Mr. Lbff, Ir. Vlaming i fle itittas.
No. 67.
Honderd en zevende jaargang.
Zondag 4 Juni 1905.
BUITENLAND.
Gemengde Mededeelingen.
ALKÏIAABSCHE («liRAM.
(Slot.)
j,Tracht naar de grootste aller zegeningen de eenigheid."
IGNATIUS.
Wat hebt ge gedaan met die de God is der Liefde
Door deze vraag wordt de antithese ook geleid, wanneer
men haar overdraagt van den mensch op het mensch-
dom en we ons dientengevolge van elkaar onderling
moeten scheiden. Wat hebt ge gedaan met den God
van de Liefde Waart ge in Getsémané, om nog uit-
zijne hand het brood te ontvangen, dat hij der mensch-
heid schonk tot eeuwige gedachtenis, of bevondt ge u
onder de krijgsknechten op de Hoofdschedelplaats, om
daar een spons met edik te drenken, toen zijn stervend
lichaam dorstte naar water?
Hoewel uit deze vragen blijkt, dat de grens niet scherp
kan worden getrokken, want terwijl Petrus den Heer
nog verloochende in het uur der berechting, erkende de
hoofdman der krijgsknechten hem als waarlijk Gods
Zoon op het oogenblik van de volbrenging, toch kan
alleen hier en nergens anders de sociale antithese worden
gevonden. Lijnrecht staan Kajafas en Jezus tegenover
elkander de wet die het Leven niet kent en het
Leven dat de Wet zal volmaken en straks op den
Kruisberg zal de erkenning dezer antithese tegelijk
haar alpha en haar omega moeten vinden.
En nu zal mr. Levy mij ten goede houden, als ik hem
verzoek, om niet meer te zeggen, dat de eenige antithese
eene parlementaire antithese is, die zich belichaamd
heeft in Thorbecke en Groen van Prinsterer. O, we
erkennen en zonder uitzondering erkennen we dit -
dat zijne rede uitmuntte in diepte en schoonheid bij wat
we gewoon zijn in verkiezingsdagen te hooren, en we
begrijpen ten volle, wat hij met zijne woorden heeft
willen bewerenmaar toch gelieve hij nog een weinig
dieper te gaan dan hij reeds gegaan is, en geen dingen
te zeggen, die onjuist zijn, met 't oog op de algemeenheid der
liefde, die in ieder mensch vleesch zal kunnen worden.
Thorbecke en Groen verschilden maar gedeeltelijk in wat
er van hunnen geest naar buiten kwam, doch daarbinnen
waren ze volkomen dezelfden, van eenerlei structuur,
en het woord vol antithesen, dat voor Thorbecke bestemd
was, had met evenveel recht toegepast kunnen worden
op zijn vriend en bestrijder
«Beminnelijk niet, toch vurig bemind,
Stug dikwijls, maar 't stugst in zijne buiging
Verbitterend vaak, toch vergevensgezind,
Waar 't niet gold zijn heil'ge overtuiging.
Een ijskorst, verbergend 't weldadigste vuur,
Verdraagzaam, toch 't hoofd van Zeloten,
Der kroon en den volke een onwrikbare muur,
Een hoekige, magere, steile figuur
Een man als uit ijzer gegoten."
Dit is dan ook de zaak, dat die maar «in de liefde
blijft," wie dan ook, «die blijft in God en God in hem"
en hoe nu Thorbecke en Groen ook mochten verschillen
in wat naar buiten kwam van hunne ziel, daarbinnen
huisde de Liefde overal en altijd dezelfde zoodat
ze waren van ééne generatie. Er bestaat waarlijk geen
andere antithese dan die tegenover de Liefde.
