No. 78.
Honderd en negende jaargang.
1907.
DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
W OENSD AG
3 APRIL.
Gemeentescholen.
Toelating van leerlingen.
Uit Hof- en EloofdstadL
BIN NEN LANDT
Deze Courant wordt elk@n avondbehalve op Zon- en
Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprys per 3 maanden
voor A t.kmaab f 0,80franco door het geheele Rijk ff,
Afzonderlijke nummers 3 Cents.
Telefoonmmaaer 3.
Prijs der gewene advertentiën
Per regel f 0,10. Bij groote contracten rabat. Groote
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N.|V. Boek- en Handelsdrukkerij
v|h. HERAts. OOSTER ZOONYoordam O 9.
Onbestelbare Brieven en Briefkaarten.
ALKMAARSCHE COURANT
Postkantoor te Alkmaar,
LIJST Tan do aan dit kantoor en de daaronder be
hoor en de hulpkantoren ter post bezorgde brieven en
briefkaarten, welke wegens onbekendheid van de geadres
seerden niet zijn kannen worden uitgereikt.
2e Helft der maand Maart 1907.
Brieven.
L! mi tans, Amsterdam.
Postbus No. 148, 's-Hago,
J. W. Smit, Helder.
van Egmosd, Wieringorwaard.
Jhr. P. L. Luoassen, Zasdvoort.
P. Floor, Sehagea.
M«j. Tr. Kuypers, Haarlem.
Briefkaarten.
Mej. P. Bakker, Eakhaizen.
Buitenland.
J. Kotsen, Holslerhanten.
Aan de afzenders wordt aanbevolen hun naam en adres
op de stukken te vermelden, opdat deze bij onbestelbaarheid
aan hen kunnen teruggegeven worden.
BURGEMEESTER ea WETHOUDERS van Alkmaar,
noodigen belanghebbenden, die met 1 Mei a.s. kinderen
op eene der vjjf gemeentescholen toegelaten wenschen te
zien, nit, daarvan vóór IA April 1907 aangifte te
doen bjj da hoofden d er scholen, onder overlegging vsn
het geboortebriefje en het inentingsbewjjs der kinderen,
waarvan de toelating gevraagd wordt'
Be gelegenheid bestaat daartee aan de school
lokalen op Dinsdag 9 en Donderdag II April
a.s. van des namiddags 4—A are en op Woens
dag ÏO April n.s. Tan des middags 17-1 ure.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, G. RIPPING, Voorzitter,
18 Maart 1907. DONATH, Secretaris.
Alkmaar, 3 April.
Het begint langzamerhand gewoonte te worden,
dat personen, die een drukken werkkring hebben
en wie heeft dat tegenwoordig niet? en finan
cieel vrij wel onafhankelijk zjjn hun aantal ia
heel wat geringer niet alleen in de zomermaanden
gelegenheid zoeken om uit te rusten van de ver
moeienissen, maar ook in de Paaschdagen zich een
uitstapje veroorlooven. Waar de heer von Bülow
een drukke wintercampagne achter den rug heeft,
is het geen wonder, dat ook hij een kleine afleiding
heeft gezocht, de Berlijnsche Wilhelmstrasse vaar
wel gezegd heeft en zich tijdelijk heeft begraven
in een klein, maar schilderachtig badplaatsje aan de
Italiaansche kust, tusschen Genua en Spezia. Het
is jammer, dat wij hier geen Middellandsche Zee
klimaat hebben wie weet, of Bergen werd ook
nog eens een rustoord voor de allerhoogst-geplaatste
personen. De schilderachtige ligging en een ruïne
hebben beide plaatsen in elk geval met elkaar ge
meen.
Maar een rustend staatsman kent geen absolute
rust. Een Berlijnsch dagblad bijv. heeft zich niet
ontzien hem dezer dagen lastig te vallen met de
vraag, wat hij dacht van het Paaschfeest. De Rjjks-
kanselier heeft zich er nogal kort afgemaakt, immers
hij schreef: „Het Paaschfeest wekt de gedachte op,
dat er ook in het leven der natie geen nieuw ont
staan is zonder zorgen, strijd en offers. Moge het
aan het Duitsche volk nooit ontbreken aan mannen,
die het ten voorbeeld zijn in de gelukkige opoffering
van den persoon tot heil van de maatschappij."
