No. 73.
Honderd en negende jaargang
1907
DAGBLAD VOOR ALMAAR EN OMSTREKEN.
Kiezerslijst
JONG GEHUWD.
WOENSDAG
27 MAART.
Drankwet.
FEUILLETON.
BINNENLAND
Deze Courant wordt eiken avondbehalve op Zon- en
Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden
voor Alkmaar f 6,80franco door het geheele Rijk f 1,
Afzonderlijke nummers 3 Cents.
Telefoommauaier 3
Prijs der gewone adverteütiin
Per regel f Q,!Q. By groote contracten rabat. Groote
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N.|V. Boek- en Handelsdrukkerij
v|h. HERMSc COSTER ZOONVoordam O 9.
Zij, die zich met 1 April
op dit blad abonneeren
ontvangen de tot dien datum ver
schijnende nummers GRATIS.
DE UITGEVERS.
f. m. 7b.
ALKMAARSGHE COURANT
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
Alkmaar, brengen overeenkomstig art. 28 der Kies
wet ter algemeene kennis, dat de Kiezerslijst en
de alphabetische lijsten van (le namen en voor
namen van hen die van de kiezerslijst zijn af
gevoerd, en van hen, die daarop zijn gebrecht,
door hen zijn vastgesteld en van at heden tot en
met den 21 April e. k. voor een ieder ter inzage
zjjn nedergelegd en tegen betaling der kosten in
afschrift of afdruk verkrjjgbaar gesteld.
Verbetering der kiezerslijst, kan tot en met den
15 April, door een ieder worden gevraagd, die
meent dat hij zelf of een ander in strjjd met de wet
daarop voorkomt, niet voorkomt, of niet behoorlijk
voorkomt.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
G. RIPPING, Voorzitter.
DONATH, Secretaris.
Alkmaar, 28 Maart 1907.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS ran Alkmaar
brengen ter algemeene kannis, dat bjj hun college is
ingekomen een verzoekschrift van
C. P. NUIJENS, aldaar, om verlof tot den verkoop van
alooholhoadenden anderen dan sterken drank in het perceel
Schapensteeg, B. 14.
Binnen twee weken na deze bekendmaking kan een
ieder tegen het verleenen van het verlof schriftelijke
bezwaren indienen.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
G RIPPING, Voorzitter.
DONATH Secretaris.
Alkmaar, dan 25 Me art 1907.
KENNISGEVING.
Het HOOFD van het Plaatselijk Bestaar te Alkmaae
brengt, op grond van artikel 1 der Wet van 22 Mei
1845 (Staatsblad No, 22) ter kennis der ingezetenen, dat
bjj hem ingekomen en aan den ontvanger der Rjjka
directe belastingen binnen deze gemeente ter invordering
is overgegeven
het kohier der personeels belasting No. 6 voor het
dienstjaar 1907, executoir verklaard door den Directeur
der directe belastingen in Noordholland te Amsterdam
den 23 Maart 1907;
dat ieder verplicht is zjjn aanslag, op den bij de Wet
bepaalden voet, te voldoen en dat heden ingaat de termjjn
van zes weken binnen welken daartegen bezwaar
schriften knnnen worden ingediend.
Het Hoofd van het Plaatseljjk Bestuur
Alkmaar, voornoemd,
25 Maart 1907. G. RIPPING.
HUMORISTISCHE ROMAN
VAN
mATUALlfi VOIü figCUTBUTlf.
12)
Een zachte, heerlijke lucht woei hem tegen. Het
mooie uit'icht dat men had op den stoep van het huis,
dat in den trant van een slot gebouwd was, bracht dan
eigenaar nog altjjd in verrukking. Fluweelachtige gras
velden, doorsneden met gekleurde bloemperken, strekten
Z1u-uUlt u0* een 'aan 0,61 Pflnboomen, waar achter in
schilderachtige verscheidenheid het joage groen van de
boomen in het park uitstak. Een elegante treurwilg,
Pr?rM «ceasia's en platanen stonden in
lieflgkc groepen aan beide zjjden van het huis, aan den
linker kant zag men er een vjjver doorheen schemeren,
waarop het wit der zwanen in de zon schitterde.