Intusschen is het buiten kijf, dat ze elk hunne ver
schillende dogma's hebben gehad en dit brengt me op
het zelotisme van Thorbecke, dat in het woord culmi
neerde, hetwelk ook door mr. Levy ter sprake gebracht
is: «Wat een ander lief is, dat is mij heilig in zijne
zielen met welk woord men langzamerhand weer
school, d.i. partij-idee, heeft gemaakt voor het politiek
liberalisme der latere dagen. En Kajafas dan zou ik
Thorbecke willen vragen. Er is inderdaad een grens
voor dit dogma en die grens herinnert me nog eenmaal
aan den Apostel Johannes. Toen aan 't eind van zijn
leven ontkend werd, dat hetgeen van af den beginne
was, n.l. God, die de Liefde tot «inbegrip» van al zijne
eigenschappen heeft, dat die zich in een mensch had
kunnen manifesteerentoen sprak hij het harde
woord uit: «Indien een dezer loochenaars tot U komt,
ontvang hem niet in Uw huis en zeg niet tot hem
zjjt gegroet." Dit was een hard woord, te meer, omdat
tijdens het eerste Christendom de groet geen teeken van
vormelijkheid, maar van gemeenschap was, en toch is
het een woord, dat herhaaldelijk herinnert aan wat
Jezus zelf zich tegenover de Pharizeeërs getoond heeft.
Wie de algemeenheid der liefde ontkent, omdat de ver-
menschelijking der liefde aan zijn hart voorbijgaat; of
wie de algemeenhe d der liefde aanvaardt, terwijl hij de
vermenschelijking der liefde niet waarneemt, die is de
Anti-christ, door wien Jezus nog dagelijks naar den Kruis-
berggebracht wordt. «Indien iemand zegtlk heb God lief
en zijnen broeder haat, die is een leugenaar; en wie
de liefde niet kent, die heeft God niet gekend." En
zulke menschen nu vindt men in elke confesie
katholieke of protestantsche terwijl tegenover hen
alleen post moet worden gevat. Dogma, het geloof als
men wil, zonder liefde aan den eenen kanten aan den
anderen kant het geloof, dat door de algemeene liefde
gekweekt wordtziedaar de antithese, de testamen-
tische, de apostolische, de Justiniaansch-katholieke, de
psychologische, de ethische, de sociologische de eemg
natuurlijke en ook de eenig mogelijke antithese.
Hoe de coalitie past tegenover deze antithese Dit
vraagstuk wordt behandeld in het bekende woord van
Augustinus, dat reeds meer door mij ter sprake gebracht
is «In necessario unitas, in dubiïs libertas et in omnibus
caritas," en uit welk woord volgt, dat coalitie niet is
buitengesloten, maar dat nooit coalitie mag worden ge
sloten zonder wederzijdsche liefde. En nu aanvaarden
Protestanten, zooals ik, wel de katholiciteit niet der,
maar in de Roomsche Kerk want ik spreek alleen
over die kerk als schatbewaarster van een oud-historisch
p maar Calvijn dat ook zou hebben gedaan
Calvijn heeft ons geleerd, dat wat de menschen van
elkaar scheidt, de confessies zijn. Justinus heeft ons
geleerd, dat hetgeen de menschen aan elkander ver
bindt, de liefde is. En welke wetten nu «billijk" genoemd
worden of wat het woord «neutraal" beteekent, dat vrage
men eens aan dezen Justinus- Confessies Ik buig er
mijne knieën voor, maaralleen en met ditzelfde woord,
doch in anderen vorm, eindigde immers ook mr. Levy
wanneer men niet heeft vergeten, dat men evenmin als
Johannes de Dooper het Licht kan bezitten, doch dat
men dóór het Licht wordt gezonden, en dat men derhalve
ook het hooge woord niet ontkenne «Indien ge blind
waart, zoudt ge geene zonde hebben maar als ge zegt
«Wij zien" zoo blijft dan uwe zonde."
Ik eindig, maar moet nog een enkel woord tot dr. Vla
ming spreken. Men heeft gezegddat diens vergelijking
wel eens kon hebben gezinspeeld op ietsdat niet aan
de namen Nero en Diocletianus verbonden is; maar dat
verbonden is aan de namen dier beide steden, welke
lagen, waar men nu de Doode Zee vindt. Ik herhaal
echter, dat wie de namen Nero en Diocletianus gebruikt,
maar op ééne wijze verstaan wordt, en wat verder de
onderstelling bovengenoemd betreft, die is in vergelijking
met andere landen en met andere tijden zeker zeer over
dreven terwijl er ten dezen aanzien minder dan overal
elders van eene antithese kan worden gesprokendie
zich aan confessies zou hebben vastgeknoopt. Dit is dus
niet door dr. Vlaming bedoeld.
