Op ongewissen bodem,
No. 67.
Honderd en zevende jaargang.
Zondag 4 Juni 1905.
Hinderwet.
Van Week tot Week.
FEUILLETON.
Verkiezing van een lid van de
Tweede Kamer der Staten Generaal.
één lid van de Tweede Kamer
der Staten Generaal in dit district.
76)
ALKMAARSCHE COLBAAI.
Postbladen.
De DIRECTEUR-GENERAAL der POSTERIJEN en
TELEGRAPHIE vestigt de aandacht van het publiek
op de aan alle kantoren der Posterijen en by de DepAt-
honders voor den verkoop van Postzegelsenz. verkrijg
baar gestelde postbladen. (3j, 5J en 13 cent.)
Die van 8£ cent voor verzendingen in locaal verkeer.
De BURGEMEESTER van ALKMAAR brengt, over
eenkomstig art. 51 der kieswet, ter algemeene kennis,
dat op Dinsdag den 6 Juni a. s. van des voormiddags 9
tot des namiddags 4 uur, bij hem opgaven van Candl-
daten kunnen worden ingeleverd ten Stadhuize alhier,
Voor de verkiezing van
Voor zooveel noodig wordt herinnerd, dat de opgaven
moeten onderteekend zjjn door ten minste 40 kiezers,
bevoegd tot deelneming aan de verkiezing in dit district
en dat de inlevering moet geschieden persoonlijk door
een of meer der onderteekenaren.
Formulieren voor de opgaven zjjn ter secretarie kos
teloos verkrijgbaar.
De Burgemeester voornoemd,
Alkmaar 27 Mei 1905. JAN DE WIT Dz, 1». B.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alkhaab
brengen ter algemeene kennis, dat heden op de gemeente
secretarie ter visie is gelegd het aan hen ingediende
verzoek met bjjlagen van
A. HILDERING, rijwielhersteller, wonende aldaar,
om vergunning tot het oprichten van een herstelplaats
voor rijwielen met moffeloven in het peroeel Baangracht
wjjk D No. 4.
Bezwaren tegen deze oprichting kannen worden in
gediend ten raadhuize dezer gemeente, mondeling op
Woensdag 14 J n n i e.k., 's voormiddags te elf uur en
schriftelijk vóór of op dien tjjd. Gedurende dri9 dagen
vóór gemelden dag kan de verzoeker en hjj, die bezwaren
heeft ingebracht, op de secretarie dezer gemeente van de
terzake ingekomen schriftnren kennis nemen.
Bnrgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, JAN DE WIT Dz., lo. Borg., Voorzitter.
31 Mei 1905. DONATH, Secretaris
De verkiezingen.
III.
De vrjjzinnige kiesvereeniging .Vooruitgang'' te Alk
maar en de vrijzinnige kiesvereeniging te Koedjjk hebben
't gewenscht geacht zich niet te schikken naar den door
de meeste liberale kiesvereenigingen in het district Alk
maar uitgesproken wensch om Jhr. Mr. P. van Foreest
opnieuw naar de Tweede Kamer af te vaardigen en zij
hebben den heer Frans Netscher candidaat gesteld.
De kenze op zichzelf is zeer zeker niet ongelnkkig en
wjj knnnen ons dan ook zeer goed voorstellen, dat er
wel een dag zon kannen komen, waarop wij van ganscher
harte die candidatnnr zonden steunen. Doch dan zon de
stand van zaken een heel andere moeten zyn, dan zou
de heer Netscher niet den Kamerzetel moeten betwisten
aan een man als Jhr. van Foreest, die in dit district
Uit het Duitsch
van
Lndwlg Usnghoter.
zoo terecht een groote mate van populariteit geniet.
Den heer van Foreest zal de groote massa der liberale
kiezers ook stellig niet ontrouw worden. Waarom zouden
de liberalen ook niet opnieuw hem den post van ver
trouwen schenken Zjjn er dan klachten over wat hjj
op het Haagsche Binnenhof heeft gedaan of nagelaten
Heeft h|j in de Kamer een rol vervuld, waardoor hjj
bitter is tegengevallen aan de kiezers, die hem vroeger
hebben afgevaardigd? Ons is noch van het een, noch
van het ander iets bekend. En daarom zal men den
heer van Foreest niet willen zien verdringen.