De Rijkskanselier heeft echter nog meer te doen.
Hij iszelfs als pleiziergast de handelsreiziger, die
zaken tracht te doen of betrekkingen hoopt aan te
knoopen. En zco heeft hij den Italiaansche Minister van
Buitenlandsche Zaken ontvangen in deze stille plaats,
waar zij bijna geheel onbespied samenkomen konden.
Eerlijk gezegd wij weten dan ook bedroefd weinig
van de samenkomst. De Tribune vernam, dat de
beide staatslieden na bun onderhoud samen ver
trokken, „en beiden glimlachten" dat lijkt in
elk geval niet slecht. Een ander telegram zegt,
dat de heer von Bülow ter eere van den heer Tit-
toni een maaltijd heeft gegeven, waaraan elf per
sonen aanzaten en waarbij „de tafel kunstig was
versierd met een pracht van fraaie bloemen." En
zoo zouden we meer berichten kunnen geven met
mededeelingen, die den lezer wellicht volmaakt on
verschillig zijn, maar die den correspondenten dan
toch de telegraafkosten waard zijn.
Al weet men niets van hetgeen er tijdens het
onderhoud tusschen beide hooggeplaatste personen
gesproken is dit verhindert de couranten natuur
lijk niet om hun oordeel te vellen over deze bijeen
komst. Trouwens het is niet moeielijk een eenigs-
zins geloofwaardig verslag van het gesprek te geven,
dat men niet heeft aangehoord. Men weet zoo on
geveer waarover er had kunnen worden gesproken
en als men nu maar zorgt, de plank niet al te ver
mis te slaan, zoodat een officieele of officieuze tegen
spraak volgt, kan men met grooten schijn van ge
loofwaardigheid en kans op succes zijn lezers het
een en ander voorfabelen. Het is ook een methode,
zelfs een veel gevolgde, maar niet de onze.
Wij willen niet anders doen dan nagaan, welke
de meest voor de hand liggende onderwerpen zijn,
waarover de beide staatslieden zouden kunnen hebben
gesproken. En dan noemen wij alszoodanig in de
eerste plaats de vredesconferentie, volgens sommigen
de grootste dwaasheid van een scheidende en een
nieuwe eeuw, volgens anderen de bron van welvaart,
vooruitgang, menschlievendheid, zachtaardigheid, enz.
Men heeft in het^ nummer van gisteren kunnen
lezen, dat volgens de zeer betrouwbare Temps de
bekende heer De Martens heeft verklaarddat
Duitschland Oostenrijk geheel op zijn hand had
wanneer het zich verzetjtegen het Engelsche voor
stel tot beperking der bewapening. En zou het nu
wel zoo'n groot wonder zijndat er geprobeerd
werd den anderen bondgenoot, Italië, ook te winnen
voor de. opvatting, dat" ontwapening geen eisch des
tijds is Een dergelijke poging zou te eerder kans
van slagen hebben, wijl Italië bij een goede marine
groot belang heeft en wijl minister Tittoni 't vorige
jaar in de Kamer verklaringen aflegde, welke slechts
getuigden van een zeer platonische liefde voor het
Engelsche voorstel, maar niet van een verwachting
van practieehe gevolgen. Maar Italië schijnt te be-
hooren tot de mogendheden, die voorhands geen ja
en geen neen zeggen, een standpunt, dat overigens
sommige Duitsche bladen ook Duitschland van harte
toewenschen-jen dat zij heel wat geschikter vinden,
dan reeds bij voorbaat „neen" te schudden, daar
zeggen zij er niet,kan worden beweerd, dat bij
een onpartijdig^onderzoek blijkt, dat er in deze zaak
toch nog een bruikbare akern zit.
Een tweede onderwerp, dat ter sprake zou kunnen
zijn gebracht is de Marokkaanscho kwestie. Op
het oogenblik valt er van deze kwestie weinig te
zeggen. De Fransche vlag wappert op enkele ge
bouwen van Oedsjda, in Marokka heeft men vreemd
opgekeken over een dergelijken krassen maatregel
maar in Europa, waar Frankrijk behoorlijk kennis
gegeven heeft van zjjn daad, heeft men deze goed
gekeurd. Wel hebberfenkele schreeuwers aan Spree,
Theems en Seine een keel opgezet, maar aan hun
woorden is weinig meer waarde toegekend dan ze
verdienden.
