No. 1. Honderd en negende jaargang. 1907. DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. 1 a Drie levens. »rNsIi.d|B"b"" V"» Zi"*1 Prijs der gewane advertentiën WOENSDAG 2 JANUARI. FEUILLETON. BINNENLAND. V.«'Ubiï sïf' h""" V"" Deze Courant wordt eiken avondbehalve op Zon- en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f 0,36franco door het geheele Rijk f Afzonderlijke nummers 3 Cents. Telefoonnummer 3. Per regel f 0,10. By groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N.|V. Boek- en Handelsdrukkerij v[h. HERMs. OOSTER ZOONVoordam O 9. Onderzoek geoefendheid ter verkrijging van Militaire Getuigschriften. Aan de jongelieden, die zich voor het deelnemen aan bovengenoemd onderzoek hebb m aangemeld, wordt kennis aegeven, dat zij z'ch tot het doen van Ex*m*n, ter verkrjjgine van militaire getuigschriften, op Zaterdag 19 Januari a.s., des voormiddars 9s/4 nar, moeten gaumelden aan de infanterie kazerne binnen het fort „fürfprlns" te HJLliUB. Alkmaar, De Bargem -ester van Alkmaar, 28 Deo. 1906. G. RIPPING. Alkmaab, 2 Janaari. 1907 zal ons waarschjjnlgk een tweede vredas-oonfe- rentie brengen. Reeds in 1905 is het voorstel tot deze conferentie gedaan en wel door president Roosevelt, den winnaar van den laatsten Nobelprjjs voor den vrede. De Tsaar, die het initiatief nam voor de Haagsche conferentie van 1899, zou ook thans de mogendheden bijeenroepen, zoo- dra het geschikte oogenblik daar was, want 1903 kon niet alszoodanig in aanmerking komen. In April van het afgeloopen jaar kwam de Tsaar met een ontwerp- program voor deze conferentie, die echter door ver schillende omstandigheden werd versohoven. Dit jaar zal zjj, behondens onvoorziene omstandigheden, te Den Haag plaats hebben. Over de eerste conferentie is veel in spottenden zin gesproken. Men vond, dat de heeren, die in Mei, Juni en Juli in onze hofstad bjjeen kwamen, te veel aten en dronken, te weinig vergaderden, te veel zorgden voor zichzelf, ts weinig dachten aan de naties, welker heil zjj moesten betrachten. En toen spoedig daarop de schandelijke Boerenoorlog uitbrak, sprak men van een ironie en toen enkele jaren daarna de geestelijke vader der conferentie in een bloedige» kijjg werd gewikkeld van een bittere ironie. Maar men vergat, dat het nog maar een eerste peging was, dat in elk geval de moge lgkheid tot het bjj leggen van geschillen, waaruit oorlogen kunnen voortvloeien, werd geopend en dat uit de oor logen zelf de allerwreedste strijdmiddelen werden ver bannen. Dat was althans iets en op dat iets moet worden voortgebouwd. Want wie ziet als Tacitus in den oorlog nog een opvoeder van de menschheid? Wie denkt alsMoltke dat de eeuwige vrede een leelgke droom is en dat in den oorlog de edelste deugden van den mensch aan den dag komen? Hun aanfal wordt steeds minder. Zooals wg in het Oudejaarsavond-artikeltje schreven: »Er is onder de vol keren een groote neiging naar het behoud van den vrede en die neiging manifesteert zich steeds meer en steeds' sterker.» Doch over de wjjze, waarop de vrede kan worden gehandhaafd, loopen de mesairgea zeer uiteen. De praktjjk heeft ons gedreven naar den gewapenden vrede: de bests waarborg voor den vrede, onder de tegenwoordige omstandigheden is, steeds gereed te zjjn tot den oorlog. Maar het groote nadeel hiervan is, dat deze gewapende vrede duur wordt gekocht. De legers en vlooten worden voortdurend vergroot en de kosten daardoor steeds verhoogd. Wanneer me» aldus doorgaat, moet met tot een droevig einde komen. Men kan zoggen, dat een natie, die zjjn oorlogauitgaven opdrgft, handelt als de man die ter zgner verdediging een knuppel had en dezen met jjzer ging beslaan, almaar door, totda': hg niet meer in staat was het verdedigingsmiddel te hanteeren. Men kan ook het eigenaardige beeld van den Franschen staatsman Gam- betta gebruiken, dat n.l. het mensohdom zal