Dezelfde factorendie indertijd bjjdroegen tot zjjne
kenze, gelden ook nu nog. De kennis van en de belang
stelling voor den landbouw maken Jhr. van Foreest tot
een bjj uitstek geschikt candidaat in een district, waar
zooveel kiezers tot deu landbouwersstand behooren of
daarvan tot zekere hoogte afhankelijk zjjn. Bovendien
woont de beer van Foreest zeil in het district en voor
ieder is hij toegankelgk; wie hem wat heeft mede te
deelen, dat kan bjjdragen tot verheldering van zjjn inzicht
in eenig wetsontwerp, vindt steeds bjj hem gehoor en
wanneer er aanleiding voor is, leiden die mededeelingen
tot opmerkingen in de Tweede Kamer om ook anderen
aldus voor te lichten.
Want dit mag ook wel eens gereleveerd worden
vooralwaar de andere candidaten in dit district wel
het beloofde land van verre hebben gezien, maar 't nog
niet betraden dat de heer van ForeeBt in de Kamer
iemand is van vrij groot gezag. Hjj moge geen eerste
politieke figuur zjjn wat toch ook werkelijk niet noo
dig is om de hom toevertrouwde belangen te behartigen
doch hij telt wel degeljjk mee en met hetgeen hjj
zegt wordt wel terdege rekening gehouden. Het na wel
haast geëindigde zitting-jaar heeft daarvan ruimschoots
bewjjs gegeven.
Dit geldt zoowel voor aangelegenheden van zniver
politieken aard als voor onderwerpen van meer recht-
streeksch practisch belang. Wjj willen wat het eerste
punt betreft herinneren aan de rede, door den heer van
Foreest uitgesproken bjj de Algemeene Beschonwingen
over de Onderwjjs-Novelle, die in menig opzicht raak
waszoodat de na hem volgende regeerings-gezinde
sprekers daarop herhaaldelijk terugkwamen om er den
indruk vaH te verzwakken. Natuurlijk, het betoog van
dezen spreker mocht tegenover de bestaande regeorings-
coalitie niet baten, doch 't zon ook niet geholpen hebben,
wanneer de aller-scherpzinnigste vrjjzinnig-democraat in
plaats van den heer van Foreest had gesproken.
Herhaaldelijk heeft de heer van Foreest ook het woord
in de Kamer gevoerd bjj de behandeling der Begrooting
van Waterstaat in December van het afgeloopen jaar.
Zjjne groote ervaring op dit gebied, ook opgedaan als
djjkgraaf van de Hondsbossche zeewering, kwam hem
daar bjj uitmuntend te stade. Met klem betoogde hjj,
dat onze ingenienrs niet voldoende practisch opgeleid
worden en tegen sommige voorbeelden, door hem tot
staving van die bewering aangehaald, kon de Minister
maar bitter weinig inbrengen. Als protest tegen den
geest bjj de ambtenaren van den Waterstaat stelde onze
Evenals rondom de Simmeran was ook in de onmiddellijke
oabjjheid van het huisje de verwoesting duideljjk merkbaar.
Een deel der helling was afgebrokkeld en had het nienwe
vlechtwerk vernield, den halven tuin begraven en de
steenen en aardklniten tot aan de muren van het hnisje
geworpen. In den hof was bjjna de met zooveel moeite
getimmerde balkenvloer nit de voegen gernkt en lange
Bchenren doorsneden den grond. De bron was verstopt.
Tegen den middag waren van de gewitte muren van hst
huisje de eerste kalkbrokkeu neergevallen.
Terwijl Miehei met betraande oogen de schade opnam,
kwam een half dozgn lieden langs den hof, beladen met
zware pakken en een kar achter zich aan trekkend,
waarop het huisraad geladen was. Het was Brunnthaler
met vrouw en kindoren de eenige, die evenals de
Simmerauer tot het uiterste had gewacht om zjjn bedreigde
woning te verlaten. Nn zocht hjj eeD Bchnilplaats in het
dal en redde van have en goed wat nog te redden was.
