DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. Dit nummer bestaat uit drie bladen. No. 265. Honderd en negende jaargang. 1907. ZATERDAG 9 NOVEMBER. Uit dem Baad. BINNENLAND. Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door het geheele Rijk f 1, Afzonderlijke nummers 3 Cents. Telefoonnummer 3. Prijs der gewone advertentiën: Per regel f 0,10. Bij groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9. Het Keizerlijk bezoek. ALKMAARSCHE COURANT. Er is Woensdag in den Raad een voorpostengevecht geleverd voor het groote begrootingsdehat, dat dit jaar in lengte en misschien ook wel in diepte zal verschil len van dat in andere jaren. Het scheen aanvankelijk alsof deze schermutseling spoedig en ontijdig zou ein digen, maar men heeft den heer Melchers tot „the bit ter end" doen strijden. Het verheugt ons, dat de voor zitter niet heeft toegegeven aan den wensch van den heer Glinderman om de bespreking, ontstaan in ver band met de begrooting der gemeentegasfabriek voor het jaar 1908 te staken en uit te stellen tot de behande ling der gemeentebegrooting. Het verheugt ons, wijl deze zaak door net votum van den Raad thans afge daan is, terwijl men anders bij de begrooting in een herhaling was vervallen. Men heeft in het verslag gelezen, dat het ging over de vraag van de retributie van 33.000 aan de ge meente voor buizonaanleg. In theorie is het zeer zeker aanlokkelijk, dat de ge meente geen winst moet halen uit bedrijven, maar slechts den kostenden prijs voor de productie of al thans zoo dicht mogelijk daarbijvraagt. Maar aan den anderen kant is er de theorie, die haar bestrijdt. Groo- tere mannen dan gemeenteraadsleden en raadsover- zichtschrijvers hebben het probleem behandeld en zijn tot verschillende conclusies gekomen. En wat de praktijk betreft er bestaat inderdaad een rechtsgrond voor deze belasting. Dit in de eerste plaats. Zij drukt hier voorts niet bovenmatig en men zal er wel voor zorgen, dat er niet almaar meer winst wordt behaald. Aan den anderen kant moet men niet vergeten, dat de bevolkingsaanwas wel degelijk afhan kelijk is van den hoofdelijken omslag, die evenmin te hoog mag worden opgevoerd. Het geldt hier, dunkt ons, in de eerste plaats een kwestie van praktijk. En zeker hadden wij, wanneer wij voor een beslissing hadden gestaan, gestemd tegen de motie van den heer Melchers, omdat er ten eenen- male de gegevens ontbraken, noodig ter richtige be oordeeling van do gevolgen, welke de voorgestelde her vorming met zich mee zou sleepen. Het is gemakkelijk een plan aan te geven, maar het is moeielijker te vo ren de uitwerking en het resultaat te zien. Om een klein voorbeeld te noemen: wij gevoelden heel veel voor het argument, door den heer Van Buy- sen aangegeven: verlaagt men den gasprijs, dan zou de groote gasverbruikér, het rijk, ten koste van de belas tingbetalende burgers met het leeuwenaandeel van de verlaging gaan strijken. Oppervlakkig lijkt dit een krachtig argument, waar Cadettenschool, gevangenis, opvoedingsgesticht enz. enz. toch zeker een aanzienlijk gasverbruik hebben. Maar bij onderzoek is ons geble ken, dat het gasverbruik in de rijksgebouwen over 1906 bedroeg 10.6.267 kubieke Meter, kostende 6.370.02 (de Holl. IJz. Spoorweg-Maatsch. had 34.413 kubieke Me ter gebruikt en oetaalde dus 2.064.78.) Betrekkelijk moge die som hoog schijnen, toch volgt uit het cijfer, dat, wanneer de retributie van 33.000 werd afgeschaft, het Rijk daarvan ongeveer 1000 zou krijgen, een bedrag, dat we ons Woensdagmiddag veel hooger hadden gedacht, toen we het bovengenoemde