Diep ademhalend, een waar beeld van zelfbehagen,
stond de majoor met de handen in zjjn grjjs jachtvest,
en bekeek zgn klein paradjjs. De goede tijd kwam nu
aan, hg kon nu weer rjjden, varen, op de jacht gaan
visschen en waddingen maken in den omtrekdat hn
s winters niet kon doen, door zjja reumatiek in zjjn
laatsten veldtocht opgedaan, en die steeds erger werd
En daarom viel hem den winter zoo lang, en zag hn'
dien altgd met angst tegemoet. Het naburige stadje
en de naastbggelegen garnizoenen gaven weinig afleiding
omdat nog geen der dochters uit den huize Voa Welsen'
m de wereld kwam, en daardoor kwamen zoo nu en
dan alleen maar oude heeren te dineeren, of om te
whisten op Jezeriz.
Op die lange stille dagen zit dan de gepensionneerde
officier in zija gemakkeljjken stoel voor het raam, en
las tot zjjn oogen moé waren. Toevallig kreeg hjj eens
eene wetenschappelijke verhandeling in handen over de
Alkmaar, 27 Maart.
Tatjana Leontieff men kent haar naam, men
weet dat en waarvoor zij te Thun terecht staat,
maar toch mogen we zeker heden over haar leven
en haar daad nog het een en ander vertellen, als
aanvulling van het proces, waarvan wij van dag tot
dag het verloop zullen mededeelen.
Tatjana Leontieff werd in een afgelegen streek
van het groote Rusland geboren. Haar vader was
daar gouverneur en zijn vrouw en hij waren dus
in staat het meisje te vertroetelen, wat zij dan ook
vlijtig deden, want de kleine Tatjana was hun eenig
kind. Zij was een aardig meisje, dat braaf oppaste
en goed leerde, teergevoelig, een klein beetje ver
wend en een beetje zenuwachtig. Trouwens dit
laatste^ was niet zoo'n wonder, waar ooms, neven
en andere familieleden van vaders zoowel als van
moeders kaot zenuwziek waren of waren geweest.
Als jong meisje was Tatjana herhaaldelijk ziek en
voortdurend leed ze aan bloedarmoede. Toen ze
veertien jaar was, werd zij door haar ouders naar
Lausanne gezondeD, waar ze eerst het stedelijk gym
nasium voor meisjes bezocht en later in de medicijnen
studeerde. Daar bleek zij bij verschillende gelegen
heden zenuwachtig-opgewonden te zijn. Toch hield
men veel van haar, roemde haar goedheid, haar
voornamen maar bescheiden aard. In den herfst
vau 1904 keerde zij terug naar de ouderlijke woning,
welke in St. Petersburg stond, waar haar vader,
die ook generaal was, een aanzienljke staatsbe
trekking had gekregen. Zj verkeerde dien tenge
volge in de hoogste kringen en kwam zelfs dikwijls
aan het hof. De woelige gebeurtenissen in de
hoofdstad schenen haar echter meer aan te trekken
dan de hoffestiviteiten. Vooral het gebeurde van
den 22sten Januari maakte op haar een diepen in
druk. Toen men zal het zich herinneren rukte
een reusachtig, maar rustig leger van stakers op
naar het plein voor het keizerlijk paleis. Aan het
hoofd van die duizenden stond een jong priester,
Gapon genaamd, toen verheerljkt, later verguisd,
nog later vermoord. In de eene hand droeg hij
het heilige kruis, dat de politie niet durfde aan
tasten, in de andere een smeekschrift, dat men
Vadertje Tsaar wilde aanbieden en dat één lang
aangehouden, droeve jammerklacht was, een nood
kreet om „menschenrechten". Die arbeiders zeiden
nóch den kogel, nóch de bajonet noch de nagaika
te vreezen en geen van drieën is op dien „bloe-
digen Wladimirdag" gespaard, talloos waren de
gedoodea en gewonden. Het meisje had dat moor
den van zeer dichtbj aangezien, was vol veront
waardiging over het optreden van militie en politie,
welke ook haar lastig gevallen waren, doch kreeg
in haar omgeving op haar medeljden geen ander
antwoord dan„Och, het zjn immers maar arbeiders
Dit antwoord, ot liever het gevoelen, waaraan het
uiting gaf, is beslissend, noodlottig beslissend ge
weest op haar verder leven. Zj sloot zich aan bj
de sociaal-revolutionnaire partj, welke haar, het
meisje uit een hofkring, met open armen ontving.
