DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
MAANDAG
15, J UNI.
Hinderwet.
Uit Hof- en Hoofdstad.
No. 138
Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en
Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden
voor Alkmaar f 0,80; franco door het geheele Rijk f 1,
Afzonderlijke nummers 3 Cents.
Telefoonnummer 3.
Prijs der gewone advertentiën:
Per regel f 0,10. Bij groote contracten rabat. Groote
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9.
Onbestelbare Brieven en Briefkaarten.
Morgen komt. de nationale-convtfntie der repu-
blikeinsche partij te Chicago bijeen. Op deze
bijeenkomst wordt de candidaat gesteld voor het
presidentschap der Vereenigde Staten van Noord-
Amerika en hier wordteen "'program samen
gensteld, waarmede de verkiezingsstrijd wordt
aanvaard.
De conventie van de democratische partij heeft
twee weken later plaats. Het is de ''gewoonte,
dat de partij, welke dan het bewind is, het eerst
voor den dag komt: de andere kan dan onmid
dellijk kritiek geven op de rekening en verant
woording en begrooting j ^der regeeringspartij-
De 'nationale conventie is eigenlijk de krijgsraad.
Zoodra deze gehouden is wordt de slag begonnen
met een zetel in de White [House te Washington
als zege. De president wordt "gekozen voorden
tijd van vier jaren en wel met den twee-trappen-
kiesstelsel. In eiken staat worden kiezers gekozen
(evenveel als er leden van een senaat en de
Kamer worden afgevaardigd in dien staat) en
deze kiezers kiezen een president.
Zoo'n conventie waarin feitelijk de beslissing
plaats heeft is dus een vergadering van g
wicht. Maar ook hetgeen er aan voorafgaat is
van belang, Immers eerst wordt door de leiders
onderhandeld over de al of niet toelating der
afgevaardigden, wier geloofsbrieven niet aan de
eischen voldoen. Dit onderhandelen komt in de
praktijk neer op „loven en bieden".
Komt de conventie in openbare zitting bijeen,
dan weet men te voren reeds den afloop de
beslujtep zijn nog niet genomen, maar toch reeds
beklonken. De tribune zooals men het pro
gram noemt is dan al bijna gemaakt. De
planken zijn al gereed en in elkaar getimmerd.
Misschien moet er naar een treffend beeld
van den bekenden Nederlandschen staatsman
nog een reconstructie plaats hebben, doch in den
regel wordt er in het openbaar slechts proforma
gedebatteerd. Dikwijls heeft de voorzitter bij de
opening van de conventie de afdrukjes van het
program aeeds in den zak! Ken enkelen keer
loopt het wel eeps mis dan komt er een kink
ip den kabel en dan wordt er binnenskamers
gedelibereerd door de leden, terwijl de afgevaar
digden intusschen aangenaam worden bezigge
houden met oratorisch vuurwerk en muziek, en
af en toe wordt medegedeeld, dat men achter
de gesloten deuren vorderingen maakt.
Dit jaar zal de conventie der republikeinen
wel een kalm verloop hebben. De voorzitter,
senator Hopkins, heeft het program in den zak
en de heeren Roosevelt en Taft hebben het
goedgekeurd. Roosevelt's invloed zal wel de be
slissing geven. Geen staatsman of politicus kan
in Amerika tegen hem aan. En waar hij krachtig
optreedt voor de candidatuur van zijn minister
van oorlogTaftdaar heeft deze candidatuur
een groote kans van slagen De zaak zal dan
met verandering van eigenaar op denzelfden voet
worden voortgezet. Misschien is de nieuwe ei
genaar iets meer behoudensgezind dan zijn voor
ganger. De marP, die de conventie opent
senator Burrow van Michigan heeft geen
aangename taak. Hij moet [in de eerste plaats
op den heer Roosevelt een loflied zingen en
daarvoor bij zijn hoorders veel geestdrift ver
wekken. Veel maar niet te veel. Immers
in dezelfde redevoering moet hij de aanwezigen
warm makanfvoorjde candidatuur van den heer
Taft en hij moet dit met tact doen, daar anders
vele afgevaardigden het nog wel eens in® hun
hoofd zouden kunnen krijgen op president Roo
sevelt te stemmen.
