No. 222. Honderd en achtste jaargang. 1906. DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. D ONDERDAG 20 SEPTEMBER. BINNENLAND." Deze Courant wordt eiken avondbehalve op Zon- en Feestdagenuitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80 franco door het geheele Kijk f I,—. Afzonderlijke nummers 3 Cents. Telefoonnummer 3. Prijs der gewone advertentiön Per regel f 0,10. Bij groote contracten rabat, Groote letters naar plaatsruimte. Brievon franco aan de N.|V. Boek- en Handelsdrukkerij v|h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam O 9. Zij die zich met 1 October a.s. op ons blad abonneeren, ontvan gen de tot dien datum verschijnende num mers gratis en franco. Loting voor de Nationale Militie. ■r. W v. d. Vlagt. ALKMAAR E COURANT. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente Alimaab brengen ter kennis van belanghebbenden dat de Iiotlag der in 19C6 alhier voor de lichting van 1907 foor de Militie ingeschrevenen zal geschieden op Woensdag It en Donderdag IS October aaa- •taande, ten itudhuize. Zjj worden mitsdien opgeroepen, om zich, voor tooveel betreft do h teling en uiier familienamen beginnen met de letter» A tot en met Q op Woensdag 17 October a.s. ds» voormiddags te 9 80 ure, en met de lettere R tot en met Z op Donderdag 18 October ae. dee voormiddags te 9.30 ure, aldaar te bevinden om te 1 o t e n en opgaven te doen van de redenen van vrijstelling, die zg ter zake van de Militie vermeenen te moeten inbrengen. Om vrijstelling wegens eigen militairen dienst of die van broeders te verkrjjgen, moet men overleggen een paspoort of ander bewjjs van ontslag, of een uittreksel alt het stamboek of een bewjji van werkeljjken dienst. Ter bekoming van vrijstelling wegens broederdienst moet men bovendien overleggen een getuigschrift van den Burgemeester, waaruit het getal zonen, tot het gezin behoorende, bljjkt. Eerstgenoemd bewijsstuk kan, zoo bet niet reeds in gevolge art. 39, derde lid van het K. B. van 2 Dec. 1901 (Staatsblad No. 230) onder den Burgemeester berust, tenminste tien dagen vóór den dag, waarop de zittiner van den Militieraad wordt geopend, worden ingeleverd bjj den Burgemeester der gemeente in welke de loteling, die vrijstelling verlangt wegens eigen militairen dienst of wegens broederdienst, voor de militie is ingesohreven. De opgave van een reden van vrijstelling bjj de loting ontslaat hem die vrijgesteld wenscbt te worden niet van de verplichting om bjj den Militieraad de reden van vrijstelling in te brengen, hetgeen in elk geval bjj dit college moet worden gedaan op het daarvoor bestemde tjjdstip. Zg die vermeenen vrijstelling te kunnen erlangen we gens broederdienst, moeten op Donderdag 15 NOV. e k-, des voormiddags te 10 ure, op het raadhuis versobjjnen, vergezeld van twee bjj den Burgemeester te goeder naam en faam bekend staande meerderjarige in gezetenen, die de vereischte getuigenis kunnen afleggen en het aldaar op te maken getuigschrift onderteekenen, terwjjl zg verplicht zjjn de noodige opgaven voor het op maken der stukken vóór 1 November a.s. ter secre tarie te verstrekken. De lotelingtn worden uitgenoodigd den oproepingsbrief bij de loting mede te brengen. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Alkmaar, G. RIPPING, Voorzitter. 