Spoedig was zj onder haar nieuwe kameraden ge
acht en bemind hare bedoelingen waren zoo goed,
haar moed zoo groot, haar toewijding voor de revo-
graphologie. Hg las het en raakte er over in vuur.
Dat was eene buitengewone amusante bezigheid, om
uit het handschrift de dierbare naasten zoo te doorgronden
alsof zjj al hunne goede en kwade eigenschappen eerlijk
hadden opgebiecht.
Von Welsen was in vuur en vlam. Hjj schreef in
op al da wetenschappelijke werken, die daarop betrek
king hadden, studeerde heel ijverig en werd eea harts
tochtelijke grapholoog. Er kwam geen rekening, briefje
of uitnoodiging, of hjj onderzocht het zelfs tot het puntje
op de i. Wat in 't begin eea aa-dige bezigheid was,
werd een manie. Bjjzondere liefhebberden had de oude
militair altjjd gehad, nu smolten die samen in ééne
dwaasheid, n.l. om het handschrift van vriend of vjjand
te onderzoeken. En het bleef niet een bezigheid voor
de graphet eindigde dikwjjls heel ongelukkig.
Een paar keer waren zjjne aanwjjzingen goed uitge
komen, en daardoor was Von Welsen vast over.uigd
,zjin hooge wetenschap, zoodat hjj zoover ging om
dikwjjls zonder reden, menschen af te keuien of hemel
hoog te verheffen. Hjj had den omgang met zjjn oudsten
vriend, zoo maar afgebroken, omdat hjj beweerde
uit zjjn schr ft valschheid e» egoïsme te lezen, en hjj
nam zonder bedenken de zoo algemeene gevreesde tante
öidonie in zjjn huis, die hem een zeer kwaadaardigen
brief over haar drie sonverdraagljjke» zusters had ge
schreven, enkel en alleen, omdat hjj beweerde, dat het
handschrift van de oude dame, goedheid, zachtheid ea
een vast karakter uitdrukte zjj was een miskende parel
en werd door naar zusters onaardig behandeld, daarom
was het zjjn plicht de vervolgde onschuld te redden.
Mevrouw Von Welsen schudde er dikwjjls met af keer
haar hoofd over. Maar Ernst waarom bestelt ge da
sigaren met meer in den winkel, waar ge twintig jaar
goed bediend zjjt?
Omdat ik ontdekt heb, dat de kerel een bedrieger
is, daar, zie het schrift maar, geen spoor van een
degeljjk karakter, alles bedrog. Ik neem tegenwoordig
mgn havanna: van Bilderboor Co., hun schrift
waarborgt mjj eerlijkheid.
En hjj nam de sigaren van Bilderboor Co., zjj
waren veel duurder en slechter. Dora vond den geur
lutionnaire zaak zoo onbeperkt
Op een avond in Maart zjj zou naar een hof
bal wilde zij zich laten kappen. In de salon
werd zij geheel onverwacht in hechtenis genomen.
