No. 54
Honderd en negende jaargang.
1907.
DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Prijs der gewone advertentiën
DINSDAG
5 MAART.
Verkiezing van één Lid van
den Gemeenteraad.
linderwet,
Drankwet.
Nationale Militie.
BINNENLAND.
Deze Courant wordt eiken avondbehalve op Zon- en
Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden
voor Alkmaar f 0,80franco door het geheele Ry'k f I,—
Afzonderlijke nummers 3 Cents
Telefoonnummer 3.
Per regel f 0,10. By groote contracten rabat. Groote
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N.|Y. Boek- en Handelsdrukkerij
v|h, HEBMs, COSTER ZOON, Voordans O 9
3e Kiesdistrict.
Rechtzaken.
Gemengd Nieuws.
He Kledders gehuldigd.
ALKMAARSGHE COURANT
Db BURGEMEESTER Tan ALKMAAR, brengt
ter algemeene kennisdat de tot invulling bestemde
formulieren Toor de opgaren ran Candidaten voor de
verkiezing van één lid van den Oeneeateraad
ln het Se kiesdistrict alhierwelke zal gehouden
worden op Dinsdag den 19en Maart a.s ter
Secretarie dezer gemeente kosteloos verkrijgbaar zijn
gesteld van heden af tot en met den dag der Verkiezing
op alle werkdagen van 's morgens 9 tot 's namiddags
ure,
Alkmaar, De Burgemeester voornd,,
25 Febr. 1906. G. RIPPING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alkmaar
brengen, ingevolge art. 8 der Hinderwet, ter algemeene
kennis, dat zjj bjj besluit van 1 Maart 1.1. voorwaar
delijk vergunning hebben verleend aan
P. BUIS, aldaar, tot het oprichten van eon lom
penbewaarplaats, in het perceel Oudegracht, D.
No. 64.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, G. RIPPING, Voorzitter.
2 Miart 1907.DONATH, Secretaris.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alkmaar
brengen ter algemeene kennis, dat bjj hun college is
ingekomen een verzoekschrift van
H. F. GOTTMER, aldaar, om verlof tot den verkoop
van elcoholhondenden anderen dan sterken drank in het
perceel Nienwlandersingel E, no. 11.
Binnen twee weken na deze bekendmaking kan een
ieder tegen het verleenen van het verlof schriftelijke
bezwaren indienen.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
G. RIPPING, Voorzitter.
DONATH Secretaris.
Alkmaar, den 2 Ms art 1907.
De BURGEMEESTER der gemeente AT .KM AAR ge
lastkrachtens bekomen aanschrijving, onderstaanden
verlofganger der Zeemilitie, lichting 1905, om zich
op 9 April 1907, voor zoover [dit mogeljjk is des
middags ten 12 uur, gekleed in uniform, aan te melden
aan boord van Hn Ms. vaartuig »Piet Hein* te Wil
lemsoord
JOHAIMB8 liAlBERTUS N1JBONB.
Hjj meet voorzien zjjn van zjjn zakboekje en van
zjjne kooigoederen en heeft recht op vrjj transport naar
zjjn korps, tjjdig ter gemeente-secretarie aan te vragen.
Alkmaar, Da Burgem -ester van Alkmaar,
4 Maart 1907. G. RIPPING.
Alkmaar, 5 Maart.
De dag van heden zal in de parlementaire ge
schiedenis van Rusland een belangrijken datum vor-
mea. Andermaal toch is in het Taurische paleis in
de hoofdstad de Doema geopend. Onder welke om
standigheden dit is geschied, valt op het oogenblik,
waarop wij dit schrijven, niet te melden. Alleen
kan worden medegedeeld dat de plechtigheid niet
gepaard zou gaan met vorstelijk vertoon en pracht
en praal, dat zij niet zou zijn een oogverblindende
schittering van het gezag, een indrukwekkende
betooging ten bate daarvan. En meer dan een lang
verhaal zegt het korte berichtje, indien het tenminste
waarheid bevat, dat de gardetroepen in de kazernes
te St. Petersburg zijn geconsigneerd en van scherpe
patronen werden voorzien, terwijl de moordende
machinegeweren gereed stonden. Het is wel een
droevig teeken, dat de menschen, die immers het
Russische volk moeten vertegenwoordigen, onder
dergelijke omstandigheden moeten samenkomen.