19 Sept. 1906. DONATH, Secretaris. inspanning worden ook ditmaal van den Heere God u toegebeden en biermede heb ik de eer u te verzoeken den voorzitterstoel van mg te willen overnemen. De hter R e 11 nam den voorzitterstoel in met de volgende rede Mjjne heerenWaar het H. M. de Koningin heeft goedgedacht op uw vereerenda voordrecht mjj opnieuw te roepen tot het voorzitterschap dezer Kamer, daar wenech ik allereerst een woord van oprechten dank uit te spreken voor dit hernieuwd vereerend bewjjs van vertrouwen. Thans meer neg dan vroeger bekend met het gewicht, maar ook met de bezwaren van de eervolle taak, welke mg wederom wacht, doe ik met sterker aan drang dan het vorig jaar, maar ook op grond der door mij te dien aanzien opgedane ervaring met grooter ver trouwen op uw aller onm'skenbaren krachtigen steun. Wat mg zeiven betreft, wenrch ik mg te onthouden van een verklaring omtrent de wjjze, waarop ik zal trachten mjj van mjjn plioht te kwjjten. Ik zou daarmede Bleohts in herhalingen treden, maar ik verzoek o, Hooggeëerde Nestor dezer Kamer, wel de verzekering te willen aan nemen van mjjn erkentelijkheid voor de zeer hartelijke en vleiende woorden, door u tot mjj gericht. Wanneer ik daarin evenals in de wjjze waarop de vergadering jemeend heeft mjjne keuze te mostcn bevorderen, het lewjjs mag zien, dat ik niet tekort ben geschoten in de vervulling mjjner taak, dan zal dit getuigenis van dezen waardigen parlementairen veteraan steeds een prikkel voor mjj zjjn, op den ingeslagen weg voort te gaan. Vele en daaronder zeer gewichtige ontwerpen van wet en andere ontwerpon ten deele van vroegere jaren af komstig, ten deele in de troonrede aangekondigd, zullen door U behandeld moeten worden, en indien ntogeljjk tot beslissing rnoetsn worden gebraoht; De ervaring in het laatste zittingjaar opgedaan heeft zoo mogeljjk met meer klem nog dan vroeger de drin gende noodzakelijkheid aangetoond, dat wij in onze be raadslagingen die bondigheid betrachten, welke de dege lijkheid veeleer bevorderd en waarborgt, wel verie van ze uit te sluiten. Wjj hebben niet geaarzeld in bet belang van vruchtbare werkzaamheden wijziging te brengen in veeljarige en daardoor hoogst eerbiedwaardige parlemen taire gebruiken en gemeend daarbjj ook een beroep te mogen doen op de medewerking der Raadgevers van de Kroon, die ons daarbij de meest mogeljjke tegemoet koming hebben bswezen. Dat waarborgt mgn vertrouwen, dat ons streven voortdurend er op gericht zal zjjn die zelfbeperking in acht te nemen, die met een richtige behartiging der gewichtigs ons toevertrouwde belangen bestaanbaar zal bljjken. Met den wensch mjjne heeren, dat onze arbeid onder Gods zegen tot veelzijdig nut moge strekken voor ons gemeenschappelijk vaderland, verklaar ik bet voorzitterschap te aanvaarden. derate Kamer. Ares van antwoord op de Troonrede. liet gewjjzigd antwoord op de Troonrede luidt als volgt Mevrouw 1 De Eerste Kamer der Staton-Generaal verheugt zie'1 dat Uwe Majesteit, vergezeld van Zjjne Koninklijke Hoogheid den Prins der Nederlanden, de gewone zitting der Staten-Generaal in persoon heeft mogen openen. 2. Hebben de hevige watervloeden in de provinoiBn Zeeland en Friesland veel Bchade veroorzaakt, wjj danken Uwe Majesteit voor de wjjze, waarop Zg bjj het betoon van hulpvaardigheid Haar volk is voorgegaan. 3. Erkenteljjk zjjn wjj Uwe Majesteit voor de Medee- lingen, omtrent den toestand van het land en van de koloniBn, die, behoudens het otvermjjdeljjk optreden op Bali, waarvan wjj den goeden uitslag met vertrouwen tegemoet z'en, in menig opzicht tot tevredenheid stemmen. 4. Met belangstelling namen wjj kennis van de ver melding der vele en gewiohtige voorstellen van wet, door Uwe Majesteit aangekondigd en in bet vooruitzicht ge ateld. 