Men scheen argwaan tegen haar gekoesterd te hebben,
had een inval gedaan in haar kamer en in een
werkmandje ontplofbare stoffen gevonden. Men
bracht naar zij volhoudt ten onrechte dit in
verband met den aanslag op een van Ruslands meest
gehate mannen Trepoff, met wien zjj overigens veel
vuldig omging. Aan een broeder van haar vader,
die aan het hof verbonden was, gelukte het, haar
krankzinnig te doen verklaren, zjj werd in een ge
sticht geplaatst, waar zjj echter maar kort vertoefde,
wjjl zjj door bemiddeling van hooggeplaatste vrien
den in staat gesteld werd de inrichting te verlaten,
mits ze zich naar het buitenland begaf.
Zjj ging naar Zwitserland, reisde eerst naar
Basel, later naar Genève. De partjj, waartoe zjj
behoorde, had haar aangeraden wat rust te nemen,
haar studies voort te zetten, en voorloopig aan geen
enkele actie deel te nemen. Tatjana echter had
een te opbruisend temperament, was te sterk ge
ëmotioneerd, om dezen raad te kunnen opvolgen.
Zij wilde niet buigen onder de dicipline van de
partjj, brak alle betrekkingen met deze af en sloot
zich bjj de nog meer revolutionDaire (de z.g.n. maxi-
malist-sociaal-revolutionnaire) partjj aan. Zjj vertelt,
dat zelfverwjjt haar in dien tijd kwelde, wjjl zjj
zich tjjdens haar verbljjf in het ziekenhuis ver
klaringen had laten ontlokken, welke haar vrienden
op het schavot hadden gebracht. Met leedwezen zag
haar moeder, die bjj haar was, aan, hoe steeds grooter
onrust zich van het meisje meeBter maakte. Eindelijk
heeft zjj besloten op aandraDg van buiten af zich
te wreken en dat te doen op Doernowo, den aarts-
reactionnairen minister van binnenlaadsche zaken,
die de pers aan boeien lei, de gevangenissen over
laadde, door het geheele land dageljjks terecht
stelling deed houden, de opstand in de Oostzee
provinciën in bloed smoren en de vreeseljjkste gru-
we en plaats hebben liet
Interlaken, met zjjn hotels als paleizen, is in den
zomer het verzamelpunt van de rjjke toeristen, die
het schoone Berner Oberland bezoeken. Een van de
meest bekende hotels is het Grand Hotel Jungfrau,
waar alleen zjj logeeren, die tot de hoogste maat
schappelijke kringen behooren.
Den 27sten Augustus van het vorige jaar, was
daar een jong paar afgestapt, volgens het vreemde
lingenregister „de heer en mevrouw Henrik Strafford
uit Stockholm". Mevrouw, naar schatting 23 jaar,
was rjjk gekleed en blijkbaar van Russische af komst.
Mijnheer vertrok den 31 sten en sedert heeft men
geen spoor van hem kunnen ontdekken. Ook was
in dat hotel gelogeerd een zekere heer Muller, een
rijk geworden Duitscher, die rentenierde te Parjjs.
Den lsten September, het was op een Zaterdag,
zat deze heer 's middags in de nabijheid van de
Russische dame aan de eettafel en las zjjn courant.
Plotseling ging de dame staan, naderde hem, haalde
een revolvertje uit den zak, schoot zeven schoten
op hem af, en verliet kalm de zaal. Op de veranda
werd zjj door een kelner gegrepen. De heer Muller
^w&*tj&5&scis»igE3m>am
vols'rekt niet fijn. Von Welsen scheen het ook te
vindeD, hjj rookte niet half zooveel meer, maar hjj was
liever gestorven dan zjja graphologie ontrouw te worden,
en naar den vorigen leverancier terug te keeren.
Op dit oogenblik dacht de majoor noch aan schrift
noch aan verdachte teekens. Neen mjjnheer Von
W eisen dacht vrooljjk grinnekeude Ernst, Ernstouwe
jongen wat heb je geboft met dat erven van Jeseriz.
