DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. -
No.
38.
Honderd en tiende jaargang.
1908
V R IJ D A G
14 FEBRUARI.
Uit de gevangenis-houders.
BINNENLAND.
Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en
Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden
voor Alkmaar f 0,80; franco door het geheele Rijk f 1,
Afzonderlijke nummers 3 Cents.
Telefoonnummer 3.
Prijs der gewone advertentiën:
Per regel f 0,10. Bij groote contracten rabat. Groote
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9.
Kamervacature voor Tietjerksteradeel.
Kamerverkiezing te Rheden.
Mr. Heemskerk en het defensievraagstuk.
Nederlandsch Arbeidersblad.
Bestrijding van den woeker.f
Mond- en klauwzeer.
Internationale tentoonstelling van hulpmiddelen
voor Gymnastiek en Spel.
GEMENGD NIEUWS.
De oud-Minister van Oorlog bedreigd.
Een duur dubbeltje.
Staking te Eindhoven geëindigd.
Het conflict te Krommenie.
De doodstraf weer ingevoerd?
Onder den blooten hemel.
ËII'tIA Een goede vondst.
Drie honderd kippen gestolen.
Een drankwetkwestie.
Werkloosheid.
Uit de diamantindustrie.
De toestand van den veestapel.
Uit den Helder.
ALKMAARSCHE COURANT.
Telkens en telkens weer trekt het de aandacht, dat
de rechter ten onzent zoo ver van den aangeklaagde
staat. In ernstiger gevallen heeft men eenige aan
raking, doordat althans de rechter-commissaris den
beklaagde gesproken heeft. Doch in de meeste gevallen
is alles wat een 'nau wgezet rechter omtrent een voor hem
gebrachten beklaagde weet, ontleend aan een proces
verbaal van een politiebeambte benevens wat offici-
eele staatjes en verklaringen. De man komt, wordt
ondervraagd, enkele getuigen worden gehoord
„deurwaarder de volgende zaak." En toch is in die
weinige minuten dikwijls* beslist over de toekomst
van een mensch, toch krijgt deze in den regel dien
tengevolge een rechterlijk vonnis, dat hem zijn geheele
leven kan worden nagehouden.
Nu is het euvel nog niet zoo groot in grootere
steden met een goede politie. Daar staat tusschen
den verbaliseerenden beambte en den rechter nog een
inspecteur of een commissaris van politie, die zich
gemakkelijker bewegen en intiemer informeeren kun
nen dan de rechter, maar tevens beschaafder zijn,
meer tact en meer oordeel des onderscheids hebben
dan de laagste ambtenaren. Zij kunnen dus althans
het Openbaar Ministerie beter inlichten dan de veld
wachter van het platteland, wien zoo niet in ons wet-
boet van strafvordering dan toch in de strafrechterlijke
praktijk een veel te groote rol is toebedeeld. Het zou
dus van groot belang zijn, dat de rechter ten aanzien
van de bedrijvers van euveldaden op het platte land
beter werd ingelicht dan tot nu toe geschiedt. Doch
ook in de stad kan de best ingerichte politie'deze on-
derzoekingstaak maar zeer gedeeltelijk vervullen. In
de eerste plaats, omdat zij zooveel andere dingen te
doen heeft. En dan omdatzijj voor het Openbaar-minis
terie onderzoekt en met den'rechter zelfjslechts weinig
aanraking heeft,
De hier geconstateerde moeilijkheid nu wordt in
den Amerikaanschen staat Massachusetts ep® een
bizonder eigenaardige wijze ondervangen er worden
daar ambtenaren benoemd, die het contact tusschen
rechter en beklaagde vormen. Niet omdat ons de in
voering van deze overigens volstrekt niet onbe
kende instelling in ons land 'onmiddellijk"wen-
schelijk voorkomt, maar wel omdat het voorbeeld ons
in het algemeen zeer interressant lijkt, willen wij aan
de hand van dr. Baernreither,"(Jugendfürsorge und
strafrecht in den Yereinigten Staaten von Amerika,
Leipzig, 1905) vertellen hoe die ambtenaren ginds als
uit de-gevangenis-houders werken.
