De heer de Groot blijft de splitsing der werkzaam
heden moeieljjk achten. Hg spreekt het vertrouwen nit
in B. en W. en acht een salaris van f 800 wel voldoende,
men kan er tegenwoordig wel personen voor vinden, bijv.
opzichters bjj den Waterstaat.
De heer Vonk vindt het vreemd, dat een opzichter
van den Waterstaat geschikt wordt geaoht. We staan
hier voor een geheel nienwe zaak.
Wat de proefneming betreft, meent hg, dat die geen
bezwaar behoeft op te leveren, als men de betrekking
van tjjdeljjken aard doet zijn, bijv. voor 2 jaar.
De heer Bosman wil bepaald als gevoelen van den
raad hebben uitgesproken dat die opzichter zal staan
onder den architect, die hem alle werk kan opdragen.
De heer Wichorink is tegen het voorstelhij
voorziet er indat de uitvoering der woningwet niet
geheel tot haar recht zal komen, en zou in ieder geval
willenevenals de heer Glindermandat de instructie
aan het oordeel van dea raad werd onderworpen.
De Voorzitter geeft de verzekeringdat B. enW.,
die belast zijn met de uitvoering der woningwetwel
degelijk een oog in 't zeil zullen houden.
De heer Bo elmans ter Spill gelooftdat juist
onder leiding van den heer Looman, een verwaarloozing
der voorschriften zal worden voorkomen.
De heer Uitenbosch maakt de opmerkingdat
ook nu reeds het werk der opzichters is verdeeld
De heer Glinderman kan niet inziendat er
bezwaar is, de instructie aan het oordeel van den raad
te onderwerpen,
De Voorzitter verklaart zich daar bepaald tegen.
De heer Bosman vindt wantrouwen in het beleid
van B. en W in de woorden van den heer Wicherink
als de heer Wicherink meent, dat B. onW.tekort schieten,
dan deed hij beter hun dat aantewijzen en dan moest
hij met September den raad niet gaan verlaten.
De heer van den Bosch meentdat men thans
de zaak gerust aan B. eu W. kan overlaten.
De heer Wicherink zegt niet de bedoeling te
hebben gehad om twijfel uit te spreken in zake het
toezicht van B. en W., alleen heeft bij het oog gehad
op het belang van de zaak zelve. Op de insinuatie
van den heer Bosman, dus zegt hij, ga ik natuurlijk
niet in.
Het gewijzigde voorstel wordt daarna aangenomen
met 14 tegen 1 stem, d,ie van den heer Wicherink.
De Voorzitter betwijfelt of men voor een tijdelijke
betrekking voor f 800 geschikte personen zal vinden.
Verder is hij van gevoelen dat in den eersten tijd
wat veel werk geëischt zal worden, maar later zal dat
zoo erg niet zijn
De heer Glinderman vraagt, of indien het voorstel
der gezondheidscommissie wordt aangenomen, de instruc
tie dan aan het oordeel van den raad zal worden onder
worpen.
De Voorzitter zegt, dat dit de gewoonte niet is.
De heer van den Bosch is voor het voorstel van
den heer Vonk. Men kan dan later zien wat het beste
is. Het salaris van f 800 acht hij geen bezwaar, men
kan dat later verhoogen, die ambtenaar moet toch ook
nog leeren.
De Voorzitter zegt dat dan het voorstel moet
worden op een aanvangssalaris van f 800.
De heer van den Bosch wijst erop, dat de benoe
ming bovendien tijdelijk moet zjjn, voor 2 jaar.
De heer Bosman heeft tegen de tijdelijke benoeming
geen bezwaarmaar hij begrijpt niet waarom de raad
niet kan meegaan met B. en W. Er worden door de
gezondheidscommissie hooge boomen van opgezet en men
stelt zich tevreden met opzichters van den Waterstaat.
Als men dat doet, dan kan men het toezicht ook veilig
aan den architect overlaten, dien spr. veel hooger stelt
dan een opzichter van den Waterstaat.
