No. 57.
Honderd en negende jaargang.
1907.
DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Deze Courant wordt eiken avondbehalve op Zon- en
Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprys per 3 maanden
voor Alkmaar f 0,80franco door het geheele Ryk f
Afzonderlijke nummers 3 Cents.
¥EIJBA&
Prijs der gewone advertentiin
Per regel f 0,10. By groote contracten rabat. Groot©
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco arm d© N.|V. Boek- en Handelsdrukkerij
v|h. HERMs. COSTER ZOONVoor dam O 9.
8 MAART.
BINNENLAND.
Telefoonnummer 8.
Alkmaar, 8 Maart.
Men begint in den laatsten tijd te merken, dat
er in ons land „Juni-gebeurtenissen" in het zicht
zijn. Een groot man heeft eens gezegd, dat hij dan
voor niets stond. Doch dat werd gezegd met het
oog op een strijd en de Juni-gebeurtenissen van
1907 staan in verband met den vrede. Er is tot
voor kort weinig over de vredesconferentie gesproken
en geschreven, lang niet zooveel bijv. als over het
vredespaleis, dat vóór zijn wording reeds tot hee
wat strijd aanleiding gegeven heeft. Waar die
conferentie in het „vorstelijk 's Gravenhage", zooals
onze residentie wel eens wordt genoemd, terwij
anderen haar het „mooiste dorp van Europa" heeten,
zal plaats hebben, mocht ten onzent wel een weinig
meer belangstelling worden verwacht. Ook 't eigen
belang moest ons daartoe dwingen. „Mooi Nederland"
is in het buitenland nog lang niet genoeg bekend.
Ware dit het geval, het vreemdelingenverkeer zou
aanzienljjk stijgen. Ér is in ons land een vereeniging
tot bevordering daarvan, welke zich zeer verdienstelijk
maakt. Doch heeft zij zich al bezig gehouden met
de zoo hoogst gewichtige vraag, wat haar dit jaar
te doen staat en hoe voor haar op buitengewone wijze
de gelegenheid is geopend, aan haar doel te beant
woorden? Er komen uit de geheele wereld diplo
maten en journalisten. Wat dat beteekent wordt
duidelijk wanneer wij bedenken, hoe een plaatsje
als het Spaansche Algeciras een wereldvermaardheid
heeft gekregen door de toevallige omstandigheid, dat
daar een conferentie werd gehouden, dat ook daar
dus diplomaten en journalisten bijeenkwamen.
Natuurljjk is de vredesconferentie in verband
gebracht met de oplossing van de ministerieele
krisis het is wel zonderling, dat een kwestie
aan „oorlog" verband houdt met een vredeszaak.
Dientengevolge hebben wij in den laatsten tijd een
weinig meer van de conferentie gehoord. In het
buitenland maakte men zich ook niet erg druk er
over. Men liet den heer Stead reizen en praten, en
bekommerde zich weinig over zijn plannen, ofschoon
deze toch veel goeds bevatten. Toen de heer de
Martens, de groote Russische specialiteit op't gebied
van het internationale rechtzjjn reis langs
Europeesche hoven met een bijzondere opdracht van
den Tsaar begon, en in sommige opzichten van zijn
hart geen moordkuil maakte, zijn de pennen wat
meer in beweging gekomen.
Een artikel van den Engelschen Minister-President
Campbell Bannerman heeft het zijne ertoe bijge
dragen om de belangstelling te verlevendigen. Dat
artikel handelde over de ontwapeDÏngs-kwestie en
daarvoor voelt de groote menigte, welke jaarlijks
zóóveel belasting heeft te betalen, veel, meer dan
voor allerlei juridische kwesties, waarvan bet belang
minder in het oog springt en welker oplossing niet
eerder in de praktijk kan worden gebracht dan
in geval van oorlog.