Zoodra een strafbaar feit wordt aangebracht,
trekken deze ambtenaren, probation-officers,rerop uit.
Zij onderzoeken de zaak, informeeren naar het leven
van den pleger, naar zijn levensomstandigheden, zijn
familie enz. en stellen zichzelf de vraag of het denk
baar zou zijn, dat de man zich beterde. Met al] deze
gegevens gaan zij naar den rechter en stellen hem
voor den beklaagde een proeftijd te gunnen of hem
te veroordeelen. Nu komt de zaak voor den rechter.
Is het een proeftijd-zaak dan weten zij vaak bij
vrouwen zelfs in den regel de pers te belezen van
de zaak geen melding te maken. In den regel volgt
de rechter hun advies; wij stellen dus dat hij een
proeftijd uitspreekt. Hij spreekt dus vrij noch ver
oordeelt, maar zegt tot den beklaagde„Gij hebt dit
gedaan, doch wij willen u nog eens kans geven er
zonder straf af te komen. Hier zijn de voorschriften
voor uw gedrag in dien tijd. Gij hebt dezen ambtenaar
te gehoorzamen en u op gezette tijden aan hem te
vertoonen. Na afloop van den tijd spreken wij
elkaar nader."
De bedoelde ambtenaar ia nu dus officiëel voogd
van den beklaagde. Hij houdt hem scherp in het
oog, gaat zijn gangen na, pleegt overleg met zijn
familie, doet, zich rapporten voorleggen kortom,
zorgt, dat hij constateert of de betrokkene berouw
heeft en dat berouw toont door zijn leven te beteren.
Is nu onzen uit de gevangenis-houdergenoegzaam
gebleken van het berouw en de beterschap van den
beklaagde, dan draagt hij hem bij den rechter voor
tot ontslag van rechtsvervolging is dit niet het geval
dan kan hij óf verlenging van den proeftijd vragen
óf den rechter rapporteeren dat naar zijn meening de
gerechtigheid haar loop moet hebben.
Dezelfde probation-officer heeft een dergelijke taak
ten aanzien van de gevangenen, die vóór afloop van
hun straftijd op hun eerewoord zijn vrij gelaten. Ook
hier moet hij nagaan of de gevangene werkelijk niet
de kracht heeft om weer als goed burger in de maat
schappij te leven en dus zijn tijd moet uitzitten.
Intusschen dit gedeelte van de taak dezer ambte
naren kunnen wij voor heden buiten beschouwing
laten, ook en vooral, omdat op dit gebied nog niet
voldoende ervaring is verkregen en omdat naar hst
schijnt de vrijlating op eerewoord nog niet aan goede
en vaste regels is gebonden.
Voor ons is de merkwaardige van taak uit-de-gevange
nishouders, de probation-officers, vóórdat de rechter ge-
vonnisd heeft, hier aan de orde. En wij zouden als
het aantrekkelijke in deze instelling naast de ver
betering van het rechterlijk onderzoek willen noemen
de gelegenheid voor minder-slechte wanbedrijf-plegers
om tot beterschap te komen zonder straf maar ook
zonder, dat de maatschappij gevaar loopt allerlei on-
gewenschte elementen in haar midden te houden. En
eindelijk is voor de prac ische Amerikanen deze
methode een middel tot bezuiniging. Zij berekenen
hoeveel gevangenisverpleging deze hervorming hun
bespaart. En als zij van het bedrag dier besparing
aftrekken de salarissen der bedoelde probation-officers
(die vrjj hoog zijn, f 3700 tot f 4500) en hun toelagen
«n verschotten voor onderhoud (die ook niet onaau-
zienlijk zijn), dan komen zij nog altjjd tot een zoet
winstje, dat zij gaarne in den zak steken met de over
tuiging, dat hun stelsel beter en goedkooper is dan
het ouderwetsche.
Dat deze overtuiging juist is, zouden wij zonder
meer zeker niet durven volhouden. Maar wèl gelooven
wij, dat deze hervorming in hooge mate de aandacht
van onze criminalisten en wetgevers verdient, zeer
zeker niet in mindere mate dan het veel genoemde
Elmira-stelsel. Want gevangenissen afschaffen is toch
altijd in ieder opzicht nog mooier dan gevangenissen
volmaken en vol houden.
