllen wjj ons van een tegenstelling bedienen. Aan den eenen kant znllen wjj plaatsen enkele zinsneden nit twee dezer dagen versohenen jaarverslagen aan den anderen kant eenige inlichtingen, ons van vertrouwbare zjjde verschaft. De jaarverslagen zijn die van .Liefdadigheid naar Vermogen" en van «Kinderkleeding", beide vereenigingen, die zeker een hooge plaats innemen in de rjj der genoot - schappen, welke op algemeene sympathie aanspraak mogen maken. Welnn, in het jaarverslag van L. n. V. heet het Ofschoon in 1904 plm. f 74.minder werd uitge geven, is toch het eindsaldo plm. 115.lager dan op 1 Jannari 1904, wat te verklaren is nit het cjjfer van plm. 175.waarmede 1904 aan minder saldo begon Door aan alle billjjke aanvragen te voldoen moet het jaarljjksch saldo noodzakelijk steeds achternitgaan indien het ledental niet merkeljjk vermeerdert. Nog treuriger is er de vereeniging «Kinderkleeding" aan toe. Men lnistere maar De financieele toestand der Vereeniging is inderdaad ver van rooskleurig. Werd in het vorig jaar ontvan gen aan contributies 527.25 en aan vrjjwillige bij dragen en giften J 65.50, dit jaar was do ontvangst aan contributies 523.50 en bedroeg de som der vrjj- willige bijdragen en giften slechts f 12.85. Het vorig jaar mocht nog geboekt worden als voordeelig saldo ƒ116.415, thans bedraagt het kas-saldo slechts 13.48 en is er van een batig saldo geen sprake. Het is dns waarlijk niet zonder reden, dat wjj den financieelen toestand ernstig noemen en dat wjj, dank baar erkennende de vele bjjdragen van Alkmaar's bnr gerjj, ons toch niet mogen ontveinzen, dat die op den daar niet voldoende zal zjjn om onze Vereeniging bljj- vend te doen beantwoorden aan het doel, dat zjj zich voorstelt. Reeds daalt de zon ter wester-kimme en giet een gelen lichtbundel nit over de in kalme rnst liggende duinen, als twee mannen met haastigen tred zich stadwaarts be geven, zeker om nog, voordat de zon ondergaat, binnen de poorten te zjjn. De eene, gekleed in een langen over- lijfrok met kap en korte, wijde monwen, zooals die in de eerste helft der 14e eeuw, zoowel door mannen als vrouwen gedragen werden, heeft een kleinen reliekhouder (1) met eenige gereedschappen onder den arm, de andere, in wollen pjj en lederen hozen, torst een paar manden met visch. Beiden komen van Egmond; de eerste, een Alkmaarsche meubelmaker, is ter verrichting van eenige werkzaam heden naar de Egmonder abdjj geweest, terwjjl de ander, een vischhandelaar te Egmond aan Zee, een paar manden visch heeft gehaald. Terwjjl beide mannen stevig door stappen, vliegt er plotseling met een scherp gekrjjsch een slechtvalk op. Met zjjn sikkelvormige vleugels doorklieft al zwenkend de lucht, terwijl een troepje glanzende spreeuwen onbevreesd rondom een grazend rund neer- strjjken. Alle teekenen dns, dat de beide mannen de stad naderen. »Zjjt ge naar de abdjj geweest, Mr. van Alkmaar (2) »Ja, Mr. Visscher, ik kom daar zoo juist vandaan. Het was druk op de abdjj. Men verwaohtte er hoog bezoek. Onze goede graaf Willem (3) zon er met klein gevolg" eenige dagen komen. Ik kon nanweljjks den abt te spreken krjjgen." »Dat geloof ik wel. We leven toch maar recht gelukkig onder onzen goeden heer," en de dankbare poorter ont bloot eerbiedig het hoofd. Die twee feiten staan aan den eenen kant en nn stelle n wjj daartegenover het volgende Alkmaar is een uitgezocht terrein voor het zoogenaamd «bedekt bedelen". Vooral op marktdagen wemelt 't hier van negocianten met een heel groot