VOOR ALKMAAR EN
DAGBLAD
OMSTREKEN.
MAANDAG
9 MAART.
China en Japan in botsing.
FEUILLETON.
BINNENLAN D.
Uit Hof- en Hoofdstad.
No.
58.
Honderd en tiende jaargang.
HERFSTSTOR
Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en
Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden
voor Alkmaar f 0,80; franco door het geheele Rijk f 1,—
Afzonderlijke nummers 3 Cents.
Prijs der gewone advertentiën:
Per regel f 0,10. Bij groote contracten rabat. Groote
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9.
Versterkend.^
Voedzaam.
geneeskundig aanbevolen.
De Rijksverzekeringbank en medisch onbe
voegden.
Pensioneering ambtenaren en beambten
H. IJ. S. M.
Telefoonnummer 3.
l^IAVL
ALKMAAR, 9 Maart.
Het heeft weinig gescheeld of de cynische opmer
king, dat er op een vredesconferentie spoedig een oor
log volgt, was dezer dagen bewaarheid. Er heeft zeer
veel gevaar voor een tweeden Japanseh-Chineeschen
oorlog bestaan. Vrijdag reeds deelden we de oorzaak
van een ernstig geschil, tusschen Japan en China ge
rezen, mede, maar toch zullen we heden er nog even
op terug komen.
Van uit de Japansche haven Kobe ging in het be
gin van Februari een Japansche stoomboot „de Tatsoo
Maroe" met geweren en munitie naar de Portugeesche
haven in China Macao. De Japansche autoriteiten
noch de Portugeesche hadden iets tegen deze zending.
Onderweg werd het schip aangehouden en om zijn
lading in beslag genomen door een Chineesch dou
anevaartuig. Bij die aanhouding is geschoten en, wat
de kern der zaak is: de Japansche vlag is daarbij neer
gehaald.
De Japansche regeering was verontwaardigd, te
meer, wijl, naar zij beweerde de aanhouding plaats
had op Portugeesch gebied. Dit laatste ontkende de
Chineesche regeering: het schip was in de Chineesche
wateren aangehouden. Maar indien het feit was ge
schied in de Portugeesche wateren, dan had Japan
zich niet tot China maar tot Portugal moeten vervoe
gen en voldoening eischen van deze laatste mogend
heid, welke op haar beurt zich dan tot China zou wen
den. Japan echter vroeg aan China vrijlating van het
schip, verontschuldigingen en schadevergoeding en
zond alvast een kruiser naar de wateren van Kanton
hetgeen natuurlijk door China alles behalve aange
naam werd opgenomen. Bovendien meenden de Chi-
neezen in hun recht te zijn, omdat de lading van het
schip bestemd was voor Chineesche opstandelingen.
Nu heeft de Chineesche diplomatie ongelukkigerwijs
getalmd met het geven van een antwoord. Eindelijk
heeft zij aangeboden het geschil te doen beslissen
door een Chineesch-Japansche commissie.
Daarvan wilde Japan niet weten. Het gebeurde met
de vlag belette dit rijk met een voorslag in dien geest
genoegen te nemen. Daarop heeft Japan China een ul
timatum gezonden: 8 Maart antwoorden, anders
Men maakte zich ongerust. Japans aanspraken wa
ren zeer betwistbaar en toch zette het de regeering
van een bevriend volk en een goeden nabuur het mes
op de keel. Het eilandenrijk moest dus öf den oorlog
willen öf zeker zijn van China's toegevendheid En men
bereidde zich voor op een onaangename verrassing van
Japansche zijde. Zooals de Amerikaansche onder-mi
nister voor de posterijen, de heer Cleary, Vrijdag aan
een feestmaal verklaarde: Japan slaat den eersten slag
en verklaart daarna den oorlog.
ROMAN
door
IDA BOY-ED.
vertaling van S. S.
