No. 178.
Honderd en zevende jaargang. Zaterdag 18 Nov. 1905.
DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
MIJ
mm
ÜTan "Week tot Week
FEUILLETON.
B UI TEN L AN D.
BERLIJNSCHE BRIEVEN.
"marktberichte n.
ALKMAARSCHE COURANT.
Ken bezuiniging.
De winter zal voor Alkmaar niet voorbijgaan
zonder dat er vruchten worden geoogst van den
wetgevenden arbeid ten Stadhuize. Nadat er veel
zorgvuldige en langdurige voorbereiding is voorafge
gaan zal in de eerstvolgende maanden de Raad
geroepen worden om het zegel zijner goedkeuring te
hechten aan verschillende belangrijke voordrachten.
Hoewel het beeld misschien wat triviaal is, wagen
wij ons toch aan de vergelijking, dat B. en W
deskundigen en meer-bepaald-van-één-onderwerp-
studie-makende Raadsleden een reeks van gerechten
hebben toebereid, die elk Raadslid afzonderlijk mag
proeven. De een zal misschien wat meer specerij
erin wenschen, de ander zal wellicht vinden dat de
kok wel wat zuiniger had kunnen te werk gaan,
een derde zal waarschijnlijk op het maal de spreek-
wjjze willen toepassen, dat wat in een goed vat is
niet verzuurt. Maar opeten zal toch wel het slot
bedrijf zijn.
Inderdaad, er wordt hier ter stede ten Stadhuize
niet stilgezeten. Behalve de gewone werkzaamheden
en de incidenteel zich voordoende onderwerpen zul
len eerlang onder meer tot afdoening moeten komen
de voorstellen in zake de pensioenen aan gemeente
ambtenaren en hunne weduwen en weezen, de reor
ganisatie van het onderwijs aan de Burgerschool en
de Meisjesschool en het Werklieden-reglement.
Bestaat niet het gevaar, dat, waar zulke groote
quaesties aanhangig zijn, kleinere aangelegenbeden
uit het oog verloren worden 't Zou niet zoo onna
tuurlijk zijn. Intusschen ontneemt ons dit niet den
moed de aandacht te vragen voor een betrekkelijk
kleine zaak.fdie zich echter hierin van de groote
vraagstukken onderscheidt dat zij een bezuiniging
kan opleveren voor de gemeentekas, zonderdat eenig
gemeente-belang daardoor geschaad wordt, terwijl
groote quaesties meestal iD haar gevolg hebben groote
eischen aan de gemeentekas, d.i. groote eischen aan
de belasting-betalende burgerij.
In de debatten, die vóór eenigen tijd in dit blad
zijn gevoerd naar aanleiding van het vraagstuk der
Gemeentelijke Brandverzekering, hebben wij gelegen
heid gehad te wijzen op de scherpe concurrentie
tusschen de diverse brandassurantie-maatscbappijen,
die 't mogelijk maakt voor posten van grooten om
vang zeer voordeelige tarieven te bedingen. Er kan
met name voor een gemeente, die een groote waarde
tegen brand heeft te verzekeren, niet het minste
bezwaar zijn van dit feit gebruik te maken immers,
de maatschappijen weten zelf het beste hoe ver zjj
in dezen kunnen gaan en ten slotte blijft 't toch
altijd nog aan B. en W. om na te gaan, of eene
onderneming zoo gerenommeerd is. dat er geen be
zwaar bestaat om met haar in relatie te treden.
Aldus werd 't ook ingezien door het Dagelijksch
Bestuur vaD de gemeente Maastricht, dat daarom
dezer dagen een openbare inschrijving hield voor
de brandverzekering van gebouwen en roerende
goederen dier gemeente, ter waarde van 1,217.040,
gedurende 10 jaren. Niet mioder dan 18 maatschap
pijen namen hieraan deel en de bedragen, waarvoor
ingeschreven werd, variëerden enorm de laagste som
was ƒ418.901 en de hoogste 1095,334, alles voor
één jaar. De verzekering is gegund aan de laagste in-
schrijfster, de „Norwich Union",directiete Antwerpen.