5. Van harte beamen wjj den wenseb, van Uwe Majes teit, dat «nze arbeid onder Gods zegen bevorderlijk moge zjjn aan de belangen des volks. Tweede Kamer. De heer van Alphen, tjjdeljjk voorzitter, bekleedde den voorzitterstoel. De heer Drucker bracht verslag uit namens de commissie, belast met de aanbieding van de nominatie voor een voorzitter der Kamer aan H. M. de Koningin. De commissie had zich van haar taak gekweten en heeft van H. M. de Koningin do verzekering ontvangen, dat zjj zich onvrrwjjld met de benoeming zou bezighouden. De griflier deed voorlezing van het benoemingsbesluit van jhr. J. Röall tot voorzitter der Kamer. De waarnemende voorzitter, de heer van Alphen, hield hierop de volgende rede«hooggeachte heer Röall, onder uwe deskundige en welwillende leiding mochten wjj onze vorige zitting, die veel van uwe getrouwe toe wijding vergde, besluiten en wjj hebben het voorrecht daarop weder een vrgmoedig beroep te kunnen doen. Het behaagde H. M. de Koningin in aansluiting aan do gebleken wensch der Kamer, u ook voor de nieuwe zit ting met het voorzittenchap te bokleeden. U daarmede van barte gelukwenackende, vleien wjj ons zeker niet tovergeefs met uwe bereidvaardigheid om bjj de aan vaarding der benoeming talent en jjver or nieuw in 's lands belang ten dienste van den arbeid der Kamer te stellen. De ondersteuning uwer krachten en de zegen op uwe Ontslagname Van der Vlugt. Ingekomen was eon missieve van prof. Van der Vlngt, houdende bericht dat bg zjjn ontslag neemt als lid dezer Kamer wegens gezondheidsredenen op advies van zjjn geneesheer, om zjjn krachten verder uitsluitend.te wjjden aan het hoogleeraaisambt. Van daze missieve zal kennis wor'en gegeven aan den minister van Binnenlsndsche Zaken. De Voorzitter deed mededeeling van een aantal ingekomen wetsontwerpen en bescheiden. De vergadering werd gesloten. Wijziging der wet houdende regeling van de eamenstelling en bevoegdheid van den Raad van State. Een hiertoe strekkend wetsontwerp ia ingediend, in verband met de Grondweteherziening van 1887, waarbjj de beperking van de Grondwet van 1848, welke den Prins van Oranje slechts raadgevende stem in den Raad van State gaf, weder is opgeheven. De Grondwet van 1815 gaf n.l. den Prins van Oranje zitting van reohtswege in den Raad van State zonder beperking van zjjne bevoegd heid om te stemmen. Artikel 2 van de wet op den Raad van Stale, in welks eerste zinsnede werd opgenomen hetgeen de Grondwet vau 1848 in art. 71 omtrent den Prins van Oranje be paalde, behoorde in overeenstemming te worden gebraeh met art. 74 der Grondwet van 1887. Nu de beperking van den Prins van Oranje is ver' vallen, kan zjj ook vervallen voor die Prinsen van het Koninkljjk Huis, aan wie ingevolge esne Koninkljjke beschikking zitting in den Raad van State is veileend. De bestaande regeling geeft aan den zitting hebbenden Prins der Nederlanden eene min bevredigende stelling in de vergaderingen vaa den Raad van S'ate. Het komt de Regeering wensckeljjk voor, hieraan een bepaling toe te voegen waarbij zoowel san den Prins van Oranje als aan andere in den Raad van State zitting hebbende Prinsen de bevoeghoid wordt toegekend om naast het ruimere recht tot uitbrengen van een stem het beperkte recht van het uitbrengen eener advisearende stem, dat niet in het eerste ligt opgesloten, uit te oefenen. Door eene bepaling van deze strekking wordt door den wetgever met zooveel woorden te kennen gegeven, welke attributen aan bet richt om in den Raad van State zitting te hebben, verbonden zjjn, terwjjl er zich ook omstandigheden kunnen voordoen, waaronder het den zitting hebbenden Prins gewenscht kan voorkomen in eene zaak zich van het uitbrengen van eene beslissende stem te onthouden en zich tot een advies te bepalen. Voorts vervalt art. 27 der wet, waar de tegenwoordige Grondwet de daarin bedoelde vergadering, samengesteld uit den Raad van State en de hoofden der