Overigens geloof ik, dat dr. Vlaming en ik toch niet
zoo veel van elkander verschillen. We struikelen allen in
vele ook in de liefdeen nu mogen we in kleinigheden
aan den buitenkant van elkaar afwijken, door al dat
struikelen wordt ten slotte die antithese toch weer op
geheven, vooral wanneer we toonen, dat we mèèr nog
bezitten dan een geloof zonder liefde. Want geloof
zonder liefde is een lijk getooid met edele steenen.
Geloof zonder liefde is hout en marmer, dat, hoe schoon
ook gebeiteld, nimmer leven kan schenken. En nu mag
dr. Vlaming wel eene apologie, eene geloofsverdediging
schrijven eerbied er vooren we mogen allen
wel eene geloofsverdediging schrijven, ik ook wel, maar
op straffe van schennis aan de katholiciteit dier verde
diging, moet toch door ieder onzer worden bedacht,
dat er eigenlijk maar èène apologie bestaat in de wereld,
eene levende apologie, en dat is die van Franciscus,
wiens hart door stof en tijd heen in het hart van den
Heiland zag en die met dit schoone woord voor de
algemeenheid der Liefde getuigde:
«C'est ni la pierreni le bois
Que le Catholique adore
Mais le Roi, qui mort en croix,
De son sang la croix honore.
J. KLOOTSEMA.
De Schelding van Kerk en Staat ln Frankrijk.
De Fransche Kamer gaat steeds vooit met haren
Sisyphnsarbeid aan 't ontwerp tot Bcheiding van Kerk
en Staat. Hare beraadslagingen te willen volgen, ware
ten eenenmale ijdel, daar niemand er in of buiten de
vergaderraal iets meer van begrijpt. De verwarring is
zoo groot, dat men een afgevaardigde te velde heeft zien
trekken tegen een amendement dat hg zelf had voorge
steld 1 Het zevende artikel is intnsschen aangenomen en
de Temps verklaart de wet nn reeds voor eeD misgeboorte,
een wangedrocht «gelgk de Spartanen in 't belang van
hun ras gewoon waren af te maken'', een monster waar
van iedereen walgt.
De Temps echter, weet men, heeft van de scheiding
nooit willen weten en oordeelt allicht niet geheel objec
tief. Dat bjj ettelijke verkiezingen voor departementale
raden Zondag de radicalen drie of vier zetels verloren
hebbeD, is voor haar zelfs een bewjjs, dat »de kiezers"
er evenmin van willen weten, 't Is mogelgb men zal
het dienen aftewachten. Dit echter schjjnt men wel te
kannen aannemen, dat de maatregel niet zoo vlot zal
afloopen als de voorstanders verwacht hadden. Al brengt
de Kamer »het monster" definitief ter wereld, het is
eenvoudig ondenkbaar dat de Senaat het met open armen
ontvangen en aan zgn hart zal drnkken. Hg zal zich
veeleer den tgd gunnen om in 't ontwerp zooveel ver
anderingen te brengen,dat het naar de Kamer terugmoet,
waar dan do strijd over alles en nog wat opnieuw ont
branden kan, na welken bet ontwerp nogmaals naar den
Senaat zal moeten en vervolgens Doch waartoe ver
der in deze verre toekomst ons verdiept? De verkiezingen
zgn aanstaande en daarin kan »het wangedrocht" zeer
wel voor goed verdwijnen.
Prinses lionise van Coburg.
De Petit Bleu is in staat gesteld om het rapport der
doctoren Magnan en Dubuisson betreffende den tegen-
woordigen geestestoestand van bovengenoemde Prinses
openbaar te maken. Het stuk beslaat bgna vgf kolommen.