vraagteeken, die van elders komen. Zjj gaan van de eene denr naar de andere en wanneer zjj na afloop van hna tocht hun kas opmaken dan is er een sommetje bijeen, dat menig braai werkman met hard werken op een dag niet verdient. Zoo nn en dan wordt er eens een door de politie opge pakt. Dan wordt hun doopceel gelicht en 't is niet veel fraais wat er dan voor den dag komt. De heeren plegen bniten echt te leven, hebben met Veenhuizen kennis gemaakt en zjjn meestal herhaaldeljjk veroordeeld wegens diefstal. De centen, hnn aan de denr nitgereikt, hebben geen ander gevolg dan dat zjj hnn leven op denzelfden voet voortzetten konden zjj op deze wjjze niet in hnn onderhoud voorzien, ze zouden wel gedwongen worden de handen uit de mouw te steken en zioh tot den door hen zoo verafschuwden arbeid moeten wenden. Aldns heft de liefdadigheid hen niet op nit hnn toestand van demo ralisatie, integendeel, deze doet hen daarin volharden. Van menschen, die kannen werken, maar liever tot het vernederende bedelen hnn toevlncht nemen, kan men verwachten, dat zjj het opgehaalde geld ook niet behoor- ljjk besteden. Wat pas is gewonnen is dra geronnen door het keelgat, in den vorm van sterken drank. Dat is nog de kroon op dit parasietisch bestaan. Nu vragen wjj aan de bnrgerjj, of zjj haar goede geld niet beter zou kunnen besteden. Of zjj wel beseft, dat 't werkeljjk geen goede daad is om aan zulke negocianten een of meer centen te geven, dat integendeel het kwaad daardoor wordt bevorderd. Ziet, wanneer wij aldns echrjjven, dan is dit geen ver maan tot hardvochtigheid. Wij willen de ingezetenen niet aansporen om aan hnn goede hart het zwjjgen op te leggen, dat zjj verre. Nood, ook wij zjjn ervan door drongen, dat 't een der eerste menscheljjke plichten is om den arme, den nooddruftige zooveel mogeljjk bjj te staan. En wjj weten, dat er gevallen zjjn, waarin het geven aan de denr wel degeljjk tot het gewensohte re sultaat leidt, gevallen van gebrekkige, van onde, van tot werken ongeschikte menschen, die men kent en van wie men weet, dat er voor hen geen ander middel is om hnn sober kostje bjj elkaar te krijgen. Doch deze onder- scheide men goed van de soort, die wjj zooeven hebben geteekend, de arbeidsschnwen, die hierheen komen en aan de bnrgerjj bet geld aftroggelen, dat zoo oneindig veel beter aan de eigen armen in Alkmaar zelve ware besteed. Aan die zoogenaamde negocianten van elders doe men door niet-geven verstaan, dat men te Alkmaar niet langer van hunne komst gediend is, dat zjj de moeite en de kosten van de reis hierheen kannen besparen, omdat me n niet langer z'n aalmoes wil zien verbrast. Maar eenige weken achtereen heeft men 't vol te honden en dan znllen ze vanzelf wegbljjren. En wahneer men aldns geld heeft behouden, dat anders ware uitgegeven, dan vrage men zich af, hoe daarmee een weldaad kan worden bewezen in de eigen stad. Dan znllen er middelen aanwezig zijn om b.v. van een zoo uitermate nattig genootschap als «Liefdadigheid naa r «Ja, onze goede stad Alkmaar is, sedert het den llen Jnni 1254 van onzen ongelnkkigen grave en Roomsch- Koniog zjjn eerste handvest ontving, flink in landbouw, visscherjj, nering en scheepvaart vooruitgegaan. Het is door den Torenburcht (4) goed beschermd. Onze goede stad is reeds te dikwjjls door die wilde West-Friezen verwoeBt. Volgens het chronicon van den Egmondschen abt Willem wel vjjf malen, n.l. in 972, 1072, 1133, 1166 en 't laatst in 1169. Wel heeft zoo nn en dan het vuur in het jjzeren