Wanneer nu de gemeente Maastricht met die
maatschappij een overeenkomst sluit, dan mag wor
den aangenomen, dat er tegen hare soliditeit, blijkens
een ingesteld onderzoek, geen bezwaren zijn in te
brengen. En wat betaalt nu deze gemeente P Een
eenvoudige berekening leert, dat om 1,217,040 te
Naar het Fransch van Theodore Cahu.
24)
Mevrouw de Montgrand had zich voorgenomen het
testament van haren gestorven echtgenoot voor een
familieraad te openbaren, ze bemerkte toen, dat hare
dochter Julia het haar ontfutseld had. Op raad van den
notaris gaf ze daar geen verder gevolg aan.
«Doe maar alsof u er niets van weet, mevrouw, mis
schien zoudt u uwe dochter daardoor tegen u in het
harnas jagen.
De markiezin, die .wist, dat haar man even voor zijn
dood ook aan den notaris belangrijke papieren had toe
vertrouwd, nam daar dus genoegen mede.
De barones was zich onbewust van de droeve open
baringen aan hare moeder gedaan «Die mijnheer Brunet
heett me zeker angst willen aanjagen,sprak ze tot
zich zelve, nik ben in het bezit van het testament, ik
laat me zoo mijn geld maar niet ontnemen. Mijn man
is op dat punt nog een sukkel. Ik ben niet bang voor
bedreigingen. Mijne moeder zou me dan misschien
willen onterven, dat moest mijnheer Brunet me zeker
voorhouden Maar ze zal niet durven. Ze houdt te
veel van haren kleinzoon. Misschien wil ze ons hier
niet langer zien Nu ook goed, dan gaan we naar
Nizza, waar het zeker wel wat levendiger zal zijn dan
hier. Het is waarlijk mooi genoeg, als ik tegenover die
menschen beleefd blijf.ct
En spoedig was ze het bezoek van den notaris ver
geten. Het gesprek, dat ze den vorigen dag had opge
vangen, interesseerde haar meer. Die naam Jean leroux
klonk haar voortdurend in de ooren, en de geheim-
verzekeren tegen ƒ418,901 een premie moet worden
voldaan van nog niet ten volle 84| cent
per mille.
Dit wetende hebben wjj ons de vraag gesteld, of
de gemeente Alkmaar in dezelfde gunstige conditiën
verkeert. En wij zijn daarbij tot de ontdekking
gekomen, dat het verschil ten nadeele van onze
stad niet zonder beteekenis is. De bron, waaruit
wij in dezen putten, is zeker boven alle verdenking
verheven immers, de door ons gewenschte opgave
hebben wij gevonden in de bekende brochure over
Gemeentelijke Brandverzekering van de hand van
onzen gemeente-secretaris, den heer C. D. Donath.
Op pag. 14 daarvan vinden wij vermeld, dat hier
ter stede voor de brandverzekering der gemeente
eigendommen een gemiddelde premie
wordt betaald van 64 cent per mille.
Slaan wij nu de gemeente-begrooting op voor 1906,
dan zien wij, dat op een enkel eigendom na alle
perceelen zijn verzekerd bij „de Nederlanden van
1845" en dat voor deze assurantie een bedrag van
850 is uitgetrokken. Tegen een premie van gemid
deld 64 ets. per mille kunnen wij dus aannemen, dat
hier ter stede de verzekerde gemeente-eigendommen
op een waarde van ongeveer 1,327,500 geschat
worden. Ware dit bedrag verzekerd op een voet
als thans te Maastricht geschiedt er is ons geen
reden bekend, waarom hier het risico zooveel grooter
zou zijn, dan zou de gemeente Alkmaar per
jaar hebben te betalen een som van iets meer dan
450,zoodat een som van 400,ware uitge
wonnen. Een besparing van ƒ400,— per jaar, ter
wijl men hetzelfde krijgt als voor het zooveel hoogere
bedrag ons scheen 't wel de moeite waard daar
voor de aandacht te vragen. Is men een lange
reeks van jaren veel te duur uit geweest met de
verzekering der gemeente-eigendommen dan kan 't
niet anders dan worden betreurd dat zooveel jaren
noodeloos geld is uitgegeven, doch gedane zaken
nemen nu eenmaal geen keer zij behooren echter
wel te prikkelen om, wanneer een betere weg wordt
aangewezen, te onderzoeken, of het inslaan daarvan
inderdaad gewenscht is te achten. Een zachte wenk
om in dezen onderzoek te doen en zich de ervaringen
elders ten nutte te maken ziedaar ook alleen
het doel, waarmee deze regelen worden geschreven.