De heer Bannerman is nog steeds een groot
voorstander van vermindering der krijgstoerustingen
en hij is dat gebleven ondanks zijn ministerschap
een portefeuille kan, zooals men weet, dikwijls
denkbeelden doen wijzigen. In het Lagerhuis is
echter ronduit erkend, dat Engelands leger en vloot
volstrekt niet minder zouden wordendoor een
voorgestelde bezuiniging. Men zou hieruit de con
clusie trekken, dat het dan verbazend jammer is,
dat Engeland niet zoovele jaren vroeger is begonnen
met de bezuinigingen. De vroegere minister-presi
dent Balfour zei echter alleen maar, dat de andere
groote mogendheden acte van deze verklaring zouden
nemen. „Vooral als gij er hun opmerkzaam op
maakt" riep de heer Bannerman zijn voorganger
toe, die hem daarop toevoegde, dat een dergelijke
uitval onwaardig was. Wij zouden haar eerder
naief noemen. Alsof men in de kabinetten van de
mogendheden al niet lang tot een dergelijk
inzicht was gekomenIn een deel der Duitsche
pers is men reeds geruimen tijd bezig op dezen
grond stemming te maken tegen de plannen van
den Engelschen minister-president. Er wordt gezegd,
dat Engeland goed praten heefthet staat thans
bovenaan, wat de vloot betreft en het zou dat dus
blijven doen, wanneer er geleidelijk op de begrooting
voor marine werd bezuinigd. Dan wordt er beweerd
dat de geheele vredesbeweging aan de Theems niets
anders is dan politiek en diplomatiek geknoei. De
geheele toeleg aldus wordt er in Duitschland
geredeneerd komt hierop neer, dat Duitschland
moet weigeren aan het vredesspel mee te doen,
zoodat men het schijnbaar met recht een spelbreker
kan noemen en het meer dan te voren met wan
trouwen zal worden beschouwd. Zelfs leest men de
bewering, dat Engeland handig als altijd
druk doende is om Amerika de kastanjes uit het
vuur te laten halen, om zelf de vingers niet te
branden. Van Engelsche zijde zou n.l. worden ge
probeerd, Amerika te verlokken, om in den Haag
het initiatief tot vermindering der bewapening te
nemen.
Tegen dergelijke voorstellingen wordt echter in
een deel der Duitsche pers gewaarschuwd. Zou
zoo wordt er gevraagd iemand als het Engelsche
parlementslid Lee, die zich in zijn kwaliteit van
burgerlijke lord der admiraliteit in het vorig kabinet
allesbehalve Duitsch gezind toonde zich er tegen
verzetten, indien het opzet was, Duitschland te bei
nadeelen? Zouden de imperialisten en de chauvi
nisten met de Times voorop dat doen Er wordt
voorts aan herinnerd, dat de Duitsche vertegen
woordigers op de eerste conferentie van 1899
door hun diplomatieke onhandigheden den schijn
op Duitschland hebben geladen alsof deze natie, de
eenige was, welke het vredeswerk wilde belemmeren.
Zooveel mogelijk moet getracht worden dergelijke
onaangenaamheden te voorkomen, de pers kan dat,
door voorzichtig te zijn in de keuze harer woorden
en de regeering door dat te zjjn in de keuze harer
vertegenwoordigers en beiden kunnen dat, door niet
te voren een dwaas en gevaarlijk, speciaal anti-En
gelsch standpunt in te nemen.
In Frankrijk heeft het bovenbedoelde artikel van
den Engelschen Minister-President, dat op dit oogen
blik als basis dient voor de bespreking van het
denkbeeld, geen bijzonder groote instemming gevon
denMen verkeert daar in een lastig geval. Aan
den eenen kant wil men gaarne mooi vinden wat
„de groote en beminnelijke vriend" doet, maar an
dererzijds vindt men het denkbeeld gevaarlijk. Van
daar dat men aan de Seine deze beide tegenstrijdig
heden gaat vereenigen en leuk-weg tot dit resultaat
komt: mooi in theorie, gevaarlijk in de praktijk.
De Fransche regeering zwijgt tot heden en wie
getracht hebben iets omtrent haar meening te ver
nemon aan het Ministerie van Buitenlandsche ZakeD
werd gezegd dat er niets te zeggen viel.
