VooMliil militair nlemdL ALKMAARSCHE COURANT. Plaatselijke belastingen. Kieswet. Nationale Militie. Amsterdamsche Brieven. BUITENLAND. Gemengde Mededeelingen. No. 67. Honderd on Zevende Jaargang. 1905. Zondag 4L Juni 1905. De BURGEMEESTER der gemeente ALKMAAR, brengt ter kennis van belanghebbenden, dat de aangifte tot deelneming aan bovengenoemd onderricht ter ge meente-secretarie moet geschieden vóór 1 Juli n.s. op welken datum de lijst onherroepelijk wordt gesloten. Inlichtingen omtrent de regeling van het bedoelde onderricht worden ter gemeente-secretarie verstrekt. Burgomeester en Wethouders voornoemd, JAN DE WIT Dz., Voorzitter, loco Burg. DONATH, Secretaris. Alkmaar, 2 Juni 1905. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alkmaar brengen ter algemeene kennis, dat bet primitief kohier van den hoofdelijkcn omslag, dienst lÖOft, door den Gemeenteraad vastgesteld den 17en Mei 1.1. en door de Gedeputeerde Staten goedgekeurd den 31en Mei d.a.v. heden aan den gemeente-ontvanger ter invor dering is uitgereikt en gednrei de vijf maanden op de secretarie in afschrift voor een ieder ter inzage is nedergelegd. Bezwaren tegen den aanslag kunnen op ongezegeld papier bjj den gemeenteraad worden ingediend binnen drie maanden na den dag der uitreiking van de aan slagbiljetten. Burgemeester en Wethouders voornoemd, JAN DE WIT DzVoorzitter, 1°. Burg. DONATH, Secretaris. Alkmaar, 2 Juni 1905. De BURGEMEESTER der gemeente ALKMAAR brengtvoorzooveel noodig, ter kennis van belangheb benden de volgende bepalingen van de artt. 57 en 58 der kieswet Art. 57. Personen, bjj w e en bestuurders van bijzondere onder nemingen en instellingen, waarbjj mannen, die den leeft yd van 25 jaren hebben bereikt, in dienstbetrekking zjjn, zijn, voorzoover niet bjj algemeenen maatregel van bestuur vrijstelling is verleend, verplicht te zorgen, dat ieder van dezen, die bevoegd is tot de keuze mede te werken, gedurende ten minste twee achtereenvolgende uren tus- schen 8 uren, des voormiddags en 5 uren, des namiddags daartoe gelegenheid vinden. Art. 58. Personen en bestuurders in het voorgaande artikel bedoeld, zjjn, voorzoover arbeid wordt verricht in fabrie ken of werkplaatsenverplicht te zorgen, dat in het arbeidslokaal en zoo er meerdere arbeidslokalen zijn, in het grootste of wel in meer dan één arbeidslokaal, ge durende twee werkdagen vóór en op den tot stemming bepaalden tijd op eene zichtbare wjjze is opgehangen eene door hem of van hunnentwege onderteekende lijst, de uren, in het voorgaand artikel bedoeld, vermeldende voor elke atzonderljjk of groepsgewjjze of voor allen gezamenlijk. De niet-naleving van deze voorschriften wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste 14 dagen of geldboete van ten hoogste f 75. De Burgemeester voornoemd. JAN DE WIT Dz., lo. Burgemeester. Alkmaar, 3 Juni 1905. De Bubgemeesïer der gemeente Alkmaar gelast, krachtens bekomen aanschrijvingen, de onderstaande verlofgangers, om zich ter bjj woning der herha lingsoefeningen, 's namiddags vóór 4 ure, bij hun korps te vervoegen. Pantserfort-artillerie, lichting 1902, garnizoen te Helder. 4 Juli 1905: THEODORUS GERARDUS BUIJSMAN JOHANNES PREDERIKUS DEKKER, EVERT Jo' HANNES PORCK, LAMBERTUS VAN ERKELENS, GERRIT LOOTS, PETRUS HULSKAMP, ALBERTUS JOHANNES DEKKER. 4e Regiment Vesting artillerie, lichting 1898, garn zoen te Helder. 5 Juli 1905: NICOLAAS PUNT, JAN HENDRIK SCHENKE, BERNARDUS - JOHANNES SMIT, GER- RIT VENNEKER, KLAAS VAN DER HAAüEN DIRK DE HEER, HENDRIK KEMPS, PIETER MORS' DIRK MOOIJ, HENDRIK VAN DER WISSEL. Regiment Genietroepen, lichting 1900, garnizoen te Utrecht. 10 Juli 1905: CAREL LODEWIJK BEIJNEVELD. Pantserfort-artillerie, lichting 1902, garnizoen te IJ m u i d e n. 11 Juli 1905: JAN OOMS. 10de Regiment, Infanterie, lichting 1902, garnizoen te Helder. 