Naar de Bes. bode verneemt, heeft ds. D. G. Postma
te Voorburg, de hem van antirev. zijde in het district
Tietjerksteradeel aangeboden candidaatstelling in de
vacature-Talma voor de Tweede Kamer aangenomen.
Naar wij nader vernemen, wordt behalve jhr. J. W.
van Nispen tot Sevenaer, die allereerst in aanmerking
komt, ook genoemd als candidaat voor de vacature
Tweedy. Kamer in het district Rheden, jhr. Alting von
Geusau, kapitein der grenadiers te 's Gravenhage.
(Tijd.)
Enkele bladen hebben zich aan beschouwingen ge
waagd over de vraag, of het nieuwe Kabinet het defen
sievraagstuk ter hand zal nemen, dan wel het kalm la
ten liggen, tot tijd en wijle de politieke omstandigheden
gunstiger zijn, om het weer op te vatten. Wie daar
naar vraagt, ziet over het hoofd, dat mr. Heemskerk
zelf het antwoord reeds heeft gegeven, officiëel in de
Tweede Kamer, op 19 April j.l. Men vindt het op bladz.
1478 der Handelingen
„Ik zou," aldus mr. Heemskerk „wanneer ik
geroepen werd het bewind te aanvaarden,. Ik mag
deze veronderstelling in dit debat (het crisis-debat)
uitspreken. Ik heb mij er waarlijk niet belust op ge
toond, oii eenige heeren hebben zich beijverd door het
land te verspreiden, dat het zoo was, terwijl het niet
zoo was.
„Ik maak in dit verband deze veronderstelling opzet
telijk, omdat men hier, als men eischen aan de regee
ring stelt, altijd bedenken moet, of zij ook billijk zijn,
of men ze zelf zou kunnen verwezenlijken. Welnu, in
dit geval, zou men zich rekenschap geven van de bui
tengewone moeilijkheid van de taak en van een vraag
stuk als dit in het bijzonder; ik zou moest ik optre
den moeten pogen te overwegen, in hoever ik er in
zou kunnen slagen, om het defensie-vraagstuk iets ver
der te brengen, en om duidelijk te zeggen, wat ik wilde
en meende te kunnen bereiken."
De vraag, die wij boven aanstipten, is dus geen vraag
meer. (N. R. Ct.)
Verschenen is aflevering 1 (jaar 1908) van het
Maandschrift van het Centraal Bureau voor de Statis
tiek.
Uit het overzicht van den stand der arbeidsmarkt
gedurende December 1907, naar de inlichtingen van de
Kamérs van Arbeid en als vervolg op hetgeen daarom
trent over de maand November in aflevering 12 werd
bekend gemaakt, blijkt o.m., dat de toestand in de
bouwvakken nog slechts in enkele gemeenten bevredi
gend was.
Nagenoeg overal namen slapte en werkloosheid
grootere verhoudingen aan, thans mede veroorzaakt
door de ingevallen vorst. Ook in de aan 't bouwvak
verwante bedrijven heerschte vrij algemeen slapte.
Opgenomen is in deze aflevering een voorloopig over
zicht van in 1907 uitgebroken stakingen en uitsluitin
gen, waaraan het volgende is ontleend:
In 1907 braken 139 stakingen uit. Het aantal sta
kers is pl. m. 11092 (bij 135 geschillen), het aantal be
trokken ondernemingen bedroeg pl.m. 470 bij 138 sta
kingen. Betreffende de eischen kan worden medege
deeld, dat in 135 stakingen 82 eischen tot loonsverhoo-
ging werden gesteld (37.27 pCt.), 11 tegen loonsverla
ging (6 pCt.), 22 andere looneischen (10 pCt.), 15 be
treffende den arbeidsduur (6.82 pCt.), 5 tot erkenning
der organisatie (2.27 pCt.), 27 tot weder indienstne
ming van ontslagenen (12.27 pCt.), 13 tot regeling van
het werk (5.91 pCt.), en 41andere eischen (18.64 pCt.)
Van 4 stakingen bleven de eischen nog onbekend (1.82
pCt.)