Toen de arbeidersbataljons op den bekenden bloe-
digen Januari-Zondag van 1905 oprukten naar het
keizerlijk paleis, wilden zij den Tsaar een smeek
schrift aanbieden, waarin zij vroegen om „menschen-
rechten." Sedert is er veel gebeurd, maar is er nu
wel zoo heel veel ten goede veranderd O, zeker de
menschen hebben een parlement en kiesrecht ge
kregen maar wat hebben ze eraan gehad? Men
heeft ze overigens niet zoo gevaarlijke wapens
in de handen gegeven. Zjj hebben ze niet weten te
hanteeren. De eerste Rijksdoema was een onding.
Zij heeft het Russische schip van staat niet in
veilige haven kunnen brengen. Er was geen leiding
en geen stuur-inrichting, vandaar dat men niet
verder kwam, maar zonder wil en zonder roer rond
dreef op de golven der publieke opinie, welke steeds
hooger en steeds gevaarlijker werden, totdat men
eindelijk op een klip stiet en strandde. Zal de nieuwe
bemanning de Doema gelukkiger zijn? Het
valt ernstig te betwijfelen. Want wat Rusland noodig
heeft, dat is een man, die kapitein en stuurman en
loods, alles te gelijk moet zijn, die een helderen
blik heeft en juiste commando's kan geven, die een
vaste hand beeft en de wateren waarop hij zich
begeeft, nauwkeurig kent. Maar toch schijnt de
nieuwe Russische Doema meer te zullen gelijken
op een Europeesch parlement dan haar voorgangster,
welke niets anders was dan een protest tegen
bureaucratie en reactie. Thans evenwel is er ten-
sprake van partij-vorming.
Men spreekt van een rechterzijde, een centrum,
een linkerzijde. En nu moet men bij het lezen van
het tweede woord niet denken aan Duitsche poli
tieke verhoudingen, want het Russische centrum is
eenvoudig, zooals de naam aangeeft, een middenpartij,
welke de uiterste vleugels van links en rechts tot
elkaar moet brengen. Yoor de reactionairste en
revolutionairste elementen is dat natuurlijk niet
mogeljjk, maar voor de minder ver van elkaar en
van andere schakeeringen verwijderdstaande par-
ringen misschien wel. In de vorige Doema heersch-
ten reactie en^revolutie, de afgevaardigden kwamen
er óf om de regeering te steunen, öf om haar om
ver te werpen. Doch in de heden geopende Doema
komen elementen voor, die niet doldriest willen
veranderen of aarts-conservatief willen behouden,
maar^willen samenwerken, den gematigden midden
weg willen bewandelen. Die zijn heden niet naar
St. Petersburg gekomen om de regeering onvoor
waardelijk toe te juichen of onvoorwaardelijk uitte
schelden. Die willen eindelijk eens iets doen, om
langs lijnen van geleidelijkheid de chronische
Russische krisis op te lossen. Of zjj dat kunnen is
een andere vraag. Maar de wil is er, buiten Rusland
is er dan gewoonlijk ook wel een weg te vinden.
Yoor Rusland heeft men echter steeds het voorbehoud
te maken, dat daar alles mogelijk en alles onbe
trouwbaar is. Den eenen dag leest men dat 't zoo
is, en den anderen dag in hetzelfde blad, dat het
niet zoo, maar anders is. Onlangs werd b.v gemeld,
dat Koeropatkine's boek ten strengste verboden
was, en nu weer heet het, dat op last der regeering
de Russische hoofdofficieren een exemplaar van dit
uitmuntende boek zullen ontvangen Zoo blijft men
steeds te midden van de Russische raadselen
wandelen, weet men niet of men hetgeen men heden
schrijft, morgen weer moet tegenspreken en kan men
slechts onderstellingen op grond van de meest-
betrouwbaar-schijnende berichten maken.