't Blijft natuurlijk mogelijk, dat wij, die buiten
den internen dienst der gemeente staan en ons dus
moeten vergenoegen met de cijfers, die wij hier en
daar gepubliceerd vinden, den een of anderen factor
over het hoofd hebben gezien. In dat geval zal 't
niet alleen door ons maar zeker ook door het deel
van de burgerij, dat de gemeente niet gaarne geld
zonder strikte noodzakelijkheid aan een elders
gevestigde maatschappij ziet uitgevenop prijs
worden gesteld, wanneer ons op eenigerlei wijze
wordt duidelijk gemaakt, wat er aan onze beschou
wing hapert.
(Particuliere Correspondentie),
Berlijn15 Novurabar 1905.
NeJcrknders, wacht U voor schade
Juichkreten. De me'kdrinkende Berlijners jubelden
en de Berlijnsche melkslijters nog harder. De Deensche
boeren hadden besloten met de Duitsche agrariërs, in
dezen door hun bond «de Milchcentrale», aaneengesloten
optredend, op de Berlijnsche melkmarkt te concurreeren.
Dat. getuigde van veei energie. Een loflied ter hunner
eere werd dan ook reeds in enkele Nederlandsche bladen
aangeheven en tot navolging van dit voorbeeld aange
spoord. Dit onderwerp werd aan het ministerie van
Landbouw als een punt van studie aanbevolen.
In hoeverre dit ministerie aan dezen wenk gevolg
heeft gegeven, weten wij niet. Wel kunnen wij mede-
zinnige woorden van den tuinman was ze ook nog lang
niet vergeten.
«Ik zal hem eens naar dien Jean Leroux vragen,
sprak ze tot zich zelve. «Maar och, waarom ook Wat
kan h°t mij ook eigenlijk schelen of hij de min ver
moord heeft, dat gaat mij toch betrekkelijk niet aan.«
XVI.
De woonwagen der Guignols was 's morgens vroeg
reeds uit de richting van Orléans te Parijs aangekomen,
zij wilden hunne tent opslaan voor de aanstaande
kermis.
Het marionetten-théatre was eene plaats aangewezen
in eene breede lindenlaan niet ver van de Varennestraat.
Toen de woonwagen de plaats zijner bestemming
genaderd was, was er reeds eene drukte van belang,
een geroezemoes, een door elkaar geloop van de ver
schillende kermisgasten, het was er eene schilderachtige
wanordehier bont geschilderde wagens, daar tooneel
attributen, daar een hoop planken en balken. Ieder was
druk in de weer, daar de kermis binnen een paar dagen
zou beginnen.
Guignol en zijne vrouw, die reeds aan al die drukte
gewend waren en er weinig acht op sloegen, begonnen
vlug aan het opslaan der tent, bezijden den wagen.
Toen alles gereed was en ze zich verkleed hadden,
wandelde ze met hun beidjes naar het huis van mevrouw
de Valdieu. waar ze verwacht werden, want een paar
dagen geleden hadden ze reeds hunne aanstaande komst
gemeld, en toch, het was altijd hunne vaste gewoonte
de** dag voor de kermis hen te komen bezoeken.
De knecht opende hun en verzocht hun onmiddellijk
bij mevrouw te komen in den salon.