Hjj besloot een wandelrit te gaan maken, en riep den
tuinjongen die juist voorbjj kwam toe sMeteor» te laten
zadelen. Terwjjl de jongen vlug weg liep, viel hem
ineens in, dat hjj nog in don tuin naar de vergeet-
mjjnietjes wilde kjjken of zjj eindeljjk opkwamen, het
zou hem bepaald spjjten als zjj het niet deden.
De geschiedenis daarvan was deze. Onlangs had hjj
oude rariteitsn bekeken, toen zjja vrouw in lang ver
geten oude doozen naar de doopacte van Rosa zocht,
zjj bad die noodig voor de aanneming. Hjj had over
haar schouder gekeken en zich geamuseerd, wat zjjn
lief oudje al niet voor kostbaarheden als aandenken had.
Mirtenkrans, sluier ea bloemen, lintjes en kantjes, geel
geworden menu's, de eerste schoentjes van Salome, en
een rammelaar van Rose; een gebroken kopje waaruit
Koning Wilhelm vaa Pruisen gedurende de manoeuvers
gedronken had, oude gescheurde brieven met een rose
lintje saamgebonden waarop geschreven stond »uit onzen
bruidstjjd.»
i En wat zjjn dat voor verwelkte bloemen
Mevrouw Dora lachte, Herkent ge dat niet meer
nare man, die groet bracht je me bjj onze ver
loving.»
't Is waar schat l Hjj bukte zich ontroerd, en nam
de bloemen in de haudea, »hm, alleen rozen en vergeet-
mijmetjascr zei hjj teeder, »wel, wel, en zie eens moe
dertje, aan deze vergeetmjjnietjes hangen waarachtig nog
goede zaadkorrels.® Hjj nam er het omhulsel af en de
zwarte korreltjes rolden in zjjn hand.
Kjjk eens Doortje, dat noem ik pas een trouwe
vergeetmjjniet. Of de korrels zouden opschieten als ze
gezaaid werden
Dat is niet mogeljjk.
Waarom niet P Ik heb onlangs nog gelezen, dat
overleed een uur na deze gebeurtenis, welke onder
de hotelgasten een alleszins begrijpelijke opwinding
veroorzaakte.
De Russin, gesteld in handen van de politie,
weigerde iets mede te deelen omtrent haarzelf of
haar metgezel, Alleen zeide zij, dat zij minister
Doernowo in opdracht had gedood. Zij wilde eerst
niet gelooven, dat zjj een vreemdeling had gedood
en niet den minister, die zich overigens wel degelijk
dien dag in Interlaken bevond, dooh in een ander
hotel, het hotel Victoria, afgestapt was.
Men moest natuurljjk allereerst weten wie de
moordenares was. Zij werd in een aantal houdingen
en costumes gefotografeerd en volgens het bekende
Bertillon-stelsel gemeten, waarna de portretten naar
Europeesche politie-autoriteiten werden gezonden.
In Lausanne werd bekend wat onze lezers reeds
weten, dat n.l. de Russische vrouw niemand anders
was dan de 23-jarige Tatjana Leontieff.
In het oude, grjjze, grafelijke slot te Thun, in
een sombere, halt-verlichte zaal staat thans dit Rus
sische meisje, met haar bleek sympathiek gezichtje,
haar niet mooie, maar verstandige trekken, terecht.
Naast de bank, waarop elke beschuldigde moet plaats
nemen, is de plaats harer verdediger, het sociaal
democratische lid van den Nationalen Raad, dr.
Brüstlein. Daarnevens zit het gerechtshof. En
daar tegenover heeft de jury zitting, twaalf een
voudige mannen uit het volk, Oberlandsche boeren,
die „het schuldig" of „onschuldig" over de beklaagde
zullen hebben uit te spreken. Zij hebben de voor
lichting van deskundigen: van geneeskundigen en
van een kenner van Rusland.
Maar hoe gewichtig is hun taak en hoe zwaar
moeten deze leeken de verantwoordelijkheid gevoe
len van deze rechtspraak zwaarder dan de be-
roep8rechters, die aan dezen last gewoon zijn.
