No. 116. Honderd en achtste jaargang. 1906 DAGBLAD V00B ALKMAAR EN OMSTREKEN. Zonderlinge candidaten. DONDERDAG W aarschu wing. bevonden IToor werpen. BINNE N LAND Deze Courant wordt eiken avondbehalve op Zon- en Feestdagenuitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80franco door het geheele Kijk t I,—. Afzonderlijke nummers 3 Cents. TelefoOMtmmMer 3, Prijs der gewone advertentiën Per regel f 0,10. Bij groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N.|V. Boek- en Handelsdrukkerij vjh. HEKMs. COSTER ZOON Voordam C 9. 17 MEI. Rechtzaken, llollftndsche Hypotheekbank. Ge m e u g d Nieuws. Do COMMISSARIS VAN POLITIE te ALKMAAR, waarsohnwt de ingezetenen niet te ge70u aan die instel lingen ran liefdadigheid of personen, die zjj niet kennen, omdat dezer dagen wederom is gebleken, dat van de goedgeloovigheid der Alkmaarders misbruik wordt ge maakt. Alkmaar, De Commissaris van Politie, 16 Mei 1906. S. M. S. MODDERMAN Jr Terug te bekomen aan het Politiebureau van 9—12 uur. Een dolkmesje, twee zilveren dameshorloge's, een rol ijzerdraad, een taalboekje, een kinderboezel.-ar, een springtouw, een rol nieuwe matten, een broche, twee gouden ringen, een band van een kinderwagen, een lorgnet, een dop met rozenkrans, een mand met kip peneieren, een jongensbaret, een roode jongenshoed, een medaillon, drie huissleutels, een koperen houtschroef, een tortelduif, een beursje met eenig geld, een gouden trouwring, een schroeibeitel, een portemonnaie mot eenig geld, een duimstok en een vrouwenrok. Alkmaar, De Comm. van Politie, 16 Moi 1906, S. M. S. MODDERMAN. Stedelijk Museum Het Stedeljjk Mnsenm is zonder vertoon tan toegangs bewijs voor onvermogenden kosteloos te bezichtigen op Zondag 20 Mei a.s,, 's middags van 1—3 nar. Kinderen beneden 15 jaar worden niet toegelaten. Hofberichten. II. M. de Koningin-Moeder is Dinsdag in besten welstand aangekomen te König in het Olensralf bjj de orfprinses van Erbacb, hare zuster. H. M. maakte een kort oponthoud te Frankfort waar zjj de Meunier-ten toonstelling bezocht. Tweede Hamer. De Kamer heeft gisterenmiddag het debat voortgezet over het Arbeidscontract en wel over artikel 1688<f, dat luidt »Ook verliest de arbeider zjjn aanspraak op het over eengekomen naar tjjdrnimte vastgesteld loon niet, indien hjj bereid was den bedongen arbeid te verrichter, doch de werkgever daarvan geen gebruik heeft gemaakt, hetzjj door eigen schuld, of zelfs tengevolge van hem persoon lijk betreflende, toevallige verhindering.'' Op dit artikel was een amendement voorgesteld door den heer A a 1 b e r s e c.s. (R.K.) luidende »De arbeider heeft aanspraak op het. halve loon, indien bjj bereid was de bsdongen arbeid te verrichten, doch de werkgever daarvan door overmaoht geen gebruik heeft gemaakt." De heer Rups de Beerenbronck (R.K.) lichtte het amendement, toe. De voorstellers wgzigden het, zoo- dat de aanhef luidt»De arbeider heeft gedurende be- trekkeljjk korten tjjd enz.'' Da heer van Nispen tot Sevenaer (R.K.) wees op verschillende bezwaren, die zich in de praktjjk, bjj aanneming van het amendement zonden voordoen. De heer de Klerk (U.L.) zon zjjn stem echter wel aan het amendement knenen geven. De Minister van Justitie, de heer van Raalte, kon het amendement niet stennen. Ook do heer D r u c k e r (V.D.) voorzitter der Oom missie van Rapporteurs ontraadde de aanneming van het amendement. In stemming gebracht word hut verworpen met 43 tegen 18 stemmen. Het artikel werd daarna zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Aan de orde was daarna artikel 1638e, dat luidt «Bestaat het loon voor het geheel