Verkade's Korstjes
Verkade's TAAI
GEMBERKOEKEN
ONTBIJTKOEKEN
Firma C. KEG.
Dames- Hoeden magazijn
Firma H.LI ND.
Gegarneerde Dames- en Kinderhoeden.
BLOOKER'S
DAALDERS
CACAO,
ilreerfle Fiiliü
ALCÏÏARIA
CACAO.
Maatschappij „Alkmaar-Packet",
Grootere bussen naar verlonÉg.
firma Wed. J, BAAN,
OPENBARE LEZING
G, VAN STAM, -
twos.
Firma Joh. F. UOBKA
Verkade's
Ontbijtkoek] es
PRIJS en KWALITEIT
blijven steeds dezelfde.
WARENDORF's
25 maal bekroond.
Fabriek Alkmaar.
Frijs 40 cent.
Vachten - Vellen.
Be „SWAN" Vulpenhouder.
C. SUIDEMA,
Onder Openbare Contróle der Rykslandbouwproefstations sedert 1893.
10 cent per pakje.
10 cent per pakje.
10 cent per stuk.
45 cent per stuk.
25 30 cent per stuk
Buitengewoon gesorteerd in alle soorten
Prijzen zeer concurreerend.
DE Cacao
van den tegenwoordigen tijd.
Met ingang van 1 Nov a.s vertrekt de middagboot
om 2 uur van Alkmaar inplaats van te 2.3° uur.
N. V. Hertns. Coster Zoon,
Hoofdprijs: Honderd Duizend Gulden, in contanten.
Zaadmarkt, hoek Kooltuin.
„Schrift en Belijdenis''.
8PrDs.eDEN HERTOG,
Ruime keuze by N. V. v.h. HERffl. COSTER ZOON.
Geregeld versch voorhanden
De bekende BOTERKROONTJES,
de echte Amsterdamsche SPECU
LAAS en de prima BOTERSTÜK-
JES (banket) BORSTPLAAT in
tien diverse smaken. ->
DE ZIEKTE DER EEUW.
Alles met plaatjes voor
het Zomer-Album.
Geen Nieten. 3 pCt. TIJDCEESTLOTEN. Geen Nieten.
FEUILLETON.
Thomasphosphaat,
Agricultuurphosphaat, Kainiet,
Kaliphosphaat, Kalk, Mergel, enz
in Hulpmeststoffen en Turfstrooisel.
ALKMAAR
Voor partijen vrage men speciale noteeringen.
Contante betaling geeft flinke korting.
Vertegenwoordigd: eiken Marktdag te ALKMAAR in het café „De Jager" aan de KaasmarktDonderdags te SCHAGEN in „De Posthoorn
VAN
Mocht uw leverancier bovengenoemd artikel niet
voorradig hebben, vraag dan adressen aan
Blooker's Cacaofabriek te Amsterdam.
voor* 1908
INHOUD;
1. Volledige Kalender met plaats voor Notitiën
«n KasboekPostgids, Telegraafgids, Feest
dagen, Mnnttafel enz.
II. De volgende Novellen en Schotsen:
BERNARD CANTER, De Goede Verwachting.
FELIX HAGEMAN, De Kunstreis.
F. DE SINCLAIR, Hoe meneer Knop voor
Baby zorgde.
F. M. VISSER, De Kiek.
B. STICHTER, E n aangenaam vak.
De B. V. Een HeereBpartijtje in de
Achttiende Eeuw. Geïllustreerd.
III. 14 prachtige platen, naar bekende meesters.
De Kalender met inbegrip der twee Premiën,
kost te zamen slechts 40 cents
VOORDAM C 9.
Tel. Interc. 3.
NEEMT PROEF
1 ons busje no. 4 18 cent.
1 ons busje no. 3 221!2 cent.
1 ons busje no. 2 26 cent.
I ons busje no. 1 30 cent.
Verkrijgbaar bij
op Donderdag 31 October a.s.,
des avonds 8 uur,
in „WAAKT EN BIDT" aan de Laat.
pred. te Hillegom.
Toegang vrij.
BOBK.HANDBX,.
Voordsm O 9. Telef. I8fo 3.
Aanbevelend,
Hotel en Café „De Amstel
Verdronkenoord hoek Kapelsteeg.
Voor het houden van vergaderingen nog
enkele avonden een gezellig benedenzaaltje
met afzonderlijke opgang en vrij gebruik
van Piano.
Vraagt vaar dei* Herfst t
Kaïtpon VOOBHHKR,
Steeds prima, prlafa kwaliteiten voor
concurrente pr(Jienl
Ieder Ucoper entvugt (evens grafts:
Een prachtig in kleuren gedrukt GEZEL
SCHAPSSPEL getiteld „Het Spel der
36 Beesten".
b. Een keurige PORTEFEUILLE-ALMA
NAK, in geïllustreerden omslag.
en is verkrijgbaar bij
ALGEMEENE BOEKHANDEL.
Utgifte IV. V. „De Gosdgekenrd bjj Koaink. B*sl. van 20 Maart 1907.
