Vraagt inlichtingen. Firma JOH. F. MORRA. De Lange en de Moraaz, llttHÉBlk «pil Schoolbehoeften N.V. HERMs. COSTER ZOON, Dienstbode, Kerkboeken. Leesgezelschappen. ongeveer 90 pond prachtige Canzenreeren, mé. 'mk AGENTEN der Dinsdag 14 April e.k. huisje of YÜlatje met tuin. Prijsopgaaf gevraagd 120 M3. onderhoudsgrint Nieuwe veerkrachtNieuwe levenslust. Voordam C 9. BOEKHANDEL. Telefoon No. 3. zulk succes? Voorhanden bij de N.V. HERMs. COSTER ZOON, t? FEUILLETON. Aanbesteding GEVRAAGD Te koop s DE ALPENKONINGIN, verschaffen geld op hypotheek. der benoodigde op n.tn. 6 uurin het Raadhuis te Egmond aan Zee. voor levering van ten behoeve van de Vereeniging van Polders en onlngepolderde landen onder Schoort en Petten, Platvoetzolen. Platvoetzolen. ALKMAAR. Voordam C 9. Telef. Interc. No. 3, Depot van het No. U f 3,75 per kwartaal, (Nalezers f 1.75), No. 2 k 2,50 No. 3 h f 2,50 per kwartaal, (Nalezers f 1.25), Nalezers Probleem No. 118. mm Tevens wordt om de 14 dagen een ROMAN verstrekt. De verwisseling der tijdschriften heeft des WOENSDAGS plaats. Voor ALLE nummers is gelegenheid tot aansluiting. Verkrijgbaar bij de Apothekers: A. H, TELJER, Firma A. CONIJN Az., (C. M. B. Wanna), H 1 F WANNA Ritsevoort, C. L. MOLENAAR, B. H J SCHOUTEN. ANNA' PRANGER, Burgemeester. H. v. PEL, Wethouder. TE KOOP of te HUUR in Bergeneen Brieven met volledige inlichtingen onder lett. D 10, Alg. Adv. Bur. ROUMA Co., Amsterdam. te lever en op nader op te geven plaatsen op den wal aan het Noord-Hollandsch Kanaal en te Hargen. Opgaven worden ingewacht vóór of op den 11 April e.k., ten Raadhuize te SchoorI, alwaar nadere infor- matiën zijn te bekomen. Mejuffrouw 'M. van der VALCK, Z.O. Buitensingel, 170-77, in den Haag, schrijft ons a O© eer i] zij geholpen is in een toestand van bloedarmoede en algeheele verslappingopdat ook anderen daarvan zullen profiteeren, schrijft zij ons. Mijnheer U moogt het wel eens weten hoe heerlijk ik"door DE SANGUINOSE genolpen ben. Een paar jaren geleden heb ik erg de typhus gehad en leed lang aan' alge- neeie verslapping. Ik heb van alles daartegen gebruikt; veeljstaal o.a., maar niets hielp. n beVk met de Sanguinose begonnen; bij de tweede flesch bemerkte ik al beterschap en gevoel mg dagelijks sterker worden. De dankbaarheid dringt mij dit bekend te maken aar, ook anderen,,dit heerlijk middel kunnen gebruiken. M. VAN DER VALCK. Eene ervaring van, een aantal jaren geeft ons alle vrijmoedigheid om te zeggen daar is geen enkel middel, versta ons goed daar is geen enkel middel dat u in alle gevallen T 0f lich»melijke uitputting, beter, sneller en meer afdoend helpt dan'DE SANGUINOSE. \xr zÜnPwee eetlepels per dag voldoende. Neemt er een proef mede. Wacht U voor namaak. Prijs per flacon f 1,50, 6 fl. f 8,12 11. f 15—, Mï^.lk ?af,r1bW:"^?EE0£ SLOTHOUBER, Firma SCHOUTEN Co., ANSINGH q®SMAN Apot'mkers Firma C. KEG, afd. drogisterij; Heiloo bij G. JONGE JAN; Noord- Scharwoude A. SWAGER en P. HOFFBroek op Langendijk J. PLOEGZuid-Scharwoude A il l BUTTER; Stompetoren K. HOS j'Avenhorn A. BELS; AnnaPaulowna H.DEN ENGELSEN; Oudkarspel H. HART, J. TIMMERMAN; St. Pancras G. PLOEGER; Warmenhuizen P. BAKKUM PASTOOR. ook in partijen verkrijgbaar. Fr. br. onder lett. P 69, bureau dezer courant. Mevrouw SPAKLER, 14 I. W. Brouwerstr., Am sterdam, des zomers te Bloemendaal, vraagt met 1 Mei eene goed kunnende koken. Salaris f 140. Zich liefst in persoon aan te melden, tusschen 12 en 2 uur. HEEFT Omdat het sterk is, net en aangenaam past en zeer billijk is van prijs. Steeds de nieuwste modellen verkrijgbaar. ZIE DE ÉTALAGE bevat: Gids. Elsevier's Maandschrift. Eigen Haard. Reveu des Deux Mondes Illustration. Tour du Monde. Nord und Süd. Hlustrirte Zeitung. Gartenlaube. Fliegendende Blatter. Strand Magazine. Graphic. Punch. 