18 Juli 1905: MARINUS JOHANNES VAN TROT- SENBURG, JOHAN EERNSTMAN, JAN PIJPER, CORNELIS MOLENAAR, ANTONIUS KOREMAN, WILLEM VERHOEVE, MATTHIAS CONSTaNTINUS DINGERDIS, CORNELIS STROOKER. 10de Regiment Inlanterie, lichting 1902, garnizoen te Haarlem 18 Juli 1905: PETRUS KUIPER. 10de Regiment Infanterie, lichting 1902, garnizoen te Hoorn. 18 Juli 1905: GERRIT WEIJLING. 7de Regiment Infanterie, lichting 1902, garnizoen te Amsterdam. 25 Juli 1905: JACOBUS KIEFT, MOZES HARTOG MANHEIM. 2de Regiment Vesting-artillerie, lichting 1900, garni zoen te Amsterdam. 7 Augustus 1905: JOHANNES GERARDUS FRAN SEN. Torpedisten, lichting 1901, garnizoen te Helder. 7 Augustus 1905: WILLEM HERMANUS BRINK MAN, HENDRIKUS WILLEBRORDUS GROENLAND, JAN HEKKET. Torpedisten, lichting 1903, garnizoen te Helder. 7 Augustus 1905: HENDRICUS JOHANNES JON KER, JAN POOL. Regiment Grenadiers en Jagers, lichting 1902, garni zoen te 's-G ravenhage. 8 Augustus 1905: JOACHIM ANDRÉ GROOTEGOED, JACOBUS JOHANNES GOUDSBLOM. Ie Regiment Infanterie, lichting 1902 garnizoen te Assen. 8 Augustus 1905: CORNELIS ERIKS. 10de Regiment Infanterie, lichting 1900, garnizoen te Haarlem. 14 Augustus 1905: CORNELIS VISSER, WILLEM JACOB BAAN. 10de Regiment Infanterie, lichting 1900, garnizoen te Hoorn. 14 Augustus 1905CORNELIS HENRICUS SWIT SER. 10de Regiment Infanterie, liohting 1900, garnizoen te Helder. 14 Augustus 1905 FREDERIK HULST, NICOLAAS ENGELBERTUS CONNEMAN. 2de Regiment Huzaren, lichting 1902, garnizoen te Ro e r m o n d. 21 Augustus 1905: PETRUS SCHOUTEN. 2de Regiment Veld-artillerie, lichting 1902, garnizoen te 's-G ravenhage. 21 Augustus 1905 KLAAS POEZE. Regiment Grenadiers en Jagers, lichting 1900, garni zoen te 's-G ravenhage. 4 September 1905: GERHARDUS ADRIANUS OO- N1JN, JACOB LIND. 7de Regiment Infanterie, lichting 1900, garnizoen te Amsterda m. 4 September 1905: BAREND DEEN, JULIANUS HAZES PETRUS SMIT, ARENT STORM. SIPKE VAN DER WIJK. 4de Regiment Vesting-artillerie, lichting 1900, garni zoen te Willemstad. 4 September 1905: THEODORUS JOHANNES HOUT. 4de Regiment Vesting-artillerie, Liohting 1900, gar nizoen te Helder. 4 September 1905: ADOLF LOUIS HENDRIK DIN GERDIS, JACOBUS SCHOEN, JOHANNES HENDRI- KUS WAGENAAR, PIETER HEERTJES. 9de Regiment Infanterie, lichting 1900, garnizoen te Groningen. 4 September 1905: TJERK KLAZES RIEMERSMA. 3de Regiment Vesting-artillerie, lichting 1900, garni zoen te Gorinchem. 9 October 1905: LOUIS VAN ADELBERG. 4de Regiment Vesting-artillerie, lichting 1902, garni zoen te Helder. 10 October 1905: FRITS WILHELM HERMES, JOHANNES SCHOONHOVEN, CHRISTOPHORUS JOSEPH BLEEKER, JOHANNES GERARDUS GIL LES, KLAAS GEUS, JACOBUS DE KONING. De opgeroepenen hebben recht op vrjj transport, uit genomen naar Hoorn, hetwelk ter gemeente-secretarie der woonplaats tjjdig kan worden aangevraagd. Alkmaar, De Burgemeester van Alkmaar, 2 Juni 1905.JAN de WIT Dz., lo. Burg. XIII. De zomer is in het land en met hem een hitte van 80°. In Amsterdam is het bjj zulk een temperatuur minder aanlokkelijk en bij dozijnen ziet men nu families weg trekken naar buiten. Dat zijn de gelukkigen. Iets minder goed af zijn zijdie door hun zaken niet weg kunnen, doch deze stellen zich in den regel schadeloos s avonds vóór café's in en buiten de stad door wa tertochtjes waarbij de stof, des daags ingeademd, wordt verwijderd met een glas bier. De Amsterdamsche werkman over het algemeen ge nomen kan zich echter deze weelde niet dagelijks ver oorloven en speciaal voor het arbeidersgezin en de z.g. volksbuurten van de oude stad is deze hitte vreeselijk afmattend. Want nergens heb ik ooit die benauwende verstikkende warmte waargenomen, die op sommige tijden van den dag boven onze stad kan hangen. Buiten kan het ook warm zijn maar toch vindt men daar niet die alles verlammende temperatuur, die naar ik vermoed ontstaat door onze keien en het asphalt niet te vergeten en de weinige boomen die onze stad telt. En de grachten, zal men