•iets met zekerheid te zeggen. Dit hangt af van den
tijd welke nog verloopen moet met, het uitwerken der
detailteekeningen, het maken der bestekken, de aanbe
steding, eiz.
Het terrein op Zorgvliet, waar het Paleis zal meeten
verrijzen, is inmiddels reeds vroeger vlak gemaakt,
terwijl ook reeds voorloopig is bepaald dat in het
voormalig Paleis Baitenruit de directie bij den benw
van het werk zal gevestigd zijn.
Tweede liszier.
Men meldt nit den Haag
De Tweede Kamer der Staten-Generaal zal Woensdag
hoofdzakelijk bijeengekomen tot onderzoek in de afdee-
lizgeu en daarna afdoening van de Oredietwet voor Oorlog
en enkele Epoedeischende ontwerpen vaa hoogst eenvou-
digen aard, waarmede zg nog deze week denkt gereed
te komen.
Zoo mogeljjk tal in de a. s. bjjeenkomst der Tweede
Kamer ook nog het verleenen van een orediet voor de
a s. Vredesconferentie aangevraagd worden.
Be crisis
D. en V. schreefpNadat de onderhandelingen over
aanbljjven van het Kabinet met den Minister Staal zjjn
afgesprongen, zjjn thaas de leiders der rechterzij Je
bezig met pogingen om een Kabinet te formeeren.
We kunnen dit laatste beslist tegenspreken, zegt de
Res.-bode.
Pogingen om een Kabinet te formeeren, kunnen niet
and rs uitgaan dan van een Staatsman, die door de
Koningin met de formatie van een Kabinet is belast
merkt de Stand. op.
Het congres voor openbare gezond-
heidsregellng.
De Minister van bmnen'&ndsche zaken heeft, naar
aaileiding der bg hem ingekomen klachten van weigering
van gemeentebesturen om de kosten te dragen van de
afvaardiging van gedelegeerden van gezondheidecjmmiE-
siëa naar het congres voor openbare gezondheidsregeling,
wanneer daar onderwerpen aan de orde zjjn als door de
gezondheidscommissie» behandeld, een oircnlaire gericht
tot Gad'puteerde Staten dei verschillende proiino ën.
Da M nister zegt daarin o.a., dat z. i. art. 23 der
Gerondheidswet toelaat, dat de gezondheidscommiss ëz
in rekening kannen brengen die uitgaven die noodig
zjjn voor of bevordeljjk aan een behoorljjke vervulling
van de taak aan de eommissiën bjj de wet opgedragen
dat het voor die vervalling noodig kan zjjn eene reis
buiten hst ambtsgebied te maken en dat ook een bezoek
aan het congres aan die vervulling bevorderIjjk kan zjjn.
Een algemeene beslissing dat de bewuste uitgaven in
geen geval zouden mogen worden goedgekemd, zon naar
's Min;s'.ers meening niet in overeenstemming zjjn me.
de wet.
Het Vredespaleis.
Omtrent het gewjjzigd ontwerp, door den heer Cor
donnier opgemaakt voor den bouw van het Vredespaleis
wordt vern men, dat het ia verschillende opziohten
belangrijk van zijn eerste, bekroonde ontwerp afwijkt.
Het vooraanzicht van het middengedeelte komt het
meest met het oorspronkelijk ontwerp overeendoch
overigens bestaat tnsschen beide ontwerpen hoofdzake
lijk dit verschil, dat thans van buiten de indeeling van
het geheel in groote en kleine rechtszaal, bibliotheek,
enz. veel duidelijker is te overzien. In stede van
vier torens heeft het goedgekeurde plan er ééa, op
den reohtervleugel.
Omtrent den datum der eerste-steenlegging is nog
He Hu 7 ter feesten.
Omtrent de viering der de Rujter-feesten^in de hoofd
stad, spseiaal de plechtigheid in de Nienwe Kerk op
Zitt rdag 23 Maart deelt de Teleenige bjjzonderheden
van het programma mede
H. M. de Koningin en H. M. de Koningin-Moeder
znllen diea dag des morgeus te half elf uur ongeveer,
te Amsterdam aankomen en zich rechtstreeks naar de
Nienwe Kerk begeven.