Elke mogendheid bekijkt de zaak van haar eigen
standpunt en handelt overeenkomstig haar eigen be
lang. Hier geldt het „ieder voor zich", heeft elk
hoofd zijn zin. Van een gemeenschap, waarin een ieder
geneigd is ten bate van het geheel aan zijn eigen
persoonlijkheid iets te kort te doen, kan op de
vredesconferentie geen sprake zijn.
Vandaar dat de heer de Martens dan ook ver
klaarde, dat de kwestie van de vermindering der
krijgstoerusting op groote moeielijkheden stiet en
dat het nog zeer twijfelachtig was, of zij in den
Haag een punt van bespreking zal uitmaken.
De crisis.
Het Centrum noemt de berichten van L. en V. aan
het Vad., over de samenstelling van een ministerie nit
de rechterzijde, ten eenenmale fantastisch.
Met „volkomen zekerheid" verneemt daarentegen het
N. v. N., dat thans werkelijk mr. Th. Heemskerk bezig
is met pogingen om te zien, ef het hem eventueel
gelukken zal, een Kabinet saam te stellen, 't zij geheel
uit leden der rechterzijde, of uit leden der reohter- en
linkerzijde tezamen.
De Haagsohe correspondent van De Tijd schrijft
echter in tegenstelling van het N. v. N., dat hem na
nauwkeurig onderzoek is gebleken, dat van een opdracht
tot kabinetsformatie aan den heer Heemskerk absoluut
geen sprake is. Dat er, gaat de oorrespondent voert,
in eigen kring wel eens van gedachten wordt gewisseld
over een formatie door rechts en over personen, die
in zulk geval veer een portefeuille in aanmerking
zouden kunnen komen, is natuurlijk begrijpelijk. Ma
in officieele kringen is men neg zoover niet. Dit kan
m. ook nog hieruit blijken, dat er nog geen verga
dering is gehouden van de elub der r.-k. Kamerleden,
wat bij een eventueele formatie door iemand van de
rechterzijde natuurljjk onmiddellijk het geval zou zijn.
De Arnh. Ct. meldt, dat gisteren ongeveer alle
Kamerclubs vergaderd hebben. De katholieke volgens
de Tijd echter nog niet.
voor alle Nederhndars, zoo mannen als vrouwen
gewijzigd zou moeten worden. Met het oog op de
groote kosten hieraan verbonden en den tegenstand
dien da Bond op grond daarvan, ondervindt, vonden
sommigen hot wenscheljjk voor een overgangsstelsel
dat minder zou kosten, te ijveren, enkelen vonden het
zelfs niet noodig, het einddoel te bereiken en zijn
van meening, dat men alleen behoort
pensionneeren van hen, die
aan te sturen
er behoefte
aan
F rins Hendrik te Delft.
Prins Hendrik en zjjne mosder brachten gisteren een
bezoek aan de Delftsehe Aardewerkfabriek «Da Prinseljjke
Fles*, waar zjj ontvangen werden door da directeuren,
de heeren A. Liboucfcè-e en H. W. Mauser. Door de
fabriek rondgeleid, betoonden de bezoekers groote belang
stelling voor deze industrie. Om half twaalf vertrok
men weer naar de residentie.
De vredesconferentie.
Eau wetsontwerp is ingediend tot verhooging van het
!IIa hoofdstuk (Buiteul. Zaken) met f 100 000, strek
kende tot ontvangst van de afgevaardigden tot de te
8 Gravenhage te houden tweede Vredesconferentie en
van alle verdere met die Conferentie in verband staande
uitgaven.
Hoewel omtrent het tjjdstip harer bjjeenkomst nog niets
bepaald is zegt de Min. van Buitenl. Zaken in as
Mem. v. Tori. bestaat er toch veel kans dat de Tweede
Vredesconferentie dezen zomer te 's Gravenhage zal plaats
vinden. Dat thans f 25,000 meer wordt aangevraagd
dan bjj de wet van 1899 toegestaan werd, vindt zjjn
oorzaak hierin, dat thans gebruik zal moeten worden
gemaakt van de Grafeljjke Zalen, die voor de ontvangst
in orde mosten worden gemaakt. De voorzieningen zullen
worden uitgevoerd door het Depart, van Waterstaat,
waarmede het vereiechte overleg reeds is gepleegd.
Hond voor Staatspensionneering.