Toch is het wel opmerkelijk, dat noch Frankrijk
nóch Duitschland het verdrag van Algéciras heeft
bekrachtigd, hetgeen niet een bewijs van groot ver
trouwen lijkt. Op de Marokko-conferentie werd
Duitschland slechts terzijde gestaan door Oostenrijk,
„de voortreffelijke secondant", zooals de Keizer in
een zijner ongelukkige oogenblikken heeft geseind.
Is het nu niet zeer wel mogelijk, dat Duitschland
Italië voor zich tracht^te winnen,1 sedert;[dit rijk in
de Europeesche balzaal een „extra toertje" met
Marianne heeft gedanst, zich het hof liet maken
door Brittania en Germanie min of meer ontrouw
werd P
De Haagsche Keuter vaa de Prov. Gron. Ct. heeft
met een denkbeeldig iemand nit do provincie een
denkbeeldige wandeling gemaakt, waarover hij o. a.
schrijft
„Als wij straks over den Kneuterdijk komen en hij
belangstellend voor de vroegere woning van Prins
Alexander staat, verneemt hij schuddebollend, dat de
nieuwe secretaris van het Duitsche gezantschap dit
aristocratische huis gehuurd heeft voor f 13.000 'sjaars.
Oageloovig schudt hij 't hoofd. Wie heeft ooit van
zóó'n huurprijs gehoord. Wij hebben altijd van onze
ouders gehoord, dat de huur der woning slechts een
zesde van het gezamenlijk inkomen mag bedragen.
Wat moet naar dien maatstaf de Duitsche diplomaat
goed vco-zien zijn van het aardsche slijk.
Een eindje \erder schiet mijn provinciaal in een
gullen lach, als hij tusschen de Hooge Nieuwstraat en
het Lange Voorhout, aan eea huisje zoo smal als de
hemelweg en zoo petieterig als eea^poppenwoning, de
voorname aankondiging leest: „Een Heerenhuis te
huur." Als men in de knussige kamertjes van dit
vogelkooitje vier natte paraplu's kan ^uitzetten, mag
men mij gerust een leugenaar noemenHot uitzicht
is echter aanlokkend, de ligging voornaam, de stand
hcogst-deftig. Leve het Heerenhuisje
Toen wij, al wandelende, door de Wagenstraat kwa
men, wees ik mijn neef het hoekhuis van Wagenstraat
es Gedempte Gracht, dat tegenwoordig een handel in
tabak en koffie bevat. Daar woonde, op de kamers der
lste verdieping, een veertigtal jaren geleden, zei ik,
de onlangs te Utrecht overleden oud-minister Sprenger
van Eyk. Het was destijds een beddeawiskei en de
bovenbewoner was toen als surnumerair, der registratie
tijdelijk bij het ministerie van financiën, afd. domeinen
geplaatst.
Sprengor van Eyk was toen eenj levendig, vr ooi ijk
pretlievend jonkman, die het gezellig samenzijn gaar re
mocht, een man, die zich ia verschillende kringen
bewoog. Dikwijls gebeurde het dan ook, dat deze
drukke prater heel laat (of heel vroegal naarmate
van de vordeeling der 24 uren)'zich ter ruste begaf.
Aan de overzijde zijner woning, op den hoek van
Wagenstraat en Gedempte Burgwal, vatte eiken avond
een zuurkraampje post, dat zijne beste klanten onder
de: voorbijgaande „plakkers" en de naar huis keerende
„nachtpitjes" telde. Als nu onze a.s. staatsman, toen
nog een onbezorgde vroolijke jonkman, 's avonds laat
thuis kwam, wisselde hij altijd een jovialen groet of
een opgewekt praatje met de koopvrouw, die trouw
bij haar brandende lantaarn achter de harde eieren,
het zuur en de gebakken visohjes hokte.
Nu wilde het noodlot, dat in het gemelde bedden-
magazijn op zekeren nacht plotseling een heftige brand
uitbarstte, zóo plotseling en zóo sohrikbarend snel,
dat men vergat, den bovenbewoner te wekken, die,
juist op een vergevorderd nachtelijk uur^eerst thuis
gekomen, uit zich zelf niet wakker werd.