Toen de voorbjjgaanden verdwenen waren, sprak Michel
met gebroken stem tot zjjn vrouw»Moeder, wat denk
je Zonden wjj ook niet de kinderen naar het dorp
zenden voor den naoht alleen Hjj bracht het
niet over de lippen, haar te zeggen, dat de moed hem
begon te begeven. Hjj zei alleen»Wjj allen moeten
den ganschen nacht arbeiden en dan liggen de
kinderen zoo alleen 1 Geloof je ook niet, dat het beter
was, ze weg te zenden
Ja, Miehei, dat geloof ik ook 1" Bjj deze woorden streek
moeder Kathe met haar schort over het gelaat om het
konde zweet van het voorhoofd te wisschen.
Terwjjl ze overlegden, naar wien zjj de kinderen zouden
zenden, sprak Matbes tot zjjn znster: >Het beste was,
wanneer je de kinderen naar de bakkerin bracht. Die
zal ze zeker met pleizier in huis nemen en George
nog lievergeloof ik."
Een brandend rood kleurde Broni's wangen, doch ze
schudde het hoofd. »Onze tante zou boos zijn, wanneer
we de kinderen naar vreemden brachten."
Michel en moeder Kathe waren van dezelide meening.
Men riep de kinderen, die vrooljjk liepen te spelen, pakte
eenige kleeren in een bundeltje en daarop bracht Broni
de kleinen, die over de »reis" verrnkt waren, naar
beneden in het dorp.
>Wees zoo goed, en breng van den smid een pak lange
jjzeren spjjkers mee," riep Michel het meisje na.
»Ja, vader."
Twee nar later, om drie uur in den middag, was Broni
weer terug met de groeten van tante, die de kinderen met
open armeD ontvangen had, bd met de spjjkers, die ze
niet bjj den smid, doch bjj den timmerman had gehaald.
Vijftig penning hadden ze gekost.
»Maar waarom ben je niet naar den smid gegaan
vroeg de vader. »George had je de spjjkers voor dertig
penning gegeven of misschien nog goedkooper."
Zonder te antwoorden was Broni naar het hakblok
geloopen en had den bjjl opgenomen.
Met vereende krachten hadden ze daarna nar op uur
gewerkt. Om den verwoesten balkenvloer weer te voegen,
daartoe ontbrak hun het hout en ook de tjjd, want
ieder uur konden ze een nieuwe bergstorting verwachten
Met plankeu en latten trachtten ze het kwaad zooveel
mogelijk te herstellen en toen ze geen planken meer
hadden, hakte Michel met tranen in de oogen de denr
der schnnr in stukken.
>Als ik 't huis maar behouden kan, alleen het huist
Dan ben ik tevreden en zal God nog danken 1"
Met de lange spjjkers werden de planken op de balken
afgevaardigde toen verschillende amendementen voor,
waarvan eenige werden aangenomen en andere werden
verworpen. Details zjjn hier verder onnoodig wat
voor ons 't meest van belang is te achten, is, dat ook
weer bjj deze gelegenheid bleek, hoezeer de heer van
Foreest het oor van de Kamer heeft. Juist door zjjn
oorspronkelijke manier van spreken, zjjn wij zonden
haast zeggen huiaeUjken betoogtrant bereikt de heer
van Foreest, Wat menig Kamerlid misluktdat men naar
hem luistert. Kamerloden, die naar de koffiekamer gaan
bjj een speech, parlementair wellicht volkomen in den
haak blijven bjj een redevoering van den Alkmaarschen
afgevaardigde, ook al behandelt bjj of juist misschien
daarom een of andere zaak »op zoo vermakeljjk-
gemoedeljjke wijze en met zooveel sans-géue en gemis
aan reverentie voor het etiqnette-wetboek van de parle
mentaire gewoonten, dat de Voorzitter er tureluurs door
wordt."
In dat frissche, dat oorspronkelijke, waarmee meestal
gepaard gaat een algeheele beheersching van het onder
werp, ligt een zeer groote attractie.
Bjj de groote perB die werkeljjk niemand spaart
wanneer er aanleiding is om iets onvriendelijks te zeggen
staan de redevoeringen van den heer van Foreest
dan ook goed aangeschreven. Wij willen daartoe met
een enkel woord in herinnering brengen, wat de voor
naamste bladen schreven in verband met de bedoelde
Waterstaats-debatten.
