BIN NE NL AND.
Uit de Pers.
Nieuwstijdingen.
Gemengd Nieuws.
Afrikaanschen opstand 194,975,800 mk. besteed. Alles
te zamen 20,183,221,839 mk.
Hoe goed die somman «belegd zjjn, bewjjst het orgaan
van hot centrum met het volgende voorbeeld: Volgens
de marine- bsgrooting van 1905 is de scheepsbouw waarde
van de Doit.sche vloot op dit oogenblik 700 millioen mk.,
terwjjl er sedert 1872 meer dan 3 milliard aan ten koste
gelegd is. Daarbij komt dat de geheele nu nog bruikbare
vloot, op 35 millioen mk. na, gebouwd is met geleend
geld. De Köln. Volksztg. besluit: »Meer willen wij voor
eerst niet zeggen, om de getallen voor zichzelf te laten
spreken. Zjj zullen, naar te hopen is, overal hun indruk
maken.*'
Uitvoer van graan uit Rusland. De Peters-
burgsky Listok verneemt, dat de minister van financiën
last heeft gegeven, den uitvoer van graan uit de Zuid-
Russische havens te beperken. Dit staat in verband met
den reeds besproken misoogst in verschillende deelen des
lands, die Rusland dwingt een groot deel van den graan
voorraad voor zich zelf te houden. Het Petersburgsche
blad legt er overigens nadruk op, dat het besluit van
den minister geen volkomen verbod van uitvoer beteekent,
maar enkel een verstandige beperking er van.
De hongersnood in Spanjt Eiken dag komen
nieuwe berichten betreffende den hongersnood in Spanje,
en het eene is al verschrikkelijker dan het andere. De
bevolking is vreeseljjk opgewonden en tot alles in staat.
De menschen schromen niet de ergerlijkste misdaden te
begaan, want, zeggen zij, wanneer wij in de gevangenis
komen, krijgen wp tenminste eten." De gevangenissen
zijn dan ook overal meer dan vol. In de omstreken van
Se villa worden alle schapen gevangen en naar de sfad
gebracht, waar bet vleesch in de straten verkocht wordt.
Te Valago zijn benden van hongeronde veldarbeiders de
stad binnengedrongen. De regeering zendt weliswaar
troepen naar de bedreigde steden, doch geven dezen geen
strenge bevelen, uit vrees, de bevolking nog meer op te
winden. Het aantal arbeiders, dat in de omstreken van
Ossoena op het platteland rondtrekt, wordt op 5000 ge
schat. Velen zijn met geweren gewapend.
Aanslag op de keizerin van China. Uit
Tientsin wordt gemeld, dat op de keizerin van China een
aanslag is gepleegd, toen zij op weg was naar het zomer
paleis buiten de noordoostelijke poort. Da dader was als
soldaat verkleed, hij werd door soldaten met de bajonet
doorstoken. De keizerin, die in een draagstoel zat, kreeg
ge n letsel.
Een tragische dood. Een jonge Amerikaanscbe
schilderes, Miss Dnnlap Huuter, nit Philadelphia, is te
Morlaix (Pr. dep. Finisterre) waar zjj vertoefde, door den
opkomenden vloed overvallen op de rotsen, waar zjj zat
te schilderen. Zij was een goede zwemster en sprong in
zee om naar land te zwemmen, maar zjj stiet met een
voet tegen een rots en verwondde zich zóózeer, dat zij
zich niet meer kon bewegen. Toen er hulp kwam, was
het arme meisje reeds dood.
Voor reizigers in Duitschland. Een groote
verbetering zal gebracht worden in de Duitsche spjjs-
wagens in de spoortreinen. Ieder die ze kent zal weten
dat niettegenstaande het comfort dat men er aantreft,
toch van rustig dineeren weinig sprake is en menigmaal
eon onverwachte schok spjjs of drank op een gansch
andere plaats te land doet komen dan waar men ze
graag hebben wilde. Daarom had de spoorweg-directie te
Berl jjn voorgesteld de nieuwe restauratierijtuigen te voor
zien van de Drio-assige draaibare onderstellen, waarvan
ook de slaapwagens voorzien zijn, en waardoor een veel
rustiger gang verkregen wordt.