In den loop van deze week zullen we er wel
meer" van hooren. Maar naar menschelijke bere
kening zal de heer Taft de man der republi
keinen zijn en daardoor tevens de man, die in
het Witte Huis zal zetelen. De vermoedelijke
kandidaat van de democratische conventie, William
Bryan heeft reeds tweemaal een nederlaag ge
leden en het „driema,al is scheepsrecht" zal voor
hem wel niet tot een beter resultaat leiden
In de rubriek „Van het Binnenhof' der Op>r-
Haarl. Ct. wordt onder het motto „Volkstribuun''
(van een niet-goochelaareen schets gegeven
van het Kamerlid Passtoors, waaraan we het
volgende® ontleenen
't Denkbeeld van iemand als den afgevaar
digde Passtoors telfbenoemen tot hoofd van eene
landelijke Katholieke gemeente thans van
onderscheidene kanten den minister Heemskerk
toegeschreven vind ik zeerjl begrijpelijk, f aan
nemelijk, en tevens eene gelukkige gedachte.
Onder de „uit het het volk voortgesproten® man
nen", die, naar de letter der Grondwet, het
gansche Nederlandsche volk in de Staten-Gene-
raal vertegenwoordigen, neemt de heer Passtoors,
de uitverkorene van Beverwijk, eene zeer bij
zondere plaats in. Wie den heer Passtoors op
straat ontmoet, zal 't er stellig voor houden, dat
hij een athleet, een „krachtmensch" uit een cir
cus of variété-gezelschap voor zich heeft. Maar
van hereulischen lichaamsbouw, forsch- en breed
geschouderd met de rustige bewegingen van. een,
die beseft zijn lichamelijk overwicht. Zware kop,
met laag voorhoofd en onder den betrekkelijk
kleinen wipneus soort van „geborsteld" kneveltje;
in 't midden streng-gescheiden, nog glanzend-
bruine kortgeknipte haren. Stiere-hals, die draagt
't naar verhouding van het athleetlichaam vrij
kleine hoofd. Grijze, stekerige oogjes onder zware
wenkbrauwen Toch, als expressie van heel
't type, iets goedigsiets goedmoedig-joviaals,
iets vroolijk-vriendelijks, dat u aantrekt
Een zachte, bedaarde, gewillige, kalme reus; on
gevaarlijk die z'n buitengewoon spiervermogen
niet misbruiken zal. Een figuur, om, als dank
bare stoffeering, te strekken voor groepje lustige
kwanten, die onder 't groen voor eene taveerne,'
of in de gelagkamer van zoo'n Oud-Hollandsch
lokaaltje - gezeten zijn, waar de kroegen vaak
worden gevuld
Die laatste vergelijking gaat, met betrekking
tot het Kamerlid Pastoors, niet op, want hij is
bekend als een vriend van soberheid en een be
strijder van onmatigheid in allerlei vorm. Pas
stoors is een reus, die zelfbedwang heeft en in
wien waarachtige liefde en belangstelling voor
't algemeen belang den toon aangeven.
Vandaar zijne groate populariteit inzeerbree-
den kring van vrienden en geestverwanten.
Hij is een van degenen, die „het volk waar
toe hij immers zelf behoort en dat hij, als man
van karakter, volgaarne als zijn kring erkent,
kring, waarop hij terecht fier is,
volk" uit eigen deugdelijke, degelijke aanschou
wing door-en-door kent. Liefde voor het gezag
zit hem in het bloed doch deze sluit niet uit
het met kracht en klem, met taaiheid en ijzeren
volharding opkomen tegen misstanden, tegen on
rechtvaardigheid en onbillijkheid van allerlei
aard. De heer Passtoors zegt 'tvoor het oor van
den fijner-ontwikkelde niet bekorend, niet fraai.