17e: O A C O CO vi_ o 1 c per Kwartaal, (Nalezers f 1.25), bevat: Gids. Elsevier's Maandschrift. Holl. Revue. Nederland. Humoristisch Album. Eigen Haard. Fliegende Blatter. Gartenlaube. Ueber Land und Meer. Londen News. bevat Gids. Elsevier's Maandschrift. Onze Eeuw. Tijd spinel. Humoristisch Album. Eigen Haard. Fliegende Blader. Gartenlaube. Ueber Land und Meer. Illustration. worden ten allen tijde aangenomen. Voor hen, wien het er niet aan gelegen is, of zij de tijdschrijften wat later ontvangen, staat '\TEN ALLEN TIJDE de gele genheid open j eene porte feuille te ontvangen]met de tijdschriften en romans No. laf 1,75 en met die van Ns. 2 en 3 è|f 1,25 per kwartaal. Voor geabonneerden huiten de stad kan, zoo noodig, de verwisseling van deze portefeuille op Zaterdag worden bepaald. G. Heathcote. 3e Prijs „Western Daily Mercury" 1908. //rf/sM Kinadruppels Minerale Wateren, ïerbandstoffen. Emser Zont, Emser Pastilles. a b c d e f g h Mat in 2 zetten. Oplossing van Probleem No. 115 (A. van Eelde). 1 Db2 h8 enz. 1 Df6 faalt op lh7 Goede oplossingen ontvingen wij van de heeren P. C. Bakker Czn., P. J. Boom, J. Borsjes, F. Böttger, O. Bramer, C. Brouwer, G. van Dort, 6. Imhülsen, G. Nobel, P. Ooykaas, Mr. J. Verdam en C. Visser, allen te Alkmaar; Ds. H. Groeneveld te Vlijmen, Mr. Ch. Enschedé te Haarlem, C. C. J. de Ridder te Ede, P. Bakker en H. Weenink te Am sterdam, S. te S., „Schaaklust" te Koedijk, O. Booms- ma te Kampen, J. D. Huysman te Leiden, G. Fijth Jr. en C. L. Strick van Linschoten te Bunnik. Toen wij onze vorige rubriek nog eens overlazen bekroop ons de vrees hoe wij wellicht daarin den indruk hadden gegeven, dat wij het nemen van een stuk, op welken zet ook, altijd afkeurden. Dit is nu allerminst het geval. Wij kennen overschoone mo derne vierzetten, waarin op den eersten zet een pion genomen werd. Ook hebben wij den 3zet van onzen landgenoot K. LKuyers ten hoogste gewaardeerd, die het vorig jaar de 1ste eerv. verm. behaalde in den wedstrijd der „Revue d'Echecs" met 1 P X e5, Eindelijk weten wij zeer goed, dat er problemen be staan waar de pointe juist in het nemen van een stuk op den 2den of volgenden zet bestaat. Zoo heb ben wij bijv. een 3-zet, die in 1906 in „Op de Hoogte" verscheen, hoogelijk bewonderd om de oorspronkelijk heid van het motief, dat wit er toe dwong telkens op den 2den zet een zwart stuk te nemen*). Doch dit alles is geheel iets anders dan ons in No. 114 wordt te zien gegeven. Wij hebben ons altijd voorgesteld dat er voor het nemen op den eersten zet in een probleem een verontschuldiging moest zijn zoo als bijv. dat het voorgelegde thema niet te bewerken was zonder dit nemen. Ja, wij meenden, dat dit een der vele onbeschreven wetten was, in de Probleem wereld van kracht. Intusschen, dit bewijst weinig of niets. Want deze wet was er geen van Perzen en Meden en kan al wel geen wet meer zijn. En per slot van rekening heeft dit weinig te maken met onze opvatting omtrent het 1 K x f3 in No. 114, die wij in onze vorige rubriek te kennen gaven en die feitelijk daarop neer komt, dat het nemen ons hier een doekje voor het bloeden toescheen. Doch wel wenschen wij hier nog even te releveeren, dat, voor het geval deze wet nog gold, dat dit nemen ons dan in een 2zet nog te ruw toeschijnt om zulk een probleem den eersten prijs toe te kennen M.a.w. zulk een probleem behoort o.i. wel bekroond te worden doch mag niet boven alle andere gesteld worden. In verband met een en ander bieden wij onzen lezers No. 118 aan. Deze 2zet beviel ons buitenge meen èn om den sierlijken sleutelzet èn om het ver rassende in de matstelling der hoofdvariant. Het interesseert onzen lezers waarschijnlijk te vernemen, dat de componist van dit probleem tot onze trouwste oplossers behoort. Naar het Duitsch van FRANZ ROSEN. 