No. 110. Honderd en negende jaargang. DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. 1907 bin'nenland. Prijs dsr gewins advertentie MAANDAG 17 JUNI Mationale Militie. Uit Hof- en Hoofdstad Deze Courant wordt elkefs svcndbehalve op Zon- en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f 9,80franco door het gebeele Rijk f Afzonderlijke nummers 3 Cents Telefoonnummer 3, Per regel f 0,10. Bij groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N.|V. Boek- en Handelsdrukkerij v|h. HERMs. ÜOSTER ZOON, Yoordam O 9. ALKMAARSCHE COURANT De BURGEMEESTER der gemeente ALKMAAR ge- last, krachtens bekomen aanecbrgsing de onderstaande hier wonende verlofgangers om zich ter bjjwoaiog der herhnlings oefeningen, 's namiddags vóór 4 ate, Ijj hun korps te vervoegen 4e Regiment Vesting-artillerie, lichting 1904, gar nizoen Helder. 24 Juni 1907 JOHANNES SCHOEMAKER ARIE RUS, WILLEBRORDUS JOHANNES HOLLENBERG', JAN GROENJO HANNES FRANOISCUS LIPPENS en PETRUS URSEM. De opgeroepenen hebben, zoo noodig, recht op vrg trans port naar hnn korps en daggeld, dat ter gemeente secretarie der woonplaats tjjdig kan worden aangevraagd. Alkmaar, Do Burgemeester voornoemd, 14 Juni 1907. JAN DE WIT Dz., L«B. Alkmaar, 17 Juni. In de oude Ridderzaal, gebouwd in de 13de eeuw door Willem II, koning van het Heilige Roomsche Rijk, dat volgens Voltaire nóch Heilig, nóch Roomsch, noch een Rijk was, is Zaterdagmiddag te 's Graven- hage de Tweede Vredesconferentie geopend. Een telegram uit de Hofstad in ons Zaterdagavond nummer, heeft den korten inhoud van de beide uit gesproken redevoeringen reeds medegedeeld, maar wij zullen telkens, wanneer de gelegenheid zich voordoet, en dat zal dikwijls zijn indien tot open baarheid der bijeenkomsten wordt besloten, breed voeriger op het geseinde korte overzicht terugkomen. Hoe uitvoeriger men omtrent deze conferentie wordt ingelicht, hoe beter men natuurlijk op de hoogte is en hoe meer naar te hopen is men haar zal leeren waardeeren. Thans is er van waardeering onder een groot deel van ons volk weinig sprake. De Vredesconfe rentie leent zich bijzonder voor dikwijls zeer goedkoope spot en voor satyre. Men spreekt over ideaal en werkelijkheid, over vredesdroomen en militaire begrootingen, over de tegenstelling tusschen het vredelievende woord en de oorlogszuchtige daad. Men plaatst naast de eerste vredesconferentie den Engelsch-Zuidafrikaanschen en den Russisch-Japan- schen oorlog. Met dergelijke argumenten, aangevuld met ver halen over „champagnefuiven" en „diplomaten maal tijden", tracht men het nuttelooze van deze kost bare „vredesvertooning" aan te toonen en het moet erkend men heeft daarmede vat op de groote menigte. Wij denken gunstiger over deze bijeenkomst, al veroorloven wij ons niet de weelde van te blikken in een toekomst, waarin de zwaarden zijn omgeslagen tot spaden en de spiesen tot sik kelen. Zelfs zou het ons niet zoo bijzonder ver bazen, indien de ironie van het droevige lot zich herhaalde. Op de eerste conferentie volgde een economische oorlog is het wel geheel en al buitengesloten dat dit thans wederom zal geschie den P Men denke maar eens aan de economische kwestie tusschen Japan en Amerika. Desondanks verheugen wij ons in deze tweede bijeenkomst. Zij moge aan de menschheid geen gouden eieren leggen, windeieren geeft zij evenmin. Hem zullen hare gaven waarschijnlijk bevrediging schenken, die van haar geen al te hoog gespannen verwachtingen koestertdie zich niet laat mislei den door haar valschen naam, die niet vertrouwt, dat de mooie vlag een rijke lading dekt. Men zie in deze bijeenkomst geen