Uitgeuoodiod zjjr de ministers, leden van den Raad
van State, B. en W. en leden van den Raad vas Am-
steidam, leden van de Eerste eu Tweede Kamer der
S sten-Generaal, de leden van den kerkeraad der Ned,
Duitech Herv. Gemeente en talrjjke militaire en civiele
aatoriteiten, benevens deputaties eb familieleden van den
herdachte. Do voornaamste takken, welke van de Royter
afstammen, bsstaan uit de families de Royier-de Wildt,
Da Rnyter-van Steveninck, Elias en van Boetselaar. Ea
deze hebben natourljjk weer haar eigen vertakkingen.
Neerland'» Koningin zal na den koorzang van Haar
zetel opstaan, en naar hst praalgraf gaan van onzen
zeeheld, Michiel Adriaanszoon de Rayter om vermoedeljjk
een grooten krans neer te leggen.
't Is nog niet zeker, of Hare Majesteit daarbjj een
toespraak zal honden.
De'hulde door H. M. de Koningin gebracht, zal dan
worden gevolgd door die van enkele deputaties, baiten-
landsche en binnenlandsche. Waarschjjnljjk is, dat Dene
marken een gonden tak door een deputatie zal doen
neerleggen, dat Spanje en Portugal z oh ook zullen doen
vertegenwoordigen, dat door een marine-Comité, endoor
een depntatie van Hr. Ms. »Da Rayter" beide een zil
veren krans op het graf znllen worden neergelegd.
De burgemeester van Amsterdam.
Gistermorgen is aan den burgemeester van Amsterdam
het adres aangeboden dat eenige dagen in verschillende
oafé's en sigarenwinkels ter teekening heeft gelegen en
waarin het eventueel vertrek van mr, van Leenwen
een ramp voor de stad werd genoemd. Het adres was
van eenige duizenden handteekeningen voorzien.
«Ihr. Repelaer.
Jhr. P. J. J. Repelaer, te Dubbeldam, voorzitter van
de Hollandsohe Maatschappij van Landbouw en van het
Nederlasdsch Rundvez-stamboek, heeft om gezondheids
redenen ontslag genomen als voorzitter van het stam
boek. Da hjer Repelaer, die langzaam herstellende is
ziet er bezwaar in, nu de groote nationale landbouwten
toonstelling te 's-bravenhage ook veel arbeid vereischt,
voor het Stamboek te doen wat noodig ie. Het heengaan
van den heer Ripelaer is voor het Nederl. Rundvee-
Stamboek een groot verlies, vooral thans, in de reorga
nisatie van dit stamboek zooveel arbeid vraagt en niemand
hiermede zoo vertrouwd is als de heer Repelaer.
Poging tot doodslag.
Da Hooge Raad deed gisteren uitspraak in ie zaak
van J. G., tuinder te Wijk aan Zee en Duin, door de
Haarlemsehe rechtbank veroordeeld tot 1 jaar gevan
genisstraf wegens zware mishandeling, dooh door het
Gerechtshof te Amsterdam tot 3 jaren wegens poging
tot doodslag op een Rijksveldwachter, die hem in het
duin op j iohtwetovertreding betrapte.
Op grond, dat het Hof verzuimd had het vonnis van
den eersten reohter te vernietigei, werd het arrest
vernietigd en de zaak verwezen naar het Gerechtshof
te 's Gravenhage.
Met een paar woorden ia in een telegram in de stads-
oplago melding gemaakt van de huldiging der redders,
die zich bjj de »B.-rlin»-ramp zoo heldhaftig hebben
onderscheiden.
De N. Rott. Ct. h&d het voorreobt, dat haar mede
werker, de heer Brnssa, ongetwjjfeld da beste verBlag-
gever van ons land, bjj die huldiging tegenwoordig was.