of voor een gedeelte in een bedrag dat afhankelijk is gesteld van eenig ge geven, dat uit des werkgevers boekhouding moet kunnen bljjken, dau heeft de arbeider het recht van den werk gever medideeling te verlangen van zoodanige bewjje- stukken als voor hem noodig zjjn om tot de kennis van dat gegeven te geraken. Bjj schriftelijk aangegane overeenkomst of bij regle- mont kan worden bepaald, dat mededeeling van de ge noemde bewijsstukken in plaats van aan iederen arbeider afzonderlijk zal geschieden aan een bepaald aantal arbei ders in dienst van den workgever of aan oen of meer deskundigen in zake boekhouding, allen door de arbeiders schriftelijke keuze aan te wjjzon. De mededeeling van de bewijsstukken door of vanwege den werkgever geschiedt desvarlangd onder uitdrukkelijke verplichting van geheimhouding door den arbeider en dengene, die hom overeenkomstig het vorige lid vervangt deze kan echter nimmer tot geheimhouding tegenover den arbeider worden verplicht." Da verplichting tot geheimhouding 's voor zoover noodig opgehoven, ndien de opgave in rechte wordt betwist. De heer Plate (L.) stelde als amendement voor aan het artikel toe te voegen een laatste lid luidende „Voor zoover de gegotens, in het eer.-Ie lid bedoeld, betreffen de winst, in des werkgevers onderneming of eoa deel daarvan behaald, kan van de bepalingen van dit artikel bjj schriftelijke aangegane overeenkomst of bjj reglement, ook op andere wjjze dan in het twerde lid omschreven, worden afgeweken. De M i n i s t o r wees er op dat de Hooge Raad heelt beslist dat men bjj participatie in de winst geen recht heeft rekening en verantwoording te vorderen. Die juris prudentie moet gehandhaafd bljjven. Wel mag contróle worden uitgeoefend doch men moet geen medezegging schap geven. Den arbeider moet gelegenheid gegeven worden om te verifiseren het bedrag dat hem wordt uitbetaald overeenkomstig do aangegane verbintenis Da minister gaf den heer Plate in overweging zjjn amende ment te wjjzigen in dien zin dat bepaald wordt dat de arbeider het recht heeft zoodanige schriftelijke opgaven te verlangen enz. (de bewijsstukken worden dan dns vervangen door schriftelijke opgaven). De heer L o h m a n (C.H.) meent, dat 't artikel niet als dwingen recht is te beschouwen en er eigenljjk weer een bevoegdheid aan den arbeider wordt gegeven. De heer Plate (L.) zag in dit artikel wel een dwin gend reobt en handhaaida vooralsnog zjjn amendement. De minister waarschuwde nogmaals tegen de aan neming van bet amendement Plate. Veel achtte de minis ter te zeggen voor de interprefat'e van den heer Lohmann, dat 't artikel geen dwingend recht is. De hear van Idsinga (C.H.) zei, dat dit voor do stemming moest worden vastgesteld oa verzocht de ver dere beraadslaging over 't artikel tot heden te schorsen. De Voorzitter mseade, dat, waar er verschil van meening is gebleken, aanhonding tot heden wenscheljjk is en verdaagde de vergadering in het belang eener goede oplossing. Mldden-Koropeesche ll|d Naar mes verneemt, is een wetsontwerp bjj den Raad van State irgekomen tot invoering van den Midden- Europee3chen tjjd in ons land. Het algemeene stemrecht heeft in Frankrijk gesproken, maar er is natuurljjk weer zoo ongelijkmatig gestemd dat men het hier en daar nog eens moet overdoen. Van de 591 Kamerzetels, welke ingenomen moesten worden, bleven er nog 154 onbezet, zoodat eerst na de her stemmingen, den 20sten Mei, ietsjmet zekerheid omtrent de samenstelling der Kamer zal zjjn mee te deelen. Uit een politiek oogpunt is de uitslag der verkiezingen echter niet twijfelachtigwant in hetgeen bij de eerste