De heer Cohen Stuart antwoordt den heer van
den Bosch, dat juist in den eersten tijd het werk het
moeilijkst zal zijn, dan juist is er noodig een flink per
soon en kan men niet volstaan met iemanddie het
vak nog moet leeren. De heer Bosman stelt den architect
hooger dan een opzichter van den Waterstaat. Spr. ook,
een dergelijk opzichter heeft alleen genoemd door te
wijzen op Gouda, maar hij heeft daarmee alleen willen
zeggendat er onder die opzichters wel geschikten te
vinden zijndie met den noodigen tact kunnen optreden;
bij stelt ze geenszins allen gelijk.
Met de proefneming door den heer Vonk bedoeld
kan spr. zich wel vereenigen maar men vergete niet
dat men in den eersten tijd moet hebben den knapsten man.
De heer Vonk doet daarop het voorstelom het
voorstel van B en W. zoodanig te wijzigendat er
benoemd zal worden een tijdelijk derden opzichter
speciaal belast met het toezicht op de naleving der
bouwverordeningop eene jaarwedde van f 1000
De Voorzitter zegt, dat B. en W. dat voorstel
overnemen.
4. Af- en overschrijvingen op de gemeente-
begrooting, dienst 1904.
Goedgekeurd.
5. Subsidie ten behoeve van de Algemeene
Bewaarschool.
B. en W. stellen voor gnnstig te beschikken op het
verzoek van bet bestnnr der vereeniging tot oprichting
en instandhouding eener Algemeene bewaarschool om het
jaarljjksoh subsidie, thans f 1000 bedragende, te willen
verhoogen tot i 1500 onder voorwaarden, in het voorstel
nader omschreven.
Conform besloten.
6. Tijdeljjke geldleenlng.
In verband met het besluit dd. 15 Jani 1904, tot
vaststelling van de eerste snppletoire begrooting voor het
jaar 1904, waarbjj Ier bestrjjding der kosten van ver
bouwing der 3e Gemeenteschool ad f 12123,72s werd
gerekend op de opbrengst eener geldleening e'n voorts
ter storting van
le. 10 °/0 van f 20000, voor welk bedrag de gemeente
heeft deelgenomen in het aandeelen-kapitaal voor de stoom
tram SchagenZjjpeAlkmaar, 2e. het renteloos voorschot
ad f 20000 voor het aanleggen van de tram Egmond
AlkmaarBergen,
stellen B. ea W. voor bij de Ned. Bank oi een andere
crediet-instelling een tjjdeljjke leeuicg aan te gaan van
t 34123,72s, met de bedoeling deze te oonreiteeren bij
gelegenheid eener eeriang te slniten groote geldleening.
De heer De Lange vraagt of het niet beter is
alleen te leeneu voor de verbouwing der school en met
het overige te wachten tot later; De middelen, om die
22000 te betalen, zjjn meent hij beschikbaar en later
zal men dan toch een leening moeten slniten voor de
gasfabriek en het slachthnis. De gemeente beschikt nog
over f 15000 aan deposito, terwjjl van de tijdelijke
kasleening ad f 20000 nog niets is opgenomen, bovendien
ontvangt men in het 2e halfjaar verschillende nitkeeringen
van het rijk en is de opbrengst der gewone middelen
in dat halfjaar altjjd hooger.
De Voorzitter zegt, dat het de bedoeling is het
geld niet op te nemen, als het niet noodig is, voor deze
posten moet geleend worden en B. en W. moeten de
zekerheid hebben dat het geld er is.
De heer Kraakman vraagt, of het geld kan wor
den opgenomen voor 1 Jnli, dat moet met het oog op
het eerste gedeelte. Indien de tgdeljjke leening voor het
overige formeel noodzakelijk is heeft spr. geen bezwaar.
De heer Boelmans ter Spill beaamt dat het le
gedeelte reedB is uitgegeven.