baken op den hoogsten toren gebrand, als die Friesche stroopers in hunne linnen of wollen pijen, en de beenen in vellen en riemen geschoeid, terwjjl hun hoofd meer door de dikke ruige lokken dan door de kap gedekt werd, in groote menigte de stad naderden. Maar geregeld hebben de te wapen geroepen poorters met de bezetting op het kasteel de stad weten te beschermen, hoe de aanvallers ook gewapend waren met kodden, kolven, bjjl en BpeereD. Ook overdag zjjn we wel eens door den rook van vochtig stroo of stoppels of den noodkorf, gehangeD aan den toren, terwjjl het noodsein door klokgeklep of op eenig ander rammelend huisraad werd voortgezegd, ter verdediging onzer goede stede opgeroepen, doch dit kwam niet dik wjjls voor. Gij weet dit nog niet zoo goed, Mr. Visseher, daar ge pas in onze stad woont, maar het zjjn woestaards, die West-Friezen en vorstenmoordenaars. Hebben ze niet onzen edelen grave Willem en ook Mr. v. Alkmaar ontbloot het hoofd als een hond doodgeslagen Geen wonder, dat de geleerde vriend van mjjn vader abt Willem 1in de eenzaamheid der schrijf kamer te Egmond, waar bjj in zjjn chronicon de gebeur tenissen zijns tjjds neerschreef, een oogenblik zjjn chris tenzin vergat en aldus uitbarstte«O gjj vervloekt Fries land vanwaar kwam u deze verwoedheid, dat gjj den Grave van Holland, den Koning van Dnitschland, en Vermogen" lid te worden en zal dit niet langer staan voor het schrikbeeld, dat het zjjn zegenrijke werkzaam heid zal hebben in te krimpen. Hier staan menschen, die Uw giften noodig hebben om waarljjk den armen de helpende hand te reiken welaan, staat hen bjj en werpt niet langer Uwe centen in een poel van zondeen bederf. Nogmaals: doet wel! Maar tevens: ziet terdege daarbij om De Grondwet voor Transvaal. Elk Enge'sch blad van eenige beteekenis wjjdt eene beschouwing aan de Grondwet, welke aan Transvaal is geschonken. Uit den aard der zaak loopen de meeningen daarover zeer uiteen. De Timet ziet in de Constitutie een nienw bewjjs van de grootmoedigheid en de tronw aan zjjn woord, die den Engelschman kenmerken. Het spreekt van zelf, dat daarbjj de onde kiesdistricten niet in stand zjjn gehouden, omdat die er op aangelegd waren «den onwetenden duisterlingen" onder de Boeren ten plattelands een buitensporig overwicht te verschaffen over de progressieve bevolking der steden, die tot de Boeren niet behoorden, zoodat b.v. Ljjdenbnrg met zjjne 3500 zielen twee, Johannesburg met zjjne 76500 slechts één lid afvaardigde. Het aantal blanken in 't algemeen in plaats van het aantal stemgerechtigden, d.i. vrjjwel dat der volwassen mannen, tot grondslag der vertegenwoordiging te nemen, zon echter evengoed de opper macht der Boeren hebben gewaarborgd als 't behoud der vroegere districtsindeeling, met geljjk onrecht jegens de Britsche kolonieten. De Boeren ten plattelands tronwen vroeg en hebben groote gezinnen, de steden en industrieels districten zjjn vol ongetrouwde jonge Engelschen. Onder de nienwe Constitutie zal de macht der kiezers niet langer afhangen van de vrachtbaarheid der districten waar zjj wonen. Maar zelf zóó, ondanks deze goede zorgen voor de jeugdige Britsche vrijgezellen, acht de Time» blijkbaar, dat de Regeering wel wat heel goedgeefsch zich betoont het is wel een bjjzonder bewjjs van vertrouwen dat met deze constitutie gegeven wprdt, vindt zjj. Het is opmerkeljjk, dat zelfs de Jingosche Globe zich geruster toont, die 't eigenljjk alleen afkeurt, dat de landstaal in de Vertegenwoordiging zal mogen