Volgens de Berljjnsche bladen heeft thans de minister
van openbars werken Von Budde hierin toegestemd en
zal dus deze verbetering geleidelijk worden aangebracht.
Het nieuwe Kabinet.
Meerdere bladen wijden thans artikelen aan liet nieuwe
Ministerie. De bladen van vooruitstrevende richting
noemen de keuzen van den heer Goeman Borgesius bij
de samenstelling van het nieuwe Kabinet zeer gelukkig.
Het Vaderland verwacht dat met de in werking treding
van het Ministerie, een eind zal komen aan de apoli
tiek", waaraan ons land in de laatste jaren nogal druk
heeft gedaan. Wat betreft de personen der ministers,
zij kunnen de toets der critiek zeker volkomen door
staan, en op voorloopig vertrouwen hebben ze volkomen
recht.
Of dat voorloopig vertrouwen, zoo gaat het blad dan
voort, bestendigd zal blijven,zal afhangen van hun daden.
Doch men zij goedsmoeds. Het zou ons verwonderen,
zoo niet het gemeenschappelijk program van vrijzinnig
democraten en Unie-liberalen leidraad ook voor dit mi
nisterie bleek. Van een Kabinet, door den heer Borgesius
geformeerd, valt dit te verwachten. En het zal met een
regeerings-program, waarop geen der essentieele punten
van het Amsterdamscli verdrag ontbreekt, reeds aan
stonds zich een hechten aanhang in den lande verzeke
ren, terwijl van vrijzinnige zijde geen ernstige tegen
kanting te verwachten is.
De oud-liberale Kamerleden immers zagen een, mis
schien meer dan een, hunner geestverwanten in het
Kabinet opgenomen en ook van hen mag dus loyale
medewerking worden verwacht, al zou ook dit Ministerie
op enkele punten iets verder gaan dan een zuiver oud
liberaal Kabinet noodzakelijk zou achten.
Om den steun der sociaal-democratische Kamerleden
zal zeker niet gebedeld worden; waarjzij principieel op
treden, zal men hun principieel hebben te woord te
staan. Zijzelven moeten het voor hun kiezers maar ver
antwoorden, zoo over hun tegenkanting een Ministerie
struikelen mocht, dat voor de ontwikkeling van ons
staatswezen in democratischen en vrijzinnigenjgeest het
beste is, wat voor dit oogenblik bereikbaar blijkt.
Rest nog te raden naar de houding der rechterzijde.
Principieele oppositie zal welkom zijneen wegbergen
van overtuigingen de grootste ramp die een Parle
ment kan treffen wenscht niemand. Noch behoeven
de punten der degens gekurkt te worden. De eenige
eisch, dien men stellen mag, is die der loyauteit. Wordt
deze vervuld, dan zal ook het vrijzinnig bewind met
zijn tegenstanders-in-beginsel het op menig punt van
practische politiek wel eens kunnen worden.
Ook de schrijver van de Haagsche Brieven in de
Zaanlandsche Courant noemt de keuze van den Kabinets
formateur een gelukkige.
Juist het optreden van de heeren Van Tets en Van
Raalte in het Ministerie, zoo schrijft hij, geeft er een
ongemeene politieke beteekenis en groote kracht aan.
Immers, de heer Van Tets behoort tot de oud-liberale
groep en Mr. Van Raalte is een der steunpilaren van
de vrijzinnig-democratische partij, waartoe ook de heer
Veegens wel gerekend pleegt te worden, maar deze
was sedert geruimen tijd uit het partijverband ge
treden. De heeren Rink en Fock, de Ministers van
Binnenlandsche Zaken en van Koloniën, zijn leden
van de Liberale Uniefractie en de eerste is een der
vaders van het kiesrecht-rapport der L. U., waarvan
het blanco-artikel uitvloeisel is te achten. Mr. Rink is
een der warmste strijders voor de evenredige verte
genwoordiging. De heeren Cohen Stuart, De Meester,
Staal en Prof. Kraus zijn allen onverdachte voorstan
ders van de vrijzinnige beginselenmaar mannen
zonder politieke antecedenten.
