No. 105.
Honderd en negende jaargang.
1907.
DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
JONG GEHUWD.
ZATERDAG
4 MEI.
Stedelijk Museum.
Zaterdagsche Veemarkt.
De „Messias"-uitvoering.
FEUILLETON.
Deze Courant wordt eiken avondbehalve op Zon- en
Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden
voor Alkmaar f 0,80franco door het geheele Rijk f
Afzonderlijke nummers Cents
Telefoons HBawer 3.
Prijs der gewone advertenti6n
Per regel f 0,10. By groote contracten rabat. Groote
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N.|V. Boek- en Handelsdrukkerij
v|h. HEJRMs. COSTER ZOONVoordam O 9.
Voor dames.
ALKMAARSCHE COURANT.
Zondag 5 Mei n.s. znl het Stedelijk Musenn
geopend zjjn van 1—3 nar tegen betaling van
ÏO cent.
KENNISGEVING.
Het HOOFD ran het Plaatselijk Bestuur te Alkmaab
brengt, op grond Tan artikel 1 der Wet fan 22 Mei
1845 (Staatsblad No. 22) ter kennis der ingezetenen, dat
bp hem ingekomen en aan den ontvanger der Rjjks
directe belastingen binnen deze gemeente ter invordering
is overgegeven
het kohier der personeele belasting No. 9 voor bet
dienstjaar 1907, executoir verklaard door den Directeur
der directe belastingen in Noordholland te Amsterdam
den 30 April 1907;
dat ieder verplicht is zjjn aanslag, op den bjj de Wet
bepaalden voet, te voldoen en dat heden ingaat de termjja
van zes weken binnon welken daartegen bezwaar
schriften kannen worden ingediend.
Het Hoofd van het Plaatseljjk Bestaar,
Alkmaar, voornoemd,
1 Mei 1907.(GRIPPING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alkmaar
brengen ter kennis van de aanvoerders van vee, dat,
in verband met de te verwachten drukk» Z»terdagscbe
Vermarkten, de toegang voor vee tot het Markt
plein, ooateljjk vaa het Waaggebouw, dos bjj
de gpekbrug en de Scbapeabrug, tot nadere aan»
kondiging zcl zjjn verbeden.
Burgemeester en W«tbonders voornoemd,
Alk aar, G RIPPING. Voorzitter.
29 April 1907 DONATH, Secretaris.
Men sprak weleer en spreekt wederom druk
over een wereldtaalToen gold het „Yolapük",
welke poping is misluktnd betreft het, want men
laat de hoop op gelukken natuurlijk niet varen,
„Esperanto"Nog onlangs had te Zandvoort voor
een aantal belangstellenden een bespreking plaats
omtrent deze wereld-hulp-taal. Na eerst een alge
meen overzicht gegeven te hebben van verschillende
wereldtalen en na door verscheiden tijdschriften,
couranten, te hebben aangetoond de groote ver
spreiding van Esperanto over de geheele wereld,
ging de spreker over tot nadere uiteenzetting van
de taalstudie. Te dien einde had hij een tiental
regels (in het geheel zijn er slechts 16 en zonder
uitzonderingen) van die taal op papier gesteld,
welke hij tegelijkertijd met het bondslied der
Esperantisten onder de aanwezigen uitdeelde. Zeer
merkwaardig moet het geweest zijn dat velen, die
niets van „E" afwisten, slechts met behulp van die
regels en een klein woordenboekje dit lied konden
vertalen.
Steeds meer schijnen zich te gaan toeleggen op
de bestudeering dezer taal.
't Denkbeeld van een taal, die alom en door i
allen verstaan wordt, heeft niet weinig aantrek-
kelijks. Te weten dat men, in welk deel der
wereld men ook komt, zich verstaanbaar kan maken
te weten dat men, waar ook zich bevindend, met
HUMORISTISCHE ROMAN
VAN
AATUALIH VOST BICHTBVTil.