De Voorzitter begrjjpt niet, dat men er bezwaar
in ziet, als men 't geld niet noodig is neemt men het
niet op, 't is alleen een kwestie van vorm.
Dn heer Bosman vindt ook dat er geen bezwaar
tegen kan bestaan, het voorstel goed te kenren.
De heer De Lange zegt geen bezwaar te maken,
maar daar men weldra weer moet leenen, maakt men de
zaak administratief moeiljjker.
De heer Kraakman geeft B. en W. in overweging
te trachten deze moeilijkheden zooveel mogeljjk te voor
komen en na te gaan, hoe het administratief is te regelen.
Dit voorstel wordt daarna zonder hoofdelijke stemming
aangenomen.
7. Verordening op het verstrekken van
sterken drank in het klein op den
openbaren weg.
Naar aanleiding van art. II der Drankwet stellen B.
en W. voor over te gaan tot de vaststelling van een
verordening als in dat artikel wordt bedoeld, waarbjj
onder bepaalde voorwaarden aan vergunninghouders is
toegestaan sterken drank in het klein te verstrekken op
den openbaren weg.
Goedgekeurd.
8. Toezicht op het handwerkonderwijs.
Ter benoeming van drie leden voor de oommissie van
bijstand voor het handwerk-onderwrjs heeft de commissie
van toezicht op het L. O. drie aanbevelingen ingezonden.
1. Mevrouw G. Conjjnvan der Drift.
2. Mejuffrouw M. Oort.
2 1. Mevrouw J. Hoek—Loosjes.
2. A. Bnekers—Lingbeak.
g 1. Mevrouw S. Vonk—Blom.
2. OverduijnKaan.
Benoemd werden Mevronw G. Conjjnvan der Drift
met 12, mevrouw J. Hoek—Loosjes met 14 en mevronw
S. VonkBlom mot 14 stemmen.
9. (tekening Itaaser van Koophandel en
Fabrieken, dienst 1904.,
De rekening van de Kamer van Koophandel en Fabrieken
over het jaar 1904 vermeldt in uitgaaf f 169.86 en in
ontvang f 176,78, zoodat zjj met een voordeelig saldo
slnit van f 6 92. De Commissie tot de belastingzaken
enz. stelt voor de rekening goed te kenren.
Goedgekeurd.
10. Af- ea overschrijvingen op de begrooting
van het Burgerlijk Armbestuur, dienst 1904.
De commissie tot de belastingzaken enz. stelt voor te
besluiten tot inwilliging van het verzoek van Regenten
van het bnrgerljjk Armbestuur om machtiging tot af-
£chrij?ing van een bedrag van f 1209.40 van 9 verschil
lende volgnnmmers en overschrijving daarvan op volg
nummer 7Bedeelingen in geld en brood, op hnnne
begrooting voor 1904.
Goedgekeurd.
11. Rekening van de Huishoud- en
Industrieschool, dienst 1904.
De rekening, jwelke aanvangt met een nadeelig saldo
van f 871.34, vermeldt in ontvang een totaal bedrag
van f 13805.65 en in uitgaaf van f 14067.66jj en sluit
alzoo met een nadeelig saldo van f 262.01 of f 609.32£
minder dan waarmede zjj aanvangt. Het iB de commissie
tot de belastingzaken enz. dan ook aangenaam te kannen
constateeren, dat de financieele omstandigheden der school
eenigezins gunstiger zjjn.
Zjj stelt voor de overgelegde rekening en verantwoording
voor kennisgeving aan te nemen en hiervan aan het be
stnnr der school mededeeling te doen.
Conform besloten.
12. Rekening Burgerweeshuls, dienst 1904.
De rekening van het burgerweeshuis over het jaar
1904 vermeldt in uitgaaf een bedrag van f 12774.86£.
De ontvangsten, op de primitieve begrooting uitgetrokken
tot een gazamenljjk bedrag van f 12100 en bjj snppletoire
begrooting verhoogd met f 1CO0, bedroegen f 13321.25£
en overtroffen dns de raming met f 221.25i, zoodat de
rekening slnit met een voordeelig saldo van f 546.29.