Men vindt derhalve in het nieuwe Kabinet al de
nuances van de linkerzijde de socialisten uitgesloten
terug. En in dit concentratie-karakter ligt m. i.
de kracht van de combinatie. Mr. Borgesius heeft op
schitterende wijze zijn ideaal en dat van zijn ambt
genoot, Mr. Piersen, bereiktde samenwerung van
de geheele liberale partij is bekroond met 't tptreden
van een Ministerie, waarin alle fractiën van dt linker
zijde, voor zoover zij als liberalen worden beschouwd,
zijn vertegenwoordigd.
Als basis van het beheer der nieuwe bewindslieden,
meent de briefschrijver zal gekozen worden het concen
tratie- of coalitie-program van Amsterdam, op 21 Jtnuari
aldaar door de Liberale Unie en de Vrijz.-dem. partij
als richtsnoer voor de naaste toekomst aangenomen.
De strijd van dezen zomer is nu wel ten einde, maar
de briefschrijver meent dat de nieuwe toestand ons verre
van vrijwaart voor nieuwen strijd.
Zoolang de mannen, die zich, met groote opofferingen
voor 't publiek belang naar het mij voorkomt, hebben
laten vinden om aan de groene tafel plaats te nemen,
zich buiten de neutrale zone bewegen en met hun groote
talenten, die zeker door allen zullen worden erkend,
voorstellen doen, waaraan geen staatkundige zijde is te
ontdekken, zal 't wel gaan. Doch een Kabinet, onder
omstandigheden als de tegenwoordige, als gevolg van
een feilen stembusstrijd, op voordracht van een erkend
partijleider, ontwerper van een beslist vrijzinnig pro
gramma, opgetreden, kan zich op den duur niet geheel
losmaken van de politiek.
Er zullen op financieel en oeconomisch, op electoraal
en onderwijs-, op defensie- en koloniaal gebied op den
duur voorstellen van deze kundige mannen mceten ko
men,die stellig vierkant zullen indruischen tegendatgene
wat de nu aftredende ministers en de vroegere meerder
heid in de Tweede en de tegenwoordige in de Eerste
Kamer, wenschten en nog zullen blijven beschouwen
als 't meest in het belang van ons volk.
Zoodra men op dit terrein den voet zet en dat
kan niet lang uitblijven komen de groote moeilijk
heden.
Het oordeel over het Ministerie der anti-revoluüon-
naire bladen klinkt minder optimistisch dan dat der
reeds door ons genoemde.
De Rotterdammer (anti-rev.) komt tot het besluit dat
er gevaar bestaat voor een «afzakken naar den radicalen
en half-socialistisclien kant." Het blad is bovendien vm
oordeel, dat al spoedig zal ontstaan een drijven naar
het algemeen Kiesrecht.
Van zulk een nuttelooze en dwaze kiesrecht-agitatie,
zegt het blad, kan Nederland dan een paar jaren «plei-
zier" hebben.
Terwijl intusschen eene goede sociale wetgeving in
christelijken geest zal stilstaan.
Waarlijk, de belangen van ons vaderland zijn door
den ruil van het christelijk kabinet tegen deze acht a
negen zet-ministers van mr. Borgesius niet aan betere
handen toevertrouwd, dan zij nu vier jaren achtereen
waren.
Laat ons hopen, dat een gezonde reactie tegen even
tueels- radicalistische propaganda van het nieuwe
«ministerie" nog den verstandigen, nuchteren, dege-
lijken aard zal toonen van de overgroote meerderheid
van het Nederlandsche volk.
Niets is voor volk en vaderland meer verderfelijk
en heilloos dan het radicalisme op politiek en maat
schappelijk gebied.
Op politiek terrein doodt het de toepassing der eenig
goede, schriftuurlijke staatsrechterlijke beginselen.
Op maatschappelijk gebied vermoordt het handel
en industrie, ja eigenlijk heel het sociale leven.
De Nieuwe Provinc. Groninger (anti-rev.) komt tot de
conclusie, dat uit de troonrede en debatten moet blijken
in hoeverre het nieuwe ministerie de vrucht is van een
compromis. En voorts zegt het blad
Nu heeft het nog veel overeenkomst met een proef
ballon. Men zal 't eens zoo probeeren.
