Indische Penkrassen.
Op ongewissen bodem,
No. 69.
Honderd en zevende jaargang.
Vrijdag 9 Juni 1905.
Verkiezing.
Stemming.
FEUILLETON.
78)
ALKMAABSCHF, OOIRAM.
{Kiesdistrict Alkmaar.)
De BURGEMEESTER van ALKMAAR brengt in
gevolge art. 53 der Kieswet ter algemeene kennis, dat
de bjj hem op den 6 Juni 1905 ingeleverde opgaven van
Candidates* voor het lidmaatschap van de Tweede
Kamer der Staten-Qeneraal ter Secretarie der
gemeentevan af heden, voor een ieder ter inzage zjjn
nedergelegdterwijl afschriften dier opgaven tegen be
taling der kosten, algemeen verkrijgbaar zjjn gesteld.
Namen van de Voor- Woon-
Gandidaten. letters. plaatsen.
BLUM, J. H., Vlissingen.
POREÉST, VAN Jhr. Mr. P. Heiloo.
MENDELS, Mr. M Zaandam.
NETSCHER, F. 0. J. Santpoort,
gemeente Velsen.
Alkmaar, De Burgemeester voornoemd
den 6 Jnni 1905. JAN DE WIT Dz, 1«. B.
De BURGEMEESTER van ALKMAAR brengt ter
algemeene kennis dat op Vrijdagden 16 Juni a.s.
eene stem ming zal plaats hebben ter benoeming van
een lid van de Tweede Kamer der Staten-
Generaal ln dit kiesdistricten wel uit de vol
gende Gandidaten
BLUMJ. H.
FOREEST, VANJhr. Mr. P.
MENDELS, Mr. M.
NETSCHER, P. 0. J.
De stemming vangt aan des morgens 8 ure en dnnrt
tot des namiddags 5 nre.
Het stembureau zal zitting hondenvoor het le
districtln de Besognekamer ln het Stad
huis
Voor het 2e district ln de 2e gemeente
school aan de Ondegracht tegenover het Wil
demanshofje en
voor het 3e district ln de Nieuwe Boelen
ln de Doelenstraat.
De inhond van art. 128 van het Wetboek van Straf
recht luidt
Hgdie opzettelijk zich voor een ander uitgevende
aan een krachtens wettelijk voorschrift uitgeschreven
verkiezing deelneemtwordt gestraft met gevangenis
straf van ten hoogste één jaar.
Alkmaar, 7 Jnni 1905.
De Burgemeester voornoemd
JAN DE WIT Dz., 1°. Burg.
{Auteursrecht uitdrukkelijk voorbehouden.)
CVIII.
Men begrjjpe mjj vooral niet verkeerd 1 Ik behoor
niet tot die prozaïsch aangelegdealles nivelleerende
naturen, die den Javaan tot 'n soort van imitatie-
Nederlander willen vervormen. Neen waarljjk niet 1
Daarvoor heb ik te veel eerbied voor het intens
mooie ook in het Javaansch volks-eigen. Ook moo^t ge
me niet verwarren met oppervlakkigen die als ze van
wetenschappelijk ontwikkelen der Javanen
spreken, 't erg pedant hebben over »b e s c h a v e n 1" Bij
den heiligen K r o s n a, ik geloof niet, dat er 'n tweede
volk hier op aarde gevonden wordtzóó fijn beschaafd
nan nature, zóó vormelijk als juist bet Javaansche.
Uit het Düitsci
VAN
Ludwlg Ganghofer.
XV.
Het doffe ruischen der beken, die over de helling van
den berg in het dal stortten, wekte in het dorp de
boeren uit hun slaap en deed hen met zorg aan hun
velden denken. Eer nog de dag aanbrak, snelden ze reeds
met spaden en houweelen nit hun huizen.
Toen Daxan George, die na zijn zware dagtaak een
vasten slaap had, in eerste schemering van den helderen
voorjaarsmorgen de poort zjjner werkplaats opende, zag
hij op de straat de menschen zich voortspoeden.
»Hé 1 Wat is er aan de hand?" vroeg hij.
»Het water is weer uitgebroken op deu berg," riep men
hem toe. »Het overstroomt de velden en de halve Sim-
merau voert het mee in zjjn loop 1"
«Groote hemel 1 Het water zal toch het meisje niet
meesleepen 1" stamelde George in zgn eersten schrik.