De onderteekenaren herinneren, dat de Prinses in 1876
(na den 4den Febr. 1875 gehuwd te zgn) te Savilla een
zware typheuse koorts gehad heeft, in 1884 een zwaren
val in de bergen deed, waarvan zg nog jaren een eenigs-
zins scheefgetrokken hals behield, tuaschen 1881 en 1888
drie miskramen had gehad en ontzagljjx geleden heett
onder het jammerlijk uiteinde van den Kroonprins Rudolf,
bg al hetwelk dan nog de zenuwschokkende echtelgke
oneenigheden kwamen. Welnu, met grooten lof gewagen de
geneesheeren van haar gezond en schoon voorkomen,
hare beminnelgkheid, zien nimmer verloocnenende
hoffelgkheid en waardigheid bg al hunne maandenlange
bezoeken en ondervragingen. Haar geheugen bleek hun
zeer goed te zgn, hare bevattelgkheid en vlugheid van
begrip roemen zg, evenals de gemakkelgke wgzo van
zich uit te drukken en de* snedigheid harer antwoorden.
Omtrent hare beweerde verkwistingen en slordigheid in
geldzaken wist zg zich zeer wel te verantwoorden.
Van hare betrekkingen tot de haren sprekende had zg
(getuigen de heeren Magnan en Dubuisson) zich geen
enkel bitter woord betreffende haren vader laten ontvallen,
integendeel zgne groote hoedanigheden geprezen, schoou
met droefheid indachtig aan het eenzaam leven van haar
moeder te Spa. die men haar niet vergund had te bezoeken,
ofschoon zjj het stervende begeerde. Van haar gemaal had
zg allengs een volkomen afkeer gekregen, verklaarde zjj,
zoodat, toen men haar was komen voorstellen hare plaats
aan 't Hof te hernemen, zg geantwoord had«Liever
tien maisons de santé dan 't Goburger paleis I"
Na breedvoerig bij den geestelijken staat der Prinses,
hare zelf beoordeeling, de lessen door haar uit het verleden
geput enz., te hebben stilgestaan komen de geneesheeren
tot de slotsom, dat er geenerlei reden bestaat, waarom
zg wederom in een maison de santé zou worden geplaatst
»dit is geheel bniten kjjf', verklaren zg. Evenmin mogen
hare burgerrechten b. i. haar ontnomen worden. Het
eenige wat zg op haar aan te merken hebben ishare te
groote goedhartigheid en geneigdheid om al te spoedig haar
vertrouwen te Bchenken. Zg is nu door de ondervinding
wgzer gewordenzal zjj op den duur verstandig en
voorzichtig in dezen weten te zgn Zoo niet, dan ware het
gewenscht, dat een raad van beheer over hare middelen
werd gesteld en zg zelve z u de eerste zgn om de nood
zakelijkheid van dien steun te erkennen. Op dit oogen
blik komt niets van dien aard den experts noodig voor
De banvloek tegen To1stoi herroepen
Uit Petersburg komt het bericht, dat naar aanleiding
van de jongste keizerlgko oekase over de vrgbeid van
godsdienst, de banvloek, eenige jaren geleden over Tolstoi
uitgesproken, zal worden herroepen.
Voor de Engelsche soldaten. De militaire
autoriteiten in Engeland, over 't lot der soldaten bekom
merd, die tot het burgerlgke leven terugkeeren, willen
cursussen instellen om hun tgdig een ambacht te leeren,
In de kazerne van Eastney is er, bg wgze van proef
neming, met een vijftal een begin gemaakt. De manschappen
kannen er worden opgeleid tot schoenmaker, schilder,
glazenmaker en chauffeur. Hst comité, waaraan deze
soort van ambachtsschool is opgedragen, bestaat uit een
officier en vgf onderofficieren. Zg die er van gebruik
willen maken moeten een waarborgsom storten, welke
hun na afloop van 't onderwgs wordt teruggegeven.
Een v o 1 k s s t e m m i n g o v e r schouwburg-
voorstellingen. Het Fransche schouwburgpubliek
klaagde in den laatsten tgd zeer over te lange pauzen,
te vroeg beginnen en laat eindigen van de voorstellingen.