't Valt niet te ontkennen, dat hierdoor een zeer moei
lijke toestand geschapen is, en dat het nieuwe minis
terie voor een zware taak komt te staan, vooral als het
zelf leiding geven wil en niet afhankelijk wil worden
van een of meer groepen in de Tweede Kamer. Voor
het laatste gevaar staan we nog altijd bloot.
De ministerieele crisis is wel opgelost. Maar men zou
kunnen zeggen: de politieke crisis is gebleven.
Strijd onder de socialistische voormannen.
Mr. P. J. Troelstra ligt in den laatsten tijd wat
overhoop met sommige voormannen in de partij, waartoe
hij behoort. In Het Volk heeft hij van dien kant
Frank van der Goes was hun woerdvoerder vrjj harde
woorden moetan faooren, maar wie met Troelstra begint
moet maar weten wat hij doet: slaat men hem, duchtig
slaat hij weer.
Scherpe debatten zjjn bjjna altijd een amusement voor
het publiek, dat er buiten staat. Zoo wordt zeker ook
het twistgeschrijf tosscheu do heeren Troelstra en van
der Goes door velen met graagte gelezen. Dat ligt voor
de hand mits men zien nu maar wachta voor het
trekken van conclusies, die niet deugen. Er zyn al
bladen geweest, die eonigszins triomfantelijk hebben uit
geroepen: »Kjjk 't daar eens zonderling toegaan in de
S. D. A. P. Dat zijn na je hervormers, ze zitten mekaar
in 't haar!" Dat is niet zeer schrander. Juist het karak
ter van de mannen der S. D. A. P. brengt mee, dat
zjj maar niet blindelings voortsjokken aan een leiband
eu er ee« eigen meening op nahouden, wat niet uitslnit
dat zij, als 't er op aankomt, alles ter zij weten te zetten
voor het beginsel, dat hen vereenigfc. Als er onder de
belijders van zulk een beginsel met wat wsjjving was
wel, dat zou op z'n minst al heel onnatunrljjk zijn.
De beer F. van der Goes heeft nn weer den heer
Troelstra in Het Volk geantwoord. Het slot van zijn
betoog moge in dit Pers-overzicht plaats vinden
Gjj knut uwe beschuldiging niet, meenen, eindigt
Troelstra, omdat gjj miju eventueel heengaan beschouwt
als de grootste ramp voor de partij. Met zijn verlof:
een nog gtootero ramp noemde ik zjjn bljjveo op de
voorwaarde, die der paitjj geweld aandoet. Volgens
mijne opvatting was de eisch van Troelstra, dat. de
party vin het gebeurde op het congres van 1905 niet
zal berusten" een heersebznehtige niting. Daarom
heerschzuchtig, wijl hij dreigt met het neerleggen van
zijn werkzaamheid, wanneer men zijn zin niet doet. Niets
ter wereld kan ongedaan maken, dat dit door Troelstra
is geschreven. Evenwel getroost ik mij alle hatelijk
heden der kolommen in tweeden termijn, indien blijkt
dat Troalstra de onhoudbaarheid van zijn eisch heeft
ingezien zoo zelfs dat hjj zich niet meer kan ver
plaatsen in de heftigheid van het oogaublik dat hem
aldus deed schrjjven. Ik weet wel dat 't alleen mijn
vlistigheid" en «onbeschoftheid", mjjn vdnfheid", m|jn
«benepenheid", mijn «kleinheid" is geweest die mij
aldus deden lezen. Het was alles van mij slechts
«leugen", «laster", «verdachtmaking". Het zjj zoo
mits dan de groote ramp dat wij Troels6ra verliezen
worde afgewend, en ook het grootere ongeluk, dat
wij hem behouden op die conditie. Mjj geve de wer
kelijkheid ougeljjk op deze wjjze, dat niemand van
mjjn lezing een woord meer verneemt. Troelstra
triomfeere door nu niet en nooit niet zich op deze
manier in verdenking te brengen. Hij zal dan niet
slechts ons, hjj zal zich zeiven hebben overwonnen,
immers de moeiljjkste van alle zegepralen. Zjjn be
roemde zweep als een instrument óók tot zelfkastijding
aangewend: welk meer stichtelijk tafereel van eigen
nitmuntendheid zou hjj ons knnnen voorhonden?