vredesconferentie, doch vergelijke haar veeleer met een algemeene vergadering van concurrenten-op-de-wereldmarkt, die ingezien hebben dat zij in vele gevallen door samenwerking meer kunnen bereiken dan door den strijd, die door onderlinge overeenkomsten de ge schillen beslechten in stede van het zwaard in de weegschaal te werpen en alleen in gevallen van uiter sten nood daartoe overgaan. Deze onderlinge over- overeenkomsten zijn natuurlijk de arbitrageverdragen. Zonder deze zijn er in het verleden ook wel ge schillen bijgelegdwe herinneren slechts aan de scheidsrechterlijke uitspraak van koning Leopold in het geschil tusschen Engeland en Brazilië in 1863 van den president der Yereenigde Staten in dat, loopende over het bezit van het eiland Bolama in West-Afrika tusschen Engeland en Portugal in 1869van het scheidsgerecht te Genève in de Alabamakwestie tusschen de Yereenigde Staten en Engeland in 1872van den Duitschen keizer tusschen dezelfde Staten over het bezit van den San-Juan-archipel in 1872; van den Paus over het bezit van de Karolinen tusschen Duitschland en Spanje in 1893het scheidsgerecht te Parijs tusschen Engeland en de Yereenigde Staten over de robben vangst in de Beringzee in 1893. Maar wanneer de gelegenheid vergroot wordt, vermeerdert allicht de genegenheid (eigenlijk ge neigdheid). Dit geldt voor de individuen, maar ook voor de staten. Wat de individuen betreft, hebben we deze week een eigenaardig staaltje gelezen in de Kampioenhet orgaan van den Algemeenen Nederlandschen Bond van Wielrijders: Een hande laar en een grossier in fietsbanden hadden geschil over geleverde banden. Zij waren beiden bondsleden en besloten langs minnelijken weg het geschil op te lossen. Zij wilden een daarvoor bestaande com missie uitspraak laten doen. Met leedwezen vernamen evenwel beiden, dat de door hen bedoelde commissie zich alleen bemoeit met geschillen tusschen een handelaar en een particulier, zoodat zij hun voor nemen niet konden volbrengen. Maar niet alleen door het tot stand brengen van arbitrage-verdragen, maar ook door het vaststellen van bepalingen, welke den oorlog minder wreed maken kan de conferentie een zegenrijk werk ver richten, evenals door het nauwkeuriger omlijnen van de rechten en de plichten van mogendheden, die bij een oorlog neutraal blijven, zoodat er minder kans is, dat die oorlog zich uitbreidt. De benoemde voorzitter heeft in een belangwek kende redevoering over de taak en het wezen der conferentie gesproken. Naast deze toespraak lijkt die van onzen Minister van buitenlandsche zaken, wat vlak, wat weinig-zeggend. Ook was de heer Yan Tets o.i. niet erg gelukkig met den volgenden zin „De Regeering der Nederlanden heeft mij opge dragen van deze plaats hare gevoelens te betuigen van diepen eerbied en van oprechte erkentelijkheid jegens den Doorluchtigen Vorst, die het initiatief heeft genomen tot de Conferentie." Had men niet een minder aan bedenking onder hevig zijnde uitdrukking kunnen vinden dan diepen eerbiedwelke de Regeering van ons land zou koesteren voor een monarch, die op het zelfde oogenblik een staatsgreep doetP Erkentelijkheid best. Maar „diepen eerbied"? Wij geven thans het woord aan den voorzitter, de heer Nelidow >Hier in ééne vergadering de vertegenwoordigers van bjjaa het totaal der geconstitueerde States vereesigd ziende, gevoel ik ondanks mjjzelven een levendige en diepe aandoening. Het is de eerste keer, dat znlk ten feit ziob voor doet en het is een vredesdenkbeeld, dat de regeeringen bewogen heeft uit alle deelen van den aardbol de handigste raa. nen in hunne landen af te vaardigen om gemeenschappelijk