ar gument hoorden. Het scheen eerst of de motie van den heer Melchers niet in stemming zou kunnen komen. Zij werd slechts gesteund door den heer Uitenboscli en den heer For tuin. Men was het er niet over eens, of die steun vol doende was. Waar het desbetreffende artikel zegt dat een motie door drie leden ondersteund moet worden, zal de voorzitter haar in stemming kunnen brengen, daar lijdt het geen twijfel of de steun van twee leden is voor den voorsteller der motie niet vol doende. De heer Dorbeck kwam evenwel als redder in den nood en hem volgden andere heeren, die den raad gelegenheid wilden geven zich uit te spreken over dit belangrijk onderwerp. Hoe hij dit heeft gedaan is bekend: met 13 tegen 3 stemmen werd de motie-Mel- chers, waarin de Raad verklaarde het billijker te ach ten het bedrag van 33.000 langs den weg van den hoofdelijken omslag te vinden, verworpen, terwijl de begrooting met 2 stemmen tegen werd aangenomen. Het debat, oveideze zaak gevoerd heeft aan de be handeling vande andere punten der agenda geen scha de gedaan: daarover viel weinig te zeggen. Alleen de salariskwestie van den heel- en geneeskundige ont lokte nog eenige bespreking uit. Zij zal waarschijnlijk het volgende jaar van de baan zijn: dan zullen het col lege van regenten en de commissie het zeker eens zijn en hebben de doctoren langs een lijn van geleidelijk heid hun verhooging gekregen. Bij de behandeling der verordening voor de commis sie van bijstand in het beheer van het gemeentelijk pen sioenfonds stelde de heer Melchers voor, in die com missie alsnog te benoemen twee personen, gekozen door en uit de belanghebbenden. De voorsteller had blijkbaar niet er aan gedacht, dat het hier betrof de vaststelling van een verordening voor een commissie, welke in de eerste plaats reeds be noemd was en welke ten tweede enkel uit leden van den Raad mag bestaan. De verordening op de keuring van vee en vleesch en den invoer, het vervoer, den doorvoer en den verkoop van vleesch in deze gemeente, begint langzamerhand een trouwe klant te worden. Zij prijkt tegenwoordig dikwijls op de agenda, en wandelt intusschen telkens van den Raad naar Ged. Staten, vice versa. Moge zij thans op haar laatste reis zijn. De rondvraag gaf den heer Glinderman aanleiding tot een interpellatie. De voorzitter, wien het waar schijnlijk te voren niet bekend is geweest, dat er geïn terpelleerd zou worden, beantwoordde haar onmiddel lijk. Dat getuigt van groote welwillendheid, maar het ligt voor de hand dat de voorzitter den burgemeester, die in het debat werd gebracht, krachtiger ter zijde had kunnen staan, wanneer hij de beantwoording tot de volgende vergadering had uitgesteld. De vergadering van Woensdag heeft dan ook we derom geleerd, dat de rondvraag in dezen vorm ver keerd is en hoe eerder hoe liever moet worden afge schaft. Nemen oe raadsleden niet de beleefdheid in acht, den voorzitter te voren te waarschuwen, dat zij een bepaalde belangrijke vraag buiten de agenda om willen stellen, zoodat hij een weloverwogen antwoord kan gereed hebben, dan behoeft de voorzitter ook niet de welwillendheid te betrachten en den leden onmid dellijk het antwoord te geven. Wij maken hier nog eens nadrukkelijk deze opmerking, omdat dit geval zoo duidelijk het wenschelijke van afschaffing van deze methode demonstreert. Zooals men weet vroeg de heer Glinderman naar aanleiding van het verschijnen van een boekje, bevat tende eenafschrift van het kohier van den hoofdelij ken omslag, of ten stadhuize iemand in de gelegenheid gesteld is om dat kohier af te