Aan diers verslag ontleenen we het volgende:
»H el Europa, door de kranten in spanning gebrscht,
waakte mee met de ongelnkkigen, en had op onze Hol
landsohe zeerobben zjjn hoop gevestigd.
Tot eindelek, aan dan middag van den derden dag,
de matronen van het loodswezen da heldendaad hebben
verricht, aangevuurd door Prins Hendrik. Want Klaas
Rre was het, met de makkers die hem volgden door
de branding op de pier, die dan eindeijjk het waagstuk,
waar de wereld op wachtte, volbr. chten. Ea toen, op
het voorbeeld van de kranige loods-jangen, is Sparling
er 's naohts heengegaan met zjjn blazer, om de prachtige
daad te voltooien.
Met da nabestaanden van de dooden is getreurd. In
alle plechtigheid, on gedragen door het meegevoel van
heel de beschaafde wereld, zjjn zjj hier en ginder in
Europa ter aarde besteld. Het renzecgraf op de lande Jjjte
begraafplaats in 's Gravenzands wacht nog.
Ea van alom is den geredden deelneming bewezen,
tot de meeBten nu hersteld naar hun familieleden te
ruggekeerd zjjn, op de zes vrouwen za, die snel beteren
onder de trouwa zorgen, in het Hö el Amerika.
Thans keert dus aller aandacht tot de redders terug.
Er komen stroomrn brieven en telegrammen, stroomen
geld in, tezamon wel reeds een halve ton, Ea de namen
dier moedige kerels zjjn wereldberoemd geworden. Heel
Europa gaan de portretten met hnn eenvoudige faoies
door.
Doch aan de allerdappersten vsn deze vrede-helden, aan
de matrozen van het loodswezen, is deze eer vrjjwel
onopgemerkt„voorbjjgegaan. Want het stoomloodsvaartnig
de Hvllevoetslais, waarop zjj varen, was immers, tot nn
toe geroepen om in volle zee aan de binnenkomende
schepen de veilige gidsen af te geven. En dienst gaat
bun bovenal.
Toan zjin zjj gisteren naar binnen geseind. Waarom,
dat wist de bemanning niet eens. Vanmorgen om half
negen zag ik de vHsllevoetsluis* den Waterweg instoomen
en aan den steiger van de Bsrghaven msren.
Ik ging er aan boord. Zjj waren er allen, Klaas Ree
en de anderen, bedrjjvig met het scheepswerk, en ganioh
onbewust van de eer die ban wachtte.
De schipper, kapitein Barkhout, zei mjj verwonderd
Ji, we moesten binnenkomen. Maar morgen is onze t jjd
eerst uit. Dan zouden we tegen elf nar in Hellevoet
bionenvallen.*
Toen kwam daar schipper G. Jansen, van de stoom-
reddingaboot President van Heel der Zuid-Hollandsohe
Redding-Maatschappjj ook aangeknierd, even rustig on
verstoord als in de dagen van de redding.
»Wel Jansen
>Ja, ik heb order gekregen om met mjjn mannen aan
boord van de Hellevoetslnis te gaan. Waarvoor, dat kan
ik niet begrjjpen. Maar de Zondagsabe pakjes moesten
aan.»
En de mannetjes volgden zoo simpeltjesweg, handen
in de zakken, alleen de meesten met risten medailles op
de borst.
Een oogenblik later verroheen zoowaar sohipper M.
Sperling ook aan den steiger, in een grjja pakj), denk-
hoedje op, onnoozeltjss weg, ale wist hjj van niets. En
achter hem aan kwamen zjjn »neefs« C. en Leen Sperling
en de overige bsmanning van Yan der Tak's sedert be
roemd geworden blazerG. Moerkerk, G. Koffsman, J.
Wondenstein en J. Waardenberg.
Tezamen een gezelschap van allemaal prachtkerels,
waarover de geheele wereld bewonderend nu praat. Maar
alleen zjj zeli trekken er zich bljjkbaar geen oortje van
aan.