41)
Voor den eersten keer wilde da majoor boos worden
en haar verzoeken haar brutaliteiten voor haar te houden
maar hq bedacht zich nog bjjtjjds. Denkt ge, dat
j n eeB en geschud in treinen aangenaam
vind Het is voor de kleine, zjj moet ook wat van de
^e<rx7 "rooQde bjj, en ging de kamer uit.
Wat een onbeschrijflqk genot voor Rote, om door
dat tooveracntig schoone Thuriagen te dwalenDe
eene voetreis na de andere, en elke nieuwe toer was
weer mooier, en nog meer de moeite waard.
De herfst had zjjn mooiste kleuren over het woud
uitgespreid, een zacht violette sluier van mist hing o>»
de bergen, totdat de zon geheel doorkwam en de dalen
m een goud licht hulde.
f"®80*10 lucht op de hoogte, een geur van hars
in het dennenwoud, vrooljjkheid en gezang overal,
wapperende vlaggen van de hotels en verlokkende
kurhausmuziek. Wat een nieuw, ongekend leven.
Rose dacht dat ze in een tooverwereld was gekomen
?"i JB?»00t. met volie teugen van al de pracht en heer
ljjkheid. Jammer dat papa niet goed tegen^klimmen
Ron, en altqd zoo over de hooge prjjzen van rjjtnigen
aanging. Na lang smeeken van vrouw en doehter, had
hq emdelqk toegegeven, om den weg van Rhula tot
Eisenach te voet af te leggen. Het was een heete dag
en hoewel zjj vroeg op pad waren gegaan, brandde de
zon al gevoelig op de drie wandelaars. Het humeur
van papa dat/n 't begin zeer goed was geweest, werd
zeer slecht. Hjj had in Rhula slecht geslapen en 's nachts
zelfs met zjjn oude commandostem op den gang van
de daar wonenden van gedachten kan wisselen
in eene" voor allen verstaanbare taal schriftelijk in
zich verbinding te kunnen 'stellen met allen
dit is een zoo bekoorlijke gedachte, dat de wensch
bij menigeen zal opkomen „moge deze vernieuwde
proefneming met welslagen worden bekroond 1"
Van een wereldtaal gesproken... in overdrachte
lijken zin opgevat, bestaat zij en bestond zij altoos.
Men denke slechts aan de taal der kunsteen
ruïne uit" overoude tijden kan spreken tot allen die
oog en hart hebben een treffende schilderij spreekt
een taal die door allen vermag verstaan te worden.
De Natuur heeft haar sprake voor iedereen. Menschen,
nietf ontbloot van alle gevoel, lezen op anderer
gelaat, hun stemmingen, hun aandoeningen, wat er
aan vreugd of smart of zielestrijd in hen omgaat.
De '„straal'der oogen" kan door, ieder worden be
grepen.
Bovenal denken we aan de taal der muziek, de
„taal zonder woorden". Haar klanken en geluiden
kunnen door allen worden vernomen.
Zij is het, die d'eeuwen~door en overal de harten
treft, ontroert, verwarmt en doordringtdie de
edelste en onedelste hartstochten in beweging brengt
die 'de ziel opwaarts voert"of omlaag trekt. Den
ten strijde trekkende vervult ze met geestdrift, en
't lied/des vredes doet zij hooren. Aan 't feest "zet
ze 'n vroolijke, opgewekte stemming bij, terwjjl zij
bij "rouwe het niet uit te sprekene vertolkt, 't Kind
en den grijsaard doet zij luisteren in het gemoed
van den/hoogst ontwikkelde zoowel als in dat van
den allereenvoudigste vindt zij weerklank.
In ademlooze stilte doet zij een ontelbare schare
Dederzitten. Dit is haar kracht, dat zij een echo
vindt in aller harten, die zij vermag te doen uit-
gaane tuit de zichtbare, stoffelijke 'wereld naar de
onzienlijke. Zij is niet zelden een „Jakobs-ladder",
waarlangs des menschen ziel opwaarts gaat en~die
stemmingen in haar wekt van den meest verheven
aard.