57)
Zij had sinds dat uur, waarop hij voor haar in dft
bres was gesprongen, haar beschermde, en daarbij toch
niet naar hare hand dong, in haar jonge-meisjesack-
tigheid een of anderen Hendrick Hagen voorgesteld,
die minder op een mensch, dan op een onbaatzuchtig,
goddelijk wezen geleek. Het was de eerste maal in haar
leven geweest, dat zij iemand geld had zien uitgeven,
en wel niet ten eigen bate. De indruk en de nawer
king daarvan was in één woord buitengewoon geweest.
In Amerika zou zij een paar maanden geleden zelfs
nog gedacht hebben, dat zoo iemand eenvoudig een
gek moest wezen. Maar hier en nu, en daar het juist
Hendrick Hagen was, dacht zijHij is een God. Nu
twijfelde zij er ook geen oogenblik meer aan, of haar
grootmama had zich nxaar wat wijs gemaakt, omdat
zij het zoo gewenscht achtte, dat haar kleinkind een
rijk huwelijk zou doen. Een wensch, dien Brita nu,
waar zij op de hoogte was van den wanhopigen stand
van het vermogen, zeer goed kon verklaren. Zij zelve
had immers ook de tijden gehad, waarin zij dacht, dat
geld alles was? En nu was het voor haar zoo klaar als
de dag, dat Hendrick Hagen een bij uitstek edel en on
baatzuchtig mensch was.
I ot deze conclusie was zij ook gekomen door de lang
durige gesprekken, welke zij met André had gevoerd.
En de twee jongelui wilden natuurlijk een eenheid in
het wezen van dezen man vinden. Want bij zulk een
edelmoedigheid en onbaatzuchtigheid paste immers
niet de koppigheid, waarmede hij zich aan Roode Hei
de vasthield. En André sprak over de groote liefde,
welke hij de doode had toegedragen. Brita had nu
eindelijk! zijne gedichten gelezen, en was nu ook
De Japanners hebben reeds bij herhaling bewezen
dat ze bijzonder vlug in China kunnen zijn, er verba
zend goed kunnen vechten en er flink voordeel weten
te behalen. Vóór dat China in 1894 zich op een oor
log had kunnen voorbereiden had Japan reeds een aan
zienlijke troepenmacht en een vloot naar Korea ge
zonden. 25 Juli schoot een Japansche kruiser een
Chineesch transportschip in den grond, 1 Augustus
verklaarde Japan China den oorlog, 15 September ver
sloegen de Japansche troepen de Chineesche (op Ko
rea), 17 September versloeg een Japansch eskader bij
de Yaloe-rivier (in den golf van Korea) een Chineesch
21 November werd Port Arthur veroverd. In Januari
verscheen een Japansche vloot van 30 schepen en een
nieuw leger van 30.000 man voor de haven Weihawei
(Shantoeng) welke vesting zich met de erin vertoe
vende Chineesche Noordvloot overgaf. 4 Maartverover
den zij Nioetsjwang (golf van Liau Tong) vervolgens
de haven IJinkau en hadden zich daardoor den weg
naar Moekden en Peking vrij gemaakt, maar bestook
ten eerst de Zuidkust van China. De Chineezen be
sloten den oorlog op te geven, de ook in Nederl. beken
de Li-hung-tsjang werd als vredes-apostel naar het Ja
pansche kamp gezonden (en door een fanatiek Japan
ner overvallen en met een revolverschot in het gelaat
gewond). De vrede werd te Shimonoseko gesloten en
wel 17 April 1895. China moest de onafhankelijkheid
van Korea erkennen men weet dat Japan dit rijk
later ingepalmd heeft het eiland Formosa, de Vis-
scherseilanden en een deel van het schiereiland Liao
tuing afstaan, 360.000.000 gulden oorlogsschatting be
talen en een reeks voordeelen aan den Japanschen
handel en de industrie toestaan enz. Door zijn bui
tengewone machtsontwikkeling, door zijn kranige vloot
vooral, had Japan in korten tijd zulke voordeelen we
ten te behalen en China zoo totaal in de macht gekre
gen, dat Rusland, Duitschland en Frankrijk het te bar
vonden en niet zonder eigenbelang de voorwaar
den wisten te verzachten, den afstand van vasteland
tegen een extra-schadeloosstelling van 54.000.000 gul
den wisten te voorkomen. Dat was het eerste succes
van Japan in China. Het tweede had plaats in den
bekenden Boxer opstand toen de Japanners zoo snel
troepen landden en zoo spoedig voor Peking stonden.