Zijn grof accent kan u allicht even hinderen-
De Jamelijk-onbeholpen wijze, waarop hij z'n
zinnen opbouwt, ze wekt glimlachjes bij de
intellectueele keurbent in de Kamer De bes
ten, eerlijksten dier groep zullen ali as toegeven,
dat die spotternij ongerechtvaardigd is.
De heer Passtoors geeft zich in eerlijken
eenvoud en in trouwhartige toewijding voor de
belangen, die hij omvatten kan zooals hij is
Koketteert niet listiglijk, als sommige aartshan-
dige vrijzinnig-democraatjes, die kool èn geit
willen sparen, nu eens met de „partijen van ge
zag" en dan weer met de „echte, vrije democra
tie" Beurtelings knipoogies gevënd her- en
derwaarts Zich tooiend met het keurige
visite-toilet van de „bourgeoisie" of met de non
chalante losse-plunje van een, die op de grens
van sociaal-democratie zweeft Carambolee
rend met ridderlintjes en rosetjes, die nu eens
in, dan weer uit het knoopsgat gaan, naar ge
lang ge u in „kring van bourgeoisie" of in meer-
democratisch gezelschap bevindt
Neen, in waarheid, met dat listig en op „carrière
maken" berekend gedoe van zekere vrijzinnig-
democraatjes Die de kat uit den boom kijken
Van wie straks een stuk of wat 'n heel-eind naar
rechts opschuiven, als „de koers" en het belang
dat vorderen
Anderen toch vinden, dat tikje naar-links, mèt
de noodige behoedzaamheid, meer winst kan ver
schaffen
Van dit alles is iemand als de eenvoudige,
trouwhartige Passtoors niet gediend.
Hij heeft niet „de gave des woords"; zei ik
al. Hij spreekt niet indrukwekkend, niet sug
gestief. Zijne kracht zit in 't stevig, deugdelijk
organiseeren van een Bond, als waarvan hij ja
renlang de leider is geweest. En wie naast, met
Passtoors werkten, wisten ook wel, dat ze op
hem bouwen konden, als op 'n rots. Geen man
van dikke woorden, maar iemand van de stevige
practijk. Geen eerzuchtige; geen vriend van klink
klank en holle phrasen en mooidoenerijeen
doodgewone, bescheiden burgerman, wien nu
eenmaal de gave was ingeboren om een groote
corporatie op hechten grondslag te kunnen ves
tigen en bijeenhouden.
Wanneer straks de heer Passtoors zich hal
verwege mocht terugtrekken uit het publieke
leven, burgemeester worden van een plaatsje als
Ginneken, en, schoon in de Tweede Kamer blij
vend dan, daar minder dan tot nu toe op den
voorgrond treden, dan zal men eerst ervaren
welk een werkzaam, nuttig, ijverig man hij
steeds is geweest.
De landelijke gemeente, die hem zij 't dan
ook, dat de heer Passtoors in sommige dingen
op de „geleerdheid" van den secretaris zal moe
ten afgaan als burgemeester krijgt, is er
stellig niet 't slechts af
En de vrijzinnig-democraten mochten willen
dat zij een stuk of wat van dergelijke rustig-
eenvoudigen, niet-koketteerenden met volksgunst,
niet-goochelaars met dikke woordekens van de
mocratie, in hun midden hadden I....
De sultan van Asahan is in de residentie. Hij
zal natuurlijk zijn opwachting gaan maken aan
zijne vorsten en H. M. zal zonder tolk een ge
sprek met hem kunnen voeren, wijl Zij het is
eene weinig bekende bijzonderheih, waarvan de
residentie-briefschrijver in de Am. Ct. melding
maakt nevens zooveel, wat een Vrouwe van
Haar rang zich eigen had te maken, ook Maleisch
heeft geleerd.