Juist tegen kwart voor tienen, kwamen drie auto's,
opgezet door 's-Gravenzande heen. Je hoorde de hoorns
klaroenen. Ea burgemeester mr. Bunt, in ambtsgewaad,
ging den djjk op. Stapten uitPrins Hendrik der
Nederlanden, in admiraalsuniform, in gezelschap van
zjjne Moeder, de Groothertogin van Mecklenburg-
Pchwerin, met 's Prinsen vriend baron Van Pallandt,
die zelf het rjjtuig bestuurde, en Z. K. H.'s adjudant
baron Van Heemstra, benevens den archivaris van het
huisarchief prof. Kraemer, en nog enkele dames en
heeren in het gevolg van de Groothertogin.
De burgemeester begeleidde het gezelschap aanstonds
naar de »Hellevoetsluis.«
Een bleek zeetje, een zonnige blauwe lucht, waarin
hier en daar de driekleur wapperde. Maar daar op het
hoofd van de pier teekende zich nog altjjd dreigend het
brokstuk van het wrak der Berlin af, met zjjn gapende
jjzeren wonden.
De Helle voetsluis* stoomde n&ar buiten. Al de redders
waren op het achterschfo samen, ea koutten wat
droogjes. De Prins met zjjn Moeder stond op de brug,
en Z. K. H. wees de Groothertogin de situatie.
Doch al spoeuig kwam prins Hendrik naar beneden,
en begaf zich ongedwongen onder de opvarenden, rede
neerde gemeenzaam met schippers, loodsen, matrozen,
met den teekenaar Hoynck van Papendrecht, met dengeen
die toevallig hier de journalisten vertegenwoordigde.
En telkens weer betoogde Z. K. H. de he'dhaftigheid
van de dappere jongens van het loodswezen, »dat
immers tot onze marine behoort.»
De aanwezige heeren vroegen natuurljjk in het bjj-
zonder wie nu toch onder al die mannen aan boord
Klaas Ree wei was. En dan werd hun een tengere
jongen aangewezen, met donkere oogen, en een beginnend
zwart kneveltjemaar bjj voorkeur hield hij zich achteraf.
Buiten stoomde de »Hellevodtsluis« dicht langs het
wrak, het gekraakte scheepsgevaarte, als vastgeklonken
op de pier, met de roestige machinekamers opengapende
en den schuin weg-wiggenden, als vluchtenden mast,
waar we van de kust af altjjd op staarden, toen daar
nog menschen leefden.
Thans zwaaide het loodsschip, en ging, precies ter
zelfde plaatse waar de redding geschied is, voor anker.
De heeren van het gevolg lagdea er vooraf bj die en
genen den nadrnk opwat nn ging gebenrep, was een
psrsoonljjke daad van Hare Majesteit de Koning n, tonder
ruggespraak met de regeering. Koningin Wilhelmina
witschte psrsoouljjk de mannen te huidige», die door
de afwezigheid van den Prins, heldendaden hebben
verricht. Eu onder hen ook de commissaris der loodsen
a n den Hoek, die z:ch door de tegenwoordigheid van
Prins Hendrik heeft laten bewegen op eigen verantwoor
delijkheid het loodsschip Hellevoetsla;s naar binnen te
seinen, van waar ai de redding geschied is.
Nu het loodsschip dan weer et 1 lag op d zelfde his
torische plaats, vormden da reddavs, de bemaBsing der
reddingsboot, en die van Sperling's blazer een carré,
omstuwd door de overige opvarenden van de Hillevoet-
sluis. En daar trad Prins Hendrik der Nederlanden
midden in. Mst een even ontroerde, maar kloeke stem,
zei hjj
»Da 22ste Februari 1907 is voor geheel Nederland een
dag van droefheid en van ronw geweest. Wjj hebben
dies dag tezamen veel dootleefd en doorstaan. Ik ban
er zelf getuige van geweest, dat jullie ja leven hebt
gewaagd voor de redding der schipbreukelingen. Daaróm
heelt de Koningin geduoht daaraan voor u een bljjrende
berinuering vast te knoopsn om u te decoreeien met de
Huisoide van Oranja.
Hot verheugt mjj thans o die decoratie te kannen
uitreiken.*
Een voor een worden vervolgens de namen afgeroepen.