En het derde succes van Japan in de Chineesche wate
ren en op de Chineesche velden werd behaald in den
Russisch-Japanschen oorlog. Ook hier weer zien wij
dat Japan zijn vijand overrompelt. Zes Februari 1904
werden de betrekkingen met Rusland door Japan af
gebroken, den nacht daarop namen reeds vier Japan
sche oorlogsschepen in de haven van Toesan (Z. van
Korea) een Russisch stoomschip in beslag, in den
nacht op den 8sten deed een Japansche torpedoflottiel
je een aanval op de Russische vloot ter buitenreede
van Port Arthur, waardoor Russische slagschepen en
een kruiser door torpedo's werden beschadigd. Terzelf
der tijd verscheen een Japansche vloot voor Tsjemoel-
po (Korea) waar een dag later twee Russische krui
sers werden vernield, de Russen 120 dooden en gewon-
van oordeel, dat hij zich, al had hij het ook eenmaal in
toorn verloochend, niet van het graf der dierbare over
ledene had kunnen scheiden. Hare vereering voor
Hendrick Hagen had dan ook van dit oogenblik af een
overdreven karakter gekregen.
,Ik ben trotsch op hetgeen juffrouw Brita van my
verklaart," zeide hij. Maar op het gelaat van mijnheer
von Benrath kwam een weemoedige glimlach.
„Zij kent het leven nog te weinig," zeide hij op zijne
gewone, halfluide manier van spreken, „zij weet niet,
dat een edele daad, even goed als een slechte, den per
soon, die haar volbrengt, tot haar slaaf kan maken.
Ook edelmoedigheid kan gevolgen na zich sleepeu,
welke van dien aard zijn, dat de edelmoedige zich eer
der bestraft, dan beloond ziet."
„Waarde mijnheer von Benrath," zei Hagen op har-
telijkeu toon, ik heb niet in een oogenblik van ondoor
dachte opwelling des gevoels gehandeld. Ik heb ge-
landeld, zooals ik noodzakelijk doen moest. Dit zegt
genoeg. Ik heb alle mogelijkheden overwogen en met
mijn vriend Berthóld besproken. En ik kom daarom
vandaag nog om u gerust te stellen: Als u eenig ka
pitaal hebt en uw oud familiegoed durft overnemen,
dan wil er aan donken, dat ik mij gelukkig reken en
cok verder rekenen zal, u daarin te helpen. Ik heb
geen ander verzoek dan dit eene, dat ik spoedig uwe
beslissing mag weten."
Brita keek de heeren oplettend aan; op zijn eigen
sombere manier begon haar vader zijn opinie mede te
doelen. „Mijn beste, oude vriend Stevens heeft zich
wel, voor ik op reis ging, bereid verklaard, eventueel
nog een hypotheek te geven en ook een kapitaaltje om
alles weder in orde te brengen, maar hij wil slechts
(^an helpen, wanneer hij goede rente ervan kan maken.
Terwijl ik nog aan gene zijde van den oceaan was, ge
loofde ik, toen ik het telegram kreeg nog' aan de moge
lijkheid, dat men alleen daarom niet had kunnen be
talen, omdat de zaken zoo slecht gingen, maar nu heb
ik reeds zooveel gehoord, dat ik nu wel de gevolgtrek
king maken moet, dat er geen helpen meer aan is.