schrijven. Tot goed begrip van deze zaak is een kleine histo rische herinnering zeker nietoverbodig. Bij de behandeling der begrooting voor 1905 is in de tweede sectie naar later bleek door den heer Cohen Stuart de wenschelijkheid uitgesproken om de ge drukte boekjes, vermeldende de aanslagen van het ko hier van den hoofdelijken omslag verkrijgbaar te stel len. In de openbare raadsvergadering van 10 Mei d. a. v. maakte dit punt een onderwerp van bespreking uit. De voor- en nadeelen werden besproken en na een debat, werd ten slotte met 7 tegen 6 stemmen besloten „de gedrukte kohiertjes niet publiek verkrijgbaar te stellen." Den 2den April 1906 werd door den heer J. Mulder, ontvanger van 's Rijks belastingen voor de buitenge meenten een adres ingediend, waarin hij te kennen gaf: „dat het hem zeer wenschelijk voorkomt dat de aan slagen in den Hoofd. Omslag dezer gemeente meer door iedereen gekend worden om vergelijkingen te kunnen maken en tot betere en meer zuivere aanslagen te komenz. i. zijn n. 1. verschillende aansla gen te laag als men ziet de leefwijze en het uiterlijk vertoon.'' „Hij verzoekt daarom beleefd de boekjes die nu reeds ten dienste der Raadsleden en van sommige Rijksamb tenaren worden gedrukt, ook voor het publiek te^ gen betaling verkrijgbaar te doen stellen. Wel is waar, kan een ieder nu reeds het kohier gaan lezen, daaruit aanteekening maken, het desverkiezende gaan afschrijven of zich, tegen betaling een afschrift van hetzelve aanschaffen, maar de kosten schrikt iedereen af." „Ofschoon, zeiden B. en W. in hun voordracht naar aanleiding van dit adres, in ons college geen eenstem migheid heersclit omtrent het publiek verkrijgbaar stellen van de boekjes (immers slechts de meerderheid is er vóór) zijn wo het toch hierover eens, dat er geene voldoende aanleiding bestaat om nu reeds op het zoo kort geleden genomen besluit te reageeren.'' Zij stelden dan ook voor den heer Mulder te berich ten, dat aan zijn verzoek niet kon worden voldaan. Dit voorstel werd in de vergadering van 30 Mei 1906 zonder hoofdelijke stemming aangenomen. De heer Mulder heeft het daarop willen overschrij ven, hetgeen door den waarnemenden burgemeester den heer de Wit is geweigerd. Dit jaar heeft de heer Mul der het kohier wederom willen overschrijven en heeft een dag de klassen van aanslag geplaatst bij de namen van een adresboek, terwijl hij den volgenden dag zijn klerk het werk heeft laten voortzetten. Toen deze Hiermede bezig was, heeft een ambtenaar ter secreta rie dén secretaris mededeeling van dit feit gedaan, toe vallig in tegenwoordigheid van den burgemeester, die meende niet de bevoegdheid te hebben het overschrijven te beletten op grond van artikel 234 der gemeentewet, waarvan het laatste lid luidt: „Binnen veertien dagen na de goedkeuring worden de kohieren in afschrift ge durende vijf maanden op de secretarie der gemeente voor een ieder ter lezing neergelegd. Yan de neder- legging geschied r openbare kennisgeving." De beteekenis van de uitdrukking „gedurende vijf maanden op de secretarie der gemeente voor een ieder ter lezing neergelegd" moge voor verschillenden uitleg vatbaar zijn, de burgemeester bevindt zich met zijn in terpretatie in goed gezelschap. Immers niemand min der dan de groote autoriteit op het gebied van gemeen terecht, prof. Oppenheim, het pas benoemde lid van den Raad van State, zegt in zijn standaardwerk: „Zooals de vierde zinsnede aan artikel 264 thans luidt, vooral met het oog op de omstandigheden waar onder die zinsnede is opgenomen, schijnt het even on mogelijk dat