stemming is tot stand gebracht, zal de tweede slechts weinig verandering brengen. Maar dit neemt niet weg dat de candidaten en zjj die propaganda voor hen maken met onvermoeiden ijver de kiezers blijven bewerken, la, de gedachte aan de mogelijkheid der tegenpartij een vlieg af te vangen, doet hen nu, op het laatste oogen- blik, nog eens dubbele krachten inspannenmen maakt zich warm en beschimpt elkaar van weerszijden. Een gespannen verhouding is er langzamerhand gekomen en hoe nader de grooie dag komt, des te dreigender wordt de houding der partijen. Tot het eindelijk zoover is dat de stembussen geleegd worden, de stembriefjes geteld de uitslag wordt bekend gemaakt en dadelijk daarop komt er rust en vrede in het geheele land. Zij, die uitgemaakt zjjn voor landverraders, beschouwt men weer als patriotten, met hen wien men in geestdrift bij een verkiezingsrede allerlei beschuldigingen naar het hoofd heeft geslingerd, gaat men weder om als met mannen van eer, kortom de oorlogsbijl wordt weder begiaven. Alleen de gestelde candidaten kunnen de eerste nachten na de stembus-opening nog niet rustig sluimeren de gekozenen kunnen geen oog dicht doen van vreugde, ue geslagenen niet van afgunst en spijt. En wat deze laatsten betreft, zjjn ze getrouwd, dan moeten ze boven dien nog het geklaag verduren van hunne vrouwen, die zich in stilte al verheugd hadden in het vooruitzicht Frankrjjk een beetje mee te kunnen regeeren. Want niet een ieder is zoo philosophisch aangelegd als mijn vriend, de zaalwachter van het Ministerie van Binnenland- sche zaken, die de laatste jaren van het Keizerrijk reeds op zjjn post was én na dien in den kringloop der tjjaen reeds zooveel heeft meegemaakt, zooveel sterren heeft zien vallen en nieuwe uit de duisternis te voorschijn komen, dat hem, evenals Koning Salomo, alles jjdelheid chjjnti Zondag, tegen middernacht, heb ik hem weer gesproken op de Place Beanvean, Het groote benedenvertrek waar den journalisten de uitslag van de verschillende stemmingen, steeds na het aanko n van nieuwe telegrammen, werd medegedeeld was voi nieuwsgierigen, die ts ongeduldig waren om de opgaven in de ochtendbladen af te wachten. Da monschen drongen elkaar achteroit en praatten met groote levendig heid alleen de oude maalwaehter was kalm. Ik sprak er mjjn verwondering over nit dat hg te midden van al die beweging zoo rustig kon bljjven, waarop hg zei: «Hoe zon ik anders kunnen of nn dèie gekozen wordt of die het besft goed beschouwd, zoer weinig te beteekenen de wereld bljjft er hetzelfde om. Het is waarljjk geen krachtigs uiting, een stemming, 't is een vluchtige daad in een vliedend nnr. Dj aarde draait er even geregeld om.... Heeft n al champagne gehad?" voegde hg er aan toe. Er was daar n.l. champagne te krjjgen. Op den ver kiezingsdag stelt de Minister de vertegenwoordigers van de pers, die bjj hem inlichtingen omtrent de ver kiezing komen vragen, in de gelegenheid om iets te gebruiken. Hetgsen men krjjgt is bjj de verschillende Ministers niet even goed. Zoo deed de Minister Baffet b. v. zjjn veelbelaorendon naam weinig oer aan: bg hem kregen <'e journalisten slechts limnoade. Tijdens het pre sidentschap van Mac Mahon werd Siciliaanscbe wjjn aangebeden. Waldeck-Rousseau liet de champagne fDssche knallen en voorzag de hongerigen bovendien van een broodje, welk voorbeeld door Olémenceau gevolgd is. Maar dit was alles nog niets bjj wat de journalisten genoten in de dagen toen Oonstans op de Placo Beanvean h6ereohte. Die gouden dagen zullen bg den Parjjsohen reporter lang in herinnering bljjven. Toen kon men langs de wanden