Zeg ik dit om een ordenteljjk slot? Neen, het is
mjjn overtuiging dat Troelstra in een duistere, booze
stemming heeft verkeerd. Dat hjj, ontwakende, niet
meer herkent de inderdaad foeileeljjke krabbels van
zijn door hartstocht bevende hand. Houdt men hem
de photographie voor van zijn door hartstocht ontdane
trekken hg wijt het aan moedwil van deu opne
mer Ontwakende, klopt hjj mg op den schouder
en zegt: neem die malligheid toch terug. Ja
Troelstra! ik neem het terug, ik verscheur de prent,
de caricatnnr zegt ge terecht maar bjj don Hemel,
den onze! man, zoo waart gel
He hondsdagen en de politiek.
De Haagsche briefschrijver van De Standaard geeft
uiting aan een gedachte, die zeker al «aak bjj vele
anderen is opgekomen. Hjj zon de Grondwet zoodanig
gewijzigd willen zien, dat de periodieke Kamer-verkie
zingen in de maand Januari vielen.
De winter maent hjj is de tjjd voor de politiek.
Een beetje warmte door de politiek tegenover de koude
van buiten zou geen kwaad doen. In Jannarie verkiezing,
in April opening der Staten-Generaal. Vóór het zomer-
recéa zouden de beide Kamers kunnen geconstitueerd
zjjn, om half September aan den parlementairen arbeid
te kunnen beginnen.
Wat zou daartegen in te brengen zjjn Naar het mjj
voorkomt, heeft een dergelijke wijziging van de Grondwet
meer waarde dan een blanco-artikel, dat in ruzie geboren
sleohts ruzie zal voortbrengen. De beide zomermaanden
Juli en Augustus konden alsdan werkelijk rust en
ontspanning geven in de politek. Zooals 't thans is,
gaat 't verkeerd, is hot politieke onweer nooit van de
lucht en gaan «da zonen van hetzelfde vaderland" al
meer als grimmige tegenstanders, die elkaar 't licht in
de oogen niet gunnen, tegenover elkander staan. Bjj een
regeling als hier aangegeven kon de komkommertijd
ook voor onze courantenweer in volle eere hersteld
worden en konden de redacteuren e6ns behoorlijk ait-
blazen. Dat zou voor hun temperament, voor hnn kijk
op de dingen, waarlijk niet kwaad zijn.
H. M. de Koningin heeft de afgetreden Ministers en
hunne echtgenooten uitgenoodigd Vrgdag 18 dezer ten
paleize Het Loo te komen dejenneeren.
De nieuwbenoemde ministers zyn gisteren voormiddag
naar Het Loo vertrokken, ten einde in handen van H.
M. de Koningin den ambtseed af to leggen. Dit g^.
sohiedde ten overstaan van den Directeur van het Kabinet
der Koningin.
De departementshoofden waren bij deze audiëntie niet
in ambtsgewaad, maar droegen rok en witte das.
Alvorens de nieuwe ministers te beëedigen had H.M.
de Koningin nog een onderhoud met de ministers van
Buitenlandsche Zaken en Justitie, met wie H. M. nog
jeen besprekingen had gehouden.
Nn de leden der Tweede Kamer mr. D. Fock, mr. E.
E, van Raalte en mr. F. Rink tot minister zijn benoemd,
miet er een nieuwe verkiezing plaats hebben in de dis-
tritten Rotterdam I, Rotterdam V en Arnhem; alle drie
geroemde heeren wenschen geen nieuwe candidatnnr voor
het Kamerlidmaatschap te aanvaarden.
Vsor de betrekking van architect bjj het «Hoogheem
raadschap der uitwaterende sluizen in Kennamerland en
Westlriesiand," te Edam vacant geworden door het
overigden van den Heer A, H. D. Rups, aldaar hebben
zich neer dan dertig sollicitanten aangemeld.
De iegen gisteren uitgeschreven vergadering van den
gemeeattraad van Amsterdam kon wegens onvoltalligheid
niet doorgaan; ze is verdaagd tot Vrgdag.