andermaal uit de woorden „een ieder" een toepassing wordtgehaald, die op de gelijkstelling van deze uitdrukking met den term „niemand" neerkomt, als het mogelijk is met de hand te reiken naar den he mel. Na 1881 is de verplichting tot volledige open baarmaking der kohieren onaantastbaar gewor den, indien zij dit niet reeds vóór 1881 was, wat ik niet gaarne zoude ontkennen." Hiermede is in de eerste plaats gezegd, dat het ge heele kohier gedurende vijf maanden ten allen tijde ter inzage moet worden gegeven. En in de tweede plaats, dat de raad een volledige openbaarmaking niet kan be letten. Hij mag er 'bezwaren tegen hebben, zelf het boekje uit te geven, hij kan niet voorkomen, dat een ander dit doet, zooals de heer Mulder dat aangeeft in de slotalinea van zijn bovenaangehaald adres. Het is dan ook wel opmerkelijk, dat in de raadsver gadering van 30 Mei 1906 door geen enkele der raads leden die meening is weergesproken. Volgens onze meening, gaat de burgemeester in deze zaak geheel vrij uit, al valt het te betreuren, dat hij niet was ingelicht over hetgeen in zijn afwezigheid was geschied. Iets anders is Git evenwel met den heer Mulder. Hij had, nu hem door den (plaatsvervanger) burge meester afschrift pertinent was geweigerd, zich op nieuw tot den burgemeester moeten wenden met het zelfde verzoek. Werd dat wederom niet toegestaan, en stelde hij prijs op een afschrift dan had hij, wat hij blijkens zijn gisteren opgenomen stuk van plan is een volgend jaar te doen, een afsciirift moeten laten maken. „De kosten schrikken iedereen af" maar de heer Mulder weet heel goed, dat er wel een middel te vinden is om de som, noodig ter dekking van deze kosten, hijeen te brengen. Werd het verzoek toegestaan, dan had hij bedaard een afschrift kunnen laten nemen, zonder grove fou ten. Door zijn gebrekkige wijze van doen heeft hij thans een onvolledig beeld gegeven van de werkelijkheid, éten beeld, dat volgens den heer Glinderman behalve onvol ledig onbetrouwbaar is. Te betreuren valt voorts dat het boekje anoniem de wereld ingezonden is. Waarom die geheimzinnigheid? En waarom aarzelde men aanvankelijk in den Raad den naam van den uit gever te noemen? Nu er thans een boekje geweest is en nu er het vol gende jaar weer een zal verschijnen, doet zich de vraag voor: is het thans niet beter, dat het kohier van ge meentewege wordt uitgegeven? Er kunnen ontegenzeggelijk naast de groote voor- deelen ook nadeelen aan de openbaarmaking verbon den zijn. Maar die nadeelen zullen evengoed bestaan bij de officiëele als bij de particuliere uitgave. Daaraan kan de Raad niets meer veranderen. Maar wel kan hij zorgen, dat het publiek betrouwbare cijfers onder de oogen krijgt. De zaak verkeert thans dus in een ander stadium dan in 1905 en 1906. En daarom zouden we het wenschelijk achten dat zij andermaal den Raad ter beslissing werd voorgelegd. De wijze waarop dit kan geschieden heeft de heer Mul der door zijn adres aangewezen. Tweede Kamer. De heer Boogaard (K. Breda) sloot zich in de vergadering van gisteren, waarin de bespreking over de Indische begrooting werd voortgezet, aan hij het betoog van den heer De Visser over de noodzakelijk heid om de toekenning van subsidie aan het bijzonder onderwijs beter te regelen. Ook tegen hooger subsidie aan de particuliere middelbare meisjesschool te Ba tavia had spreker geen bezwaar, mits ook de zuster scholen met gelijk leerplan op gelijken voet worden behandeld. Spreker drong voorts aan op opheffing van de afdeeling B aan het gymnasium Willem III te Batavia, en bepleitte voor toekomstige bestuursamb tenaren eene opleiding hier te lande, desnoods met Rijkstoelage. Bij de replieken herinnerde de heer De Visser (Chr.