eindi gen met te zjjn een bedelaar, die straatarm om Er wordt veel gesproken en geschreven om aan dezen versohrikkelgken eind-toestand en aan den tegen woord igen duren toestand, te ontkomen. Dooh het jniste middel is nog steeds niet gevonden. Dienstweigering kan niet alB zoodan g in aanmerking komen. Hot (enigs wat practisoh aangewend zou kunnen worden ie beperking van leger- en vloot-uitgaven. Maar wie zal voor een aantienlijke beperking het initiatief nemen Dat is de groote vraag, welke de verwezenlgking van alle vredes-ideeën of afschaffiugs-denkboelden in den weg staat. Nu is gisteren William Stead met een nieuw voorstel gekomen. De heer Stead is de moedige Engelschman, die tjjdens den Zuid-Afrikaanschen oorlog der Boeren zaak krachtig verdedigde, dook die van zgn destgds verworven sympathie veel heeft ingeboet door ds wjjze, waarop hg de daden der Russische rogeering in hot afgeloopen jaar heeft trachten te vevgoelgken. Maar steeds is hjj een der meest bekende en meest gewaardeerde Engelsche geeraren voor den vrede gebleven. De heer Stead laakt het, dat er op de tweede Haagsche conferentie gewichtiger dan do eerste, daar er toen slechts 26, thans bjjna 40 mogendheden vertegenwoordigd zullen zgn in de eerste plaats zal wordep gesproken over de vragen, welke zich sa het uitbreken van den oorlog zullen voordoen. Men moest liever van gedathten wisselen over de vraag, hoe men het verbreken tan den internationalen vrede het best verhoeden en daar. door den steeds ondrageljjker wordenden diuk dor lasten voor leger en vloot verminderen kan, meent hjj. Hg doet een tweetal voorstellen: Het eerste voorstel heeft tot strekking, dat de regee ringen der wereld in den Haag zelf formeel de propa ganda voor vrede en broederschap der volken zonden overnemen en deze taak niet aan particulieren en ver enigingen overlaten, die daartoe meer of minder be- voogd zgn. En als aanvulling zou hg willen vooretellen, dat de Conferentie aan de hooge mogendheden de stichting van oen vredisbudg.it voor dat doel aanbeveelt, zoodat elke regeering vaststelt, dat een zeker deel, bgv. */ipercint, van bet oorlogsbudget voor deze propaganda zal bestemd worden. Dat zou één gulden zgn op elke 1000 gulden, die wg thans besteden aan voorbereidingen tegen den oorlog. Zjjn tweede vooistel is, artikel VIII der Haagsche Conventie tot een verplichting to maken. Dit artikel geeft den twistenden partgen den raad, voor zg het zwaard trekken, hunne zaak aan neutrale vrienden voor ta leggen, die als vreda-bemiddelaars handelen en voor een tjjd van niet meer dan 80 dagen met eikander "oor gravin H4BUABETE BIINAII. (Henriëtte von Meerheimb.) 24) Gedurende dien ongezelligen overgangstijd werd Ilse naar de Bodenhausens gezonden. Zjj bood wel aan om haar broeder en zuster te helpendaar het wel te voorzien was, dat Hilmar dan ook voortdurend erbjj zou zgn, deden zjj het echter maar liever zonder haar hulp De bruiloft zou plaats hebben te Malchownatuurlijk in den kleinst mogeljjken familiekring. Hans Henning was besluiteloos; zou hjj persoonlijk naar Glückstadt gaan De kroonprins verzocht hem dat te doen, toch ging hjj ertoe over om schriftelijk ontsla" te nemen hg gevoelde niet de kracht te hebben om rustig tegenover Sitta te staan. Hg beloofde wel, dat hg later nog eens zelf zou komen, nu kon hij onmogelijk weg wegens zaken. De, 'patste dagen op Rotenwalde waren voor allen verschrikkelgk. In huis zag het er ongezellig uitvele meubels waren ingepakt, andere op rjj gezet om be zichtigd te worden. Overal stonden kisten, overal lag hooi en stroo. Door de nieuwe eigenaars werd alles haarfijn bekeken en opgemeten met het oog op de inrichting tot suikerfabriek. Ulte j'^ku scl?,een Hans Henning dat alles kalm aan te zien, doch elk uur van dezen matsten dag stond met gloeiende teekenen in zgn hart gegrift. Het was een verlichting