allerlei stillevens zien (en het brhoefde gelukkig niet louter gezichtsgenot te bljjven) van gebakken viscb, gebraad, taarten en vruchten. Wanneer men hiervan iets genomen had, kon men een glaasje fijnen wjjn ge bruiken, teiwjji elders thee en koffis te krjjgen was. En tnsschen do tafels lagen bergen sigaretten en bonbons, bg 't gebruiken waarvan men zich de matigheid niet tot UiJksMlddeleii. April is voor de sohatkist van bet Rjjk een vrjj voor- deelige maand geweest. Bjjna alle belastingen en heffingen hebben meer ingebracht dan in April 1905, te zamen bijna 5f ton er boven. Het greotste aandeel daarin hadden ditmaal de accjjnsen, n.l. bjjra 2J ton. Op da directe bjlastingen werd vooral aan b drjjfa- en vermogensbelasting f 141.000 meer aangezuiverd dan in April 1905aan invoerrechten is f 30.000, aan domeinen f 11.600, aan posterijen f 53.000, aan telegraphie 23.000, aan loodsgelden f 20.000 meer ontvangen. De indirecte belastingen toonea eon vooruitsrang van slechts f 45.500, omdat wel do zegelrechten f 37.000 en de registratie f25.000 meer gaven, maar de successie rechten f12.000 en de hypotheekrechten f4000 minder. Overziet men do opbrengst der vorloopen vier maanden, dan toont zjj al een sfjjgiug van ruim 16 ton b ven 1905. Bij een dorde deel der raming voor het geheele jaar is zjj echter nog ruim 5i millioan ten achter. Dit sohnilt ailoreerst in do directe belastingen, die ongeveer evenveel minder gaven, wat echtor in de laatste maanden van het jaar terecht komt. Voorts zjjn de successie rechten in 1906 nog J nrllioen ruim ten achter bjj 1905, zoodat de overige middelen te zamen al millioen boven eon derde hunner raming hebben opgebracht. Daaronder hebben ook de acojjnzen op nog geen f 3000 na het ramingscjjfer bereikt. De domeiuen zjjn nog f21.000 ten achter bjj 1905. He Katholieken en het Kfesrechtvraagstuk. Te Utrecht wordt den 28st n de jaarvergadering ge- honden van den algemeenen bond van Roomach-Kath. Kiesvereenigingen. 21 aangesloten vereenigingen hebben moties ingediend betreffende het kiosreohtvraagstuk. Het hoofdbestuur heeft de daarin vervatte wensehen geresu meerd en opgenomen in één motie van den volgenden inhoud: »de Algemeene Bond van R.-K. Kiesvereenigingen in Nederland; overwegende, dat door de tegenwoordige Regeering in de naaste toekomst in het vooruitzicht is gesteld een voorstel tot Grondwetsherziening, o.a. ten doel hebbende de regeling van het kiesrecht, aan den gewonen wetgever over te laten dat bet mitsdien te eeniger tjjd wenscheljjk en zelfs noodzakeljjk kan bljjken, dat de Algem. Bond van R.-K. Kiesvereenigingen in Nederland zich uitspreke over wjjzigingen in de wetteljjke bepalingen, regelende het kiesreoht, aan te brengen dat aan een dengdeljjke bespreking dezer quaostie in de kiesvereenigingen en den Bond een echrifteljjke voor bereiding zeer bevorderljjk moet zjjn; beslnit een commissie te benoemen van vjjf leden, aan welke wordt opgedragen de quaestie van het kieS' recht aan eon nauwkeurige stndie te onderwerpen, waar over eeu uitvoerig rapport nit te brengen en dit in te leveron bij het bestuur, uiterljjk binnen zes maanden na heden. Dit rapport worde door het bestuur, al of niet voorzien van zjjn opmerkingen, ter bespreking toegezonden aan de aangesloten kiesvereenigingen, ten einde een vrnchtbare discussie op de eerstvolgende algemeene ver gadering mogeljjk te maken.