-H., Leiden) aan den steun, dien de heer Van Bijlandt steeds aan het bijzonder onderwijs heeft ver leend. Nu spreker hem zijdelings in de discussie bracht als voorstander van het bijzonder onderwijs, wilde spreker de heer Van Bijlandt heden op zijn feestdag hartelijk geluk wenschen namens de gansche Kamer, want spreker hield zich overtuigd, dat hij in den jubilaris huldigde een man, die door zijne huma niteit en trouw zich verzekerd ziet van aller sym pathie. (Applaus van alle banken). Minister Fock sloot zich aan bij deze sympa thiebetuiging aan den heer Van Bijlandt, van wien hij steeds op de meest welwillende wijze medewerking heeft mogen ondervinden. In den loop van het verder debat dankte de heer Van Bylandt (Chr.-H., Apeldoorn) voor de sympathiebetuigingen. Sprekers hart was vervuld met dankbaarheid, dat hij 25 jaren hetzelfde district heeft mogen vertegenwoordigen. Steeds heeft hij ook in de Kamer getracht God te dienen en van hem te getuigen, tevens behartigende de belangen van land en volk (applaus). Bij de afdeeling armwezen stelde de heer De Waal M a 1 e f ij t (A.-R. Breukelen) mede namens de heeren De Visser, Bogaardt, Aalberse en Van de Velde een amendement voor, strekkende om niet over te gaan tot instelling van een armenraad te Batavia en van een inspecteur van het armwezen. Spr. achtte een centrale organisatie van het armwezen veel te kost baar en oordeelde dat armenzorg evenals in Nederland plaatselijk georganiseerd moest worden. De heer 1J z e r m a n (U.-L. Amsterdam IV) daar entegen, de overheidsarmenzorg verdedigende, doet hen, die thans zoo voor particuliere armenzorg opkomen, opmerkendat in Indië geen enkel godshuis of kerkelijke instelling totstandkwam, zonder een loterij. De Minister bestreed het amendement-De Waal Malefijt, daar vergelijking met Nederland hier niet opgaat. De Minister verzekerde, dat de kerkelijke armenzorg in Indië niet in het gedrang zal komen. De heer Van Kol (S. D. Enschede) stelde hierop bij amendement voorvermindering van den betrekke- lijken post met f 5000, daar hij de kosten te groot achtte. De Minister bestreed ook dit amendement. Na verdere discussie werd het amendement-De Waal Malefijt verworpen met 26 tegen 25 stemmen en het amendement-Van Kol aangenomen met 28 tegen 23 stemmen. De discussie over de Indische begrooting is hier mede gevorderd tot de zevende afdeeling (openbare werken). Besloten werd, na afdoening der aanhangige ont werpen, toch niet vóór a.s. Dinsdag voort te zetten de behandeling van het ontwerp betreffende de opsporing van delfstoffen. De heer Marchant (V.-D. Deventer.) kreeg verlof, op een nader te bepalen dag den Minister van Oorlog te interpelleeren over diens voornemen om met December het blijvend gedeelte in zijn geheel onder de wapenen te houden. De heer ter Laan (S.-D. Hoogezand), die een zelfde interpellatie had willen aanvragendrong er op aan de interpellatie-Marchant vóór December te doen hou den opdat dan eventueel 's minister's maatregelen ongedaan kunnen worden gemaakt. - In de op Zaterdagavond j.l. gehouden buitenge wone vergadering van den Nationalen Oranje-Bond „Wat ook Vall, Trouw staat Pal" werd met alge- meene stemmen besloten, op de meest waardige wijze hulde te brengen aan onze koninklijke familie en des- zelfs Hooge gasten. Het plan bestaat dat de corpora tion met banieren en muziek zich zullen opstellen. Van verschillende zijden wordt nog medewerking in