In 1907 begonnen 16 uitsluitingen, met pl. m. 3192
uitgeslotenen (bij 15 geschillen.)
Voorts wordt een overzicht gegeven van de verrich
tingen der arbeidsbeurzen in December 1907, en van de
opgaven der plaatsingsbureaux betreffende het tijdvak
1 Juli 19071 Jan. 1908.
De commissie benoemd om vanwege de Nationale
Vereeniging tot Bestrijding van den Woeker een onder
zoek in te stellen naar de werking der Voorschotban
ken enz. heeft besloten, zich voorloopig alleen bezig te
houden met een onderzoek naar de werking dier onder
nemingen te 's Gravenhage. Zij verzamelt daartoe
thans adressen van bestaande Voorschotbanken en par
ticuliere geldschieters, met het doel daarna een meer
speciaal onderzoek in te stellen naar de wijze van wer
ken dezer instellingen en personen.
Een dienstorder?
Land en Volk verbetert zijn bericht omtrent de veel
besproken dienstorder van den directeur-generaal der
posterijen en telegraphie aldus
„Op last van den directeur-generaal is door de
inspecteurs tot de directeuren een geheime aanschrijving
gericht van een inhoud als wij hebben vermeld."
Naar aan het N. v. d. D. wordt bericht, heeft de
Pruisische minister van Landbouw bevolen, dat wegens
het mond- en klauwzeer hier te lande, alle vee, dat
tegen het verbod in, Pruisen wordt ingevoerd, terstond
afgemaakt zal worden.
Men schrijft ons
Ter gelegenheid van de groote openbare uitvoering
van het Ned. Gymnastiek Verbond en de daaraan ver
bonden nationale en internationale wedstrijden, welke
zooals reeds is meegedeeld van 619 Juni a.s. te Am
sterdam zullen worden gehouden, zal ook eene Interna
tionale tentoonstelling worden gehouden van alles wat
op de lichamelijke ontwikkeling in den vorm van gym
nastiek en spel betrekking heeft.
De commissie, die de opdracht ontving deze ten
toonstelling voor te bereiden, heeft het plan ontwor
pen, dat indien men van de medewerking van H.H. fa
brikanten verzekerd is en dus kan worden uitgevoerd,
zeer interessant belooft te worden. Men heeft het plan
deze tentoonstelling te houden in de zalen van het
feestgebouw „Bellevue" van 312 Juni, een tijd waar
in vele binnen- en buitenlandsche turners en liefheb
bers van spel en sport in onze stad zullen vertoeven.
In drie groote groepen wil men deze tentoonstelling
verdeelen, in de eerste afdeeling „Praktijk" heeft men
het voornemen alle soorten van gymnastiektoestellen
en hand gereedschappen te vereenigen, vervolgens spel-
benoodigdlieden, schermgereedschappen, kleeding voor
turners en spelers, toestellen en gereedschappen voor
heilgymnastiek, verbandleer enz. In de tweede afd.
hoopt men van alles ten aanschouwe te geven wat op
„Theoretisch gebied" over gymnastiek en spel bestaat,
zooals ontwerpen van gymnastieklokalen en speelplaat
sen, literatuur op het gebied van hygiëne, Physiolo-
gisch, Anatomie, Verbandleer, Geschiedenis der gym
nastiek, Metodiek, Orthopaedie, Paedagogiek, Archie
ven, zoowel van personen als van vereenigingen, ver
slagen, jaarboeken enz.
Ten slotte zal er ook plaats gereserveerd blijven als
derde afdeeling voor het tentoonstellen van vaandels,
diploma's, insignes, medailles en andere kunstvoorwer
pen.
Zooals reeds is gezegd, hoopt de commissie op veler
medewerking te mogen rekenen, en daar zij zoo spoedig
mogelijk een meer gedetailleerd plan wenscht -te ont
werpen, is spoedige aanmelding tot deelneming ten
zeerste gewenscht. Tot het geven van alle gewenschte
inlichtingen heeft de commissie, bestaan de uit de hee
ren J. Zeeman en R. M. Roemer, leeraren in de gym
nastiek, en den heer Ed. Lutomirski, secretaris, Rokin
92 te Amsterdam, zich beleid verklaard.