MAVÜ
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alk
maar brengen" ter algemeene kennis, dat heden op
de gemeente-secretarie ter visie is gelegd het aan hen
ingediende verzoek met bijlagen van
G. GROOT, aldaar, om vergunning tot het oprichten
van een benzine-motor van 4 P.K. tot het in bewe
ging brengen van een eest voor het branden van kof-
fieboomen, in het perceel Spanjaardstraat, Wijk C, No, 4.
Bezwaren tegen deze oprichting kunnen worden in
gediend ten raadhui ze dezer gemeentemondeling op
Zaterdag (27 JunL'e.k., 's voormiddags te elf uur en
schriftelijk vóór of op dien tijd. Gedurende drie dagen
vóór gemelden dag kan de verzoeker en hij, die be
zwaren heeft ingebracht, op de secretarie dezer ge
meente van de ter [zake] ingekomen schrifturen kennis
nemen.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, K| JAN DE WiT Dz., Voorz., lo. Burg.
13 Juni 1908.] DÖNATH, Secretaris.
POSTKANTOOR TE ALKMAAR.
LIJST van de aan dit kantoor en de 'daaronder be-
hoorende hulpkantoren ter post bezorgde brieven en
briefkaarten, welke wegens onbekendheid van de ge
adresseerden niet zijn kunnen worden uitgereikt.
Ie HelfUder maand Juni 1908.
Brieven.
Mevr. Adrions Amsterdam.
Briefkaart e[n.
Firma D. Dell Alkmaar.
P. Ruiter Amsterdam.
Jan Komen LimmeD.
Buitenland.
H. de Goede Nice.
Mad."Schröder Milaan.
Monster zonder waarde.
G. Vermeulen f S* Jaspik.
Aan de afzenders wordt aanbevolen hun naam en adres
op de stukhen te vermelden, opdat deze bi)'onbestelbaarheid
aan hen kunnen teruggegeven worden.
ALKMAAR, 15 Juni.
die „het
De Haagsche briefschrijver van de Standaard spreekt
over de tentoonstelling van kinderen.
„Niet voor kinderen, maar van kinderen, zegt hij.
Een wedstrijd inzake schoonheid en gezondheid.
Zulk een tentoonstelling, zulk een wedstrijd, zal
hier te lande voor het eerst gehouden worden in den
Haagschen Dierentuin op 3, 4 en 5 Juli a.s.
Het spreekt wel haast van zelf, dat deze tentoon
stelling van menschelijk vee de mensch is immers
niet meer dan een zoogdier, en stamt immers van een
zekeren viervoeter afbedoeld is als een reclame,
een aantrekkelijkheid van den Dierentuin.
Het jonge „vee" van 26 jaar zal op de tentoon-
stelliDgsdagen worden bijeengedreven in het midden
gedeelte der concertzaal welke voor dat doel met
koorden en planken zal zijn afgesloten, en voor kin
deren zoo prettig mogelijk zal ingericht worden.
Wat mishandelt men het kind toch op schandelijke
wijze
Hoe verlaagt men het, willens en wetens tot op
het peil van het vee.
Want is het denkbaar, dat er ernstige menschen
zijn, die niet inzien hoe het beneden de waardigheid
van ons mensch-zijn is, een wedstrijd te houden van
menschen, met premies voor schoonheid en gezond
heid
Is het ook denkbaar, dat men niet inziet, hoe dóór
en dóór onpaedagogisch het is, de ijdelheid der kin
deren op zulk eene wijze te prikkelen
„Wie zou er zich nog over kunnen verwonderen of
verbazen, zegt Ego in de Prov. Geld. en Nijm. Ct.