»Wat zou dat moeten beteekenen?« sprak Vincent
tot zijne vrouw. «In den salon? Wat worden we dezen
keer deftig ontvangen.«
Marguérite had niet den tijd te antwoorden, want
onmiddellijk daarop werden ze door den knecht aangediend.
Ze bleven een oogenblik getroffen op den drempel
staan, ze konden hunne oogen niet gelooven. De mar
kiezin de Montgrand liep met uitgestrekte armen hun
deelen dat het Bureau voor Handelsinlichtingen te'Am-
sterdam en de Nederlandsche consul generaal te Berdjn
zich met de beantwoording dezer vraag beziggehouden
hebben of er nog steeds hun aandacht op blijven
vestigen.
Wat thans den Deenschen landbouwers wedervaren is,
kan echter als waarschuwend voorbeeld dienen voor
onze landgenooten, die, aangelokt door de hooge ver
koopsprijzen van melk te Berlijn, het plan mochten
koesteren hunne waar alhier aan den man te brengen.
De Duitsche agrariërs wenschen geen concurrentie
van buitenaf, ergo wordt deze gedood. Is het niet mo
gelijk door sluiting van de grenzen dan door andere
middelen. Als machtige ja, laten we gerust zeggen
als de machtigste partij onder het tegenwoordige
hier heerschende regime bereiken ze, langs welken weg
dan ook, het gewenschte doel.
't Was dan ook wat al-te-erg. Van de meerdere hon
derd millioenen liter melk, die de 2) millioen zielen
sterke Berlijnsche bevolking jaarlijks verbruikt, daght
Denemarken in de toekomst 36) millipen liter per jaar
te leveren.
Maar zulk een plan van Duitschland's noordelijke
naburen was immers ongehoord. En nog ongehoorder
dat de »Milchcentrale,« die de engrosprijzen der melk tot
13) Pfg. per liter had opgedreven, nadat verschei
dene Berlijnsche melkslijters tot goedkooperen prijs met
Deensche leveranciers hadden gecontracteerd, genoopt
gevoelde den inkoopsprijs voor de bij haar aangesloten
melkverkoopers te verlagen en op 12 Pfg. per liter te
stellen.
Nu het echter gelukt is de vreemde concurrent van
de Berlijnsche markt te weren, drijft de »Milchcentrale«
de melkprijzen weder in de hoogte en zullen de Ber
lijners binnenkort voor het feit komen te staan 20 Pfg.
(12 cents) voor een liter melk te moeten betalen. Wordt
de melk thuis bezorgd dan eischen de slijters nog 2
Pfg. per liter extra.
Het zwaarste worden door het wegblijven van de
Deensche melk natuurlijk de Berlijners getroffen en
juist het deel van hen dat gewoonlijk den grootsten
kinderzegen heeft. En dat bij den naderenden winterdag,
in een jaar dat ook de overige levensmiddelen, in de
eerste plaats het vleesch, zeer in prijs zijn gestegen.
Doch ook de Deensche boeren worden door het verbod,
hunne melk in groote tankwaggons naar Berlijn te
laten transporteeren, zeer geschaad. Want waar blijft
men met de 40.000 liter melk, die de Duitsche hoofd
stad in de laatste weken per dag placht aftenemen
Waar de Duitsche regeering met de behoeften der
eigen bevolking niet altijd rekening houdt, daar is het
niet te verwachten, dat zij er zich erg warm over zal
maken, hoe de lieve buren over haar denken. En dat
is wel jammer, heel jammer zelfs, voor een volk dat
in zoo menig opzicht onze volste sympathie verdient.
Laten we echter hopen, dat nog andere redenen, en
niet alleen het den agrariërs ter wille te zijn, bij de
regeering hebben voorgezeten. De thans genomen maat
regel is nog te weinig toegelicht, om er een eindoordeel
over te kunnen vormen.