JJaarop snelde hij om den hoek van het hnis en tunrde
in de morgenschemering naar de Simmerau op. Wat hii
zag deed hem het hart ineenkrimpen. Den vorigen avond
w kleine, bruine dak nog gezien te midden
verwelkte groen der weiden en den bruinen
daar0DLVat\ ü6n schni'enden berg. En nu was alles wit
daar boven I En dof ruischen klonk van boven neer.
s, ng plde hij naar de werkplaats, greep een zwaar
tri Zh J T lnid Z0D knechts' HÜ wachtte slechts
tot zg beiden kwamen niet, tot ze gereed waren.
Een volk met 'n zeer grootsoh verleden, met 'n eigen
rijke en mooie taalmet eigen kanstuitingen heerlijk
origineel van opvatting, zoo'n volk mag niet plompweg
worden geabsorbeerd door het onze.
En al zal er 'n heel enkele Inlandsche blagueur,
met wat Europeesche schoolkennis volgepompt, laag op
den eigen landzaat neerzien, ja zich meer «Europeaan"
dan wel Javaan gevoelen, zoo bewjjst zulks alleen maar,
dat de vader van dien meneer al heel weinig besef van
opvoeding gehad heeft 1
Het zgn juist die halfslachtige wanproducten, die bjj
den ouden conservatief zoo'n wrevel verwekken.
Vóór alles moeten onze Javanen Javaansch big
ven, in de goede beteekenis van 't woord
Ik heb mij vroeger wel eecs als 'n voorstander van
Europeesche kleeding ook voor den Javaan doen kennen,
doch ik ben daar nu van teruggekomen.
Ik werd toen geleid door m'n streven om den te
zachtmoedigen Inlander te beschermen tegen onbeschofte
en grievende woorden en daden van sommige «Europe
anen", doch de Inlanders mosten zich zelf maar eens
wat vermannendie angstige schuchterheid van zich
afwerpen en ongemanierde vlegels ferm op hun plaats
zetten, dan kunnen zij hnn mooie nationale kleeding
gerust bljjven dragen en is «vermomming" niet noodzake
lijk. Er zjjn altjjd en overal wel goedgezinde Nederlanders
in de buurt, die, mocht 't er op aankomen, wel krachtig
znllen assisteeren en als de Regeering 'n dergelijke
eigen berechting liever niet zietwelnu dan roepe zjj
speciale strafbepalingen in het leven, waarbij met zware
geldboete bedreigd worden bjj of zjj, die 'n persoon van
anderen landaard door woorden of daden beleedigen.
Waar de partjjen hier niet gelijk staan, moet de zwakkere
worden beschermd door de Wet.
Het bovenstaande vond ik noodig op te merken
Ik wil niet worden misverstaan
Men stelle de zonen der aristocratie das in de gele
genheid zich zooveel mogelijk Westerseh te ontwikkelen,
men opene voor hen bij geljjke bekwaamheid de ver
schillende betrekkingen, tot nu toe uitsluitend aan vreemde
westerlingen gegund, men drage verder angstvallig zorg,
dat zjj Javanen blijven dat zij niet vervreemd raken
van hnn eigen volk en dat ze de schakels kannen vormen,
die het Opperbestuur met de massa verbinden moet. Is
't niet treurig dat er «ontwikkelde" Javanen en Soen-
daneezen gevonden worden die hnn eigen mooie taal
hebben verleerd, die de adat niet begrjjpen en in 't
publiek met den godsdienst spotten 1 Die verbasterde
inlanders met hun would be Europeesche beschaving,
zgn meestal bij den overheerscher zeer getapt doch
worden onbewust, naar ik vrees, oorzaak dat vele ouders
hun kroost weer angstvallig ver van ons Westerlingen
houden.