Hollandsche Maatschappij van landbouw.
Den 15en vergaderde de atd. Schagen en omstreken
van de Hollandsche Maatschappij van Landbouw. Besloten
werd het schrijven van het hoofdbestuur inzake Kaas-
contróle-stations op eene volgende vergadering nader te
behandelen. De gewone jaarljjkache rammonkeuring zal
dit jaar den 4en October gehouden worden met dezelfde
prjjzen on commissies als het vorige jaar.
Op de algomeene vergadering te Vianen zal gevraagd
worden het volgend jaar de algemeene vergadering en
de tentoonstelling te Schagen te houden. De beschrijvings
brief leverde geen stof tot. nadere bespreking op. Als
hoofdbestuurslil voor Noord-Holland zal de heer J. Zijp Hz.,
te Wieringerwaat d, worden aanbevolen. Tot afgevaar
digden voor dt algecneene vergadering werden gekozen
de heeren G. A, J. M. de Gier enJ.de Veer: tot plaats
vervanger de hetr 0. Nobel. Tot afgevaardigde voor H.
N. Kwartier werd voor 1905/06 gekozen do hoer J. Buis;
tot plaatsvervanger de heer K. Blauboer. In de plaats
van de heeren 0. Bijpost en K. Blaauwboer (niet herkiesbaar)
werden tot bestuursleden gekozen de heeren G. Nobel, te
Schagen en C. Koojj, te Harenkarspel. Yoor de voorge
nomen tentoonstelliug in 1906 zal een waarborgfonds
worden gesticht. Met applaus werd de mededeeling aan
gehoord, dat de raad der gemeente voor die teatoon-
stelling f 700 subsidie had toegestaan benevens f 500
voor het waarborgfonds.
Hen afscheid.
In de iongste zitting van den gemeenteraad van Hoog
woud werd afscheid genomen vau het Raadslid, den heer
Vol. Na afhandeling der agenda stond de voorzitter op
en zeide: »'t Is nn de la&tste zitting die Klaas Vel heeft
bijgewoond. Zoodra de nieuwe beëedigd zijn (tot den
heer Vel) is jouw werk at. 't Is al 37 jaar geleden,
Vel, dat wij met elkaar begonnen de gemeentebelangen
te behartigen. Of we 't goed deden? 'k weet het niet,
dat moeten wij ook niet zeggen, dat moeten de burgers
doen. Maar jij hebt ja bast gedaan, Klaas Vel", vervolgde
de voorzitter «en goeie wjjn behoeft geen krans; ik hoop
dat het in je verder leven goed mag gaan!"
De andere raadsleden verklaarden ten volle met deze
woorden in te stemmen.
De heer Vel dankte op hartelgken toon voor do wel
willende woorden hem gewjjd.
Winkeliers te Schagen.
Dinsdag hield de «Winkeliersvereeniging" te Schagen
hare eerste algemeane vergadering in de 0érè3. De eerste
twee vergaderingen toch waren slechts als voorloopige
bijeenkomsten vau geooodigden te beschouwen.
Van de 115 leden, die de vereeniging telt, waren er
40 aanwezig. De ontworpen statuten en het hnishoudeljjk
reglement werden na een paar kleine wijzigingen goed
gekeurd, Tot bestuursleden werden gekozen de heeren P.
Raat, J. Koster, Oh. H, Th. Scbmalz, J. B. Keet, C.
Burger, L. J. Roggeveen, H. P. Caarls, 0. Mantel en J.
Rotgans. Van dezen werd de heer P. Raat door de ver
gadering tot voorzitter gekozen. Aan het bestuur is
overgelaten de overige fnnotiën onderling te verdoelen.
Het Hngelsche eskader te IJmulden.
Onder de „Laatste Berichten" in ons vorig nummer
is reeds melding gemaakt van de aankomst van het
eskader te IJmniden. In afwachting van hetgeen een
onzer, die heden naar IJmniden is gereisd, over het
eskader morgen zal hebben mee te deelen, laten wij hier
volgen, wat het Hbl. over de aankomst meldt:
Tegen tien uur werd van de „Semaphore" de nadering
van het eskader geseind. Een kwartier later deed een
breede rookstreek in het westen iets ten zuiden de
BritBche vloot vermoeden en door den kjjker waren
inderdaad de masten reeds te zien, een warnet van
staken leek het. De pieren liepen vol menschen, toen
tegen half eif de flauwe omtrekken van de schepen in
de voorste linie zichtbaar werden. Uit de haven stoomen
bevlagdé stoombooten met kjjklustigen.