Een gehonden openbare inzameling van gelden bracht
f 1361.70 op.
Bjj de rekening wordt door Regenten overgelegd eene
berekening van de c. q. verhaalbare verplegingskosten
over het jaar 1904, aanwijzende een bedrag van f 137.53i.
De commissie tot de belastingzaken enz. stelt voor tot
de goedkeuring te beslniten.
Goedgekeurd.
13. Begrooting van de Gezondheidscommissie,
dienst 1906.
De begrooting van de ontvangsten en uitgaven van de
Gezondheidscommissie voor het jaar 1906 vermeldt in
ontvang een bedrag van f 975, bestaande nit het batig
saldo van 1904 ad f 167.30, eene bjjdrage van het Rijk
ad f 400 en eene van de gemeente Alkmaar ad f 407.69J
De nitgaven worden geraamd tot gelijk bedrag van f 975.
Do commissie tot de belastingzaken enz. stelt voor tot
de goedkeuring te beslniten.
Goedgekeurd.
14. Af- en overschrijvingen op de begrooting
van het Stads-ziekenhuis, dienst 1904 en
begrooting voor hetzelfde jaar.
Regenten van hot Stads ziekenhuis verzoeken
1°. Machtiging tot afschrjjving van een bedrag van
f 950,81 van 12 en overschrjjving daarvan op 7 andere
hoofdstukken hnnner begrooting voor 1904.
2°. de goedkeuring eener ingediende snppletoire be
grooting voor hetzelfde jaar tot een bedrag in ontvang
van f 637,55 en in uitgaaf van f 605.07, alzoo een batig
saldo aanwjjzende van f 34.48.
Door de commissie tot de belastingzaken enz. wordt
voorgesteld de gevraagde machtiging te vorleenen en de
begrooting goed te kenren.
Conform besloten.
15. Rekening Gemeentegasfabriek
dienst 1904.
De rekening vermeldt in ontvang een totaal bedrag
van f 210.116.801 en in uitgaat een som van f 171.026.21,
waaronder voor het gewoon bedrjjf f 132,201.27j, voor
rente en Bflossing van schnld f 11.219.87 en wegensnit-
keering aan de gemeente f 23000. De rekening slnit dns
met een kas-saldo van f 39090.59i.
De exploitatie-rekening wjjst aan een winst voor
f 45882.38>de resultaten-rekening een saldo-winst
van f 7057.45.
De commissie tot de belastingzaken enz. stelt voor tot
de goedkenring der rekening te beslniten.
Goedgekeurd.
16. Het treffen van een dading met betrekking
tot de kadastrale tenaamstelling van grond.
B. en W. stellen voor naar aanleiding van een
desbetreffend verzoek van den heer C. Duinker Az. mede
te werken tot het verkrijgen van een met den feiteljjken
toestand overeenstemmende kadastrale tenaamstelling van
2 perceelen grond, die op naam staan van den verzoeker,
doch, waarvan de gemeente mede-eigenares is, terwjjl hjj
het volle bezit van de perceelen heeft.
Conform besloten.
17. Kwijtschelding van pachtpennlngen voor
een perceel grasgewas.
B. en W. stellen voor gnnstig te beschikken op het
verzoek van P. Bnrgering, paohter van het grasgewas
langs de toegangswegen naar het spoorwegstation, van
het Scharloo af tot den Helderschen weg, om hem kwjjt-
schelding te verleenen van de pachtsom, ten bedrage van
f 16,50, aangezien door de werkzaamheden aan de stoom
tram het bedoelde grasgewas waardeloos is geworden.
Goedgekenrd.
18. Gedeeltelijke kwijtschelding van
pachtpennlngen voor de sluis
aan de Zes Wielen.