In verband met die klachten heeft nu Le Gaulois een
«plebisciet", eene volksstemming, doen houden, ten einde
het pubhek zelf te laten bepalen hoe het wezen moet.
In de verschillende schouwburgen werden vanwege het
blad aan de bezoekers biljetten uitgedeeld met de vragen
lo. Hoe laat moet de voorstelling beginnen 2o. Hoe laat
moet zg eindigen 3o. Hoe lang mag uiterlgk een pauze
zjjn P welke vragen beantwoord in een bus geworpen
moesten worden. De uitslag dier stemming was, dat bg
groote meerderheid werd beslist, dat een tooneelvoor-
stelling 's avonds 9 uur moet beginnen, om half 12
geëindigd moet zgn en dat de pauzen niet langer mogen
duren dan 10 minuten.
Het oordeel vaneenmillionair. De pas
te Pargs overleden Baron Alphonse de Rothschild was
een der weinige millionaire, die geloofden, dat het socia
lisme een toekomst heeft. Hg voorspelde dikwgls dat
er eenmaal een tgd zal komen waarin niemand meer
inkomen zal hebben dan f 48.000 per jaar voor hem
een bagatel natuurlgk. Als men hem vroeg, of rgkdom
gelukkig maaktdan antwoordde hij«Ach neen dat
zou al te mooi zjjn. Geluk is iets geheel anders. Er zgn
voordeelen aan geld verbonden anders zouden de men
schen zich niet zooveel moeite geven om het te ver
werven. Maar, geloof mjj, de zekerste bron van geluk is
arbeid."
Concurrenten. Een automobiel van Mantes ont
moette bg Rosny een paardenkooper die met oen horde
van 50 paarden naar een markt ging. De chauffeur stopte
om de dieren niet te doen schrikken, doch de beesten
vielen het voertuig aan en brachten het met hun hoef-
gzers groote schade toe. De chanffaur werd met groote
moeite uit zgn gevaarlgke positie gered.
»B e 8 t r g d i n g" nn het b g g e 1 o o f. De «Der
tien-dub", te Philadelphia, een vereeniging die zich ten
doel stelt het bjjgeloof te bestrgden, zal den 3en Juni
(het moest eigeclgk 13 Jani zgo) een feestmaal geven,
hetwelk alle bggeloovigen zal doen rillen en beven. De
genoodigden zullen door een commissie van 13 leden
worden ontvangdh. Er zullen 13 doodkistvormige tafels
in de zaal staan, met ruikers van immortellen. Aan den
muur zullen afbeeldingen van doodshoofden hangen. De
gasten zullen vóór het aan tafel gaan onder een ladder
door loopen en bg het plaats nemen zal de voorzitter
een spiegel breken.
Nu nog slechts uilen en vleermuizen over de tafel
losgelaten en het griezelcollege is compleet.
Een ongewone wedloop. Een wedloop van
zwaarlgvigen mannen van boven de 100 kilogram
is Zondag te Brussel gehouden. Er waren dertig deel
nemers, onder welke een van 151 kilogram, een van 132
en een van 131 kilogram, en een grgaaard van 72 jaar.
Zg liepen van de Place Liedts, langs de «Avenue de
la Reine", het Kanaal van Willebroeck, en vervolgens
langs de buiten-boulevards naar het «Café de la Terras-
se" -- een baan van 9.2 kilometer. Een groote menigte
belangstellenden men schat hen op wel 200,000
volgde den wedloop.
De prgswinner was Louis van Braen, uit Linth, die
de 9.2 kilometer aflegde in minder dan een uur. Even
na hom kwam Viotor Kiekens uit Biussel, aan daarna
volgden Ph. v. Ellewyck, Baer van Caester, enz. De
prgswiDners wjrden hartelgk toegejuicht en de wande
laars bleken door den loop in de zomerwarmte niet al
te zeer vermoeid. Daar waren er althans verscheidene,
die op de plaats van aankomst nog een «cake-walk"
dansten.