Daar herinnert zich de koopvrouw aan de overzijde,
die den brand het eerst ontdekt had, dat „de meneer
van de bovenkamer" haar nog goeden nacht had toe
geroepen en misschien aog sliept Snel grijpt zg,alles
wat ze onder haar bereik vindt, en smijt dat woest£em
krachtig tegen de ruiten der bovenwoning. De rui en
rinkinkelen de bewoner wordt wakker door het helsch
lawaai, ziet het gevaar waarin hij verkeert, schiet
ijlings een paar kleedingstukken aan en ontvlucht met
allen spoed het brandende huis. Zoo had de toekomstige
wetgever het behoud van zijn leven jaan jde vrouw
van het zuurkraampje te betalen,
f En de zedenles die er ait te trekken valt P^vraagt
mijn neef of een ander. Wel, dat iemand, die vriendelijk
en spraakzaam is, behoorljjk gered wordt,' wanneer hij
in gevaar verkeert." I
Aan Valerius1 brief in do Opr. Haarl, C, t onilsenen
we het volgende
De Zuidafrikaansche tentoonstelling is geopsnd Eigen
aardigs gewaarwording bjj de opening na het Wilhelmus
het Engelsche volkslied .te^hoore», dat ieder gzig koud
liet. Hot denkbeeld ging «iet weg, dat men daar de
vruchten en de krachten zag van een ?sr Ergalscht
lavd, wier bewoners ééa^zjjn met onzen stam, wier lasd
meer gestolen dan veroverd is, op do wjjze geljjk de
Eageisohen dat vermogen, zoo scherp en juist door den
Isrschen schrjjver Bernard Shaw geteekend.
»Geen Esgelsohman is te ,laag om gemoedsbezwaren
te kennenniet één te hoog om vrjj te zjjn van hun
dwang. (Iedere Eagelschman wordt gebaren mat een
zekere wonderkracht, die hem tot meester van heel de
wereld maakt. Als hjj iets verlangt, bekent hg 'c zich
zelf niet, dat hg 't wenscht. Hg wacht gaduldig tot er
in zjjn brein opkomt n'emand weet hoe eene
brandende overtuiging,\!dat het zjjn zedsljjka en gods
dienst gr plicht is de mansehen, die hebban wat hjj be
geert, ^te onderwerpen. 'Dan wordt hjj on wae; staan brar.
Geljjk een aristocraat doet hjj wat hg pleizierig
vindt oa steelt wat hg wil; gsljjk een winkelier jiagt
hg zjjny dosl na met |dsn jjver en da volharding, die
voortspruiten uit sterke religieuss overtuiging ea een
diep* gevoel van zedelijke" verantwoordelijkheid. Als de
groote strjjder voor Vrjjheid en Nationale Oaafhankeljjk-
taeid, onderwarpt^ ea annexeert hg de halve wereld en
Bosmt het: kolonisatie,^ Als hg een nieuwe markt voor
zjjn halt en-ha f Manchester goederen noodig beeft, staart
hjj eaa^zendeling "mt-, om ^dea inboorlingen het Evangelie
van den vreda te lasrea. Ds inboorlingen vermoorden
den zendeling,hjj vliegt in 't gewaer ter verdediging
vaa 't Christendom, j-vsoht er voor, en neemt de
markt als een belooning d s Hemels.
Hji pocht er op,"dat ean-aslaaf^vrjj is van ,'t oogenblik,
waarop zjjn voet op Britsoh gebied staaten verkoopt de
kinderen van zjjn armen ala ze zes jaar oud zjjn, om
onder den knoet: zestien j uur per dag in de fabriek te
wsrken. Hij zslLmaaktjtwee revoluties en als wjj er een
maken, verklaart hjj ons den oorlog in naam van Wet
en O-do. Er is niets zoo goid cf zoo kwaad, dat ge een
Engelsehman niets ziet doenmaar ge zult hem nooit in
't ongeljjkr »iaden.|^Waat al-wat hjj doat^gebeurtjuit
principe. Hg doet ja dan oorlog aa* uit patriottisch be-
pins?lknecht je nit imperialistisch beginsel; behandelt
je ruw uit loyaal beginsel, ea hakt ja hoofd af uit repu
blikeinse» bagiasel. Zga staag wrcitwoord is: «Plicht*,
en hjj vergeet nooit, dat 't volk, 't walk zga plicht ver
oorloof tj tegoaover^het^eigeabelang^ts stellen,verlorenjis.