In verband met hot verzoek van den pachter van de
sluis aan de Zes Wielen, stellen B. en W. voor aan den
vei zoeker te berichten, dat zijn verzoek om de door hem
verschuldigde pachtsom over 1905 met f 180 te vermin
deren, niet kan worden ingewilligd
dat hg echter aanspraak heeft op een evenredige korting
van pachtpenningen, welke hem bjj deze wordt verleend,
zjjnde over 23 dagen ï3/aoo van f 1800 is pl.m. f115.
De heer Cohen Stnart die wel wat voelt voor
vergoeding van de schade, die de man geleden heeft door
mindere ontvangst, zou willen weten of de verzoeker
onbeleefd is geweest in zijn optreden, of hjj overlegging
van een staat van ontvangsten beeft geweigerd. Dat zal
bjj spr. den doorslag geven. Anders "Vindt hjj het contract
niet zoo heel gnnstig voor den man en vindt, hjj meerdere
vergoeding wel billjjk. De vraag is echter hoeveel moet
dat zjjn. Wat adressant vraagt, f55, acht spr. wel wat
overdreven, doch hjj zon B. en W. willen machtigen, om,
behalve de f115, aan Helder nog eene vergoeding toe te
staan als B. en W. noodig znllen achten.
De heer Uitenbosch acht de wjjze van berekening
van B. en W. foutief, er moet z. i. ook schade vergoed
worden voor de verdienste, die de adressant door de ge
storte pachtsom gedurende 23 dagen kon maken.
De heer Cohen Stnart wijst er op, dat dit niet
in de voorwaarden staat.
Nadat de Voorzitter heeft medegedeeld, dat het
optreden van den verzoeker niet geweest is als dat gewenscht
wordt, dat door den architect meermalen geklaagd is
over de wijze waarop de sluis wordt beheerd, trekt de
heer Cohen Stnart zjjn voorstel in, waarna het voorstel
van B. en W. zonder hoofdeljjke stemming wordt aan
genomen.
19. Oninbaarverklaring en verhaalbaar-
stelling van hoofdelijken ontslag en straat
belasting over vorige diensten.
Behandeld in een zitting met gesloten denies.
Rondvraag.
De heer Van den Bosch zou gaarne wat meer
profjjt willen hebben van den sproeiwagen, hjj meent,
dat er niet zooveel gesproeid wordt als noodig is, en
zon willen weten of er niet welhaast een voorstel te
verwachten is om een grooter sproeiwagen aan te schaffen
en dezen kleinen te bestemmen voor de lanen in den
Hont. Wat men tegenwoordig ziet heeft wel wat van
een parodie op straatbesproeiing.
De Voorzitter antwoordt, dat de aandacht aan
de zaak zal worden geschonkenden directeur der
reiniging is reeds meermalen aangezegd, dat er meer
moest worden gesproeid.
De heer Van den Bosch vraagt verder hoe het
staat met de toegezegde verordoning op colportage van
gedrukte stukken. Hij hoopt dat deze verordening spoe
dig tot stand komt.
De Voorzitter zegt, dat de commissie voor de
strafverordeningen de zaak in handen heeft, ook hjj
hoopt op spoedige afdoening.
De heer Uitenbosch wijst op het onhoudbare van
enkele slooten, met name de slooten bjj de Popel mans
laan en de Overdiestraat. Voorziening is hier dringend
noodig.
De Voorzitter antwoordt, dat deze zaak bijna
rjjp is voor behandeling en spoedig ter tafel zal komen.
De heer Uitenbosch dringt er verder op aan, dat
B. en W. maatregelen nemen, zoodat spoedig voorzien
wordt in hot herstellen van de verbinding tosschen
Stationsstraat en Stationsplein, die voor het leggen der
rails van de tram verbroken is geweest. Nu kon de
straat, meent bjj, allang weer in orde zjjn gebracht.
De heer Van den Bosch is het daarmede eens.
De Voorzitter zegt, dat hierover reeds met den
aannemer van de tram is gesproken, en dat men hoopt,
dat weldra de straat weer in orde komt.
De heer de Groot merkt op, dat zoolang de rails