toen eindelijk de dag der overgave daar was. Hendrik von Kiöchert en Hilde waren reeds naar Malchow vertrokken. Ilse bleef bij de &laUSenS- Nietleg®nstaande al haar leed gaf het Hilda een gevoel van voldoening, dat zjj voortaan geheel voor haar Broeder zou leven. Zjj zou slechts aan he» denken, voor hem zorgen en Hinrichshagen voor hem zoo huiselijk mogeljjk maken. Zjj had nooit veel aan zichzelf gedacht, de val van het ouderljjk huis deed haar het meeste verdriet voor Hans Henning. Ilse ging haar eigen weg, zjj leed er niet veel onder; doch om Hans Henning het verlorene zooveel zjj kon te vergoeden daaraan wilde zjj al haar krachten wjjden. Hendrik von Kröehert werd vrooljjker en opgewekter naarmate hjj en Hilde Malchow naderden. De eene' diepe, opluchtende ademhaling volgde op de andere en verruimde zjjn borst, toen het vlakke land van de Mark met zjjn dunne denneboschjes kwam opdagen. rZie je, kind, nu ben je in je vaderlandzei hg met een van geluk stralend gezicht tot Hilde. Het rjj tuig, dat voor hen aan het station stond, zag er eerwaardig ouderwetsch uit met kussens, die over trokken waren met lichtgrjjs damast en kleine gordjjnen van dunne, groene zjjde voor de raampjes. »AUes wel thuis, Jochen vroeg Hendrik von Krikhart, terwjjl hjj de dikke, bruine paarden op hun hals klopte. »Ja, mjjnheer, alles wel I* »Good, vooruit dan maar.ir Het rjjtuig kwam langzaam in beweging, de wielen zonken diep in het mulle zand; over het landschap daalden als grjjze wolken de eerste schaduwen van de schemering. Een eigenaardige zwaarmoedigheid ligt er over zulk een landschap in de Marken alles vlak, stil, ver uitgestrekt onder een fietsen hemel. Schrale dennen, roodachtig heidekruid, meertjes omringd door riet en biezen. In werkelijkheid was de rit van het station tot Malchow niet ver, doch Hilde was niet wel en vermoeid hjj scheen haar eindeloos. Zjj verheugde zich toen de eerste dorpshuizen in het gezicht kwamenhuizen, met ver vooruitstekende daken, die voor het meerendeel met stroo bedekt waren. Het plaveisel van de dorpsstraat liet veel te wenschen over. De koetsier sloeg knallend met zjjn zweep naar de honden die als razend om de paarden heensprongen en tegen ze blaften. Het heerenhuis van Malchow was een lang gebouw raadplegen moeten om den oorlog af te werden. »Als men dit tot een verplichting maakte, zon elke stsat, die de wapenen opvatte zonder vooraf getracht te hebben bemiddeling tot behoud van den vrede te,verkrggen, of die weigerde d«n strjjd aan het oordeel van een enquête commissie te onderwerpen, tot een vijand der menBch- heid verklaard en financieel en commercieel door alle andere mogendheden geboycot moeten worden. Indien men dit principe in 1899 aangenomen had, zondes aan de wereld misschien de oorlog in Znid-Afrika en de oorlog tnsschen Japan en Rnsland bespaard zgn geworden.» Voorts doet de heer Stead een beroep op alle vrienden van den vrede in de wereld, om de Britscho regeering te steunen in haar poging, om de marinebegrooting te verminderen en de uitbreiding der »entente cordiale* te bevorderen Wat het eerstgenoemde voorstel aangaat, 't vredes- budget betreffsndo, het is een sympathiek idee, dat wel voor verwezenlgking vatbaar is. Door het Vredes paleis en door de Vredestentoonstelling wordt er al in de goede richting propaganda gemaakt, maar wanneer do regeeringen ze f voorgingen, zelf steunden, zou hot resultaat dier propaganda aanzienlijk worden vergroot, zonden de volkeren nog duidelgker en nog grootscher hun neiging naar het behoud van den vrede kunnen manifesfeeren en zou die neiging ill nog meerdere mate worden gevoeld. Het vredesbudget zal tot een krmchtige propaganda kunnen meewerken, omdat zelfs bjj een zoo gering per centage als de heer Stead noemt, de opbrengBt daarvan zeer groot zal zgn. Het tweede voorstel schjjnt ons te idealistisch voor desen