Doch hoe ook, het staat vast. dat aan de Deensche
landbouwers, die zich op een melkexport naar Duitsch-
land geheel hadden ingericht, groote schade is toege-
1 racht en dat de ondervindingen die zij hebben opgedaan,
de Nederlandsche melkveehouders tot voorzichtigheid
aansporen moeten. Het zag er anders alles zoo erg
mooi uit. Te Maribo, op het Deensche eiland Laaland
gelegen, werd de voor Ber ijn bestemde melk verzaemld,
gepasteuriseerd en op pl.m. 3 graden Celsius afgekoeld.
De geheele hoeveelheid werd dan in een van reservoirs
voorziene speciaal voor dit vervoer gebouwden spoor-
wegwaggon gegoten en met den sneltrein Kopenhagen
Berlijn in ruim 9 uren via GjedsierWarnemünde
(Mecklenburgsche haven) naar de Berlijnsche hoofdstad
gebracht.
Bij aankomst van den sneltrein stonden de melk
wagens van eenige melkslijters, reeds aan het Stettiner-
banhof gereed, om het door hen begeerde kwantum
Deensche melk in ontvangst te nemen.
De van buiten witgelakte melktanks waren alleen
reeds een bezoek aan het Stettiner Bahnhof waard, lus-
schen dubbele wanden circuleert de lucht, zoodat de 2
groote met blik beslagen houten bassins steeds op de
gewenschte temperatuur kunnen gehouden worden. Elk
bassin heeft een inhoud van 5001) liters. Door middel
van een vijftal slangen wordt de melk in de wagens
der melkslijters geheveld. Het onderstel van deze tanks
is zoodanig ingericht dat de melk slechts aan zeer geringe
schommelingen onderhevig is.
ter ontvangst tegemoet. Naast en achter haar de graaf
en gravin de Valdieu en baron de Candolle. Marguérite
wierp zich in de armen harer moeder, tranen van
vreugde verstikten hare stem.
«Mijne dochter k riep de gelukkige moeder uit. «Hier
ben ik dus eindelijk weer. Ik kom jullie halen
Ik wil je nu niet meer missen. O, mijne lieve, lieve Lucie
«Moeder,stamelde Lucie, »o, wat een geluk. Mijn
hart heeft me dus niet misleid, ik verwachtte u. Hoe
zal ik u ooit genoeg kunnen liefhebben l«
Mijnheer en mevrouw de Valdieu genoten van deze
gelukkige ontmoeting. Baron de Candolle ging naar
Vincent, die als versteend was blijven staan en gaf hem
hartelijk de hand.
«Mijn waarde zwager,sprak hij, «eindelijk hebben
we je dus weergevonden en dezen keer zal je ons niet
meer ontsnappen.»
«O, baron,hernam Vincent, «die eer is waarlijk te
groot voor mij.«
«Ik heet Xavier,® onderbrak baron de Candolle har
telijk, «ieder lid van onze familie noemt me zoo mijne
moeder en ik zijn gelukkig zoo'n braven man tot de
onzen te mogen rekenen.
Na een huiselijk diner vertelde de markiezin's avonds
aan hare dochter van al haar reizen en trekken, van
haar verblijf te Parijs, haar gesprek met Reijbaud,
van het medaillon, dat hij haar ter hand had gesteld
en dat dus ook al een overtuigend bewijsstuk was. Zij
zweeg over haren droevigen tocht naar Aix. Men was
echt gelukkig met elkaar en niets stond nu meer den
terugkeer der wettige dochter in den weg in het huis
tl3,3,rs V&döFSi
Evenwel stelde men het vertrek nog een paar dagen
uit, daar de markiezin nog eenige maatregelen wilde
nemen. Zij zond een langen brief naar den intendant.
Zjj gaf hem order zoo spoedig mogelijk eenige kamers
in orde te laten brengen, boven de hare gelegen en tot
nu toe niet in gebruik genomen. Die waren voor hare
nieuwe kinderen bestemd.
Zij zond uit Parijs, meubels, kleeden, gordijnen, kottom
alles voor eene gezellige inrichting. Ze gaf ook nog
nauwkeurige bevelen aan Lapioche, den ouden tuinman.