In den Bend voor Staatspensionneering is al een
paar jaar verdeeldheid gebracht door de vraag ef niet
art. 1 der statuten, waarin als deel van den Bond
wordt aangegeven het verkrijgen van een staatspensioen
op het
hebben.
Op de vorige jaarlijksche vergadering, in den Haag
gehouden, werd, na zeer verwarde stemmingen, om
voorloopig uit de moeilijkheid te raken, zij die voor
onveranderd behoud van art. 1 waren en zij, die niet
steil daaraan wilden vasthouden stonden n.l. scherp
tegenover elkaar besloten bij notulenbesluit
bepalen, dat het doel zal blijven staatspensionneering
van allen, maar dat de Bond, de afdeelingen en de
propagandisten gerechtigd zijn propaganda te maken
voor- of deel te nemen aan bewegingen, die als over
gasgsmaatregel tot het einddoel kunnen beschouwd
werden. Tegelijk werd evenwel besloten, dat nogmaals
pogingen zouden gedaan worden om een redactie te
vinden, welke allo partijen kon bevredigen.
Op de j aarlij ksche algemeene vergadering, in Mei te
Groningen te houden, komt nu de kwestie weer aan
de orde. De commissie voor statutenwijziging, door
het hoofdbestuar genoemd, heeft art. I onveranderd
willen laten, maar stelt voor in art. 2 ep te nemen de
bepaling, dat aan de leden de persoonlijke vrijheid
wordt g laten om te werken voor of deel te nemen
aan bewegingen die als overgangsmaatregel kunnen
beschouwd worden.
Op deze wjjze wordt naar de mnening der commissie
het gevaar voorkomen, hetwelk uit genoemd notulenbesluit
zou kunnen voortvloeien, dat mea als »deel van den
Bond* aan zulk een beweging zou deelnemen, waardoor
de naam van den Bond misbruikt zou worden.
Onder de overige voorstellen op de agenda komen o. a
voor
Voorstel-BolswardDe bond stelle een bezoldigden
propagandist san.
Afd. Nieuw-VennepDe bond verstrekke een toelage
aan de propagandisten, die zulks wenschen, en besluite
k 2 vaste reizende propagandisten aan te stelle».
Afd. Nieuw-Vennep Het Hoofdbestuur benoemde eene
commissie, bestaande uit voormannen van den bond, en
machtigt deze commissie de ver>ohillende volks vertegen
woordigers te bezoeken uit naam van den bond. ten einde
bjj hen mondeling de beginselen van den bond voor te
staan, een en ander in verband met het verdacht wor
dende wetsontwerp op de ouderdomspeneionneering.
Kaashandelaren en kaascontröle,
Ia de gisteren te Gouda gehouden vergadering der
Nederlandeche Vereeniging van Kaashaadelaren warden
de statuten definitief vastgesteld en tot bestuursleden
eekozon de heers» F. Middelbeek, C. van Ejjk, A. J
Schilt, GoudaL. Schwerzel, B. Bitelaan, Bodegraven
W. Laming, W. Heusdens, RotterdamVerkley, Am
sterdam L. W. Heil, Haarlem,
Na de pauze stelde de hear Middelbeek, na zjjn inleiding
over de quaestie:
«Welke houding zal de Nederlandrche Vereeniging
van Kaashandelaren aannemen ten opzichte van de kaai'
conti diestations*, een motie, waar bjj de vereeniging,
«van meening dat het verkoopoa van vette (gedeelteljjk
ontroemde) kaas, be rattende 40 pot. vetgehalte in de
dioge stof, en werkeljjk volvette kaas, onder eenzelfde
merk, zooals het «Kaaseontiöle Station Zuid-Holland*
dat wenscht, oneerljjk is en dus afkeuring verdient,
«overtuigd, dat het aanbrengen van ingodrnkte stem
pels op alle kaas bevattende een minimum percentage
van 40 pet. melkvet in de droge stof, nadeelig is voor
de kaasindustrie en den kaashandel,1'
beslootznlke kaas, indien voorzien van ingedrukte
stempels, niet te koopen of to doen koopen, ncch in
voorraad te houden en dus dit soort, (met uitzondering
van de zoogenaamde Jodenkaas) niet in hunnen handel
op te neme».