Zoo echreef Het Vaderland: »De Kamer luistert
gaarne naar dezen frisscben, oorspronkelijken land
jonker, die eenvondig zjjn eigen ervaring laat spreken."
De Nieuwe Rotterdamsche Courant: »De Kamer heeft
bljjkbaar vertrouwen in de technische kennis van
den heer van Foreest."
Het Handelsblad»In 't algemeen heeft het optreden
van den Alkmaarschen afgevaardigde zeker een goe
den indruk gemaakt. Zoo'n practisch man kan Water
staat misschien meer last, maar den belastingschuldigen
wat minder last bezorgen."
De Telegraaf: »De minister, die zich met diplomatieke
geoliedheid door al de waterstaatzaakjes, die bjj zjjn
begrooting te pas komen, heenwringt, weet de dozjjnen
spiekers, die het hebben over uitdiepen van havens, wip-
brnggen, die niet wippen en ponten, die niet varen, ge-
woonljjk mot een enkel woord af te schepen, maar voor
de Hondsbossche methode van den heer van Foreest
begint bjj respect te krijgen en hjj dient de zaak
tot in de puntjes uit te leggen, anders is hjj vrjjwel
zeker, dat het amendement er doorgaat".
De Haarlemsche Courant: »Het optreden van den heer
van Foreest, in zekeren zin onverwacht, als
praktisch waterstaatkundige heeft een zeer goeden indruk
gemaakt."
Men ziet hieruit, dat onze afgevaardigde in de Tweede
Kamer goed werk doet en hjj niet van invloed op dit
college is verstoken. In ons district is dat trouwens
genoegzaam bekend. Op grond van dit alles zeiden wjj
aan het slot van ons vorig artikel en herhalen wjj 't thans,
dat de candidatuur van Jhr. van Foreest bjj de liberalen
vastgenageld. Ze wisten wel, dat bjj den minsten schok
hnn werk vernield zon zijn, maar
»Een beetje helpt het toch", meende Michel. »En als
een mensch het vertrouwen verliest en de handen in en
schoot legt, dan is alles verloren 1 Ziet, kinde en, alle
hnizen op den berg zjjn verlaten en liggen half in pain,
maar het onze staat nog. Ja, nog staat het I'* Zjjn stem
beefde, terwjjl bjj dat zei en zjjn schuwe blik gleed langs
de muren van zjjn woning.
Toen de schomering neerdaalde, was de arbeid in den
hof volbracht en konden ze bjj het fakkellicht weer nieuw
vlechtwerk maken bet was het vierde, dat ze samen
stelden. Zoo waren ze stil en jjverig aan het werk, toen
de tonen van het doodsklokje tot hen doordrongen
Uren verliepen. Eindeljjk sprak Michel: »Do naoht is
zoo stil 1 Men moest toch alles hooren nit het dal en ik
hoor niets meer niets I"
Mathes begreep, wat zjjn vader bedoelde. Het was hem
zeil reeds opgevallen, dat sedert den middag het ruiBchen
in 't geheel niet meer was te hooren.
Wat denk je daarvan, Mathes? Hondt je het voor
een slecht teeken
»Neen, neen, vader! Zeker niet I" antwoordde Mathes
doch zijn stem klonk onzeker. In hem ontwaakte du angst,
dat de zich ophoopende wateren in het hart van den berg
een geweldige aardstorting konden voorbereiden en bjj
vond niet dadeljjk een troostwoord voor zjjn vader.
Zuchtend nam de oade den arbeid weer op en werkte,
dat het zweet hem over het gerimpeld gelaat gntste.
Toen beneden in het dal de torenklok elf sloeg, sprak
moeder Kathe »Kom, Michel, eindelijk moeten wjj loch
ophouden en nachtrust zoeken. Ik zie, dut je bjjna niet
meer kant van vermoeidheid."
»Een poosje nog, moeder tot de fakkels nitgebrand
zjjn. Andere heb ik niet meer morgen vioeg zal ik
nienwe maken voor den volgenden naebt 1'"
Een kwartier brandden de fakkels nog, toen doofden
ze uit. »In Godsnaam,zei Michel, »voor vandaag zullen
wij het er bjj laten 1"
(Wordt vervolgd).