De jenever drinkende, goed Hollandsch vloekende,
gebrekkig Ilollandsoh sprekende en feiteljjk zeer onont
wikkelde Inlanders, hierboven bedoeld, mogen niet worden
verward met de door mjj zoo geroemde Jon g-I n d i r s
Het was een gezellig feostje bjj den P a t i h of R jj k s-
bestierder van Pakoe Alam, bg Radhon
Mas Djajeng Soetardja. Ik had eene invitatie
om s avonds te komen en vond in de ruime p e n d a p a
een uitgelezen schare van vooruitstrevende Prjjaji's
uit Jogjakarta. Zoowel ambtenaren van het Gou
vernement, als van Zjjne Hoogheid den Saltan en van
het Huis Pakoe Alam, waren er broederljjk vereenigd
en er zaten zonen van Prinsen en ook heele kleine
Prijajis te zamen met aanzienljjke ambtenaren. Ik
noem hier slechts de zonen van dePrinsenPoeger
en Soerja Poetra, den Regent van Politie
R a d h e n T o e m a n g g o e n g S a s r a N e g a r a, een
zusters kind van den Sultan, den H o o f d d j a k s a
van den L a n d r a a d, den A d j n n c t H o o f d d j a k s a,
den Dokterdjawa, een Hoofdonderwgzer, schrgvers
van den Landraad, van Pakoe Alam en van
don Kraton enz. enz.'te zamen ongeveer zestig personen.
De overgroote meerderheid sprak Hollandsch 1 Men
zat op stoelen I Sembah's waren streng verboden 1 En
men genoot van den droomerigen toon der gamelan en
den dans der ronggèas, die zacht zingend nu en dan de
sierlgkste bewegingen met handen en voetjes, met lichaam
en hoofd maakten.
Ik heb al zooveel van dergelijke feestjes hier op Java
meegemaakt, dus dtór zat 't bijzondere niet in, al amuseerde
ik me als naar gewoonte opperbest. Ik wou u echter
hier vertellen van een toast door een der Javanen
uitgesproken (zgn naam verzwgg ik op z'n verzoek)
waarin hg t tot de vergadering had over den n i e u w e n
koers van Gouverneur Generaal van Heutsz en over
de hormat circalaire, diB bewgst hoe de Land
voogd goed begrepen heeft waar 'm de schoen eigenlnk
wringt I Z n geestdriftvolle woorden eerst in het Hol
landsch en toen nog eens in het Javaansch herhaald,
werden besloten met een driewerf«Leve de Gou
verneur-Ge n e r a a 11"
De Hoofddjaksa riep daarna nog »L e v e d e
Koningin!" en er kwam geen einde aan de hoerah's,
terwijl de jongeren van hot gezelschap, ond-leerlingen
der Hollandsche School, ons «Wilhelmus" aanhieven.
Hoe vindt ge zoo iets, lezers
Een der aanwezigen, een jong pas benoemd eandidaat-
onderwjjzer, las toen een briet voor van de Leerlingen
der Rijkskweekschool te Groningen, gericht
aan .de leerlingen der Kweekschool te Jogja
karta. Hg was geschreven door een jonkman, die ook
reeds met mg in correspondentie trad, naar aanleiding
der Penkrassen en de warme woorden van sympathie
door dezen J o n g-N e d e r 1 a n d e r aan de J o n g-I n-
d i r s gezegd deden de aanwezigen, en ook mjj na
tuurlijk. zeer weldadig aan.
Dergeljjke vriendschappelijke correspondenties tnsschen
de spes-patriae in Holland en die hier van Indië,
kunnen zeer veel bijdragen tot het versterken der broe
derbanden.
Men schrjjve gerust in het Hollandsch, zende elkaar
over en weer groepen der leerlingen, foto's der schoolge-
bouwen enz. en men doet een zeer vaderlandslievend werk 1
Hieronder geef ik u de nopdigo adressen
le. Leerlingen der Opleidingsschool voor Inlandsche
Artsen te Batavia* p/a Den Inlandschen Assistent-leoraar.
2e. Leerlingen der Kweekschool voor Inlandsche on-
derwjjzers te Bandoengp/aDen onderwjjzer in de
Maleische taal.
Leerlingen der Kweekschool voor Inlandsche on
derwijzers te Jogjakarta, p/aDen Onderwijzer in de
Maleische taal.
4e. Leerlingen der Kweekschool voor Inlandsche on-
derwgzers te Probolinggo p/aDen Onderwjjzer in de
Maleische taal.
5e. Leerlingen der Kweekschool voor Inlandsche on
derwijzers te Fort de Koek p/a: Den ld. Onderwijzer
van den len rang,
6e. Leerlingen der Kweekschool voor Inlandsche on
derwijzers te Amboina p/aDen Onderwijzer in do
Maleische taal.
7e. Inlandsche leerlingen der hoogste klas van het
Gymnasium Willem III te Weltevreden.
8e. Inlandsche leerlingen der hoogste klas van de H.
B. o. te Semarang.
9e. Inlandsche leerlingen der hoogste klas van de H.