Kunst is geen godsdienst, maar doet bijwijlen
aandoeningen geboren worden, welke de'allerhoogste,
de religieuse, in het leven roepen vaak.
Beurtelings geeft zij weer wat woordentaal niet
uitspreken kan en wekt zij in de ziel wat niets
zou kunnen te voorschijn roepen.
Hoe is de muziek dienstbaar aan het heilige!
Wie ondervond nooit den invloed van plechtige
koraalmuziek Zjj verplaatst ons in andere gevoels
sfeer en brengt tot openbaring een dikwerf verbor
gen heimwee naai' „hooger; harmonie dan' de ziel in
dit leven vindt." De harmonie der tonen, ingaande
tot in het heiligdom van /het' 'gevoel, heeft een
wondervol vermogen om in reiner wereld ons te
verplaatsen.
Een schoonen avond van rein, verheffend kunstgenot
wacht hen, die luisteren zullen naar de uitvoering
van „De Messiasop Dinsdagavond aanstaande.
Handel wiens „meesterwerk" ten gehoore zal
worden gebracht, werd geboren 23 Februari 1685
te Halle en overleed 14 April 1759 te Londen.
Aanvankelijk was hij bestemd om rechtsgeleerde
te worden en daardoor verhinderd^het ongemeen
muzikale talent waarvan hij blijk gaf tejontwikkelen.
het hotel gebruldStilte 1 voor den d .^Iedereen werd
nu wakker en de majoor hield tegen den!verschrokken
kellner een woedende toespraak, dat er naast hem een
paar vervloekte kerels, onafgebroken zongen en spek
takel markten, en dat men 's nachts om drie uur wel
het recht had, te eischen dat zulke reizigersfeindeljjk
hun mond eens hielden.
Dat was du'delqk, en het werd stil.
Den volgenden morgen was de majoor'nog boos; hjj
vroeg den hotelhouder, wie die ruwe klanten waren
geweest; deze maakte Izeer hcffelqk zjjn exuses. De
heeren waren laat aangekomen, en hadden heel gezellig
nog een glaasje rjjnwjjn gedronken; het schenen
studenten of artisten te zjjn. Zjj hadden zich niet
ingeschreven in het vreamdelingenboek, en waren twee
uur geleden weder vertrokken, omjvóór.dat de zon hoog
stond in Eisenach te zjjn.
Alleraardigst I schimpte de majoor, dus denzelfden weg
d;e wjj zuilen volgen. Welnu, danlzal ik van^nacht
wel weer van hunne muzikale°oeteningen genieten.
Hq werd moe en ergerde zich nog aitjjd over de
levenmakers. Bovendien kreeg hq dorst, ea nergens
was er beschutting te vicden^voor de brandende zon.
Afschuwelijk I Ea dat hij nu juist vergeten bad
proviand mee te nemen alle dagen hadden zq er mee
gesjouwd en er niets vaa gebruikt, omdat er zich
koffiehuizen en andere gelegenheden hadden voorgedaan
- en nu juist niets, niets van dat alles.
Niettegenstaande zjjn ^opgewonden.;" gestel had de
majoor aanleg voor embonpoint. Hjjgend en zich het
zweet afvegend wandelde hjj over den stoffigen straat
weg, tusschen hooge muren van dennen. En aitjjd
klimmen I en een dorst^de™1ong kleefde hem aan
het verhemelte.
Wat een mooi plekje hiergom eensfuit te|rusten,
Ilm hier hebheD nog niet lang geleden toeristen gezeten
vettig boterham me» papier enfdaarjl Ol O f
De majoor wierp een afguast'gen en verlangenden
blik naar de boomtakken daar hing een leege bier-
flesch I het water kwam hem in den'mond. Nu een glas
beiersch l
Da weg viel hem hoe langer hoe zwaarder, hjj begreep
Door bemiddeling evenwel van den hertog van
Saksen-Weissenfels, die hem eens gehoord had,
werd hij leerling van een organist te Halle kwam
in 1703 als violist bjj het orkest der opera te
Hamburg, waar hjj zjjn eerste opera componeerde,
j waarop spoedig anderen volgden. In 1707 begaf hjj
zich naar Italië, om daar verder de opera te be-
studeeren. Te Florence, te Yenetië, te Rome deed
hjj zjjn nieuwe opera's en oratoria opvoeren.