tjjd. En zelfs al was het mogelgk aan dat artikel YVI bindende kracht te verleen-n, dan «og Igkt ors de straf in geval van overtreding, zooals de heer Stead die zich voorstelt, practisoh onuitvoerbaar. Maar het kan ZBC en w® hopen het! dat wg in dezen dwalen. Da heer Stead noemt zijn program eenvoudig, practisoh duideljjk. Hg geeft een veldtochtplan aan om het door te drijven. Hg doet een beroep op den dagblad- schrijvers, op de geestelgken van allo confessies en op alle vereenigingen, die vrede en welbehagen op aarde zoeken te verspreiden. In elk land zou men gedurende de eerstvolgende drie maanden pogingen moeten doen om de publieke opinie er toe te brengen zich over deze vraag te uiten. Aan den vooravond der Conferentie zou een vredesbedevaart, uit de meest in aanzien staande vertegenwoordigers van de voorstanders van den vredesbond in elk land be staande, van hof tot hof, van hoofdstad tot hoofdstad moeten trekken, en overal voor drie eischen strgden lo. aanneming van het vredesbudget; 2o. de entente cirdiale als besliste, doelbewuste vorm der politiek in v edestgd3o. het boycotten van alle degene, die naar b zwaard grgpen, zonder zich van de vredesmiddelen te bedienen, welke da Conferentie op deze wgze hun aanbiedt. Wanneer de sub 1 en 2 genoemde eischen zouden kunnen worden ingewiliigd ware er reeds veel bereikt Verkiezing fierste Bever. den loop van 1907 moeten periodieke verkiezingen üeBeraa|l#')^en T°°r ®ersl8 Kamer der Staten- t w^in*-8 TaB aHfeding zgn da volgende leden, A NLaa°nr d*H 11 a dmr- K':st> J- Bree baart Kz., J. Zuid-Holland: de heer Van Water60h00t <j Gracht, mr. Bevers, J. P. Havelaar, dr. Woltjer-, Utrecht: jhr. mr. Van Asoh van Wjjok Friesland: mr. S. van Houten Overjjsel: Th. Heerkens Groningen: J. E. Scholten Drente: baron Van der Feltz Limburg: J. S. H. Brouwers. Nederl. Weerbaarheid-Vereenig lag. Onder voorzitterschap van den heer dr. M. Meyers van Amsterdam werd te Utrecht de 15de jaarvergade ring gehouden van de Nederlandsohe Weerbaarheidsver- eeniging, waarop vertegenwoordigd waren de afdeelingen Amsterdam, Rotterdam, den Haag, Haarlem, Leiden, Hilversum en Arnhem. De uitgebrachte jaarverslagen van voorzitter en korps- commandant spreken van den bloei der vereeniging. Het kamp en do meerdaagsohe oefeningen werden druk be zocht. Het ledental bleef dit jaar vrjjwel onveranderd. Ook de jaarverslagen der afdeelingen waren hiermede in overeenstemming. De kas ie ondanks enkele uitgaven toereikend^ gebleken. Voorgestelde reglementswijzigingen tot invoering van den rang van adjudant-officier werden alle aangenomen. Verder werden nog versohillende huis- hondeljjke zaken afgedaan. Rechtzaken. Mishandeling. D0n ^r0ga Raad V8rwierP Maandag het cassatieberoep Ta". 4r D" te Helmond door het gerechtshof te s Hertogenboseh veroordeeld tot 10 jaar gevangenis straf wegens zware mishandeling op zgn vrouw, den dood tengevolge hebbende. «Gemengd Nieuws. Be Buyter-hulde. Te Njjmegen en te Den Helder hebban zich comité's gevormd voor de Do Ruyter-herdenking. Weldadigheidszegels. Van de postzegels, die uitgegeven worden ten bate van de Amsterdamsche Vereeniging tot bestrjjding der Tuberculose, zgn tot dusver afgegeven 450,000 stuks h 2 cent (de postzegels van I cent), 250,000 stuks 6 cent (die van 3 cent) en 320,000 stuks 10 cent (die van 5 cent). In totaal dus tot een bedrag van f56,000. Dat wil natuurljjk niet zeggen, dat een even groot aantal reeds door het publiek is gekocht. Daze aantallen zyn afgegeven aan de bgkantoren der postergsn, aan de kiosken en aan de vereeniging zelf; hoeveel er inderdaad verkocht zjjn, kan nog niet medegedeeld worden 't Ligt voor de hond, dat de zegels van 1 cent, die twee kosten, t meeste verkocht worden. zonder verdieping erop, de vertrekken boven waren zo derkamers. Voor de deur lagen een paar groote nonden, die hun meester met