Over de plechtigheid bjj do RuySer's "graf sehrgft da
schrjjver der Amsterdamsche brieven ia de 'JProv, Gron.
Ct. het volgende
Algemeeaf trok da aandacht dal,figuur van minister
Staal, die er ia zga generasls-aaiforar lang niet voor de
poes uitzag. Telkens hoorde® men autoriteiten tot hua
dames zeggen: «dék' heb ja nou Staal 1« .en dau§k*ke«
de dames met groote, verwonderde Pogen naar dea vecht-
generaal, die voortdurend .„met minister Van Raaltson-
gnduldig heen en waar I «p, daar zjj hua echtgenooten
in hat gedrang haddan verloren. Eindeijjk kwamen de
dames te voorccbjja en voegden zich hierbjj na korten
tijd miaister Da Maaster, vrooljjk lachend en koutend,
en Cohen Stuar;, dia telkenmale mat zgn|liakerhasd
begrootte, wijl j zga rechter zekar ten gevolge van zga
?al nog stjjf was. Hst was langen tjjd bjj Da Rryter's
graf sim verzamelplaats van hoogwaardigheidsbekleders
vaa wie men telkens de een tegen den ander hoorde
ztgganmoet ja ook bjj de Koningin eten? Ja, maar hit
is p,s cm haif éétt, wa hebban rog wef;deng Ijjd ergens
een glas sherry te drinken, wAt
Staking.
Nadat in de Woensdagavond te Almelo gehouden con
ferentie ^tusschen da arbcidersbesturen en da patroons
in zake de loonbewsging geen overeenstemming was
var kregen, hebbsa do bouw vakorganisaties huishoucieljjke
▼ergaier ngen gehouden. De timmerlieden, schilders en
meubelmakers besloten het werk niet te staken, maar
gence en te nemen met het aanbod der patroons (1 cent
loonsverhooging met 1 April a.s. en weer 1 cent met
inging van 1 Januari 1908). Ds kalk- en afeenbewer-
kcsorganisaïie bes'ort echt*r op dat aanbod niet in te
gaan en het werk Dinsdag 2 April te staken.
Door den aannemer, den heer B. V'xseboxse Bso., die
bniten de patroonsorganisatie staat, wrden darop
pogingen gedaan om de dreigende werkstaking te voor
komen en namens de patroons we'd door hem een
bemiddelingsvoorstel gedaan, n.l. 2 cant verhooging met
ingang van 1 Juli a.s.
Ie een ha;shoodelijke vergadering van de bouwvakar
beiders en de meubelmakers werd dit voorstel echter
verworpen, zcodat heden het werk zou worden gestaakr
door de metselaars, opperlieden en stucadoors. Aan de
patroonsvereeniging werd per brief van dit besluit
mededeelicg gedaan. Verder werd besloten, dat alle
weikstakers Dinsdagmorgen om zes uur cp do maikt
zouden aan'reden.
Da timmerlieden, schilders en menbelmakersknechts
hielden zich aan het reeds genoemde voorstel der patroons.
Nader wordt uit Almelo gemeld
Dinsdagmorgen hebben ongeveer 190 metselaais, opper-
lieden en stucadoors het werk gestaakt. Aan de werken
voor het nieuwe station en de nieuwe gasfabriek wordt
niet gestaakt, wjjl daar bet loon reeds hooger is dan
thars geëischt wordt. Twee metselaarepatroons en een
stucadoorspatroon hebben reeds toegegsven en daar is het
werk toen hervat.
Helbrand
In het Loonerveld bjj Ass«n heeft een hevige brand
gewoed in bosch en heideveld. Over eon uitgestrektheid
van ongeTear 20 hectaren is groote schade aangericht.
Blphtheiltls.
Te Sliedrecht deden zich van 23 tot 31 Maart weer
negen gevallen van d.phthe itis voor. Opm3rkelgk is hst,
dat dsze gevallen voorkomen in verschillende deolen der
gemeente, bjj kinderen van zeer niteenloopenden leef jjd,
die verschillende scholen bezoeked en ook niet met elkan
der in aanraking geweest zjjn.
