No. 222.
Honderd en achtste jaargang.
1906.
DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
D ONDERDAG
20 SEPTEMBER.
BINNENLAND."
Deze Courant wordt eiken avondbehalve op Zon- en
Feestdagenuitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden
voor Alkmaar f 0,80 franco door het geheele Kijk f I,—.
Afzonderlijke nummers 3 Cents.
Telefoonnummer 3.
Prijs der gewone advertentiön
Per regel f 0,10. Bij groote contracten rabat, Groote
letters naar plaatsruimte.
Brievon franco aan de N.|V. Boek- en Handelsdrukkerij
v|h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam O 9.
Zij die zich met 1 October a.s.
op ons blad abonneeren, ontvan
gen de tot dien datum verschijnende num
mers gratis en franco.
Loting voor de Nationale Militie.
■r. W v. d. Vlagt.
ALKMAAR
E COURANT.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente
Alimaab brengen ter kennis van belanghebbenden dat
de Iiotlag der in 19C6 alhier voor de lichting van
1907 foor de Militie ingeschrevenen zal geschieden op
Woensdag It en Donderdag IS October aaa-
•taande, ten itudhuize.
Zjj worden mitsdien opgeroepen, om zich, voor tooveel
betreft do h teling en uiier familienamen beginnen met de
letter» A tot en met Q op Woensdag 17 October a.s. ds»
voormiddags te 9 80 ure, en met de lettere R tot en met Z
op Donderdag 18 October ae. dee voormiddags te 9.30 ure,
aldaar te bevinden om te 1 o t e n en opgaven te doen
van de redenen van vrijstelling, die zg ter zake van de
Militie vermeenen te moeten inbrengen.
Om vrijstelling wegens eigen militairen dienst of die
van broeders te verkrjjgen, moet men overleggen een
paspoort of ander bewjjs van ontslag, of een uittreksel
alt het stamboek of een bewjji van werkeljjken dienst.
Ter bekoming van vrijstelling wegens broederdienst
moet men bovendien overleggen een getuigschrift van
den Burgemeester, waaruit het getal zonen, tot het gezin
behoorende, bljjkt.
Eerstgenoemd bewijsstuk kan, zoo bet niet reeds in
gevolge art. 39, derde lid van het K. B. van 2 Dec.
1901 (Staatsblad No. 230) onder den Burgemeester berust,
tenminste tien dagen vóór den dag, waarop de zittiner
van den Militieraad wordt geopend, worden ingeleverd
bjj den Burgemeester der gemeente in welke de loteling,
die vrijstelling verlangt wegens eigen militairen dienst of
wegens broederdienst, voor de militie is ingesohreven.
De opgave van een reden van vrijstelling bjj de loting
ontslaat hem die vrijgesteld wenscbt te worden niet van
de verplichting om bjj den Militieraad de reden van
vrijstelling in te brengen, hetgeen in elk geval bjj dit
college moet worden gedaan op het daarvoor bestemde
tjjdstip.
Zg die vermeenen vrijstelling te kunnen erlangen we
gens broederdienst, moeten op Donderdag 15
NOV. e k-, des voormiddags te 10 ure, op het raadhuis
versobjjnen, vergezeld van twee bjj den Burgemeester te
goeder naam en faam bekend staande meerderjarige in
gezetenen, die de vereischte getuigenis kunnen afleggen
en het aldaar op te maken getuigschrift onderteekenen,
terwjjl zg verplicht zjjn de noodige opgaven voor het op
maken der stukken vóór 1 November a.s. ter secre
tarie te verstrekken.
De lotelingtn worden uitgenoodigd den oproepingsbrief
bij de loting mede te brengen.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, G. RIPPING, Voorzitter.
19 Sept. 1906. DONATH, Secretaris.
inspanning worden ook ditmaal van den Heere God u
toegebeden en biermede heb ik de eer u te verzoeken
den voorzitterstoel van mg te willen overnemen.
De hter R e 11 nam den voorzitterstoel in met de
volgende rede
Mjjne heerenWaar het H. M. de Koningin heeft
goedgedacht op uw vereerenda voordrecht mjj opnieuw
te roepen tot het voorzitterschap dezer Kamer, daar
wenech ik allereerst een woord van oprechten dank uit
te spreken voor dit hernieuwd vereerend bewjjs van
vertrouwen. Thans meer neg dan vroeger bekend met
het gewicht, maar ook met de bezwaren van de eervolle
taak, welke mg wederom wacht, doe ik met sterker aan
drang dan het vorig jaar, maar ook op grond der door
mij te dien aanzien opgedane ervaring met grooter ver
trouwen op uw aller onm'skenbaren krachtigen steun.