Doch thans kunnen deze fraaie wagons voorloonig op
geborgen worden, want het Pruisische ministerie van
spoorwegen heeft bepaald dat her de Deensche melk niet
meer per tank wil vervoeren. Het initiatief tot dezen
maatregel schijnt van de Mecklenburgsche spoorweg
directie te zijn uitgegaan. Veel meer weet men er voor*
loopig nog niet van. Slechts 2 maanden lang hebben
de Denen hunne kostbare wagons mogen gebruiken.
Tegenwoordig behoeft Berlijn dagelijks reeds 600 000
liter melk. Bij de snelle vermeerdering der bevolking
stijgt de benoodigde hoeveelheid natuurlijk aanhoudend.
De toekomst van hen, die op melkgebruik zijn aange
wezen, wordt in Duitschlands hoofdstad dan ook steeds
minder rooskleurig.
Men vestigt thans de aandacht op de afgelegene Prui
sische provincies, Sleeswijk Holstein en West-Pruisen.
Van daaruit wordt echter een groot deel van Duitsch-
land van boter voorzien en het zal de vraag zijn of deze
streken in de wintermaanden een aanzienlijk marge
aan melk hebben. In ieder geval hebben de Deensche
landbouwers proefondervindelijk aangetoond dat de
Berlijnsche markt ook uit tamelijk ver verwijderde
streken van melk kan worden verzorgd.
Of Nederland gesteld dat de toekomst ook voor
buitenlandsche leveranciers gunstigere omstandigheden
zou brengen ooit op de Berlijnsche melkmarkt zal
kunnen concurreeren is eene zeer ingewikkelde vraag.
Dit zou m i. alleen mogelijk zijn, indien men direkt
aan groote gestichten, ziekenhuizen enz. kon leveren.
Want de tusschenhand is hier veeleischend De hooge
prijzen van het vleesch en van de zuivelproducten zijn
niet alleen op rekening der agrariërs te stellen.
De melkslijter, die van zijne klanten 18 A 20 Pf.
neemt, wil aan zijne leveranciers 11, hoogstens 12 Pf.,
franco Berlijn betalen.
Mocht Nederland een marge aan melk hebben, dan
zal het misschien beter doen hiervan boter ot kaas te
bereiden, dan dit overschot op de Berlijnsche markt te
werpen.
Doch zij die in deze richting toch nog pogingen
zouden willen wagen, hebben thans eeist eens rustig
af te wachten totdat het bekend zal zijn welke redenen
den Pruisischen minister van spoorwegen er toe gebracht
hebben den Denen het vervoeren van melk per tank
wagon te verbieden.
Amsterdam 8 17 Noy. De prjfzes dar A*r4&p ien
v>eöeiL «is volgt
Andjjker muizen f 0 a 0.—, id. kleine f' 8, f
0 id, blauws t 0.— a 0.—, Fracscbe Bals f 0.
0 Friesclie gteltjos f 0.— a 0.id. bonten f 2 50 a
f 3.70, id. Borgers f "2.60 a 2 90, id. blauwen f 3.10 a 3 25,
Z'enwscbo buateu f 2.20 a 2.40 id. bliauwaa f 2.20 ft
*2 30, id. pootarB f 1.40 a 1 60, Hiliegummer kralsa f 0
a 0.HUloaum. graatjes f 0.— a 0.Dmtsobo EDm*
burgers t 3.30 a 4.—, id. rooden f 2.a 2.20, Saksische
jammen f3a 3.30, Zand Eigenheimers f 1.60 a 2 25.
Zsenwsche Eigenheimers f 3.50. a f4, Fr. bl,p. f 0. a 0.
Aanvoer 11 ladingen.
F ie che blaauwe pooters f 1.70 a 2.
17 Nov. Groentemarkt to Bitot* op LanoEodtjk.
Wortelen t 0.50 a 0 60 p. 50kg. bloemkool le soort t 0 0.
bloemkool 2a soort f 0 a 0.roodekool f 5.a 10 50„
golekool f 3.50 a 8.50, wittskoo) t 7 50 a 8.50, koolrapen
E 2.25 a 2,75 nep f 0.a U.—uisn f l 70 a 1 80
reuzee bloem kool f 5.a 10.0. Bieten f 4,a 5 50.
rammenas t 0.a 0.--.