Daarna zien we hem te Hannover, om in 1712
zich voor goed naar Londen te begeven, waar bjj
zich vooral aan kerkmuziek wjjdde.
j In 1740, na de opvoering van zjjn 31e opera,
verliet hjj voor aitjjd het tooneel. Intusschen was
hjj reeds herhaaldeljjk opgetreden als componist
en verwierf hjj de sympathie van dat deel van 't
Londenseh publiek, dat in Handel's werk de ver-
i wezenljjking zag van zjjn plannen tot het doen her
leven der oude traditie op den grondslag der
bjjbelsche geschiedenis, ofschoon dat publiek toch
niet ten volle die oratoria begreep. Zjjn „Messias"
werd dan ook niet te Londen, maar te Dublin voor
het eerst opgevoerd. Deze opvoering echter werkte
aanmoedigend voor de belangstelling in de hoofd-
j stad, waar van nu af zjjn vroeger verschenen oratoria
gunstig werden ontvangen, b.v. zjjn „Saul" en
„Israël in Egypte", Samson", „Judas de Maccha-
beeër", „Jephtha" Evenwel zag Handel zich ge
noodzaakt aan de opvoeringen zjjner oratoria door
ingevlochten orgelvoordrachten, waarin zjjn meester
schap allengs werd erkend, meer aantrekkingskracht
j te verleenen, en aan dit gebruik bleef hjj, zelfs
nadat hjj in de laatste j'aren zijns levens blind was
j geworden, getrouw, tot op weinige dagen voor zjjn
dood in 1759. Zjjn stoffelijk overschot werd bjjgezet
in de abdjj van "Westminster.
In 1859 werd voor dezen componist een groot
standbeeld opgericht de Halle. (Men zie voor meer
bizonderheden en voor opgave van literatuur over
Handel, o.a. Vivat's Encyclopedie, deel Y).
Van dezen kunstenaar een „meesterwerk" hier te
i hooren uitvoeren, danken wij aan onze atdeeling
„Toonkunst" en daarvoor hebben wjj erkentelijk
te zjjn.
Brenge ons de uitvoering in gewijde, ernstige
stemming, die niet mag verstoord, ja ontwjjd worden
door handengeklap en voetengetrappel. Deze luid-
ruchtige teekenen van bewondering en dankbaarheid
j zijn bij zulk een uitvoering allerminst op hun
I plaats.
Nog eens kunst is geen godsdienst, doch dan zal
de „Messias"-uitvoering aan haar verheven doel
j hebben beantwoord, als zjj die stemmingen en aan-
doeningen, die zielverheffingen wekt, welke de
harten voeren omhoog, naar de wereld van het
reine, het schoone, het hoog-heilige, waarin zwjjgt
al het lage en onedele.
Wie weet of de Alkmaarsche afdeeling van
„Toonkunst" in de dusgenaamde „Ljjdensweken",
in een kerkgebouwwaar het orgel de stemming
zoozeer verhoogen kan, nog niet eens velen stichten
zal door de uitvoering van b.v. Haydn's Die sieben
Worte des Er losers?"
Wie weetJ. F. T. A.
maar niet dat Rose zoo uit volle borst kon zingen, en
verbood haar dergel jjke uiting van ongevoeligheid.
De zon brandde steeds feller, üaarl hel en duivel
weer een leege bierflesch in een boom, en daar nog
éénen daar weer. Dat was plagerijeen echte
laagheid.