gesproken worden als de voorzitter het goedvindt. De liberale Daily News slaat een geheel anderen toon aan. Zij valt in de eerste plaats over de erkenning in 'e heeren Lyttelton's memorie, dat de Constitutie in 't al gemeen door lord Milner is goedgekeurd. Dit verklaart, zegt zjj, waarom ook de beperkte politieke rechten ont houden zjjn, totdat de instelling der Chineesche slaven een afgedane zaak is geworden. Voorts vindt zjj het kenschetsend, dat er met de Constitntie znlk een haast is gemaakt, voordat de liberale partjj in Engeland weer op 't kassen komt, welke bereid zonde geweest zjjn, om Transvaal echte in plaats van nagebootste rechten toe te staan. Het aangehaalde betreffende de «oorlogsbjjdrage" moet volgens het blad alleen dienen om het hateljjke van 't achterwege big ven der beloofde 30 millioen der mgnmagna- ten over te brengen op de nienwe schjjnvertegenwoordiging, als deze op hare benrt weigeren mocht Wat eene schjjnver tegenwoordiging is het, verklaart het blad daar zjj geen macht beeft over de uitvoerende macht. De Rs- geering benoemt een onverdringbare soort van minis tère en die ministers stemmen evengoed als de verkozen leden moe over alles, zoodat de meerderheid wel altijd op de hand der Regeering wezen zal. Het is er dan ook eenvoudig om te doen een glimp van goedkeuring der bevolking te geven aan al Wut de hoeren van den Raad gelieven op te leggen. Voorts toont de Daily News aan, dat voor 't stemrecht een zóó kort verblyf ten vereischte wordt gesteld [ten minste zes maanden, niet eens nood- zakeljjk achteièén], dat de vlottende bevolking der mjjn- nagaat, nun pwdmpdmp——bwbm—b— den beschermer van gantsch de kerstenheid hebt gedood, en dat nog meer zegt uw eigen Vorst vermoord 1" Maar zoo valt hier de spreker zich zeiven in de rede wij zgn bjj de stad aangekomen. Gelukkig, want ik verlang naar buis en wat eten en een frisschen dronk." Terwjjl beide poorters afscheid van elkaar nemeD, be kijken wjj even den ingang van deze nog jonge stad. Het is een landstad alzoo den Grave toekomende geen rjjksstad ais Njjmegen onmiddellgk den Keizer behoorende. Da poort, waarvoor we staan en vermoedeljjk wel de Bergerpoort gebeeten, houdt het midden tnsschen eene eenvoudige hamei en eene goed versterkte poort. Over de brng gaande, komen we in de stad, die, hoewel ze direct na haar verkregen handvest voor de eerste maal werd uitgelegd, nog wel niet zoo heel groot zal zjjn ge weest. Ergert n niet aan de slechte bestrating: «de poorter kent nog geen plaveisel buitenshuis, en stelt zich met zjjn evenzeer zandige als nauwe en bochtige straten en stegen tevreden zelfs wauneer de regenbuien zjjne paden tot modderpoelen verwerken, dan mag bjj zjja gewaad en schoeisel beklagen hg is bet gewoon, kloddert, er door heen, en spreekt toch van zjjn straten." Gelukkig is het op 't oogenblik droog weer en als go nu niet te veel let op het stof, door karren, paarden, haastige voorbggangers of ook wel dravende jongens met vier gekruiste draaiende papiervlaggetjes aan een vooruitgestoken stok, opgewoeld, vervolg dan rustig nwen weg. Kjjk, daar Bfaat op 't Scharloo een windmolen. Deze dagteekenen van 1105; zjj zjjn door kruisvaarders nit 't Oosten bekend geworden. (5) In Pargs, de stad, waar reeds in 1156 eene Universiteit bestond en waar de twee groote straten, welke de stad krnisten, toen reeds met keien geplaveid wa:en, werden voor't eerst hier in Enropa

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1905 | | pagina 5