Wat mg zeiven betreft, wenrch ik mg te onthouden van
een verklaring omtrent de wjjze, waarop ik zal trachten
mjj van mjjn plioht te kwjjten. Ik zou daarmede Bleohts
in herhalingen treden, maar ik verzoek o, Hooggeëerde
Nestor dezer Kamer, wel de verzekering te willen aan
nemen van mjjn erkentelijkheid voor de zeer hartelijke
en vleiende woorden, door u tot mjj gericht. Wanneer
ik daarin evenals in de wjjze waarop de vergadering
jemeend heeft mjjne keuze te mostcn bevorderen, het
lewjjs mag zien, dat ik niet tekort ben geschoten in de
vervulling mjjner taak, dan zal dit getuigenis van dezen
waardigen parlementairen veteraan steeds een prikkel
voor mjj zjjn, op den ingeslagen weg voort te gaan.
Vele en daaronder zeer gewichtige ontwerpen van wet
en andere ontwerpon ten deele van vroegere jaren af
komstig, ten deele in de troonrede aangekondigd, zullen
door U behandeld moeten worden, en indien ntogeljjk
tot beslissing rnoetsn worden gebraoht;
De ervaring in het laatste zittingjaar opgedaan heeft
zoo mogeljjk met meer klem nog dan vroeger de drin
gende noodzakelijkheid aangetoond, dat wij in onze be
raadslagingen die bondigheid betrachten, welke de dege
lijkheid veeleer bevorderd en waarborgt, wel verie van
ze uit te sluiten. Wjj hebben niet geaarzeld in bet belang
van vruchtbare werkzaamheden wijziging te brengen in
veeljarige en daardoor hoogst eerbiedwaardige parlemen
taire gebruiken en gemeend daarbjj ook een beroep te
mogen doen op de medewerking der Raadgevers van de
Kroon, die ons daarbij de meest mogeljjke tegemoet
koming hebben bswezen. Dat waarborgt mgn vertrouwen,
dat ons streven voortdurend er op gericht zal zjjn die
zelfbeperking in acht te nemen, die met een richtige
behartiging der gewichtigs ons toevertrouwde belangen
bestaanbaar zal bljjken. Met den wensch mjjne heeren,
dat onze arbeid onder Gods zegen tot veelzijdig nut moge
strekken voor ons gemeenschappelijk vaderland, verklaar
ik bet voorzitterschap te aanvaarden.
derate Kamer.
Ares van antwoord op de Troonrede.
liet gewjjzigd antwoord op de Troonrede luidt als
volgt
Mevrouw 1
De Eerste Kamer der Staton-Generaal verheugt zie'1
dat Uwe Majesteit, vergezeld van Zjjne Koninklijke
Hoogheid den Prins der Nederlanden, de gewone zitting
der Staten-Generaal in persoon heeft mogen openen.
2. Hebben de hevige watervloeden in de provinoiBn
Zeeland en Friesland veel Bchade veroorzaakt, wjj danken
Uwe Majesteit voor de wjjze, waarop Zg bjj het betoon
van hulpvaardigheid Haar volk is voorgegaan.
3. Erkenteljjk zjjn wjj Uwe Majesteit voor de Medee-
lingen, omtrent den toestand van het land en van de
koloniBn, die, behoudens het otvermjjdeljjk optreden op
Bali, waarvan wjj den goeden uitslag met vertrouwen
tegemoet z'en, in menig opzicht tot tevredenheid stemmen.
4. Met belangstelling namen wjj kennis van de ver
melding der vele en gewiohtige voorstellen van wet, door
Uwe Majesteit aangekondigd en in bet vooruitzicht ge
ateld.
5. Van harte beamen wjj den wenseb, van Uwe Majes
teit, dat «nze arbeid onder Gods zegen bevorderlijk moge
zjjn aan de belangen des volks.
Tweede Kamer.
De heer van Alphen, tjjdeljjk voorzitter, bekleedde
den voorzitterstoel.