-B. b. te Soerabaia.
«Vlug, vlug Laat al het werk liggen 1 Neemt spaden
en houweelen en komt mij na Gauw, zeg ik 1" Hij nam
zijn houweel op den schouder en snelde het hnis nit
zonder hoed of buis.
«Baas, waarheen?" riepen de knechts. «Dat moeten
wy toch weten 1"
«Domkoppen I" schreeuwde George over den schouder
terug, zonder zgn vaart te matigen, «naar de Simmerau 1
Waarheen anders Hoe kan een mensch dat nog vragen I"
Hjj snelde voort, immer met den blik naar boven en
kwam eindeljjk buiten adem, met zweet overdekt in de
nabgheid der Simmeran, waar hg met een oogopslag de
schade ontdekte, die de laatste aardstorting had aange-
«Och, de geheele schnur is vernieldNu heeft dat arme
kind geen schaar meer 1"
Nog zag bij geen menBch doch boven het ruischen van
t water nit hoorde hg de stemmen van den ouden
bimmeraaer en diens zoon.
Hij bleef staan en luisterde.
«Dat ik het meisje niet hoor! Het meisje 1"
Plotseling vernam hij Broni's stem.
«Nu heb ik haar gehoord Met dezen binden roep
sprong hij zoo ving naar beneden, dat het water tot
over zgn hoofd opspatte. In een der beken, die langs de
schuur vloeide, zag hjj een plank voortdrgven. «Wacht
Het meisje heeft haar planken noodig I" riep hij en
sprong ving toe om de plank nit het water te halen en
op een veilige plaats te brengen.
Tue,nhlJ een weinig "rïegen den hof betrad was
Michel de eerste, die hem ?ag komen.
«Wel komaan 1 Daar is Daxen-George 1 En zjjn houweel
brengt hij meteen mee!" riep de oude verheugd. «Goeden
morgen, George, harteljjk welkom 1"
Bg dezen roep liet Broni, die bg de bron een goot
uitgroef, haar spade rusten en richtte het hoofd op. Zij
sprak geen woord en had niet eens een stommen groet
voor den jongen smid, die bg haar vader stond en schuw
naar haar kant keek. Maar de klenr, die haar wangen
overdekte, werd nog donkerder, toen Mathes haar
komt I"8"10>Zie J'6 Wel' 'k h8b g0^k g9had' dat hg
Diep ademhalend knikte ze voor zich heen en hervatte
den arbeid.
George scheen op heete kolen te staanhn werd
getrokken naar do bron, doch Michel had hem bij den
monw gevat en liet hem niet los. Eerst moest de oude
een paar maal niezen, voor bij lachend zeggen kon:
«Kjjk, George I Wat zeg je van al dat water, dat
heerlyke water 1"
George keek hem verwonderd aan, terwjjl hjj op de
planken en balken wees, die overal ronddreven.
«Ja, ja! George! Het water is sterk, maar het huis
kap het niet aan. Neen, dat heeft gezonde maren. Maar
wjj moeten het een weinig helpen Niet waar, George
je helpt ons een weinig mee, dat wg het water afvoeren
«Zaker, Michel 1 Daarvoor ben ik gekomen. En ik wil
dadeljjk beginnen. Waar kunt ge mij gebruiken
«Kom maar mee."
George wilde een houweel opnemen, doch hjj aarzelde
en zag besluiteloos naar de bron. Hg dacht weer aan
dien herfstmorgen, toen hjj den Simmeraner zoo oprecht
zijH hulp had aangeboden, en toen Broni zoo toornig had
gezegd: «Neen, vader 1 Als wjj alleen ons huis niet
kunnen behouden dan kan die daar het nog
minder!" 6
Bij deze herinnering word George rood als een kreeft
en krabde zich besluiteloos achter de ooren.
«Kom, George 1" riep de Simmeraner, terwjjl Mathes
kwam om George de band te reiken tot groet.
George tuurde naar het dal, waar de spitse ge7el zjjner
smederij duidelijk zichtbaar was tnsschen de andere daken.
Die aanblik scheen hem moed te geven. Hjj deed een
paar stappen naar de bron.
Nog immer keerde Broni hem den rag toe; ze scheen
niets te merken van wat er voorviel en werkte met zulk
een haast als was er voor de redding van den hof geen
oogenblik te verliezen.
«Hm! zeg!" klonk het benauwd uit George's
mond- {Wordt vervolgd).