een gejank van vreugde begroetten. Hilde werd er doof van. Het geblaf van \ir-i n?Oom, die met een geweldige stem riep* »Wil jullie wel eens stil zjjnDaartusschen door teedere begroetingswoorden aan het jonge meisje ge richt, dat hem tegemoet vloog dat alles versufte ha*r. Dat is mjjne Karola, HildeHendrik von Kröehert sloeg zgn arm om het meisje, dat hem vriendelijk lachend aankeek. Het licht van de lamp, die door een bediende werd vastgehouden, viel helder op haar gezicht. Hi.de nam haar goed op want de nieuwe nicht interes seerde haar natuurlek. i ?u inJdrukwas *n e^k opzicht aangenaam. Dikke, lichtblonde vlechten lagen glad om haar hoofd heen, ees paar guitige^ blauwe oogen, een klein neusje, een fnssche, ho9wel niet kleine mond met prachtige tanden. öALt zjj lacht, is zjj om te stelen de kuiltjes in haar wangen en haar kin zjja allerliefstdacht Hilde. »rn wat een teint! Als leliën en rozen! Toch zal zij het zeker niet ontzien.* Karola stak Hilde haar hand toe, nadat zjj haar valer alleihartel^kst begroet had. ®Het doet mij plezier, dat ik je zie 1« zeide zjj vriendelijk, i. 'Bomme meid, kom, geef haar een zoen,knorde Oom Haidrik. >Mag ik Karola drukte haar frissche lippen op Hides gelaat. ïLaat ik je nu eens naar je kamer brengen, maar je mag niet te lang wegbljjven, want wji ga»n dadelijk eten. Er is gebraden kalfsvleesch, vader en een pruimentaart, die ik zelf gebakken heb, en die er heerijjk uitziet!* Het kleine kamertje, dat Karola voor Hilde bestemd had, was, evenals alle vertrekken in Malchow, zeer eenvoudig ingericht. Op eenige oude erfstukken, uit overouden tjjd, een paar kostbare kasten en kisten na, zag het overige huisraad er uit, alsof het door den Malchower timmerman, niet bepaald om de kunst te dienen, dooh voor de eeuwigheid in eikaar was gezet, lilde had zich ternauwernood een weinig kunnen opfrisschen toen Karola reeds aan de deur klopte »Kom je gauw?« Zjj gingen te z&men naar »de deel,« die de mooie kamer van de overige vertrekken scheidde. Hier op de deel stond de tafel gedekt. De oude knecht, in 'een zeer eenvoudig grjjs huispakje in den tuin moest hjj ook medewerken bediende. Hilde maakte onwille keurig vergeljjkingen tusschen het souper te Rotenwalde en dezen maaltjjd. Een groote ronde tafel met een verblindend wit, doch volstrekt niet lijn tafellaken, een reusachtige schotel dikke melk in het middeneen heel groot brood op een plat bord. Oom Hendrik sneed zelf de boterhammen, onmeteljjk dik; evenzoo nam hjj het kalfsvleesch onderhanden. Het eten smaakte echter zeer goed. Hilde verwonderde er zich over, dat Karola Oom zoo handig bediende, met een groot servet ingestoken onder haar ronde kin. De oude man zag haar bjj alles wat zg deed, met schitterende oogen aan. Over de geheele verschjjning van het jonge meisje lag ook zulk een glans van jeugd, gezondheid en reinheid, dat het werkeljjk een genot was om naar haar te kjjken. Zjj babbelde over alles wat er in het afzjjn van den heer des huizes op Malchow was voorgevallen. Er was een kalf geboren en een veulen had zijn voet verstuikt hjj was echter weer geheel in orde. Manne, de teckel, was erg uithuizig; haar wasch had prachtig gebleekt en bg het mooie weer was ook het laatste voer hooi droog binnengebracht. Hendrik von Kröehert knikte goedkeurend. »Ja, op jou en op den inspector Melms kan men zich verlaten, dat weet ik. Zie me dat meisje eens aan, HildeZiet zjj er niet uit als het leven zelf? En toen zjj hier kwam, twaalf jaar geledenGeen pondje vleesch aan haar lichaam En wat een geelbleek gezichtje I Ik zei tot mjjn vrouwHet kind neem ik in de kuur niets meer van medicjjnen of suikergoed I Melk, roggebrood, ham, en eiken dag of het regent of dat de wind blaast met mjj naar buiten Wordt vervolgd.) >1 ALKMAARSCHE COURANT .e ss B

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1907 | | pagina 1