Daze motie gaf aanleiding tot eenig debat.
O.a. werd betreurd, dat de eerste daad der nieuw op
gerichte vereeniging zal zjjn een daad van strjjd en in
overweging gegeven de behandeling dezer motie tot later
uit te stellen in de hoop dat het kaascontrölestation als
nog aanleiding zal vinden zieh naar de wenschen van
den hasdel te schikken, waartegenover werd betoogd,
int de pogingen om met het kaascontrölestation Zuid-
Hoïland tot overeenstemming te geraken tot heden ge
faald hebben, er dus weinig heil te verwachten is van
verder uitstel der behandeling dezer motie.
De motie werd ten slotte met algemeene stemmen op
na aangenomen.
Vit de 8. D. A. P.
In Het Volk is opgenomen het jaarverslag van den
secretaris van het partijbestuur waaraan het volgende
ontleend is.
Het vorig congres gaf het P. de opdracht te over
wegen in hoeverre maatregelen getroffen moesten worden
ten einde de noodige eenheid van leiding te waarborgen
tnsschen de drie leidende organen der partjj, n.l. het
P. Bda Kamerfractie en da redactie van het partjj-
orgaan.
Hat P. B. heeft geen voorstellen daaromtrent voor het
congres ingediend, daar tjjd tot voorbereiding ontbrak.
Waar in het P. twee leden der fractie en een
redacteur van het partjjorgaan zitting hebben, bestaat
dit verband aldoch waar dit onvoldoende bleek, hebben
meermalen samensprekingen tussohen deze drie organen
der partjj plaats gehad.
Of deze losse vorm van samenwerking, die steeds kan
worden toegepast, als bjj alle drie de noodige zucht tot
eenheid in optreden bestaat, voldoende zal bljjken, zal
de ervaring moeten iearerr.
Wat de uitvoering van het besluit van het vorig con
gres in zake da «Nieuwe Tjjd* betreft: het P. B. meende
na een uitvoerige correspondentie niet verder te moeten
gaan, waar van de zjjda der N. T.-redaktie onwil bestaat
om er too mede te werken, dat het wetenfehsppaljjk
oigaan niet langer bljjft een particuliere onderneming,
doek een orgaan der partjj wordt, en dus als zoodanig
staande onder haar conti öle.
Het P. meent nog altjjd, dat d t in het belang der
partij zon zjjn, het heeft zjjne meeaiag daarover duideljjk
geformuleerd in zjjne voorstellen, aan de redactie van
»De Nieuwe Tjjd.*
Een voorstel om naast het orgaan »Da Nieuwe Tjjd*
een soortgeljjk tijdschrift op te richten, wenscht het
partijbestuur niet te doen.
Van de door hst P. E. benoemde commissie, die tot
taak had de beoordeeling van het beginselprogram, waarin
een aantal partjjgenootes weigerden zitting te nemen,
ontving het P. een «Rapport omtrent in de Nedor-
landsche S, D. A. P. genite kritiek op haar tegenwoordig
program* en d<m 16 m Frebruari 1907 een schrijven,
waarin zjj het P. B. verzocht aan het Congres voorstellen
te doen tot aanvulling van de Commissie.
Tengevolge hiervan werd door het P. een voorstel
voor het congrrs ingediend om de Commissie aan te
vallen.
Op 81 Deo. 1905 bestond de partij uit 150 afdeelingen
met een gezamenljjk ledental van 68)5. Ia 1906 werden
opgericht 23 afdeelingen en opg-heven 6, zoodat het
aantal afdeelingen op 81 Dcc. 1906 bedroeg 167 met
7471 leden.
De 23 afdeelingen, die in 1906 werden opgericht,
hadden op 31 December 1906 645 leden, de 6 opgeheven
afdeelingen hadden op 31 Dec. 1905 esn ledental van
240. In de 19 afdeelingen van de overige 144 bleef het
ledental geljjkin 65 afdeelingen nam het aantal leden
toe met gezameljjk 636 leden, in 60 verminderde het
met 375 leden.