Ha I dat zjjn zeker die vervloekte lummels geweest,
die hem van nacht uit den slaap hebben gehoudenZjj
alleen zjjn tot zoo iets in staat, dat sprak van zelf,
want ze waren twee urea vóór hen denzelfden weg
opgegaan, zingende, jolig en met een goeden voorraad
bier bjj zich. Ze hadden zeker elk kwartier een flesch
verschalkt l
De majoor barstte bjjna van woedde. Heel Thuringen
was hem onverschillig geworden, hq ging hijgend en
pruttelend verder, en keek strak naar den grond, om
niet weer door het zien van een leege bierflesch,
tantaluskwellingen te moeien uitstaan. Hjj gaf zqn
woede lucht door den onbekende» vijand allerlei lieve
namen te geven, die hq vroeger in de ka?erne gebruikte,
want het lag zoo voor de hand, dat die bieiflesschen
hier waren opgehangen, om hem te plagen, uit wraak
voor zijn flink optreden in den afgeloopen nacht.
Einde ijk was men in 't hotel vda Zoa« aangeland. Von
Welsen zocht voor zich dadelqk het schaduwt jjksie
plekje uit, keerde het fraaie uitzicht op den Wartbrug
nijdig den rug toe, en zwoer bjj hoog ea laag, dat hq
in de eerste uren niet van dit plaatsje afkwam.
Hq at en dronk en dronk en at, terwjjl mevrouw
Dora en Rose hun best deden hem weêr op te vrooljjken.
Langzamerhand gelukte dat; papa begon zich wat be
haaglijker te gevoelen en zqn kwelgeesten te vergeten.
Terwql hij een sigaar rookte, wandelde Rose, die onver
moeid was, een eindje den weg naar Wilhelmsthal op,
in de hoep nog wat van het slot te kunnen zien; maar
keerde spoedig terug omdat zq zich alleen niet ver durfde
te wagen.
Op eens stond zq stil en luisterde. Een nachtegaal,
waarlijk een nachtegaai l Hoe is dat nu mogelijk
In den herfsj had Rose nog nooit zoo'n lieven kleinen
zanger gehoord. Daar achter die dennen aan den weg,
moest hq zitten. Hoe lief en heerlqk klinkt dat.
Kjjkjes in de modewereld,
't Overladen der japonnen, zooals dat den laat-
sten tjjd veelal gebeurt, maakt volstrekt geen chique
indruk. Men moet de borduursels, kanten en gitten
met smaak weten aan te brengen. Door kwistige
garneering gaan ook de ljjDen verloren, die bjj*
reformjaponnen met een goeden snit zoo mooi uit
komen. Een reformkleed, mooi van kleur, eenvoudig,
de ljjnen van het lichaam volgend in snit met voor
name, niet opvallende bij de japon passende ver
sieringen doet het oog aangenaam aan. Een keurig
japonnetje in dit genre kan vervaardigd worden
uit blauw linnen, waarbjj blauwgrjjs, zjjden bor
duursel en een ceintuur van lint in dezelfde kleur
uitstekend staat. Aan den hals en de half lange
mouwen voldoet een klein biesje heel zacht rood-
oranje bijzonder goed, lange repen borduursel langs
de naden tot aan den rokzoom hebben een goede
uitwerking en doen de draagster slank schjjnen.
Op 't gebied der reformkleeding vertoont zich
meestal een zekere overeenstemming in de motieven
en den snit en zeker zullen er in den loop der jaren ook
nog verrassende en schoone vormen voor japonnen
gevonden worden. Een zeer chic reformtoilet is
van bruin soepel Liberty-fluweel met een onder
kleed van lichtbruin-atlas, een schouderkraag met
lange stola-einden met geborduurde ljjn-ornamenten
in lichtbruin, donkerbruin, goud en wit en een ver
siering van goud tres.
Een mooi diner-toilet bestaat uit zwart zjjden-
mousseline over een onderkleed van witte taf-zjjde.