De heer Drucker bracht verslag uit namens de
commissie, belast met de aanbieding van de nominatie
voor een voorzitter der Kamer aan H. M. de Koningin.
De commissie had zich van haar taak gekweten en heeft
van H. M. de Koningin do verzekering ontvangen, dat
zjj zich onvrrwjjld met de benoeming zou bezighouden.
De griflier deed voorlezing van het benoemingsbesluit
van jhr. J. Röall tot voorzitter der Kamer.
De waarnemende voorzitter, de heer van Alphen,
hield hierop de volgende rede«hooggeachte heer Röall,
onder uwe deskundige en welwillende leiding mochten
wjj onze vorige zitting, die veel van uwe getrouwe toe
wijding vergde, besluiten en wjj hebben het voorrecht
daarop weder een vrgmoedig beroep te kunnen doen.
Het behaagde H. M. de Koningin in aansluiting aan do
gebleken wensch der Kamer, u ook voor de nieuwe zit
ting met het voorzittenchap te bokleeden. U daarmede
van barte gelukwenackende, vleien wjj ons zeker niet
tovergeefs met uwe bereidvaardigheid om bjj de aan
vaarding der benoeming talent en jjver or nieuw in 's lands
belang ten dienste van den arbeid der Kamer te stellen.
De ondersteuning uwer krachten en de zegen op uwe
Ontslagname Van der Vlugt.
Ingekomen was eon missieve van prof. Van der Vlngt,
houdende bericht dat bg zjjn ontslag neemt als lid dezer
Kamer wegens gezondheidsredenen op advies van zjjn
geneesheer, om zjjn krachten verder uitsluitend.te wjjden
aan het hoogleeraaisambt. Van daze missieve zal kennis
wor'en gegeven aan den minister van Binnenlsndsche
Zaken.
De Voorzitter deed mededeeling van een aantal
ingekomen wetsontwerpen en bescheiden.
De vergadering werd gesloten.
Wijziging der wet houdende regeling van de eamenstelling
en bevoegdheid van den Raad van State.
Een hiertoe strekkend wetsontwerp ia ingediend, in
verband met de Grondweteherziening van 1887, waarbjj
de beperking van de Grondwet van 1848, welke den Prins
van Oranje slechts raadgevende stem in den Raad van
State gaf, weder is opgeheven. De Grondwet van 1815
gaf n.l. den Prins van Oranje zitting van reohtswege in
den Raad van State zonder beperking van zjjne bevoegd
heid om te stemmen.
Artikel 2 van de wet op den Raad van Stale, in welks
eerste zinsnede werd opgenomen hetgeen de Grondwet
vau 1848 in art. 71 omtrent den Prins van Oranje be
paalde, behoorde in overeenstemming te worden gebraeh
met art. 74 der Grondwet van 1887.
Nu de beperking van den Prins van Oranje is ver'
vallen, kan zjj ook vervallen voor die Prinsen van het
Koninkljjk Huis, aan wie ingevolge esne Koninkljjke
beschikking zitting in den Raad van State is veileend.
De bestaande regeling geeft aan den zitting hebbenden
Prins der Nederlanden eene min bevredigende stelling in
de vergaderingen vaa den Raad van S'ate.
Het komt de Regeering wensckeljjk voor, hieraan een
bepaling toe te voegen waarbij zoowel san den Prins van
Oranje als aan andere in den Raad van State zitting
hebbende Prinsen de bevoeghoid wordt toegekend om
naast het ruimere recht tot uitbrengen van een stem het
beperkte recht van het uitbrengen eener advisearende
stem, dat niet in het eerste ligt opgesloten, uit te oefenen.
Door eene bepaling van deze strekking wordt door den
wetgever met zooveel woorden te kennen gegeven, welke
attributen aan bet richt om in den Raad van State
zitting te hebben, verbonden zjjn, terwjjl er zich ook
omstandigheden kunnen voordoen, waaronder het den
zitting hebbenden Prins gewenscht kan voorkomen in
eene zaak zich van het uitbrengen van eene beslissende
stem te onthouden en zich tot een advies te bepalen.
Voorts vervalt art. 27 der wet, waar de tegenwoordige
Grondwet de daarin bedoelde vergadering, samengesteld
uit den Raad van State en de hoofden der Ministerieel?
Departementen niet meer kent terwjjl ook in verband
hiermede de in art. 20 voorkomende verwjjzing naar art.