In de Woensdag 19 dezer te houden zitting van de
arrondissements-rechtbank te Leeuwarden zal worden
behandeld een zaak tegen den 31-jarigen lossen werk
man K. de P., die eenigen tijd geleden door de
Leeuwarder gemeente-politie werd aangehouden en,
na verhoor vcor den rechter-commissaris, in het huis
van bewaring werd opgesloten. Hij heeft in December
den oud-minister van oorlog, W. P. ridder van Rap-
pard, met moord bedreigd.
Hij zond uit Amsterdam een brief aan genoemden
heer van Rappard, [waarin hij schreef, dat, wanneer
de minister hem geen toestemming gaf om voor Indië
dienst te mogen nemen, hij in den Haag zou komen
en wraak nemen.
Beklaagde kon niet bij het Ned-Indisch leger dienst
nemen, tengevolge van een vrijheidsstraf, ..oor hem
wegens een misdrijf ondergaan.
Drie getuigen, de bedreigde, de raadsadviseur A. J.
Doorman en de ^kamerbewaarder J. C. Feun zulllen
worden gehoord.
Mr. G. J. de Kempenaer zal als raadsman van be
klaagde optreden. (L. Ct.)
In het laatst van December kreeg een onderwijzer te
Amsterdam een oproeping, om zich ten stadhuize te
vervoegen, kamer zooveel.
Zoodra hij gelegenheid had, nam hij een „pasje"
de man woont in een der buitenwijken tramde naar
hét Prinsenhof en spoedde zich naar de bewuste afdee
ling.
Aan een der klerken reikte hij zijn oproeping over
en weldra daagde er iemand op, met een dik boek on
der den arm en een glimlach om de lippen.
„Meneer," zei deze, „ik heb u de blijde mededee-
ling te doen, dat u van het Rijk der Nederlanden een
dubbeltje ontvangt."
Een glans van geluk verscheen natuurlijk op het ge
laat van den aangesprokene.
„En mag ik vragen," stotterde hij, „waaraan ik
dat buitenkansje te danken heb 1"
„U heeft in 1899 een dubbeltje te veel aan het
pensioenfonds bijgedragen. Wil u maar even teeke
nen"; en tegelijk schoof de spreker den opgewonden op
voeder der jeugd het boek toe. Met een gevoel van vol
doening over zooveel eerlijkheid zette de laatste zijn
naam en wachtte.
„Ja, ziet u," vervolgde de bureauman, „die mi
nister van financiën zal het u toekomend bedrag opstu
ren aan den rijksbetaalmeester te Utrecht. Of het van
daag u per postwissel gezonden zal worden, of dat u het
ten kantore moet afhalen, is mij onbekend. Doch u
zult er bepaald nader van hooren."
De gelukkige is nog steeds wachtende.
Wat zou dat dubbeltje aan hat rijk wel kosten!
(Sbld.)
De werkstaking, welke 10 weken heeft geduurd in de
afdeeling handdamastweverij der firma Van Dijk Co.
te Eindhoven, is geëindigd; de werkzaamheden werden
heden hervat. In de gevraagde loonsverhooging is de
firma gedeeltelijk tegemoet gekomen; zij is niet inge
gaan op den eisch van loonverzekering bij eventueelen
brand, daar een dergelijke bepaling of belofte haar in
ziens het brandgevaar maar zou verhoogen; ook heeft
zij niet een schriftelijk arbeidscontract met den R.-K.
Textiel-Arbeidersbond willen aangaan. Volgens ver
klaring der firma betaalt zij nu het hoogste weefloon,
vergeleken bij de tarieven van andere fabrikanten van
gelijksoortig werk, welke door het bestuur van den R.
K. T. A. B. werden overgelegd.
De gemoederen waren gisteren kalmer. Er was lang
zooveel volk niet op de been, hoewel op de hoeken van
de zijstraten heel wat menschen stonden. Het volk.
dat achter de stakers liep, begon wel te fluiten, doch de
politie behoefde niet handelend op te treden. Ook gis
termiddag was alles rustig.