* Candidaten voor den Amsterdaaschen Uemecnteraad. Ondor leiding van haren voorzitter, den heer J. Ver- sluys, hield gisteravond de kiesvereeniging De Grondwet te Amsterdam een vergadoring tot het stellen van can- didaten voor den gemeenten raad, vacatures-Polak (dis trict 3), N. IJzerman en Blooker (distriot 6). De voor zitter zeide dat DeJGrondwet in district 3 geen eigen oan- didaat zal stellen. Voor de vaoature-Blooker (aftreding 1907) was als candidaat opgegeven jbr. mr. W. F. Rttall, directeur van de Maatschappij voor gemeentecrediet en schoolopziener te Amsterdam Jhr. mr. Röell werd tot candidaat van Grondwet in de vaoature-Blooker gepro clameerd. Voor de vacature-IJzerman werd aanbevolen de heer G. B. Posthumus Meyes. Deze werd met 1 stem tegen candidaat gesteld (aftredirg 1911). Do voorzitter deelde mede dat mr. Röell bericht heeft gezonden een eventneele candidatnnr te zallen aanvaar den, en dat er mede reden is te veronderstellen dat er ook bjj den heer Posthumus Meyes geen bezwaren bestaan. plicht behoefde te rekenon. Geen der reporters liet de gelegenheid natuurlijk ongebruikt voorbjjgaan, allen smnlden en den volgenden morgen werd den heer Oonstans in de bladen evenveel onaangenaams gezegdjals gewoonljjk. Deze ondankbaarheid bevestigde weer eens de waatheid van het gezegde dat de politiek het karakter slechter maakt. Dat is echter niet zoo erg dau wanneer de politiek niet kon samengaan met een goed humeur. Doch hiervoor bestaat geen gevaar. Dat wjj in goede stemming bljjven hebben wjj te danken aan dia bravo lieden, die bij het begin van iedere verkiesings campagne overal opduiken eu in den Btrgd om de gnnst van de kiezers znlke gekke bokkrsprongen maken, dat wij niet mot strakke gezichten kannen toezien en er do sombere, zwaar op-de handsche redevoeringen van de meer ernstige kiezers-wervers door vergeten. Deze weldoeners der menscbheid zjjn zoo talrjjk en het is zoo zeker dat ze bij iedere verkiezing zich weer zallen vertoonen, dat de Fracschen hun een naam meenden te moeten geven n.l, «Ciudidafs excentor'ques.» Van dit goaro candidaten zjjn de z.g «Loustic,* dn het in 't geheel er niet om te doen is een Kamerzetel te bsmac'atigen, doeh die slechts reclame-maken, die hnn 'naam rueoidena bekendheid willen gever, de minst interes santé. Dezulken geven min of meer flauwe aardigheden ten besto, waar men even om zal glimlacheu misschien of de schouders ophalen, al naar dat men is aangelegd maar die niets-zeggend bljjven. Anders is het met die candidaten, bjj wie de ongewilde honnr en de drang om zich op den voorgrond te plaatsen roortspruit uit heilige overtuiging. Dezulken behandelt men geheel anders omdat or in hun leeft em kinderlgk idealisme, dat soms aantrekt. Dat idealisme n t zich dikwgls in gezegden, ondoordacht, doch waarbjj toch het doel nitt geheel uit bet oog verloren is in de meeste gevallen echter laten zij hun phantasie zoo geheel den vrjjen loop, dat men slechts met wanhopige inspan ning er in slaagt het griezeltje werkeljjkheid, dat door zoo dik een navel is omhuld, in hetgeen zjj zeggen te ontdekken. Een Puijjsch verzameiaar, de heer Simon Brugal, had volhardingsvermogen genoeg om te onderzoeken, beter uit te pluizen, hetgeen deze miskende philantropen in hun programma's hebben neergelegd. Dat is een om In de gisteren gehouden zitting van de Eerste Kamer der Rechtbank te Amsterdam, diende de procedure van de effecten-firma S. van Marle Se Co., contra de Hol- landsche Hypotheekbank. Deze firma heeft de Directie van de Holl. Hypotheek bank gedagvaard tot afgifte van een nieuw couponbiad voov een in haar bezit zijnden pandbrief, De Holl. Hypo theekbank weigerde dit, omdat deze pandbrief behoort tot de zoogenaamde «gesignaleerde* stukken en stelde als tegeneisch afgifte van den pandbrief door de firma Van Marle, op grond