zeggen. Ja, daar zou het wel uittehouden zijn, wanneer daar niet allerlei geuren uit opstegendie minder aangenaam zijn voor de reuk organen. Ik kan dan ook levendig begrijpen dat zij die het om het geld niet behoeven te latenin den zomer Amsterdam den rug toekeeren. Ook de Hooge Bezoekers, die nu weer zijn vertrokken, zullen blij zijn dat deze corvée weder achter den rug is. Wanneer ik van een corvée spreek bedoel ik daar mede niets onaangenaamsvoor wie dan ookdoch men behoeft Hare Majesteit de Koningin slechts aan te zien om te begrijpen, welk een inspannende dagen voor Haar toch al niet sterk gestel het jaarlijksche bezoek aan de hoofdstad zijn. Bij aankomst viel mij op dat Hare Majesteit er zeer goed uitzag, oneindig beter dan verleden jaar, doch toen dezer dagen mij het Ko ninklijk rijtuig passeerde leek het wel dezelfde Vorstin met meer. Haar gelaat toonde de sporen van de ver moeienis en inspanning der laatste dagen en scheen veel smaller geworden. Nu viel mij ook het tengere van Hare gestalte op. Wel moet de wilskracht en energie van deze laatste telg uit het Huis van Oranje groot zijn om ondanks die schrijnende vermoeidheid, die uit geheel Haar wezen sprak, toch nog maar gedurig te kunnen buigen en te glimlachen, vriendelijk te kunnen nijgen. Zeven dagen achtereen van audiënties, diners, rijtoeren, bezoeken, het bal, den Stadsschouwburg en dat alles bij zulk eene hitte, werkelijk, ik geloof dat veel sterker naturen daarvan den terugslag zouden gevoelen. De ontvangst van de zijde van het publiek is als altijd echt hartelijk geweest en ondanks de kans om flauw te vallen op den alles verschroeienden Dam stonden dag in dag uit honderden trouw op hun post om naar het Paleis te kijken en alles wat daarvóór voorviel, gade te slaan. Wanneer men dat zoo ziet, vraagt men zich onwillekeurig af, hoe het toch mogelijk is, dat er zoovelen zijn, eenvoudige burgermenschjes, die geregeld zoo lang het bezoek duurt, hun bezigheden kunnen laten wachten. Wie ook blij zal zijn, dat het bezoek voorbij is, dat moet de politie wezen. Deze heeft op zulke dagen een zware taak en om gedurende 8 uur aan èèn stuk in groot tenue met den zwaren helm op te moeten schil deren zonder dat de gelegenheid bestaat iets te drinken of te nuttigen, want wee hem, die een slippertje maakt, is er wel noodig eene groote mate van Ausdauer en plichtsbesef, beide deugden, die de heer Franken, de vorige hoofdcommissaris, heeft gekweekt en bevorderd, al mocht men het dan niet altijd eens zijn met de wijze, waarop hij soms meende te moeten optreden. De heer Hordijk, de tegenwoordige hoofdcommissaris, is gemak kelijker voor het personeel, daar hij aanvankelijk de regeling van den dienst aan zijn personeel overliet, terwijl zijn voorganger persoonlijk alles bedisselde en de verantwoordelijkheid van alles op zich nam, hetgeen hij daarom gemakkelijk kon doen, omdat iedere maat regel van eenig belang door hemzelf was gelast. Thans komt daarentegen het persoonlijk initiatief meer tot zijn recht, en met een 'goed corps inspecteurs gebeurt er zelden iets dat niet in het reine is. Waarin de tegen woordige hoofdcommissaris echter hemelsbreed verschilt met den heer Franken is zijne meening omtrent de pers. De heer Franken was steeds êèn-en-al beleefdheid, stond den verslaggever welwillend te woord en wanneer er iets was dat meegedeeld kon worden, dan kon men er zeker van zijn door] den heer Franken te worden ingelicht. De heer Hordijk neemt echter een geheel ander standpunt in. Hij ontvangt je koud beleefd, vraagt naar de reden van je komst en zegt strakdat hij op de gedane vraag niet kan antwoorden. En daarmede is in den regel liet onderhoud afgeloopen. Een anderen keer voegt hij er misschien nog aan toe, dat waar vier chefs van dienst wachten, het hem aangenaam zal zijn niet meer met dergelijke futiliteiten te worden lastig gevallen. Dezer dagen in de Koninginneweek