Hoorn, 17 Nov. Aangev 390 v tte schapen f 26 a
30, lammeren f 18. a 24.50, 179 varkecs 45 a 55 ct.,
53 koei»n 66 a 76 ct Handel ving.
Leeuwabdbn, 17 Nov. Ter reeoiarkt werden aangeaoerd
4577 stuiss, 69 stieren f 60 a 260, 23 ossen f 175 a 200,
162 vette koeien f 175 a 250. 800 melkkoeien f 145 a 240,
66 pinken f 60 a 80, 145 ve te kalveren t 20 a 40, 363
graskalveren f 40 a 70, 49 nucht. di. f 7.a f 10.—,
406 vette schapen f a '22 a 26. 280 weide dito f 20.
a 23904 lammeren f 19.a 23.183 vette varkens
a f81 a 90 of 25 a 26) ct. per Kg., voor Londen
23 a 24 et., 147 magere varkens f 30 a 40, 579
-ette biggen f 20 a 3 336 speenvarkens f 4 a 8,
bokken en geiten f 0 a 0. 45 paarden f' 50 a 100.
Leeuwarden, 17 Nov. B>ter. Aangev. 12.4, 12 8 en
1.16 vaten. Prjjs f 52 50 a 0. Ftbriekboter aaugev.
36.3 en 4.6 vaten f 50.— a 52 50, commissie f 52
14588 Kg Nagel f 26.a 32.—..
Ook baron de Candolle schreet aan zijne vrouw eenen
brief ongeveer van den volgenden inhoud
Lieve Julia,
Wij komen binnen een paar dagen terug in gezelschap
van je zuster en zwager. Schik je dus in het onver
mijdelijke. Ik verzoek je nogmaals dringend al je an
tipathieën op zij te zetten en voorkomend te zijn, dat
is de eenige manier om de harmonie in onze familie te be
waren. Wees er van overtuigd dat Vincent eu zijne
vrouw niets anders van je zullen verarigen, dan een
beetje voorkomendheid. Ze konden zich natuurlijk best
je wantrouwen in het begin begrijpen. Ik vertrouw er
dus op, dat bij onze komst alles goed zal gaan.
Op verzoek van onze moeder zal Vincent zijn theater
verkoopen. Hij zal het voor een billijken prijs wel
spoedig kwijt zijn. Hij wil in overleg met de markiezin
de koopsom voegen bij de huwelijksgift van die goede
Fernande, die weldra zal trouwen. Zij was toch zoo
gelukkig over de heerlijke toekomst, die de vriendin
harer jeugd wacht.
Veertien dagen later ontving de maikiezin brieven
van notaris Brunet, haar het onderhoud meldende, dat
hij met Julia gehad had, en van haren intendant, be
richtende, dat alles voor hare komst in gereedheid was.
Zij verliet kort daarop met hare kinderen Parijs.
Mevrouw de Candolle had in dien lusschentijd den
brief van haren echtgenoot beantwoord. Wat de ont
vangst van hare aanstaande familie betrof, daar schreef
ze over: «Mijnheer Brunet is hier geweest, om mij de
wenschen mijner moeder kenbaar te maken. Ik zal mijn
zuster en zwager beleefd ontvangen, eisch niet meer,«
De markiezin had er niet toe kunnen komen haar in
dien tijd te schrijven. Zij wilde eerst zien hoe Julia zich
tegenover Lucie gedragen zou en dan daarna hare
houding tegenover Julia vaststellen.
Te Marseille waar men een paar dagen overbleef om
wat van de vermoeiende reis uit te rusten, schreef de
markiezin nogmaals een brief aan haren intendant.
Daarin beschreef ze zeer nauwkeurig de ontvangst, die
haren kinderen bereid moest worden.
Wordt vervolgd.)