Tr Mtongeluk.
Da eerste tram, gisterochtend komende van da Belgische
grens, is bjj Eindhoven tusschen Eersel en Steensrl ge
derailleerd. Eerst kwam de maohine en daarna de
eerstvolgende personenwagen, die vol sat, in een eloot
terecht. Zeven reizigers zjjn meer of minder ernstig ge
kwetst een heeft er een arm gebroken. De reizigers
van den tweeden wagen bleven ongedeerd, evenals het
trampersoneel. Spoedig waren de geneesheeren van Eersel
en Veldhoven tor plaatse. Ds treinloop ie gestoorder
is van Eindhoven onmiddelljjk materieel gezonden om
den weg vijj te maken.
Aardappelboiiw.
Onze deskundige medewerker sohrjjft:
Zoowel op klei-, veen- als zandgronden is de verbouw
van dit knolgewas zaer algemeen. Niet alleen in ons
land, maar ook in andere landen wordt de aardappel,
die in 't midden der 16e eeuw uit Zuid Amerika naar
Europa gebracht is, over vrjj groote uitgestrektheden
verbouwd. Evenals alle hokvruchten stelt de aardappel
hooge eischen aan den bodem. De hooge opbrengsten,
die men in sommige streken oogst, een 500—600 H,L,
per H.A., nemen heel wat voedingsstoffen nit den grond.
Vooral zjjn het kali en stikstof, die in groote hoeveel
heden verwerkt worden. Bg het verbouw van aardappels
mag eerstgenoemde voedingsstof dan ook niet vergeten
worden. Toch moet man bg hot geven van kalizouten
en die zjjn er vele zeer voorziohtig zjjn. Alle kali-
zonten mog men niet aanwenden. Hoewel een vriend
van kali is de aardappel een vjjand van ohloor. Akkers,
waar men chloothoadende meatstoffsn gestrooid heeft,
geven al spoedig blgk van «chloorvergiftiging". Daaraan
ljjdende plarten vartoonon gale kroeze bladeren, het zet-
meelgehalte vermindert en de smakelgkhoid gaat achter
uit. Daarom mag men nooit kainiet in 't voorjaar
strooien. Dus i« hst najaar znlt ge vragen 'k Geloof,
dat het verstandigste is om alle gevaar te voorkomen
ook het dan niet strooien. Koop liever een chloorvrjj
kalizout. Bjj aanwending van patentkali behoeft men
voor chloorverg ftiging niet te vreezen.
Dit zout s wel duurder das kainiet, maar men moet
ook niet vergeten dat in patentkali zoowat 2 maal zoo
veel kali gevonden wordt ais in kainiet. Aan phosphor-
zuur heeft aüdappei niet zooveel behosfte als aan kali.
Twee deelen kali teges esn deel phos^horznnr kan in '6
algemeen genomen worden. Ook stikstof vraagt de plant
zeer vee). Da hoeveelite d ch li, die men daarvoor uit
moet strooien is naar daa aard van den grond en daar
mee in verband staande opbrengst zeer verschillend.
Geeft men in da vre#koloniale streken wrl een 800 K.G.
per H.A., op zandgronden kaa men wel met de helft
volstaan. Aanbevaling verdient het, dit zont in 2 maal
ait te strooien. Na zon men ons kunnen vragen>kan
men bg uitsluitend knnstmosrgebrnik wel op esn
gosden oogst rekenen P« Laat het Rijksproefveld 1906
van doe heer Slomp te Hivelte, daar een antwoord op
geven. Reeds 6 jaar achtereen werd perceel III uitslui
tend kunstmest gegeven. Perceel I krerg telken jare
stalmest en perosei II half om half.
Per HA. ontving het kunstmestpercael
600 K.G. natentkali dit werd einde Maart uitae'
600 K.G. alakkenmeel strooid.
200 K.G. chili gaf men half April ea nog 200 K.G.
chili toen de aardappels in de rjj siond°».
Aan opbrengst gaf:
het stalmestpeiceel 370 H.L. per H.A.
het perceel half om half 390 H L. p r H.A.
het kunstmestperosel 440 H.L. per H A, W.