stond een verslaggever met een inspecteur te praten, de heer Hordijk zag het en den volgenden dag was er een order, waarbij het politieambtenaren verboden was om met verslaggevers te spreken. Waar de Amsterdamschepers in het algemeen niet verdient aldus te worden behandeld, kan men zich begrijpen, dat deze pers niet sympathiek is gestemd ten opzichte van den tegenwoordigen hoofd commissaris en mijne vaste overtuiging is dan ook, dat vandaag of morgen bij eenig voorval van belang een scherpe critiek op het doen en laten van dezen amb tenaar het gevolg zal zijn. Nu moge men zeggen, dat die critiek dan voortspruit uit animositeit, maar vast staat, dat de heer Franken zich geen zeven jaar zou hebben kunnen handhaven, wanneer hij niet had kunnen rekenen op den steun van de pers. En waar men wel willendheid ondervindt, daar wordt onwillekeurig ook welwillendheid betracht. Gaat de heer Hordijk op dezelfde manier voort, dan kan hij verzekerd zijn van eene ïmauvaise presse", doch hij heeft het dan zelf gewild. Een aanslag op den Koning van Spanjo. Op Koning Alfonsns van Spanje, die thans te Pargs vertoeft, is Woetfsdagavond een aanslag gepleegd. De koninklijke stoet kwam van de groote opera. Het rjjtuig des konings, waarin ook president Lonbet zat, was juist op den hoek van de rue de Rohan en de rue du Rivoli, toen opeens een geweldige knal en een groote vlam in de straat de menschen verbasterde. Een hagel van bomscherven vloog onder de menigte. Een oogenblik later stormden de menschen alle kanten uit. Toen de rook optrok en de stofwolk was weggewaaid, zag men een paard van de garde op den grond liggen, dood. Verder waren er eenige mensehen min of meer ernstig gewond, maar gelukkig, de koning en de president waren ongedeerd. Het rgtuig was al een meter of twintig voorbjj de plaats waar de bom sprong. Dadeljjk na den knal stond Alfonsns in het tijtuig overeiad, om de menigte te toonen, dat hij er goed afgekomen was. De orde in den stoet was weldra hersteld en toen ging het in galop verder. De politie heeft dadelijk de plaats afgezet waar de' aanslag is gepleegd en het publiek werd op een afstand gehouden. Er is een jonge man van 19 jaar gevangen genomen, die werkzaam schjjnt te zjjn op een chemisch bnrean. üok het hotel dn Loovro is door de politie doorzocht. Vlak bij het hotel is de aanslag gepleegd. Geschenken voorden DaitschenKroon- r i n s. De Senaat van Lübeck geeft den Doitschen .roonprins als huwelijksgeschenk eene reproductie van de bronzen lichtkroon in de Domkerk aldaar, welke een zeer merkwaardig kunstwerk is uit de 15e eeaw. Het huwelijksgeschenk der stad Hamburg is een zilveren tafelmiddenstuk (l1/» M. lang en 70 c.M breed), voor stellende een Vierl&nder groenteschait, gelijk men er zooveel op de Hamburger kanaleh (»Fleete") ziet, en rustende op een zwaar kristallen voetstuk, hetwelk water voorstelt. De vertegenwoordigers van Spanje bjj het hnweljjk van den Dnitschen Kroonprins znllen een fraaien te Toledo vervaardigden eeresabel voor Keizer Wilhelm meebrengen. Een niet verwerpelijk ambt. De Speaker of Voorzitter van het Britsche Lagerhuis, de heer Wil liam Court Gully, vertegenwoordiger der stad Carlisle, neemt zjjn ontslag, en er moet nu een opvolger worden gekozen, hetgeen geschiedt door de leden van het Lagerhuis, onder goedkeuring des Konings. Speaker te zjjn van hot Lagerhuis is een lang niet verwerpeljjk ambt. De Speaker heeft eone woning in het Paleis van Westminster. Hij geniet een traktement van f 60,000 per jaar en bjj zjjn aftreden wordt hjj meestal beloond met oen Peerschap en een pensioen van f 48,000. Maar het is ook een uitermate vermoeiende betrekking, die voortdurende oplettendheid en inspanning des geestes vereischt, zoodat het wel te begrjjpen is, wanneer de last plotseling voor iemand te twaar bljjkt.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1905 | | pagina 13