SlOOO loten, 2lo Ssrio, geld:g voor alle Hlassea, waarbij 10302 pipss,
Tiekk'ng volrats aaswjjdas der 386s NED. STAAT8LOTEIJ
verder vele p gzrn van f IOOOO f 4000 f 3000 f 2500 f 1300 f ÏOOO enz.
EIGEN GELD BLIJFT EIGEN GELD.
Op elke f 100.inleg wordt p, m. t 83.terogbstsald.
®c vele elgecdsraun der flj|. weaiborgeu de prompte uitbetaling der fryzea.
Ï/IO tot t 3 -. VRAAGT VOLLEDIG TREKKINGSPLAN. 1/80 JLot f 1.3».
Vs k jj^basr aaa het H:ofdkaitoor: Zuldblaak 32, Rotterdam, ra ts Alkmaar bp des Heer
J. TERWEIJ, Kooretraat A 21.
Tivsr-idirg »aa" bah»a bs orstvavgst bedrag plas 5 et. voor po to.
Onderwerpt
Zie flUlage,
8IDONUJ8 JON».
door
LOITISE STRATENTTS.
10)
„Gij verlangt dus terug naar Indië?" vroeg Alfred,
die op had gemerkt welk een lichtglans er plotseling
op zijn gelaat was gekomen.
„Zooals nooit te voren. Odie eenzaamheid, die
mij voorheen zoozeer drukte, wat zal zij mij thans wel
kom zijn. Stel li voor, alleen te leven in mijn paleis,
alleen met de vrouw mijner liefde. Mijne omgeving
daar telt niet mêe; wij leiden een afzonderlijk leven.
Aan Oostersche hoven heerschte eene étiquette als in
Europa niet bekend is. Mijne eenige vrees is soms,
dat Annie ér zich niet zal kunnen gewennen, maar wat
al vergoedingen zal ik haar daarginds niet kunnen
aanbieden voor het gemis der Europeesche wereld!"
De jonge vrouw zelve zag niet tegen haar naderend
vertrek op.
„Het zal alles zoo nieuw voor mij zijn," zeide zij tot
de vrienden, die haar vrees poogden in te boezemen
voor hetgeen haar in Azië wachtte, in de hoop haar
langer in Engeland te houden: „Als ik uallen wêer-
zie, zal ik verwend zijn door al de hulde, die ik zal heb
ben ontvangen, en moogt gij wel bijzonder lief voor
mij wezen; ik zal mij anders gevoelen als eene ont
troonde vorstin."
„Over onze harten zult gij toch altijd blijven heer-
schen," verzekerde Perey Clifton, een harer vurigste
bewonderaars.
Half December kwam zij naar Apeldoorn over. om
afscheid te nemen van hare ouders. Zij bracht eene
menigte koffers mede, ofschoon zij maar eenige dagen
zou blijven, daar zij volstrekt weder voor het Kerst
feest in Engeland wilde zijn. Haar echtgenoot, die
haar vergezelde, scheen volkomen gelukkig en sprak
telkens van zijn vaderland, waarnaar hij heimwee had
gekregen, vertelde Annie plagend.
„Het is een allerliefst paar," fluisterde mevrouw
Calmpthout, telkens als zij hen arm in arm door het
park zal wandelen; want het jonge vrouwtje wilde
liaar echtgenoot ochtend, middag en avond mede uit
nemen. Zij was heel trotsch op haar prins, in die-
stille plaats waar aller oogen zich steeds op hem ves
tigden. Zijzelve veranderde telkens van toilet, zag er
bekoorlijker uit dan ooit en deed het gansche huis van
haar lach weerschallen.
Bij hun vertrek waren er nog groote kisten aan hun
ne koffers toegevoegd. Annie had van allerlei ge
kocht voor Kerstgeschenken. Wat kon haren vrienden
in Engeland aangenamer zijn dan oud-Hollandsch zil
verwerk en meubeltjes. De Rajah had haar glim
lachend laten begaan en slechts keer op keer zijn beurs
getrokken.
Onmiddellijk na de feestdagen verlieten zij Europa,
Mount-castle overlatende aan de hoede eener voortref
felijke huishoudster en hunne Europeesche bedienden.
Alleen Annie's kamenier en een zwarte knecht verge
zelden hen.
De jonge vrouw zond brieven vol geestdrift over de
reis en ook over hare aankomst in het onbekende land.
Het marmeren paleis van Himlapoor was een toover-
slot, schreef zij, en op haar voorbijtocht bogen alle in
landers zich ter aarde. Zij had reusachtige bosschen
om in rond te dolen, de prachtigste paarden, rivier
tjes met de mooiste bootjes er op, en Nikor had haar
al de edelgesteenten van zijn geslacht geschonken. Zij
vertegenwoordigden millioenen.
Deze eerste brieven waren zeer. lang. Dat zij van
lieverlede korter werden, begrepen de ouders zeer
goed. Zij had hun immers alles beschreven en zij kon
toch nie^ altijd herhalen dat zij gelukkig was.