Wanneer ik Stevens, zooals vanzelf spreekt, nauwkeu
rig de zaken mededeel, zal hij mij zeggen: „Geen dol-
lar, beste kerel, en hands off.' Alles is reeds zwaar-
den gekregen, terwijl 640 Russische officieren en man
schappen zich overgaven. Eerst den llden Februari
werd het bevel van den Mikado, waarin aan Rusland
de oorlog werd verklaard uitgevaardigd. Toen had Ja
pan zich reeds het overwicht ter zee veroverd en kon
de landoorlog op Korea beginnen. Van 10 Februari
tot het laatst van April heeft het voor de vei'sterking
van dit overwicht gezorgd en Korea bezet. 1 Mei werd
over de Yaloe getrokken en het oorlogsterrein ver
plaatst naar Mandsjoerije. Port Arthur was geheel
afg'esneden en moest zich overgeven blijkens
het Port Arthur proces heeft het dit nog te vroeg ge
daan. an de rest en den uitslag behoeven we niet te
spreken, dat is bekend.
Hieruit blijkt dat Japan den oorlog bij voorkeur be
gint in het voorjaar. Ook dat was een onrustbarend
t-eeken.
Maar hoogstwaarschijnlijk zullen vooralsnog ten
minste de Japanners niet naar China gaan en daar
vechten. De Chineesche regeering heeft bakzeil ge
haald, gelijk blijkt uit een bericht, dat wij zooeven ont
vingen. Zij heeft - blijkens onze laatste berichten
haar diep leedwezen uitgesproken over het neerhalen
der Japansche vlag en verzekerd, dat de verantwoor
delijke ambtenaren gestraft zullen worden. Aan Japans
eer is dus voldaan. Thans rest nog op te lossen den
zaken-kant van het geschil. Over teruggave van het
schip zegt het telegram geen woord. Alleen zegt het,
dat China nader zal antwoorden wat het in beslag ne
men van wapens en munitie betreft. Nu kent de ge
schiedenis een analoog geval. In 1842 werd een vaar
tuig met oorlogstuig, de Carolina geheeten, vervolgd
door een schip der Canadeesche regeering tot in Ame
rikaansche wateren en daar werd de wapenlading die
voor Canadeesche opstandelingen bestemd was in be
slag genomen. Een Amerikaansch-Britsche commissie
van onderzoek heeft toen deze daad ten volle gerecht
vaardigd geacht.
Wil dus Japan niet per se den oorlog, dan kan het
aan China's bovengenoemden wensch inzake het in
stellen eener Japansch-Chineesche commissie tot- on
derzoek voldoen, of de zaak voorleggen aan het Haag-
sche scheidsgerecht.
Alleen voor het geval Japan een stok heeft gezocht
om den Chineeschen draak te slaan en te verslaan,
kan het dus het Tatsoe-Maroe-incident aangrijpen als
een aanleiding tot een oorlogsverklaring.
Een aantal speciaal-artsen voor orthopaedie en me-
chano-therapie hebben in een adres aan het bestuur
der Rijksverzekeringsbank te Amsterdam medegedeeld,
dat hun gebleken is, dat ten bate van rijksverzekerden,
welke door een ongeval getroffen zijn, medisch-onbe-
voegden, door, namens of met medeweten van het
bestuur der bank, belast worden met het zelfstandig
verrichten van geneeskundige handelingen, als bedrijf,
welker uitoefening alleen geoorloofd is aan hen, aan
wie de bevoegdheid daartoe, volgens de wet van 1
Juni 1865, is toegekend.
Adressanten hebben het oog op de uitoefening der
massage en andere handgrepen, bewegingen op me
chanische verrichtingen, waarmede een therapeutisch
doel wordt beoogd.
Zij wijzen op een arrest van den Hoogen Raad van
28 November 1892, waarbij is beslist, dat massage is
geneeskunst, voor welker uitoefening, als bedrijf, de
wet van 1 Juni 1865, een toelating vereischt in den
vorm van het arts-diploma, terwijl wederrechtelijke
uitoefening strafbaar is gesteld.