de belangen, welke het dierbaarst zjjudie der verdraagzaamheid en der recht vaardigheid te bespreken. Mag ik er een gunstig voor ttekea in zien voor den gang onzer werkzaamheden en de hoop uitspieken, dat dezelfde gevoelens van overeen stemming, welke de regeeringen bezielden, evenzeer zul len hearschen ondar hare vert genwoordigers en daardoor zullen medewerken tot het welslagen van de ons opge legde taak D zo taak, zooals die voortvloeit uit het program der Conferentie, goedgskeu d door alle Rvgeeringen, is in twee deelen gesplitst: eenrrzjjds geldt 'c het zcekea naar de middelen tot oplossing langs minnelgken weg van de geschillen welke tusschen de Staten kunnen rjjzen en aldus breuken en conflicten te voorkomen. Anderzgds moet getracht worden om, indien de oorlog is uitgebroken, de gevolgen ervan te verzachten, zoowel voor de strgdenden als voor hen, die indirect er door getroffen worden. Deze twee vraagstukken zjjn soms beschouwd als niet kunnende samengaan. Toen, tjjdens den Sicatsieoorlog in de Yereenigde Staten, een hoogleeraar, dr. Lieber, meen ik, een ontwerp-instruc- tie, had gemaakt voor commandanten van troepen die e$n vjjandelgk gebied bezatten en voor de plaatselgke overheden in het bezette gebied, met het doel voor beiden de moeilijkheden en lasten van dien abnormalen toestand te verlichten, heb ik de meenig hooren uitspreken, dat mea absoluut ongelijk had wanneer men trachtte de ver schrikkingen van des oorlog te verzachten. »Om de oorlogen van korten duur en zeldzaam te doen zjjn zoo zeide men tot mg moeten de bevol kingen, die er bjj betrokken zjjn, al het drukkende er van gevoelen, opdat zg trachten zullen er zoo spoedig mogelgk een einde aan te maken, om niet meer te beginnen. Deze meening, Mgne Heeren, lgkt mg absoluut schgnbaar toede verschrikkingen van de worstelingen der oudheid en der middeieeuwsche oorlogen hebben noch den duur, noch de talrijkheid er van verminderd, terwijl de verzachtingen, in de tweede helft van de vorige eeuw aangebracht ten opzichte van de oorlogs- regelen, het lot der gevangenen en gewonden, kortom die geheele reeks van menschlievende maatregelen welke een eere zijn van de Eerste Vredesconferentie en welke aangevuld moeten worden door den arbeid van de heden te openen conferentie, er geenszins toe hebben bggedragen om de oorlogszucht te ontwikkelen, zg hebben, integendeel, in de geheele beschaafde wereld een internationaal gevoel van bshagelgkheid opgewekt en een vreedzame strooming teweeggebracht, welke wjj bemerken in de betuigingen van sympathie waarmede de openbare meening onzen arbeid reeds begroet en naar ik hoop zal bljjven vergezellen. Wjj moeten der halve, in dit opzicht, den weg bljjven bewandelen, door onze voorgangers van 1899 ingeslagen. W at het andere gedeelte onzer taak betreft, die welks betrekking heeft op de middelen om conflicten tusschen de Staten te voorkomen en te vermijden, zou het on- noodig schjjnen te wgzen op de diensten welke de beschikkingen en besluiten, door de Eerste Vredescon ferentie genomen, reeds bewezen hebben aan de zaak van vrede en recht, ggMen heeft de meening geuit dat do geschillen als ge volg van de eerste Haagsche Conferentie geregeld in belangrijkheid niet overtreffen wat men noemen kon gevallen van internationaal vrederecht. Welnu, mgne Heeren, die vrederechters bewgzen immers ook belang rijke diensten aan de openbare orde en de openbare rust. Zij regelen vriendschappelijk de bizondere twisten en dragen hierdoor bjj tot het handhaven van een kalme omgeving tnsschen de personen aldus vermjjdende de kleine oorzaken van