Mooi was het oogenblik toen de Britsche schepen
wendden en met volle kracht recht op de kust aan-
sfoomden, zich toen in de volle breedte opstelden en
de reusachtige bouw daardoor op zjjn best uitkwam. De
donkergrjjze gevaarten staken dof af tegen de schalks
tintelende zee.
Voornitgaan zag men ze niet, maar ze werden gestaag
grooter, ze groeiden elke seconde totdat voor slle
schepen ca een vlaggesein op hetzelfde oogenblik een
schnimkopje opspatte en ze even groot bleven.
De vloot was geankerd, de schepen wendden en gaven
hnn flanken te zien.
Zoodra de vloot geankerd was begaf luitenant Prillevitz
zich naar de „Exmouth" om den admiraal te begroeten
en hem de diensten der Ned. Marine aan te bieden.
Te een uur ging de schout-bjj-nacht den Britschen Ad
miraal een welkomstbeziek brengen. Admiraal Wilson
had daartoe alle vlagofficieren van zijn eskader aan boord
van de „Exmouth" vereenigd.
Schout-bij nacht Sweerts de Landas Wyborgh was ver
gezeld door den chef van zyn staf, overste Hoven en zyn
adjudant. Later op den middag beantwoordde de Britsche
admiraal het beleefheidsbezoek.
IJmniden was volgeloopen. Elke trein bracht meer
menschen aan; de haven stond zwart hoewel daar van
het Britsche eskader niet veel meer te zien was dan de
schoorsteenen der schepen eu de masten; men verge-
noegde zich met het zien binnenstoomen van de zwarte
torpedobootvernielers, die dadeljjk na de officieele be
groeting de ankers hadden gelicht om zich te begeven
naar hnn aanlegplaatsen voor de kleine sluizen.
Er was aan boord van de „Evertsen" één roep vau
•bewondering voor de correcte wjjze, waarop de Britsche
vloot over anker ging. Toen het sein was geheschen
aan boord van bet admiraalschip, kwamen tegeljjkertjjd
alle schepen voor anker.
's Avonds werd het bjjzonder levendig in IJmniden,
toen op de vloot de officieele bezoeken gewisseld waren.
Van de Britsche schepen kwamen stoomaloepen, roei-
booten en zeileloopen naar den wal en trokken veel be-
kjjks in de haven.
Officieren voor het meerendeel in burgerkleeding liepen
IJmniden binnen, of gingen verderop het land in; de
post werd naar land gebracht, er werden levensmiddelen
gehaald en dit alles vond grage toeschouwers. Niet
allen zagen met onverdeeld genoegen de levensmiddelen
innemen. Door den Britschen vice-cocsnl was een soort
aanbesteding uitgeschreven, waarnaar de IJmnidensbhe
leveranciers te zamen hadden medegedongen. Naar zjj
vertelden was echter behalve dat hun prjjzen te
hoog waren een Amsterdamsche firma hnn voor ge*
woest door een vertegenwoordiger naar Londen te zenden
en daar de zaak af te handelen. Doordat de IJmnidensche
leveranciers dit eerst laat vernamen en tot dien tijd iu
de verwachting loefden dat ze goede kans hadden de
levering te krjjgen, zoodat ze reeds bestellingen hadden
gedaan, zitten ze nu vrijwel in het nauw. De groote
toevloed van bezoekers zal echter voor hen ongetwijfeld
veel goed maken.
He tractementsverhooglng der postboden.
Men scbrjjft ons:
In Uw laatste driemaal 's weeks verschjjnend nummer
vermeldde U de tractementsverhooging van een paar post
boden. Deze verhoogingen zjjn algemeen; er zjjn over 't
gansche land een aantal bigde, echter ook een aantal
teleurgestelde plattelandspostboden, en ook er zyn bljjde,
zeer bljjde, dat zyn zjj voor wie de verhooging een ware
verrassing kan heeten, en toch de tevredenheid niet
deelachtig werden omdat, ja, omdat zjj gevoelen dat zjj
meer hebben gekregen dan anderen, die het evenzeer,
ja soms meer dan zjj zelf verdienen.