Ministerieel? Departementen niet meer kent terwjjl ook in verband hiermede de in art. 20 voorkomende verwjjzing naar art. 42 en 47 (thees art. 38 en 45) der Grondwet behooit te worden vervangen door eene veiwjjzing alleen naar art, 45. Wetten-Stapel. Na herlezing van de Troonrede van verleden jaar en vtrgeljjking met die van Dinsdag j.l. heeft de N. Ct. de volgende ljjstjes opgemaakt: Wetsontwerpen vermeld in de Troonrede van Sspt. 1905 en sedert ingediend of toen reeds aanhangig: Arbeidscontract. Bewjjs in burgerljjku zaken. Administratieve rechtspraak. Herziening militaire rechtspleging. Landbou w-ongevallen wet. Zeevissokery-verzekering. Opheffing tienden. Herziening Indisch tarief en Indische bedrjjfsbelasting. Mjjnwet voor Cara<;aoi Hierbjj zjjn natuurljjk nog op te tellen verscheidene nog aanhangige wetsontwerpen, die in de Troonrede geen speciale vermelding bekwamen. Wetsontwerpen, vermeld in de Troonrede van 1905, niet ingediend en niet opnieuw vermeld in de Troonrede van 1906 Herziening van Boek II Wetboek van KoophandeL Wetteljjke maatregelen tot invoering van de Militaire straf- en tuchtwetten. Armenwet. Bepalingon betreffendo vooroefening der jeugd, ten einde de mogelijkheid te openen om op den duur, door een verkorting van den diensttijd onder de wapenen, te geraken tot verhooging van het mililie-oontingent, geleidelijk voerende tot weerbaarheid van het geheele volk. Regeling om het daarheen te leiden, dat steeds ever oen jong en krachtig kader kan worden beschikt. Herziening art. 80 Grondwet. Hierbjj valt op te merken, dat inzake vooroefening der jeugd, evenals voor de Grondwetsherziening een staats commissie is benoemd. Laatstbedoelde werd in de Troon rede van 1905 aangekondigd, de andere niet. De nog niet ingediende doch reeds verleden jaar toe gezegde en thans herhaalde of nader aangeduide wets* intsontwerpen behoeven geen vermelding. Wol de nieuwe, thans aan het regeeringsprogram toegevoegd Herziening naamlooze vennootschappen (reeds bg de begrooting in 1905 toegezegd). Wjjziging wet vereeniging en vergadering (strekking onbekend). Wjjziging Wetboeken in verband met herziening Bewjjs. Berechting van kleine strafzaken. Wjjziging Woningwet (strekking onbekend)! Regeling banken van leening. Wjjziging Militiewet (strekking onbekend). Wjjziging Landweerwet (strekking onbekend). Gedeelteljjke drooglegging Zuiderzee. Arbeidsduur en nachtarbeid volwassen mannen. Herziening arbeids- en veiligheidswetten en alg. maat regelen (strekking onbekend). Onderzoek handelswaren en gebruikte artikelen. Een rjjksbureau tot bet doen onderzoeken van bandels waren en gebruiksartikelen, mede naar het verlangen van den Bond van den Handeldrjjvenden Middenstand zal worden opgerichtteneinde winkeliers en klein industrieelen de gelegenheid te geven hun handelswaren en gebruiksartikelen te doen onderzoeken en ook om over aangelegenheden haar bedrjjf betreffende, eventueel de noodige technische adviezen te kunnen inwinnen. De bedoeling is de onderzoekingen kosteloos te doen geschieden. Doi r het voorgestelde bureau wordt geens zins vooruitgeloopen op een eventueele levensmidde lenwet. In een brief van den heer v. d. Vlugt aan dsn Voorzitter der Leidsche kiesvereeniging zet hjj de redenen van zjjn bedanken uiteen. Hjj zegt daarin o.a. «Sedert ik in het nsjaar van 1904 voor de eerste maal mg bewast werd van in de voorafgegane zomervacaatie ernstig te zgn overwerkt, heb ik op allerlei wgzen gepoogd weer op mgn verhaal te komen. Die pogingen zgn helzas, tot op heden niet volledig geslaagd. Ik vrees te moeten zwichten voor dien categonschen en dringenden raad van erkende deskundigen en «al