opwinding, die, wanneer ze zich opstapelen vaak groote fjjmdsehap in het leven roepen. En zoo gaat 't ook tusschen de volken. Door de kleine uitbarstingen in hun begin te voorkomen, wordt het terrein voor overeenstemming voorbereid, als wanneer grootere belangen bljjken in het spel te zjjn. De plechtige erkenning van het beginsel van de scheidsrechterlijke beslissing heeft onder de verschillende staten een geneigd heid verwekt om haar in te roepen voor de regeling van geschillen waarvan de grenzen steeds uifgetet worden. Op deze wjjze zgn sedert 1899 drie-en-dertig arbitrage verdragen tusschen de verschillende staten gesloten. Maar er is meer; vier ernstige en ingewikkelde zaken, geschikt toorn tnsschen de staten te verwekken, zgn voor het Hof van Arbitrage te 's-Gravenhage gebracht en de Commissie van Onderzoek, ingesteld bjj de akte van 1899, had zich, zooals iedereen zich herinnert, bezig te houden met een uiterst erstig geval, dat zonder de ge lukkige tusschen komst van dit college de meest gevaar lijke gevolgen had kunnen na z'ch sleepen. Wij kannen das, met eerbied opzien tegen de uit komsten van de werkzaamheid enzer voorgangers te 's Gravenhage. Zij moeten ons dienen als aanmoediging om te volharden in het werk, dat zij hebben volbracht en haar tot verdere entwikkeling te brengen. Alle vrienden der beschaving velgen met een sympatieke belangstelling de vorderingen der internationale instel lingen voortgekomen uit de eerste Yredesconferentie en een vrijgevig burger der Yereenigde Staten heeft zolfs een fortuin ten geschenke gegeven om hier op te richten een prachtig paleis, waar deze lichamen hun vasten zetel kunnen hebben. Het is aan ons haar dit betoon van miidadigheid waardig te maken, hetgeen ook een middel zon zgn aan den heer Carnegie onze dankbaarheid te betuigen. Intnssehen laten wij niet te eerznohtig zijn, laten wij niet vergeten, dat onze middelen tot handelen beperkt zgn, dat de volken levende wezens zgn, evenals de persenen die zieh vormen, dat zij dezelfde harts tochten, dezelfde wensehen, dezelfde gebreken, dezelfde geestdriften hebben. Want evenals in het dagelijksohe loven de reohterlijke organen ondanks de strengheid der maatregelen, waarvan zij voorzien zgn er niet in slagen de twisten, botsingen en geweldadigheden tus schen personen te beletten evenzee zal het zgn onder de volken, ofscheon de vooruitgang van de verzoening en de toenemende verzachting der zeden er zeker de gevallen van moeten verminderen. Yergeten wjj vooral niet dat er een geheels reeks zaken bestaan, waarbjj de eer, de waardigheid en de diepst ingrjjpende belangen, zoowel voor de personen als voor de volken, betrokken zgn en waarin zoowel de een als de ander, welke er de gevolgen van zgn, er nooit toe zullen komen een ander gezag te erkennen, dan dat van hnn eigen oordeel en van hnn peisoonljjk gevoelen. Maar laat ons dit niet ontmoedigen te droomen van het ideaal van een algemeenen vrede es van eene broe derschap der volkeren, welke ten slotte niets anders zgn dan natuurlijke en hoogere aspiratiën van de menscheljjke ziel. Ii met de onmisbare voorwaarde voor allen voor uitgang het najagen van een ideaal waarheen men steeds streeft zonder het ooit te kannen bereiken Een tast baar doel eenmaal bereikt, remt de geestdrift, terwjjl Toor het slagen van elke onderneming de voortdurende prikkel noodig is van het streven naar iets hoogers. Excelsior is het devies vaa den voornitgang. Laten wjj ons dns moedig aan het werk zetten, met ter verlichting van onzen weg, de sohitterende ster van den Wereld vrede welke wjj nimmer zullen bereiken, maar die ons