De toeneming van het ledental in de bestaande af
deelingen is dus gering, nog geen 3.9 pet., terwjjl de
toeneming van het aantal leden van de geheele partjj
ook slechts 9.78 pot., bedraagt. Dit is een geringere
toeneming an in het vorige jaar, toes deze 11.4 pet.
bedroeg. Voor de bestaande afdeelingen bedroeg ze in
dat jaar 3 8 pet.
Gekomen aan de werkzaamheden en toestand der af
deelingen, klaagt de secretaris, dat van 167 afdeelingen
slechts 89 een jaarverslag bobben ingezonden. En daar
onder waren nog enkelen, die meenden te kannen vol
staan met het zenden van een jaarverslag op een
briefkaart
Onder «algemeene opmerkingen* wordt eindelijk gewag
gemaakt van de klacht van een der grootste afdeelingen
over den nadeeligen invloed, dien de partjjgeschillen heb
ben od den groei en op de kracht der partjj.
«Wilt gjj,« schrjjft een der afdeelingsseoretarissen,
«een krachtig en opgewekt afdeelingsleven en resultaten
zien, geef dan niet zoo'n stof tot praten aan de leden
over Ma'XÏsme en Revisionisme, waarover door ieder
wordt gesproken, maar waardoor de lust voor ander
wark wordt te niet gedaan.
Rechtzaken.
„Gieren".
Gister stond te Hiarlem terecht een vrouw uit Am-
sterdam, de echtgenoote van v, K., die met h<ar man
er haar bedrjjf van maakte gepensioneerde oud-Kdieche
militairen voorschot te geven op hun pensioen. Voor f 15
moeten de slachtoffers f30 teruggeven, binnen 3 maanden
meer nogHet echtpaar komt het geld zelf halen en
als het kans ziet dan ook het andere pensioengeld te
bemachtigen, doet het dit ook. Zoo had nu vrouw v. K,
op het pensioen van den gepensioneerde van Leeuwen
f40 en zjjn pensioenacte gestolen.
De officier, die haar noemde: een der gieren, die azen
op het zoo zuur verdiende pensioen van oud-militairen,
eischic 7 maande».
De vrouw wilde dadeljjk appèl aanteekecen.
mishandeling.
De Bredasehe Rechtbank veroordeelde gisteren C.
Verstoepen die zjjn vader mishandelde tengevolge waar
van deze overlesd, tot 2 jaar gevangenisstraf zonder
aftrek der preventieve hechtenis. De eisch was 3 jaar.
KoppeUrj).
Is de zaak van G. E. A. M,, huishoudster te Rotterdam,
door de rechtbank aldaar tot 18 maanden gevangenisstraf
veroordeeld wagens koppelarjj en bedreiging met eenig
misdrjjf tegen het leven, heeft het gerechtshof te 's Gra-
veshige het vonnis der rechtbank bevestigd, voor zoover
betreft de veroordeeling wegens het eerstgenoemde feit
(koppelarij) en de opgelegde straf. Van het tweede feit
werd beklaagde vrijgesproken.
de
Het
Uit de Pers.
Provinciale kiesdistricten.
Handelsblad merkt op, dat er sedert 1852, teen
provinciale indeeling voor de verkiezingen tot stand
kwam, heel wat.veranderd is, met name in de verhouding
van de bevolking der verschillende gemeenten. Niettemin
zjjn die Staten-districten op enkele uitzonderingen na
onveranderd gebleven.
De toestand is, zegt het blad, hoogst ergerljjk, om
niet te zeggen schandeljjk.
Rotterdam vaardigt 9, Den Haag 5 leden te weinig
naar de Staten van Zuid-Ho land af. Op Vlaardmgen en
Delft na hebben alle andere 13 provinciale kiesdis
tricten in Zuio-Holland 1 of 2 algevaardigden meer
dan hun bevolking rechtvaardigt. Men bedenke welk
ontzagljjk verschil het zou maken indien de vrjjif enige
meerderheid in Roiterdamsche en Haagsche districten
in plaats van 25 de 39 afgevaardigden kon doen
verkiezen, waarop die districten recht hebben*
ALKMAARSGHE COURANT