Op grond van een en ander verzoeken adressanten
het bankbestuur, te willen medewerken tot beteugeling
van deze wetsovertreding, door niet meer de gelegen
heid open te stellen tot onbevoegde uitoefening der
geneeskunst, in dienst van den staat.
Een beroep op „noodzaak", om onbevoegden medische
diensten te doen verrichten, uit gebrek aan bevoegden,
zou, volgens adressanten, niet kunnen opgaan, omdat
in de grootere centra het aantal gevestigde medici-
specialisten voor therapie en massage, ruimschoots
voldoende kan geacht worden, en voor afgelegen plaat*
sen en kleinere centra het argument zou kunnen wor
den ondervangen door dezelfde regeling in toepassing
te brengen, die voor ongevallen, ressorteerende onder
andere speciaal-gebieden der geneeskunst geldt.
In verband met de Ongevallenwet zullen ambte
naren en beambten bij de Hollandsche Spoor voortaan
in plaats van op 65-jarigen, reeds op 60-jarigen leef
tijd gepensionneerd worden. Deze maatregel, die voor
vele ambtenaren groote fïnaneieele schade tengevolge
heeft, zal reeds spoedig in werking treden.
Er zullen nu binnenkort een kleine, 250 ambtenaren
en beambten den dienst moeten verlaten en slechts
enkele zullen voor het volle pensioen (2/3 van de jaar
wedde) in aanmerking kunnen komen, want op het
volle pensioen heeft men eerst aanspraak na 40 dienst
jaren. De overigen ontvangen slechts de helft als pen
sioen. (N. R. Ct).
Ziekteverzekering.
Naar wij uit vertrouwbare bron vernemen, kan de
intrekking van het Ziekteverzekeringsontwerp, inge
diend door het vorig kabinet, binnen enkele dagen
worden verwacht. (Hdbl).
Mr. Zinnicq Bergmann.
Naar wij tot ons leedwezen vernemen, is de toestand
van mr. E. van Zinnicq Bergmann zeer verergerd.
De nacht van heden was zeer onrustig.
Men vreest het ergste. ('s H. Ct.)
„Ja, met Laurillard blijft onze klacht nog steeds
rondwaren: ,,'t Is erg met de meiden!" zegt „Ego"
van de Prov. Geld. en Rijm. Ct. Nog dezer dagen
kwam me daaromtrent hier een staaltje ter oore, dat
ik u niet onthouden mag en dat u zoo al geen vroo-
lijke oogenblikken, toch als bewijs zal kunnen strek
ken dat al ons jammeren inderdaad niet zonder grond
is. Stel u voor, 't huiselijk-gezellige knus-lieve en
poes-kalme milieu van 'n renteniers-huishoudentje, dat
na 'n week of wat van „zonder," na heel veel pijn
lijke ervaringen van „probeeren" en „op proef," ein
delijk en ten langen leste zich weer zoo gelukkig
rekenen mag de keuken weer te zien toevertrouwd
aan een meid, die behalve d'er blozende jeugd en
der belast dan het waard is, en de voorbereidselen, die
men reeds getroffen had, waren wel alle reeds van
dien aard, dat men wel op zijn vingers kon narekenen,
wie kooper zou zijn. Maar wat er nu gebeuren zal, weet
ik niet. Ik weet alleen maar, dat ik niet meer jong,
niet meer flink genoeg ben om het met zulk een bui
tengewonen schuldenlast over te nemen. En een koo
per? Het is voor mij een allerpijnlijkst gevoel, er aan
te denken, dat het op een of andere slinksche manier
toch in handen van Fedder zal komen. Ik vond het
toch reeds zoo yaar, dat ik terstond weer den naam
van die onderkruipersfamilie moest hooren. Zoo zijn
hun vader en hun oom ook hun gansche leven ge
weest. Het is wel vreemd, dat ik juist zulk soort lui
weder onveranderd aantref. Doch ik dwaal af. Ver
geeft u het mij. Ieder thema leidt van zelf tot herin
neringen en gevolgtrekkingen. Stemming, critiek van
iemand, die thuis gekomen is. Waar was ik ook ge
bleven? O ja, waar vind ik een kooper? En nog wel
een die den fabelachtigWi prijs er voor geeft, welken
er voor betaald moet worden, wanneer u geen verlies
zult hebben."