13) Onder de vele ]<leine en groote hutten, schuren en stallen herkende Rainer duidelijk van uit de verte de vier dicht op elkaar gelegen daken van de bij de Am- berger hofstede behoorende gebouwen. Weldra stond hij er middenin op de platgetrapte, drassige grasvlak te, over welker nooit opdrogen! moeras de Sennen zich van gladden steen een primitieven weg hadden gelegd. Hoe dikwijls had Rainer, als kind, met onzekere schre den zich over deze steenen een weg gebaand. Hoe dik wijls was hij er als jongeling overheen geijld. HiS kende ze bijna alle en meende duidelijk te kunnen zien, waar men een nieuwen had aangebracht. En een uitzicht, dat men van dezen engen, viezen hof hadAlsof men van uit het eigen donkere, onvol maakte leven rechtstreeks keek in de Hemelsche heer lijkheid en de heilige eeuwigheid! Rondom de Jung- frau, rechts en links van achter hare schouders te voorschijn tredend, de witte hoofden van het hoogge bergte in een ononderbroken keten, als een snoer schit terende paarlen aan den gordel der eeuwigheid tot, waar zij achter in de glinsterende nevelsluiers van de zonnige verte wegzwommen. Maar de Jungfrau troonde daar hoog boven uit, de Jungfrau, de Ko ningin. Rainer had niet_ veel tijd zich verder te verdiepen in de daarbinnen opjubelende vreugde van zijn hart. Want uit de lage staldeur tegenover hem trad Uli met iemand anders, dien hij niet kende. Zij spraken leven dig met elkaar en Rainer kwam onopgemerkt nader bij. t Is nu een slechte tijd voor den veehandel," zei- de de onbekende levendig, in wien Rainer thans een veekooper uit liet Lütschinedal herkende. „Gij deedt boter den stier nog ren maand of twee te weiden. Maal ais ik hem met aille geweld mee moet nemen, dan moet ge ook inzien, dat ik er den goeden herfstprijs niet voor betalen kan." „Geef dan wat ge kunt," zeide Ulrich op geërgerden tcon. Maar geeft het dadelijk en neem het rund mee naar het dal." ••Gegroet Uli! riep Rainer thans. Ulrich keerd zich plotseling om. Rainer dat mankeerde er nog maar aan! Die wordt mij natuurlijk door Bürbeli 00 den hals gejaagd. „Ook zoo antwoordde hij ontstemd. „Wat heb je hierboven te zoeken?" „Jou zoek ikriep Rainer vroolijk. „Je was al voor dag en voor dauw weggegaan!" Ulrich wendde zich half ter zijde. „Wel, wel je doet net precies alsof je niet meer buiten ma kunt!" „Dus zijn wij liet eens wierp de koopman in h.it midden. Ulrich bromde iets onverstaanbaars tusschen de tanden. „kijk nu eens aan, riep Rainer geheel zonder ne vengedachte en argeloos, „wat ga je nu doen, ga je nu vee verkoopen? Het komt me voor, dat je nu iets doet, waarmede geen boer in het Grindelwoud zich zou kunnen vereenigen." „Het komt me voor, dat je dat in 't geheel niets aangaat," snauwde Ulrich, keerde zijn broeder den ru- toe en ging- weer met den koopman in den stal term ini dat hij een knecht geroepen had. Om Rainer be kommerde hij zich niet meer. Deze had eerst erg verbaasd gekeken; toen dacht hij echter aan den avond van gisteren en aan de dolle nacht voor [Jlrich en besloot het hem niet toe te reke nen, maar hem ook niet verder te prikkelen. Hij kwam klaarblijkelijk zeer ongelegen. Hij slenterde over de steenen naar de pomp tegen den stalgevel en zette zich op den ruw getimmerden trog met het gelaat naar de witte bergen, heenstarend over het dal, dat nauw, en diep en groen daartusschen lag. Maar hij dacht niet meer aan de bergen. Hij dacht aan Uli en aan alles wat Barbara hem had ge zegd. Ulrich had wel gemerkt waar Rainer heengegaan was waar hij op hem wachtte. Want