42 en 47 (thees art. 38 en 45) der Grondwet behooit
te worden vervangen door eene veiwjjzing alleen naar
art, 45.
Wetten-Stapel.
Na herlezing van de Troonrede van verleden jaar en
vtrgeljjking met die van Dinsdag j.l. heeft de N. Ct.
de volgende ljjstjes opgemaakt:
Wetsontwerpen vermeld in de Troonrede van Sspt.
1905 en sedert ingediend of toen reeds aanhangig:
Arbeidscontract.
Bewjjs in burgerljjku zaken.
Administratieve rechtspraak.
Herziening militaire rechtspleging.
Landbou w-ongevallen wet.
Zeevissokery-verzekering.
Opheffing tienden.
Herziening Indisch tarief en Indische bedrjjfsbelasting.
Mjjnwet voor Cara<;aoi
Hierbjj zjjn natuurljjk nog op te tellen verscheidene
nog aanhangige wetsontwerpen, die in de Troonrede geen
speciale vermelding bekwamen.
Wetsontwerpen, vermeld in de Troonrede van 1905,
niet ingediend en niet opnieuw vermeld in de Troonrede
van 1906
Herziening van Boek II Wetboek van KoophandeL
Wetteljjke maatregelen tot invoering van de Militaire
straf- en tuchtwetten.
Armenwet.
Bepalingon betreffendo vooroefening der jeugd, ten
einde de mogelijkheid te openen om op den duur, door
een verkorting van den diensttijd onder de wapenen,
te geraken tot verhooging van het mililie-oontingent,
geleidelijk voerende tot weerbaarheid van het geheele
volk.
Regeling om het daarheen te leiden, dat steeds ever
oen jong en krachtig kader kan worden beschikt.
Herziening art. 80 Grondwet.
Hierbjj valt op te merken, dat inzake vooroefening der
jeugd, evenals voor de Grondwetsherziening een staats
commissie is benoemd. Laatstbedoelde werd in de Troon
rede van 1905 aangekondigd, de andere niet.
De nog niet ingediende doch reeds verleden jaar toe
gezegde en thans herhaalde of nader aangeduide wets*
intsontwerpen behoeven geen vermelding. Wol de nieuwe,
thans aan het regeeringsprogram toegevoegd
Herziening naamlooze vennootschappen (reeds bg de
begrooting in 1905 toegezegd).
Wjjziging wet vereeniging en vergadering (strekking
onbekend).
Wjjziging Wetboeken in verband met herziening Bewjjs.
Berechting van kleine strafzaken.
Wjjziging Woningwet (strekking onbekend)!
Regeling banken van leening.
Wjjziging Militiewet (strekking onbekend).
Wjjziging Landweerwet (strekking onbekend).
Gedeelteljjke drooglegging Zuiderzee.
Arbeidsduur en nachtarbeid volwassen mannen.
Herziening arbeids- en veiligheidswetten en alg. maat
regelen (strekking onbekend).
Onderzoek handelswaren en gebruikte
artikelen.
Een rjjksbureau tot bet doen onderzoeken van bandels
waren en gebruiksartikelen, mede naar het verlangen
van den Bond van den Handeldrjjvenden Middenstand
zal worden opgerichtteneinde winkeliers en klein
industrieelen de gelegenheid te geven hun handelswaren
en gebruiksartikelen te doen onderzoeken en ook om
over aangelegenheden haar bedrjjf betreffende, eventueel
de noodige technische adviezen te kunnen inwinnen.
De bedoeling is de onderzoekingen kosteloos te doen
geschieden. Doi r het voorgestelde bureau wordt geens
zins vooruitgeloopen op een eventueele levensmidde
lenwet.
In een brief van den heer v. d. Vlugt aan dsn Voorzitter
der Leidsche kiesvereeniging zet hjj de redenen van zjjn
bedanken uiteen. Hjj zegt daarin o.a.
«Sedert ik in het nsjaar van 1904 voor de eerste maal
mg bewast werd van in de voorafgegane zomervacaatie
ernstig te zgn overwerkt, heb ik op allerlei wgzen gepoogd
weer op mgn verhaal te komen.
Die pogingen zgn helzas, tot op heden niet volledig
geslaagd.