mj dus wel, zjj het met diep lefdwezen, verplicht rekenen ontslag te nemen als afgevaardigde van Leiden ter Tweede Kamer. Ten einde te voldoen aan den geest en niet slechts aan de letter van het ontvangen advies zal ik dan tevens mjjn ontslag moeten nemen uit den raad der gemeente. Ik vind echter eenigen troost in de gedaohte, dat de plaats die ik moet opgeven, door mjj nooh was gezocht noch zelfs begeerd, maar noode en op proef aanvaard uit plichtsgevoel. Nooit heb ik den kiezers iels auders beloofd dan dit met mjjne krachten het te willen beproeven en mgn best te zullen doen. Welnu, de proef heb ik genomen oa wat betreft de heloite van mjjn best te zullen doeu, ik moet vreezen dat het falen royner krachten wellioht aan een te veel in bet vervullen dier belofte is te wjjten geweest.* Mr. v. d. Vlagt dit ter aanvulling van ons bericht van gisteren werd op 2 Deoember 1902 (in de plaats I wjjlen den heer Van Kempen) bg herstemming met do zeer geringe meerderheid van 11 stemmen tot Kamerlid voor Leiden gekozen. Bjj de heistemming van 28 Juni 1905 was die meerderheid tot 203 stemmen aangegroeid De IV. Ct. zegt nog omtrent dit aftreden »Op welke wjjze ar. Van der Vlugt de hem opge dragen taak vervulde, behoeft niet in herinnering te worden gebracht. Op 50-jarigen leeftijd uit een rustigen wetenschappeljjken arbeid plotseling midden in het drukste politieke leven overgeplaatst, zag hjj zich daar terstond op den eersten raag gesteld en besefte, buiten gewoon nauwgezet en zichzelven de zwaarste eischen stellend usau, ten volle de verplichtingen die hem dit oplegde, nik moet vreezen zoo schrjjft hjj thans terecht dat het falen mjjner krachten wellicht aan een to veel in het vervullen mjiner belofte is te wjjten ge weeste Inderdaad, zoo is het. Wie, geljjk wjj, soms in de gelegenheid was een meer vertrouweljjken blik te slaan in zjjn wjjze van behartiging van 's lands belangen, weet met welke eerbiedwaardige nauwkeurigheidja pijnljjke zorg de voorbereiding van alles waarover hjj zjjn gedachten gaan liet, geschiedde. Vorm en inhoud zjjner redevoeringen waren geljjkeljjk verzorgdzelfs wat de repliek betreft, werd nagenoeg niets aan het toeval overgelaten. Zjjn welsprekendheid was van de klassieke schoolmachtig was de indruk, dien hjj maakte in de Kamer, aan andere redekunst allengs meer gewend. Zjjn rechtschapenheid en karakter waren bjj allen die met hem in aanraking kwamen, volkomen onverdacht en niemand hunner, die niet zal beseffen hoe zwaar het hem heeft moeten vallen, het werk dat hjj eenmaal op zich had genomen neer te leggen. Voor de groep vrjje liberalen is zjjn terugtreden een groot verlies. Hjj had, schoon zich in hun gezelschap volkomen thuis gevoelend, in hun midden toch een nieuwen toon aangeslagen die er gehoord mocht worden en weldadig aandeedden toon van het «critisch idea lisme*, waarvan hjj zich aanhanger bekende in zjjn voortreffelijke tjjdschrift-artikelen van de laatste jaren. Moge het hem gegeven zjjn, nu hjj de politiek voor goed den rug toekeert, zjjn groote gaven weder in volle gemoedsrust aan de wetenschap te wjjden en de onder wijstaak te hervatten, met welker vervulling hjj nog zooveel nut kan stichten. De jaren die hjj aan de staat kunde gaf, mag hjj niet als verloren beschouwen. Zjjn optreden heeft menigen jongere bezield; het laat in ons ssaatkundig leven sporen achter, die niet gemakkelijk uit te wisschen zjjn.