De rok is geplisseerd, zeer wjjd en met een langen
sleep. Aan den rand is hjj versierd met drie rjjen
zwart bandfluweel, daar boven zijn twee ruches
aangebracht, die in punten zjjn opgenaaid. De
onderrok van tafzjjde is voorzien van een geplis-
seerden volant, die van de knieën afvalt en gegar
neerd is met zjjden-mousseline.
Het corsage is gewerkt in den vorm van een
bolero van tule kant met breeden kraag en revers
over geplooid zwart zjjden-mousseline. Het vestje
bestaat uit kant. De ceintuur is hoog en van ge
plooide tafzjjde. De mouwen zjjn half lang en zeer
wjjd en worden afgemaakt door volants van de
zelfde kant als het vestje.
Het haar.
Het haar is een der fraaiste schoonheden van de
vrouw. Reeds door alle tijden heen hebben de
dichters en de minnaars de schoone lokken hunner
aangebedene bezongen. Het haar was de eenige
trots der bjjbelsche vrouwen. Hebben de stichters
der religieuse orden niet als eerste voorwaarde ge
steld, dat de vrouweD, die non worden, haar haar
ten offer brengen Zjj weten wel, dat er geen
beter bewjjs isdan wanneer een vrouw afstand
doet van haar haar, dat zjj wenscht te breken met
alles, wat haar aan het wereldsche bindt.
De verzorging der haren is aitjjd zeer groot ge
weest en nooit door de mode veronachtzaamd. Hoe
keurig kunnen de kameniers het haar draaien en
wenden, hier en daar een valsch stukje ertusschen
of eronder werkend. Bjjna geen enkele "coiffure
Het bosch ligt in diepe, plechtige stilte, de warme
zonnestralen werpen groengele lichtpunten op de stam
men der beukeboomen. Een zachte geur omringt haar,
en steeds laat de nachtegaal zqn liedje hooren.
Langzaam, geheel verzonken in een haar vreemde,
droomige stemming, gaat Rose verder, voorzichtig uit
kijkend naar het dencenbosch, waaruit het klagend
geluid van philomele komt. Misschien is het vogeltje
ziek, of zit met een gebroken vleugeltje en maakt zich
ongerust over zqn kameraadjes, die reeds ver weg zqn,
en wier vlucht naar het zuiden hq niet kon volgen. Zq
moest om zich zelve lachen I een nachtegaal zou een
mensch zoo dicht bjj laten komen? Neen, reen dat zou
vergeetsche moeite zjjn, beter is het den zanger met
heldere stem te antwoorden.
„NachtigallNachtigall
Süat ist deiner Stimme Sehall"
trilt zjj er lustig op los. Vreemd, dat anders zoo
schuwe vogel'ja schjjnt niet verschrikt te zjjnhjj zingt
kalm door. Ja het komt Rose voor of hjj nog dichter
bq komt. Nog eens zingt Rose uit volle borst erfop los;
en gaat dichter naar het bosch toe. Een hooge heuvel
ligt tusschea de dennen ..Nachtigall I liebe süsze Nach-
t'gali 1" Hoordicht bjj haar, achter die hoogte, fluit
hjj op smeltenden toon een antwoord.
Dat is heel bjjzonder l Het vogeltje kan zeker niet
ontsnappen, anders zou hjj wel weg gevlogen zjjn.
Overmoedig springt het jonge meisje over het gras en
gaat naar den hoogen steen. Zjj had haar hoed afgeno
men, haar bruin krullend haar schittert als goud, rozen
bloe.ën op haar wangen, en het lichte^zomerkleedje
wordt doer de zon beschenen.
ïNachtigall 1 Nachtigall!
Süsz ist deiner Stimme Schall
jubelt zjj nog eens als een wild kind en kjjkt nieuws
gierig achter de heuvels en dennen. Zjj geeft een
gilletje van schrik.
Dat vond mjjnheer uw vader nu juist niet van
nacht, genadige freule, zei lachend een stem. De
slanke gestalte van een jong mensch springt uit het
gras te voorschjjn ea neemt beleefd den hoed af.
Wordt vervolgd