dat hij wacht te stond vast; om hem te onderhouden, verwijten te doen misschien wel. Hij verdiende ze ook eigenlijk die verwijten; hij wilde ze alleen maar niet hooren. Thans niet, nu het hoofd hem nog zeer deed van gisteren nacht; nu niet, nu hij inwendig, in zijn hart, de hard ste boete had gedaan; nu hij den besten stier van zijn kudde op den ong-unstigen tijd voor een spotprijs had weggedaan, om weer in kas te brengen wat hij giste ren aan de speeltafel verloren had; opdat Barbeli ein delijk weer eens wat geld in de vingers kreeg; dan zou die ten slotte ook wel weer berusten 1 lrich Amberger stond op zijn ahnhofstede, waarin de zon scheen. Boven op den rotsachtigen bergrug graasde zijn roodbont vee, hij hoorde het doffe geklik klak der bellen, het behagelijke tevreden loeien. Van daag klonk het echter niet tevreden, vond bij; zij klaagden, de brave dieren daarboven, zij klaagden'over een van hun beesten,- die daar beneden, eenzaam en onwillig met het ruwe touw om de breede horens naar het dal werd weggevoerd, of liever getrokken en ge- stooten. En plotseling weerklonk ook van daar ge loei, verlaten en ontevreden een klagend afscheidsge- loei, waarop van uit de verre hoogte een geheel koor antwoord gaf l lrich sneed dat door het hart, maar hij wilde zich met door de roering van het berouw laten overweldi gen. Ihj bromde een ruwen vloek, stampte ergerlijk met den voet op tien broeden steen waarop hij stond en besloot eindelijk Rainer op te gaan zoeken. Die zat nog op dezelfde plaats, roerloos een dröomer gelijk. „Nu, Raini wees niet boos," zeide de boer met ge maakte kalmte en ging naast hem op den trog zitten, „wees niet boos, dat ik je daar straks zoo afsnauwde! Maar, zie, met mijn zaken moet je je niet bemoeien, lil at mij daar maar alleen voor zorgen Rainer keek zijn broeder met zijne heldere, eerlijke pogen aan. De sporen van den nacht stonden duide lijk op zijn gelaat geteekend. „Ik wist niet, dat de verkoop van een stuk vee eeu zaak was, waarbij niemand anders toekijken mocht,'' zeide hij kalm en bemerkte dat Ulrich een kleur kreeg. „Ik zou ook niets hebben gezegd, wanneer ik mij niet zoo over den ongewonen tijd had verwonderd!" „Ik heb nu eenmaal geld noodig," zeide Ulrich met onverschillig schouderophalen, terwijl hij Rainer niet aankeek. Deze nam den broeder des te nauwkeuriger °P- Hij vermoedde de aanleiding. Maar nog was de tijd om te spreken niet gekomen. „Hoe is het nu met de zieke?" vroeg hij, om over wat anders te spreken. Ulrich wendde zich dadelijk om. „V at voor een zieke?" Toen begreep hij de vraag. „O ju en hij stootte een lach uit. „Die is alweer gezond gewordenPlotseling stond hij op, ging bree.l voor den ander staan, zette de handen in de zijden en zeide „Daar je je er nu toch mede bemoeid hebt zal ik het je maar bekennen er was er hier geen ziek. Ik heb dat Barbara zoo maar gezegd om vroeg weg te kunnen komen." „Zoo maar waarom toch?" vroeg Rainer. die hem niet begreep. „Ben jij zwaar op de hand!" lachte Ulrich ongedul dig. „Zij wilde met alle geweld weten, waarom ik zoo vroeg uitmoest vrouwen willen haast altijd een re den weten, hoewel zij er zelf dikwijls geen hebben wel 11 als men haar de ware reden niet zeggen wil of kan dan bedenkt men er maar een!" Rainer keek zijn broeder sprakeloos aan. „Zij hoeft niets te weten van den koop van van- laag-, ging Ulrich hakkelend voort. „Waarom niet flat is mijn zaak. Zij zou weer redenen willen weten; de vrouwen hoeven niet alles te weten moeten niet in alles meespreken. Zoo, nu weet je er alles van, wat je zelf betreft zult ge wel doen er ook over te zwij gen." Wordt vervolgd W -

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1908 | | pagina 4