« Vrouwelijke ambtenaren b(J den pont- en telegraafdienst. Terzake van het den dienst verlaten van vrouwelijke ambtenaren, die in het huweljjk treden, iB de minister van Waterstaat, blgkeas de memorie van toelichting tot zgn begrooting, van meening, dat de bestaande bepaling in het algemeen moet gehandhaafd worden, omdat, ter verzekering van een goeden gang vsn zaken, te allen tjjde over alle ambtenaren moet kannen beschikt worden, on verschillig waar en wanneer de administratie hen noodig heeft. Aan dezen eisch kan de gehawde vrouw niet be hoorlijk antwoorden, omdat zg bjj verplaatsing gedwon gen zou worden haar man en huisgezin te verlaten, waardoor misstanden in het leven zonden worden geroepen, te st.rker sprekend als in aanmerking genomen wordt dat vrouweljjke ambtenaren meermalen met manneljjke ambtenaren van hetzelfde dienstvak huwen, waardoor het gevaar van scheiding verdubbeld zou worden. Bovendien, een vrouweljjke ambtenaar, in staat van zwangerschap verkeerende, kan in verband met veelvuldige en plotselinge ongesteldheden niet in staat worden geacht om haar dienst Bteeds stipt op tjjd aan te vangen en dezen wegens de bjjzoudere inspanning, mede veroorzaakt door langduiig staan en heen en weer loopcn, geregeld en naar behooren waar te nemen, hetgeen niet kan nalaten oo den alge- meenen gang van den dienst een storenden invloed uit te oefenen. Daarbjj kemt, dat een vrouw, in genoemden staat verkeerende, niet op haar plaats kan worden geaoht op een kantoor, ncoh voor haar zelve, noch aan de loketten ter bediening van het pnbliek, noch in de dienstlokalen te midden van ambtenaarspersoneel van beiderlei kunne en van eiken leeftjjd. Aangezien deze bezwaren niet of in geringe mate gel den voor brievengaarsters is voor deze categorie van beambten de uitsluiting ingetrokken. Ten behoeve van de andere vrouweljjke beambten, wenecht de minister de bepaling te treffen, dat, als zjj den dienst in «ival van hnweljjk moeten verlaten, haar een geljjk bedrag zal worden uitgekeerd als zjj voor eigen pensioen bebben bjjgedragen, tenzjj ze minstens tien jaar mochten hebben gediend en alzoo krachtens de Burger). Pensioscwet aanspraak op pensioen kunnen doen gelden. Uit dien hoofde is f 6COO hooger uitgetrokken. Nieuw aauntgebouw. De minister van fioanciën heeft het voornemen binnen niet te langen tjjd aan de Staten-Generaal oen voorstal voor te leggen tot stichting van een nieuw muntgebouw. Christel. Mat. Werkasansboad. Gisterochtend ving in „Belvedère" te Amsterdam aan de tweedaagsohe jaarvergadering van den „Chris- telijkea Nationalon Werkmansbond." Uit het jaarverslag van den secretaris, den heer A. van Ooy, bleek dat 14 nieuwe afdeelingen gevormd werden en 5 afvielen. Het totale aantal afdeelingen bedraagt thans 105, met te zamen ruim 11,000 leden. Een provinciaal comité werd opgericht in Gelderland, terwijl do oprichting van een dergelijk comité ook voer Uttecf t werd voorberei I. Er zijn thans binnenkort 7 zulke comités. De voorzitter wees er op dat hoofdpunt van behan deling ditmaal zal zijn de behandeling van het Con- ceptprogram, dat bestemd is te worden do grondwet van don Bond. Hieruit moet blijken hoe wjj de sociale toestanden beschouwen en hoe wij verschillende vraag stukken opgelost willen zien. Vooral moet de Bond behouden en op den voorgrond stellen zjjn beslist christelijk karakter. Vooral ook zal zijn streven er steeds op gericht zgn van den invloed te niet te doeu van die zoogenaamde vrijheidshelden, die Nederlanders zonder vaderland, die veel bolooven maar de arbeiders aan den leiband houden zonder hun iets te geven. Spr. wekte op, om irouw te blijven aan het devies. Met God, voor Vaderland en Oranje Aan de Koningii werd daarna onder luid applaus een telegram van hulde verzonden. Aan het verslag van den penningmeester, den beer

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1906 | | pagina 1