Al hetgeen Brita s vader zeide, ook de melancholi
sche wijze, waarop hij de zaken bekeek, maakte diepen
indruk op Hagen.
"En nadruk leggend op ieder woord riep hij uit: „En
als ik dan eens deze kooper was!"
Hij gevoelde, dat hij andermaal zeer geagiteerd
werd. eldra zou de beslissing komen, en niet enkel
over het mijn en dijn van deze plek gronds.
„En als ik u dan verzocht, Iserudorf voor mij te be
sturen niet als mijn pachter, maar als mijn plaats
vervanger?" voegde hij er dadelijk bij.
Brita en haar vader kregen beiden een kleur.
Vriendelijker, eenvoudiger en hartelijker kon dit
wel niet gezegd worden.
Hij, die het zei, vroeg het bijna als een gunst. En hij
wist, dat misschien zijn leven, zijn geluk daaraan hing.
Maar hij, die het hoorde, had daar geen idee van.
Aarzelend kwam er uit, dat hij daar niet op kon in
gaan. Het zou jaren duren, eer men weer op eenige
opbrengst zou kunnen rekenen. Ik zou er zijn, als.
ik wilde zeggen, dat ik steeds het gevoel zou hebben,
alsof ik aan uwe edelmoedigheid een onbezorgd leven
tje zou te danken hebben.ik zou.
Hagen kon er best in komen, dat deze gedachte niet
aangenaam voor hem was.
„Ik koester bij dit aanbod slechts den wensch u de
mogelijkheid open te houden, het oude familiebezit ten
allen tijde terug te koopen. Er kunnen zich toch wel
onverwachte, gelukkige omstandigheden voordoen, of
door een reeks van goede jaren kan Iserndorf toch wel
ongedacht er weer boven op komen. Misschien stijgt de
waarde van den grond in vervolg van tijd, wanneer de
maatschappij „Nieuw Wacliow" prospereert...." zei
hij.
Ik dank u. Maar ik kan het niet doen. Gelukkige
omstandigheden, erfenissen en dergelijke staan niet
achter de coulissen van mijn leven en wachten niet op
't wachtwoord om ten tooneele te treden. Te wen-
schen, dat er goede jaren zullen komen en daarop te
hopen?.... En altijd gekweld- te worden door de ge
dachte: als ze nu eens niet komen? Wat dan? Neen, ik
kan nietdat niet
„Ik meende, dat u gehecht was aan uw geboorte
plaats," zei Hagen, die verrast was, dat het hem niet
eens zelfs strijd scheen te kosten, het af te wijzen.
Mijnheer von Benrath keek voor zich. Hij glimlachte
even, maar de trek op zijn gelaat was zoo smartelijk,
dat Hagen er van ontroerde.
„Ik ben er aan gehecht geweest. Ik heb er zeer veel
van gehouden. Ik houd er nog van. Maar zij bestaat
slechts voor mij in de herinnering, meer niet. Tenmin
ste voor mijIs zij dan zoo veranderd Komt het
slechts, omdat het huis kaal is, en alle stukken, die zoo
nauw met de geschiedenis der familie verbonden wa
ren, weg zijn? Dat kan toch wel niet? Ben ik veran
derd? Ik weet het niet. Reeds toen ik hierheen kwam,
bemerkte ik hetWij zijn elkander ontgroeid, de ge
boortegrond en ik. Precies als menschen, die van el
kaar gehouden hebben, toen ze jong waren. Het weder
zien doet haast denken aan een onderzoeker, die op
wetenschappelijke gronden vaststelt, dat hetgeen wij
als poëtisch beschouwden, inderdaad geen poëtische
waarde heeft gehad."
Wordt Ci rcjlgd.