In een Woensdag te Leeuwarden gehouden provin
ciale vergadering van den Bond van afdeelingen van
Patrimonium in Friesland is op voorstel van de afdee
ling Midlum besloten, aan den Bond den wensch te
kennen te geven zich te doen uitspreken voor het we
der invoeren van de doodstraf, en dit punt te brengen
op de agenda van de eerstvolgende vergadering van den
Nationalen Bond.
Zooals indertijd bericht werd, waren op de Veluw#
een vader en zoon, die de nachten van dezen strengen
winter doorbrachten in een soort stolp, gemaakt van
een paar staken en zakken. Thans behoeft de politie
hun primitieve woningen niet meer af te breken. Ze
zijn het zomerseizoen reeds begonnen en overnachten
thans onder den blooten hemel.
(„Het Vad.")
In het dorpje Neeritter bij Roermond hebben giste
ren een paar werklieden, die bezig waren met het uit
roeien van hout, een aarden kruik gevonden, inhouden
de 116 stuks gouden munten, meest alle dagteekenend
uit de 15e en 16e eeuw.
Onder 's-Gravenzande zijn gisternacht meer dan 800
kippen bij drie verschillende tuinders gestolen. Van de
daders was anders niets te ontdekken, dan dat de dief
stal per schuit had plaats gehad.
De heer L., voorzitter van den Frieschen Hotel- en
Caféhoudersbond, restaurateur in een station der Ne-
derlandsche Tramweg-Mij., is geverbaliseerd wegens
overtreding der drankwet, op grond dat hij geen zet-
kastelein is in dienst der Tramwegmaatschappij, aan
wie het vergunningsrecht toebehoort. De heer L.
pacht n.l. de buffetten in het tramstation.
De commissie uit de burgerij te Amsterdam ten be
hoeve van de werkloozen aldaar heeft tot nog toe een
bedrag van bijna 179.000 ontvangen.
In de afgeloopen week heeft de Alg. Ned. Diamant-
bewerkersbond te Amsterdam aan 3120 werklooze leden
16.955 uitgekeerd. Het getal werkloozen is 4487 te-
4500 in de vorige week.
Volgens de door de directie van den landbouw uitge
geven statistiek der ziekten over de maand Januari is
het aantal gevallen van mond- en klauwzeer reeds ge
daald tot 1170, waarvan in Zuid-Holland 562, in Noord-
Holland 224, in Utrecht 118, in Gelderland 142, in
Friesland 102 en in Overijsel 22 gevallen voorkomen.
Zeeland, Groningen, Drente en Limburg zijn geheel
vrij: Van de overige ziekten zijn de enkele gevallen
niet noemenswaard.
Uit Amsterdam meldt men aan de N. Ct.
Naar wij vernemen, heeft tusschen de besturen van
de Amsterdamsche Juweliersvereeniging en van den
Alg. Nederl. Diamantbewerkersbond een bespreking
plaats gehad over het geheel stopzetten van de brillant-
branche. Reeds vroeger is er van de zijde van de
A. J. V. een voorstel in die richting gedaan, doch er
werd daarop toen niet ingegaan door den A. N. D. B.
Thans moet het wenschelijk zijn gebleken om tot
een dergelijken maatregel over te gaan, daar er door
tal van werklieden eigen werk wordt gemaakt, dat
wordt verkocht ver beneden den geldenden koers
zoodat het een niet gering gevaar voor de industrie
zou opleveren, wanneer hieraan niet paal en perk zou
worden gesteld.
Bij het hier binnenkomen van Hr. Ms. pantserschip
„De Ruyter" is een ongeluk gebeurd, dat echter betrek
kelijk nog goed is afgeloopen. Terwijl men bezig was
het schip in de buitenhaven aan den wal te meren, is
een strakgespannen zware manillatros van de meerpaal
geslipt, waardoor vele toeschouwers, volwassenen en
kinderen, die in de nabijheid stonden, werden getrof
fen. Zij werden door den tros van de been geworpen
en sommigen bekwamen vrij ernstig letsel. Echter in
't oog houdende wat de gevolgen wel hadden kunnen
zijn, is het ongeral nog gelukkig afgeloopen, daar nie
mand levensgevaarlijk verwond werd.