steeds den weg zal wgzen voor het welzjjn der mensch heid. Want wat wjj binnen de grenzen van onze mid delen knnnen doen voor de indnidnen door de lasten van den oorlog voor hen te verlichten en voor de Staten door conflicten voor hen te vermjjden, dat zullen even zoovele aanspraken zgn, welks wjj voor de Regeeringen, welke wjj vertegenwoordigen, zullen verkregen hebben op de erkentelijkheid der menschheid. Dr. Mniper's „Reis naar het Oosten." De Amsterdammer deelt mede, dat het boek, waarin dr. Kuyper zgn indrukken over zgn reis naar het Oosten te boek stelt, zgn voltooiing nadert. Het grootste gedeelte, waarin e. a. de hoofdstakkenRoemenië, Rnsland, de Zigeuners, de Joden, Konstantinopel, Klein Azië, Syrië en Palestina voorkomen, zal in het najaar verschijnen. Het tweede gedeelte, waarin behandeld zal worden Egypte, Sondan, Griekenland, Sicilië, Tnnis, Algiers, Marokko, Spanje en Portugal, zal in het voor jaar van 1908 verschijnen. Het boekwerk wordt uitgegeven door de firma Yan Helkema en Warendorf te Amsterdam. Zul derzeevlsscher y Naar het Hbld. verneemt zal Zaterdag 22 Juni te 1 nur in de groote zaal van Krasnapelsky een protest vergadering gehouden werden tegen het overzicht van de uitkomst der Zniderzeevisscherij ia 1906, samenge steld door dr. H. C. Redeker. De vergadering is uit geschreven door de Yereenigisg tot bevordering der belangen der Zniderzeevisscherij. Uitgeneodigd zgn o.a. do Minister van Landbouw, Handel en Nijverheid, de Kamerleden, alle leden van het College voer de Zeevissoherij en het bestuur der Heidemaatschappij. ■inMnrninn minister Veegens. Tot ons genoegen knnnen wjj melden, dat in den toestand van den Minister van Landbouw, rar. J. D. Yeegens, een gnnstige wending is gekomen. Z.E. ljjdt aan bronchitis, die zich aanvankelijk ernstig deed aanzien. Thans mag echter een spoedig herstel woiden var wacht. (Vad) Veeziektes ln mei 1907. Volgens de stat stiek, uitgegeven door de direetie van Landbouw, kwamen gedurende de afgeloopsn maand Mei gevallen van miltvnnr weinig en zeer sporadisch voor. Mond- en klauwzeer kwam in Noord- en Zuidholland respectievelijk bjj 3 en 16 veehouders voor. Vlekziekte vooral in Friesland, bjj 17 eigenaren, terwjjl in Zuid holland Zeeland, Utrecht en Orerjjsel respectievelijk deze ziekte bjj 5, 3, 1 en 2 eigenaren voorkwam. In Friesland en Drenthe heerschte onder 61 en 19 schapen de schnrlt. Over bet algemeen gaf de gezondheidstoestand in Nederland geen reden tct klagen. Trouwens, worden steeds onmiddellijk strenge maatregelen gonomen, om den voortgang te stuiten. De houding der 8. D. A. P. by de herstemmingen. Naar Het Volk mededeelt, luidt het advies van het bestnnr der S. D. A. P. in zake de herstemmingen voor de provinciale staten, aldus: Het Partgbeitanr is van oordeel dat, na de vraag van de samenstelling der Eerste Kamer, bjj eerste stemming is bes'ist, het politieke element in deze verkiezingen, niet van een zoo overwegend belang is dat het een algemeen geldend advies van het P.B. vereischt. De Staten-verkiezingen zgn geheel gekomen in de sfeer van het gewone provinciale belang: Het P.B. dringt er daarom bg de part jjgeeooten ernstig op aan om Al onze in herstemming komende kandidaten te handhaven en al het mogeljjke te doen om aan hen de overwinning te bezorgen. Voor wat betreft de herstemmingen in die distrikten waar onze kandidaten uitvielen, laat het P.B. de partjj- organisaties vrg baar standpunt te bepalen, ook met het oog op plaatselgke en provinciale belangen. Het Btaat das die organisaties vrg diegenen onder de in herstemming komende kandidaten, welke van vol