Zal de beklaagde schuldig verklaard worden?
Zal dit jeugdige meisje haar geheele verdere leven
in de gevangenis moeten doorbrengen?
Zal er rekening gehouden worden met de ziel
kundige factoren, die tot de misdaad hebben geleid P
Men moet het vonnis afwachten.
Hoe dit echter ook moge uitvallen, men zal mede
lijden gevoelen met dit meisje, beklagenswaardig
kind des tijds en der omstandigheden, en deernis
met de ouders, wier eenig kind een moordenares
is geworden.
O®dor voorzitterschap van dan heer H. F. A. G. baron
Collot d'Escury van Honts^isie werd gistermiddag te
Utrecht da algemeene vergadering gehouden -an den
Algemeenen Nederlandschen Zuivelbond. In zjjn openings
woord herdacht de voorzitter hetgeen door de F. N. Z.
in 't afgeloopen jaar is verricht. Hg meende, dat in
1906 veel gedaan is en sprak de hoop uit, dat de volk»-
vertegenwoordiging Bpoedig moge behandelen en bekrach
tigen het ingediende boterweteontwerp en als gevolg
daarvan 't buitenland niet anders zal kennen dan Hol-
landsehe boter onder rjjksoontiöle, waarbjj dan moet
gezorgd worden, dat die boter goed is.
Bjj de behandeling der mededeelingen, alle reeds in
druk verschenen, bleek dat inzake invoer van Holland-
u uw j immui,
een kersepit in een groens kool gevonden nog geplant
en opgeschoten is.
Een courantenberichtje, oudje.
Als men aan alle berichten twjjfelt, behoeft men
ook geen nieuwsbladen te lezen. Ik wed dat deze
zaadjes nog opkomen.
Goed probeer het eens. Vergeetmjjnieten uit
onze verlovmgsbouquetbjj na twintig jaren oud, dat
zou bepaald een wonder zjjn.
Van deze vergeetmjjnietjes zullen onze meisjes
ook verloviagsbouquetten krggen, zei hjj plechtig.
Mevrouw Von Welsen lachte »Zorg dan dat te geljjk
met de bloemen de vrjjers ook uit den grond komen®
plaagde zjj.
Dat zal wel gaan, en hjj gaf haar eea kus, als
Salome thuis is en de vergeetmjjnietjes bloeieD, dan
schudt onze lieve Heer misschien nog zoo'n tweede mo
delman, als je trouwe echtgenoot uit zjjn mouw voor
onze oudste.
Daarop nam hjj het zaad zorgvuldig in zjjn hand, en
ging heel bedrjjrig d* deur uit, om nog m»t de volle
zonneschjja zjja wonder van wederopstanding van de
verlovingsbloemen op touw te zetten. Het warmste
plekje had hjj er voor opgezocht, en eiken dag was hjj
vol ongeduld er heen gestrompeld, in de hoop een paar
groene puntjes ta ontdekken. Maar er kwam niets, en
dat speet hem geweldig.
De komst van Salome, een interessant boek en eenige
regendagen hadden zjjn inspectie verhinderd.
Nu dacht de majoor weer aan zjjn vergeetmjjnietjes
en hoewel hjj zelt erg begon te twjjfelen aan de
vruchtbaarheid der zeer gewaardeerde zwarte zaadjes,
slenterde hq toch weer door de zonnige parklaan naar
het oude gedee'te der ruïne, waar in een verborgen
perkje de vergeetmjjnietjes moesten toonen wat zii
konden.
Onderzoekend boog hjj zich voorover Vol ver
bazing lag hjj bijna op zjjn knieën voor het ongeloofeljjke.
Zq kwamen uit l neen het was geen verbeelding.
Eenige teere roade blaadjes kwamen uit de iosse aarde
te voorschjjn, wezenljjk echte vergeetmjjnietjes.
Wordl vervolgd.)