Ik vrees te moeten zwichten voor dien categonschen
en dringenden raad van erkende deskundigen en «al mj
dus wel, zjj het met diep lefdwezen, verplicht rekenen
ontslag te nemen als afgevaardigde van Leiden ter Tweede
Kamer. Ten einde te voldoen aan den geest en niet slechts
aan de letter van het ontvangen advies zal ik dan tevens
mjjn ontslag moeten nemen uit den raad der gemeente.
Ik vind echter eenigen troost in de gedaohte, dat de
plaats die ik moet opgeven, door mjj nooh was gezocht
noch zelfs begeerd, maar noode en op proef aanvaard uit
plichtsgevoel.
Nooit heb ik den kiezers iels auders beloofd dan dit
met mjjne krachten het te willen beproeven en mgn best
te zullen doen. Welnu, de proef heb ik genomen oa wat
betreft de heloite van mjjn best te zullen doeu, ik moet
vreezen dat het falen royner krachten wellioht aan een
te veel in bet vervullen dier belofte is te wjjten geweest.*
Mr. v. d. Vlagt dit ter aanvulling van ons bericht
van gisteren werd op 2 Deoember 1902 (in de plaats
I wjjlen den heer Van Kempen) bg herstemming met do
zeer geringe meerderheid van 11 stemmen tot Kamerlid
voor Leiden gekozen. Bjj de heistemming van 28 Juni
1905 was die meerderheid tot 203 stemmen aangegroeid
De IV. Ct. zegt nog omtrent dit aftreden
»Op welke wjjze ar. Van der Vlugt de hem opge
dragen taak vervulde, behoeft niet in herinnering te
worden gebracht. Op 50-jarigen leeftijd uit een rustigen
wetenschappeljjken arbeid plotseling midden in het
drukste politieke leven overgeplaatst, zag hjj zich daar
terstond op den eersten raag gesteld en besefte, buiten
gewoon nauwgezet en zichzelven de zwaarste eischen
stellend usau, ten volle de verplichtingen die hem dit
oplegde, nik moet vreezen zoo schrjjft hjj thans terecht
dat het falen mjjner krachten wellicht aan een to
veel in het vervullen mjiner belofte is te wjjten ge
weeste Inderdaad, zoo is het. Wie, geljjk wjj, soms in
de gelegenheid was een meer vertrouweljjken blik te
slaan in zjjn wjjze van behartiging van 's lands belangen,
weet met welke eerbiedwaardige nauwkeurigheidja
pijnljjke zorg de voorbereiding van alles waarover hjj
zjjn gedachten gaan liet, geschiedde. Vorm en inhoud
zjjner redevoeringen waren geljjkeljjk verzorgdzelfs
wat de repliek betreft, werd nagenoeg niets aan het
toeval overgelaten. Zjjn welsprekendheid was van de
klassieke schoolmachtig was de indruk, dien hjj maakte
in de Kamer, aan andere redekunst allengs meer gewend.
Zjjn rechtschapenheid en karakter waren bjj allen die
met hem in aanraking kwamen, volkomen onverdacht en
niemand hunner, die niet zal beseffen hoe zwaar het
hem heeft moeten vallen, het werk dat hjj eenmaal op
zich had genomen neer te leggen.
Voor de groep vrjje liberalen is zjjn terugtreden een
groot verlies. Hjj had, schoon zich in hun gezelschap
volkomen thuis gevoelend, in hun midden toch een
nieuwen toon aangeslagen die er gehoord mocht worden
en weldadig aandeedden toon van het «critisch idea
lisme*, waarvan hjj zich aanhanger bekende in zjjn
voortreffelijke tjjdschrift-artikelen van de laatste jaren.
Moge het hem gegeven zjjn, nu hjj de politiek voor
goed den rug toekeert, zjjn groote gaven weder in volle
gemoedsrust aan de wetenschap te wjjden en de onder
wijstaak te hervatten, met welker vervulling hjj nog
zooveel nut kan stichten. De jaren die hjj aan de staat
kunde gaf, mag hjj niet als verloren beschouwen. Zjjn
optreden heeft menigen jongere bezield; het laat in ons
ssaatkundig leven sporen achter, die niet gemakkelijk
uit te wisschen zjjn.«
Vrouwelijke ambtenaren b(J den
pont- en telegraafdienst.