O, dat toch alles ter wereld teleurstelling baart, zelfs
het best bedoeldeWant alreeds direct laat het zich
aanzien, dat misstanden worden weggenomen, maar tevens
nieuwe misstanden worden geschapen.
Invoer van vee alt Nederland In Duitschland.
De Köln. Ztg. komt in een artikel over de duurte
van het vleesch in Duitschland tot de volgende slot
som «Er bestaat altijd een zeker gevaar voor epidemie,
wij zijn de laatsten, die dit zullen ontkennen; maar
indien nu reeds Russische varkens in bepaalde hoeveel
heid worden toegelaten, kan men toch niet inzien, waarom
een verhooging van dit contingent voor juist dezelfde
slachthuizen nu plotseling een bijzonder gevaar voor
epidemie zou meebrengen. En wanneer tegenwoordig
herkauwende dieren uit Oostenrijk-Hongarije en Dene
marken onder bepaalde voorwaarden worden toegelaten,
zoo is niet te begrijpen, waarom onder dezelfde
voorwaarden de invoer uit Nederland
niet even ongevaarlijk zou wezen.
Feitelijk zijn alle deskundigen het erover eens dat
de tuberculineproef in de quarantaine-stallen, gelijk zjj
op het Deensche vee wordt toegepast, bijna heelemaal
niets bewijstwaarop het aankomt, is op een zoo spoedig
mogelijk slachten van de dieren, zoodat zij met ander
vee heelemaal niet in aanraking komen. Bijna alle groote
slachtstallen hebben afzonderlijke afdeelingen yoor Sperr-
vieh, zoodat het ingevoerde vee met het inlandsche
heelemaal niet in aanraking behoeft te komen. Voor de
Rijnprovincie stellen wij voor dat een bepaald contin
gent varkens uit Nederland voor de voornaamste
slachthuizen, waar afzonderlijke afdeelingen aanwezig
zijn, wordt toegelaten en dat weder de invoer van rund
vee voor onverwijlde slachting in bepaalde slachthuizen
wordt toegestaan. Deze maatregelen zijn noodig en wel
zeer spoedig. Men moet den Duitschen landbouw een
zekere grensbescherming toestaan, maar deze mag niet
zoo ver gaan dat de volksvoeding er onder lijdt."
Zou het niet tijd worden, dus vraagt naar aanleiding
van dit artikel de N. R. Ct., dat men van Nederlandsche
zijde, steunende op wat de openbare meening in Duitsch
land zelf verlangt, bij de Pruisische regeering aandrong
op toekenning van dezelfde rechten als Denemarken,
Rusland en Oostenrijk reeds genieten?
Brand.
Te Borgerbrng is afgebrand de boerenplaats, bewoond
door den heer Jn. Eriks. Hooibroei is de oorzaak van
den brand. De boet naast het perceel is behouden gebleven,
overigens is bijna alles verbrand.
Kermis te St.-Fancras.
De burgers van St.-Pancras, die er van wilden genieten,
konden Maandag en Dinsdag van deze week feestvieren,
het was er die twee dagen kermis.
Heel druk was het niet, een paar kramen, wat stalletjes
en een draaimolen, toch waren er beide middagen nogal
aardig wat menschen op de been. De jeugd hield aardig
en genoegeljjk beide dagen tot laat in deu nacht kermis,
en de ouderen genoten met hen mede.
Uit Waard en tiroel.
In de polders Waard en Groet, zyn landbouwers, die
al hun granen al binnen hebben, zelfs al een groot ge
deelte hebben uitgedorsoht en afgeleverd.
Nimmer te voren, was men half Augustas zoover
gevorderd ais thans.
In 1868 was het graan wel rijp, het binnenhalen hield
toen echter veel langer op, en met 't dorschen was men den
gaheelen winter bezig.
Overal gebrek aan goed drinkwater.
Er is thans te Hoofddorp en in de overige deelen