doende demokratische gezindheid bljjk hebben gegeven, te stennen. Tegen de Yredesconferentie. Op een terrein aan de Hoef kade te Den H tag werd gistermiddag een openlucht- meeting gebonden vanwege de anti-militaristen als protest tegen de vredesconferentie. Ongeveer 3000 personen waren aanwezig en 100 orga nisaties vertegenwoordigd. Sprekers waren de heeren Domela Nienwenhnie, Lansiik, Kolthek, ds. Sohermer- korn, Reyndorp en Frans Yerbelen uit Antwerpen. Yerhinderd waren Hervé nit Parjjs en Scheveitzer uit Birlija. De grondtoon aller redevoeringen was ten eerste een protest tegen de »vredescomedie«, aan het hoofd waarvan gingde Tsaar van Rusland, die op den dag dor opening van de conferentie in zgn eigen land de Doema ontbond, en ten tweede een uitspreken van de wenscheljjkheid eener militaire en algemeene werkstaking in tgd van oorlog, voornameljjk jvoor internationale transportarbeiders, als eenig middel ter voorkoming van oorlog. In dien geest werd een resolutie aangenomen. Sympbatiebetn'gingea twerden gezonden aan Eerrer, die wegens den aanslag op het Spaansobt koningspaar vrijgesproken werd, zoomede aan de Hollandeche dienst weigeraars. De meeting iB in volmaakte orde uiteen gegaan. De Haagsche brief van de Standaard is natuurlijk geheel en al gevuld over don uitslag van de verkiezingen en de schrijver brengt daarbij het jaar 1905 op ver schillende wgzen in herinnering. Zoo schrgft hg »Onze organisatie scheen nu twee jaar geleden 'n oogen - blik niet bestand tegen den woesten aanval van Jong- liberalen en Roodhuyzen de gelederen van de Christelijke partijen deinsden voor het gehuil en het getier van zulke tegenstanders achteruit. Doch veerkrachtig als nu de antirevolutionaire partij bleek te zgn, richtte zg zich weer op en heeft zg ook op schitterende wgze getoond, dat haar organisatie nog deugdelgk is, dat zg in samenwerkng met de Christelijke partijen revanche weet te nemen. Trouwens, 't was te verwachten. Dagelijks geprikkeld door woord- en penvoerders van de tegenpartijen, aangevallen in haar heilige beginselen, bespot op den beruchten Gorkumer scheiddag, moesten ze wel opspringen en toonen dat Zuid-Holland niet vrijzinnig, maar beslist Rechts is. Eendrachtig waren de Christelijke partijen onder het Ministerie-Kuyper. Thans, nA al de verwoede aanvallen van Links, is de band tusschen die partijen nog hechter, nog steviger geworden. Dat geeft moed voor de toekomst ijuichte ik, jubelend in mijn hart; en weer zag ik die vuil-witte vlag met die akelig zwarte letters«Stemt vrijzinnig Toen ging ik weg, de Veenestraat door naar de Wagen straat, naar het bureau van de Haagsche Courant. Daar hoor ik op eens een geschreeuw, een heerageroep met iets van dat vreeselgk geluid van 1905. Een oogen blik verontrustte ik mg, zou 't dan nog seeren, dacht ik. 't Scheen, dat 'n partijgenoot de vrees op mgn gelaat zag; vroolgk lachend, met een heerlijke opge wektheid in zgn toon van spreken, zeide hg «stel u gerust, de vrijzinnigen zgn overal verslagen wg hebben de meerderheids, en thans jubelen de geslagenen, omdat ze van al de zetels dan toch de twee van Brielle mochten behoudenzie maar, het bulletin vermeldt het.s En toen werd 't alles licht om mg heen en was ik innig dankbaar voor de overwinning!, die de Heere ons had geschonken; voor den zegen, die Hij had gegeven op den arbeid, op den stillen arbeid ook van zoovelen in onze Provincie; voor de verhooring van 't gebed, dat zoo vele malen en van zoo velen was opgegaan. In 'n oogenblik tgds had ik tal van partggenooten en

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1907 | | pagina 1