gewacht, als van Duitsche vereenigingen, hoofden van scholen enz., zoodat het een grootsche hulde beloofd te worden. Maandag 11 November a,s., des avonds ten 8 uur zal wederom een buitengewone algemeene vergadering worden gehouden in de bovenzaal van café „de Roode Eeeuw", Vijgendam 22. Corporatiën, welke zich alsnog wenschen aan te sluiten, gelieve zich op te geven of te vervoegen tot bovengenoemde vergadering. Alle verdere inlichtingen worden gaarne verstrekt door den bonds-voorzitter, den heer Albert v. d. Horst, 377 Heerengracht, Amsterdam. Als datum voor het uitgestelde Keizer-bezoek aan Amsterdam wordt thans genoemd 10 of 11 December en tevens verneemt men dat, hoewel na de afzegging van de komst op 20 November de voorbereidende maatregelen voor de ontvangst zijn geschorst, het eenmaal voorgestelde programma onveranderd blijft voor het latere bezoek. GEMENGD NIEUWS. De staking te Enschede geëindigd. De arbeiders van de fabriek der firma Menko hebben gistermiddag om half zes hun werk hervat, op de voor waarden door den patroon gesteld. Ondankbaar. Een vrouw in de Crispijnlaan te Rotterdam nam uit medelijden voor een paar dagen bij zich in de 18-jarige G. S„ zonder woonverblijf. Haar man, die zeevarende is, kwam eergisteren thuis en van een onbewaakt oogenblik maakte de jongen toen gebruik om een por- temonnaie met 30, die op een tafel lag, te stelen. Ten huize van een familielid in de Gouvernestraat is hij aangehouden. In zijn bezit was nog 10. Voor de rest van het geld kocht hij kleeding. Ilij is naar het politiebureau gebracht. Gemoedelijk. In de gemeente Wonseradeel woonde het echtpaar G. Beiden waren in de 80; ruim 30 jaar waren zij ge huwd. Maar beiden begon die band te knellen; ze deelden den inboedel en ieder ging naar zijn familie terug! (Tel.) Poging tot brandstichting. Te Groningen is wegens poging tot brandstichting gearresteerd de afgezette voorzitter van de afdeeling van het Werkliedenverbond „Patrimonium," aldaar de 53-jarige D. V. Onvoldoende bewaking. Een gevangenbewaarder in de gevangenissen te 's-ILertogenbosch, die belast was met de bewaking van twee voor enkele weken geleden uit die gevangenissen ontvluchte gevangenen, die dienzelfden dag nog wer den gearresteerd, wordt voor gebrek aan gehouden toe zicht, gerechtelijk vervolgd. Uit Noord-Scharwoude. Het beroep bij de Ned. Herv. Kerk te Den Hoorn op Terschelling (toez.) is aangenomen door ds. H. J. Witkop, alhier. Uit Heer Hugowaard. Gister (Vrijdag)morgen zijn door den eersten trein van Hoornnabij de halte Middenweg4 schapen gedood. Door nalatigheid van een paar personen die 's avonds te voren de hekken der weide niet hadden gesloten waren deze dieren aan de spoorlijn gekomen. Onderhandsche groentenhandel Men meldt ons De aan den Langendijk en omstreken ingevoerde koop- en verkoopcontracten voor den onderhandschen handel in groentenwerden nog-al algemeen in gebruik genomen. Verschillende akkers sneezenkool, zijn en worden nu volgens ingevulde koop-overeenkomsten over de betaalkantoren opgekocht. Met deze sneezenkool wordt bedoeld koolwelke elders door winterkool-overhouders wordt opgekocht om voor den winter in de schuren op te slaan. Deze wijze van vérkoop voor den onderhandschen handel in groenten is door verschillende vereenigingen aangenomenwaarbij het te wenschen is dat de leden dezen vorm van verkoop nu trouw zullen handhaven, waardoor zeker de onderhandsche handels-toestand en aan den Langendijk en omstreken algemeen zullen verbeteren.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1907 | | pagina 1