Terzake van het den dienst verlaten van vrouwelijke
ambtenaren, die in het huweljjk treden, iB de minister
van Waterstaat, blgkeas de memorie van toelichting tot
zgn begrooting, van meening, dat de bestaande bepaling
in het algemeen moet gehandhaafd worden, omdat, ter
verzekering van een goeden gang vsn zaken, te allen tjjde
over alle ambtenaren moet kannen beschikt worden, on
verschillig waar en wanneer de administratie hen noodig
heeft. Aan dezen eisch kan de gehawde vrouw niet be
hoorlijk antwoorden, omdat zg bjj verplaatsing gedwon
gen zou worden haar man en huisgezin te verlaten,
waardoor misstanden in het leven zonden worden geroepen,
te st.rker sprekend als in aanmerking genomen wordt
dat vrouweljjke ambtenaren meermalen met manneljjke
ambtenaren van hetzelfde dienstvak huwen, waardoor het
gevaar van scheiding verdubbeld zou worden. Bovendien,
een vrouweljjke ambtenaar, in staat van zwangerschap
verkeerende, kan in verband met veelvuldige en plotselinge
ongesteldheden niet in staat worden geacht om haar dienst
Bteeds stipt op tjjd aan te vangen en dezen wegens de
bjjzoudere inspanning, mede veroorzaakt door langduiig
staan en heen en weer loopcn, geregeld en naar behooren
waar te nemen, hetgeen niet kan nalaten oo den alge-
meenen gang van den dienst een storenden invloed uit
te oefenen.
Daarbjj kemt, dat een vrouw, in genoemden staat
verkeerende, niet op haar plaats kan worden geaoht op
een kantoor, ncoh voor haar zelve, noch aan de loketten
ter bediening van het pnbliek, noch in de dienstlokalen
te midden van ambtenaarspersoneel van beiderlei kunne
en van eiken leeftjjd.
Aangezien deze bezwaren niet of in geringe mate gel
den voor brievengaarsters is voor deze categorie van
beambten de uitsluiting ingetrokken.
Ten behoeve van de andere vrouweljjke beambten,
wenecht de minister de bepaling te treffen, dat, als zjj
den dienst in «ival van hnweljjk moeten verlaten, haar
een geljjk bedrag zal worden uitgekeerd als zjj voor
eigen pensioen bebben bjjgedragen, tenzjj ze minstens tien
jaar mochten hebben gediend en alzoo krachtens de
Burger). Pensioscwet aanspraak op pensioen kunnen doen
gelden.
Uit dien hoofde is f 6COO hooger uitgetrokken.
Nieuw aauntgebouw.
De minister van fioanciën heeft het voornemen binnen
niet te langen tjjd aan de Staten-Generaal oen voorstal
voor te leggen tot stichting van een nieuw muntgebouw.
Christel. Mat. Werkasansboad.
Gisterochtend ving in „Belvedère" te Amsterdam
aan de tweedaagsohe jaarvergadering van den „Chris-
telijkea Nationalon Werkmansbond."
Uit het jaarverslag van den secretaris, den heer A.
van Ooy, bleek dat 14 nieuwe afdeelingen gevormd
werden en 5 afvielen. Het totale aantal afdeelingen
bedraagt thans 105, met te zamen ruim 11,000 leden.
Een provinciaal comité werd opgericht in Gelderland,
terwijl do oprichting van een dergelijk comité ook voer
Uttecf t werd voorberei I. Er zijn thans binnenkort 7
zulke comités.
De voorzitter wees er op dat hoofdpunt van behan
deling ditmaal zal zijn de behandeling van het Con-
ceptprogram, dat bestemd is te worden do grondwet
van don Bond. Hieruit moet blijken hoe wjj de sociale
toestanden beschouwen en hoe wij verschillende vraag
stukken opgelost willen zien. Vooral moet de Bond
behouden en op den voorgrond stellen zjjn beslist
christelijk karakter. Vooral ook zal zijn streven er
steeds op gericht zgn van den invloed te niet te doeu
van die zoogenaamde vrijheidshelden, die Nederlanders
zonder vaderland, die veel bolooven maar de arbeiders
aan den leiband houden zonder hun iets te geven.
Spr. wekte op, om irouw te blijven aan het devies.
Met God, voor Vaderland en Oranje
Aan de Koningii werd daarna onder luid applaus
een telegram van hulde verzonden.
Aan het verslag van den penningmeester, den beer