De winter verstreek langzamer dan vroeger voor
hen. Zij telden de dagen, die nog moesten verloopen
voor knnie's terugkeer.
Aan het eind van April kwam er een schrijven van
den prins zelf. Mevrouw Calmpthout liep er aan
stonds mede naar Hèlène, om haar te verzoeken het te
vertalen. Indien Annie niet onder aan den brief ge
schreven had: „Ik ben heel wel, duizend kussen," zou
zij gebeefd hebben voor slechte tijding.
Maar Nikor's regelen brachten haar alleen eene te
leurstelling. Hij meldde, op zijne gewone eerbiedige
wijze, aan zijne schoonouders, dat aangezien Annie in
het begin van den zomer de geboorte van een kind
tegemoet zag, de doktoren het raadzamer achtten, dat
zij tot den herfst in Indië zou blijven. Dit verheugde
hem te meer, omdat het van oudsher gebruikelijk was,
dat de zonen uit zijn geslacht in het paleis van Him
lapoor het levenslicht zouden aanschouwen. Hij
vroeg daarom aan de familie zijner vrouw nog eenige
maanden langer geduld te oefenen. Dan zouden zij
hun eerste kleinkind kunnen omhelzen en, er ook niets
bij verliezen; want om hunnentwil zou men ditmaal
ook wat langer in Europa blijven.
In Juni volgde er een telegram, dat Annie een
dochtertje had en beiden gezond waren. Nu werden
niet meer de dagen, maar de uren gteld.
De Rajah had immers voorgesteld dat de ouders
hem einde September op Mount-Castle zouden op
wachten en aan den angst van zeeziekte dacht geen
van beiden meer. De kleine Djala was hun reeds even
lief als een eigen kind.
De bladeren begonnen reeds te vallen, toen Hèlène
op een morgen een brief ontving, waaróp zij Annie's
sierlijk handschrift herkende.
„Het werd tijd!" fluisterde zij glimlachend: „Ik be
gon te gelooven, dat zij mij geheel en al vergeten had;
maar men vergeeft dat zoo gaarne aan gelukkigen."
Tot hare verbazing was het 'een vrij lang epistel.
Zij wist hoe weinig het jonge vrouwtje van schrijven
hield. Maar eene moeder had natuurlijk dan ook veel
over de wonderen van haar eerste kind te vertellen. Bij
de gedachte daaraan werd het der schilderes plotseling
koud en eenzaam in haar zonnig atelier, voelde zij
eene leegte in eigen leven.
Maar zij was er de vrouw niet naar zichzelve te be
klagen.
„Gekheid!" mompelde zij, na met een snel gebaar
de over haar voorhoofd heen vallende lokken te heb
ben weggestreken: „men kan ook niet allés hebben,
Ik zorg voor de kinderen van anderen. Dat is reeds
een genot."
Zij nam nu een vouwbeen en sneed de enveloppe
open, waarop een vorstenkroon prijkte. Annie schreef:
„Liefste Hèlène,
Als ik vroeger niet goed wist mij uit de een of an
dere moeilijkheid te redden, kwam ik altijd tot u, die
raad op alles wist. Ik herinnerde mij dat hedenmor
gen, toen ik mij afvroeg hoe ik vader en moeder toch
zou verzoenen met ons besluit voorloopig nog in In
dië te blijven. Gij zult zeker niet weigeren hun aan
het vérstand te brengen, hoe gewaagd zulk eene lange
zeereis voor een kindje als Djala, zou zijn.
Nikor gevoelt zich ook, eigenlijk gezegd, veel meer
op zijne plaats in zijn eigen land dan in Europa en,
wat mij betreft, ofschoon ik u gulweg beken dat ik,
nadat de eerste betoovering van het onbekende voor
bij was, hier maanden van onbeschrijfelijke zwaarmoe
digheid doorworstelde, ik ben ten slotte geheel en al
met de eentonige grootschheid van dit tijgerland ver
zoend. Is het niet wonderbaar hoezeer een mensch
veranderen kan? Ik kan mij nauwelijks voorstellen
dezelfde vrouw te zijn, die nog geen zes weken gele
den, zoodra ik mij alleen bevond, snikkend de armen
uitstrekte in de richting, waar ik meende dat Enge
land moest liggen.
Arme Nikor, het was zijne schuld waarlijk niet;
want hij gaat voort mij te aanbidden, mij met geschen
ken té overladen. Met oneindig veel geduld want
ik was heel bang in het eerst heeft hij mij paard
rijden geleerd. Ik heb ook mijn eigen stallen en mijn
lievelingsrijpaard draagt een hoofdstel bezet met ju-
weelen. Gij ziet dus dat hij mij bederft. Hij kon het
letterlijk niet aanzien, als dat „iets," waarover ik u
reeds in Holland eens sprak, ove rmij kwam en zou ze
ker terstond met mij zijn afgereisd, indien hij niet be
vreesd ware geweest, eerst voor mijne gezondheid en
toen voor die van het kind.
Wordt vervolgd.
y