dat die zon zjjn ontvreemd. Door de Holl. Hypotheekbank werd in den loop van het geding geconcludeerd tot verhoor op vraagpunten van de leden der eischende firma, teneinde te doen uit komen, dat zjj den bedoelden pandbrief van een der voor malige directeuren der Bink of van beide in beleening had genomen. De firma Van Marle achtte de gestelde vraagpanten niet ter zake dienende en drong derhalve aan op afdoening der zaak zelve, oonclndeerende tot toewjjzing der ingestelde vordering en niet-ontvankeljjk- verklariug van den eiech in reconventie (afgifte van den pandbrief.) De pleidooien, gevoerd door mrs. Garoli en Hazelhofl Roelfsema, liepen niet over de hoofdzaak, maar over het te berde gebrachte incident tot verhoor op vraagpanten. Mr. Roelfsema trad op namens de Hollandeche Hypo theekbank. Pleiter concludeerde tot afdoening van de ineidenteele vordering verhoor op vraagpunten zonder dat door de Rechtbank daarbjj op de hoofdzaak een beslissing zal worden genomen. Raad te Schemerhorn. Men schrjjft ons Maandag vergaderde de Raad van onze Gemeente. Aanwezig waren alls leden. Na opening door den voor zitter, waarbjj deze mededeelde, dat thans voor <3e eerste maal een vertegenwoordiger der pers de zitting bijwoonde, werden de notulen van de vorige vergadering gelezen, onveranderd goedgekeurd. De Secretaris deed daarna mededeeling dat bg de kas verificatie op 27 Maart 1.1. aanwezig was een bedrag van f 1954 57s bjj den Gemeente-Ontvanger, hetwelk vangrjjke stndie geweest, want. reeds van het begin van het parlementaire leven in Frankrjjk, is de «Candidat excentriqae» opgemerkt. Toen heette hjj Jacques of zooals hg zichzelf noemde «Cousin Jacques» en deed bg reeds pogingen om een zetel te bekomen in de Staten- generaal. Dit zou voor hem het middel zjjn om eeu reeks van hervormingen op de aarde tot stand te brengen. Dat was de eerste en hjj heeft een heir van volgelingen gekregen. Zoo wordt o.a. in het archief van den heer Btugal genoemd zekere Ciiailemagne Bejot. Deze wilde allen mannen de verplich'ing opleggen om voor huu 22ste jaar in het huweljjs te treden en minstens om de twee jaar nieuwe vadervreugde te beleven. Hoe deze grooionde bevolking moest worden gevoed, vond Bejot geen vraag die moeiljjkheden zon opleveren. Men behoefde slechts alle landwegen in Frankrjjk met ooftboomen te beplanten, met de vruohten daarvan kon do bevolking worden gevoed. Es» andere «Candidat exoeniriqua» Iiidor Cochon, bjjgenuamd Chambertin, wilde onder de MiddellandEche Z'.o door een bais laten aanleggjn, waardoor men de wjjn van Algiers naa* Frankrjjk zon kannen voeren en daar aftappen. Tapon-Fougas stelde weer iets anders aan dan kiezers voor. Hjj was enteur van dramatische werken of ver beeldde zich tenmiüEte dat te zjjn. Ook de economie was hem niet vreemd en het was hem zoodoende niet ontgaan dat een te groots ecbuldenl st aan de ontwikke ling der Republiek in den weg stond. Na zag hjj maar éér redmiddel: het Parlement moest een wet tot stand brengen, die alle Franache schouwburgen verplichtte om slechts stukken van hem op te voeren. Het aandeel in de winst voor don auteur zou hij afstaan aan den Minister van Financiën, die op deze wgza «binnen 150 200 jaar» de Republiek van den sohaldenl.st zou kunnen bevrijden. Om deze wet tot stand te doen komen moest Fougas echter eon kamerzetel hebben, waar men hem niet aan geholpen heeft. Eigenaardig is het dat juist met deze laatste vevkie- zingeu in Frankrjjk zion geen «Candidate exoentr.ques» hebben vertoond. (Naar Sigmund Feldman.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1906 | | pagina 1