dat zoo wat een ieder zich bezig houdt met 't
uiterst strenge vonnis, dat 't dravers-comité van de
Nederlandsche Harddraverij- en Renvereeniging over
den heer Jochems en zijn vermaarde renstal heeft
uitgesproken. Voor die bijna algemeene belangstelling
zijn vele redenen. In de eerste plaats is de schatrijke
familie Jochems hier al sinds menschenheugenis van
zeer algemeene bekendheid. Van vroegeren datum door
de groote gulheid, waarmede zij steeds bereid was
steun te verleenen, waar hulp noodig was, maar ook
door hunne vrijgevigheid om de armen van hun over
vloed bij te staan. En'ft jonger geslacht, dat de enorme
schatten ten deel zijn gevallen, geslacht met 'n anderen
kijk op 't leven, kinderen al weer van een anderen
tijd, weet die reputatie van vorstelijke mildheid een
zekeren glans bij te zetten, door evenzeer vorstelijken
staat van leven. Ja, de heer Jochems zou in dat geval
geen kind van zijn tijd genoemd kunnen worden,
wanneer hij geen eigenaar was van 'n renstal, die er
wezen" mag.
Welnu, wa neer nu hèm zulk een vonnis treft, zijn
geheele stal voor geruimen tijd van de mededinging
wordt uitgesloten, hij zelfs niet betreden mag z'n
eigen terrein, door hem mc-t groote royaliteit als ren
baan beschikbaar gesteld, ja hem zelfs 't rij-bewijs als
„gentleman rider" is ontnomen, dan is 't niet meer
dan duidelijk en ook begrijpelijk, dat 't geval alge
meen besproken wordt. Niet uitsluitend in de kringen
der „upper ten", maar ook verderop.
Een bekend spoitman liet zich in dien geest uit,
dat de heer Jochems wel in hooger beroep zou gaan.
Dat hooger beroep zou dan behandeld worden door
een jury, waarin ook vertegenwoordigers van buiten-
landsche baanbe-.turen zitting zouden hebben. Zoowat
alle vreemdelingen vormen één hechten band uitge
zonderd New-York, waar ook gedisqualificeerden kun
nen rijden met gedisqualificeerde paarden. Dat men
hier algemeen niet zonder eenige spanning, in de be
wuste kriDgen, 't verdere verloop van dit sportevene
ment afwacht, laat zich na lezing van 't bovenstaande
nu zeker wel wel begrijpen. Maar ook tevens kan 't
nu duidelijk zijn, dat sommiger liefdesbetuigingen over
't verlies voor onzen paardensport nu juist niet steeds
geheel zuiver en oprecht gemeend zijn. Eerst de banen
vrij gemaakt van alle gok-gelegenheden. Dan zal 'k
een en ander óók gelooven en aan de oprechtheid van
vele jammerklachten, in deze dagen vernomen, niet
twijfelen. D'er is nu weer wat te praten
De Haagsche kouter van de Prov. Gron. Ct. mop
pert over den „Haagsehen straatjongen met zijn
schepnetje".
„Met dat onmisbaar accessoir vischt hij nu onze
bruin-groene grachten af en maakt daarbij een be
weging en een omslag, alsof hij de wereld regeerde.
Doet hij dat eigenlijk ook niet? Want het kind he. ft
in dezen tijd allemansspraak en vóóral de straatjongen,
wiens manieren en zeden niet door wat opvoeding
beschaafd zijn.
Die arme vischjes, door het stroomende water opge
stuwd, loopen argeloos in 't netje der spijbelende vis-
schertjes, die met helsch lawaai aan de gansche ge
meente mededeeling doen van hunne belangrijke
vangsten. Men moet ze zien die katvischjes, tot niets
nut, niet groot genoeg om te worden gebakken. Wat
een lot wacht dien beklagenswaardigen vorentjes.
Kijk daar eens Wel dertig jongens steken hunne
schepnetjes begeerig uit en trachten met handigen
ruk het zilver vischje te vangen. Daar heeft hij er
een. JoiJoiJoigilt hij er blaert hij links en
rechts, dat de gracht er van davert. Fluks komen er
tien, twintig spijbelaars bij, van welke de een er al
smeriger en vuiler uitziet dan de ander.
Met alle mogelijke potjes en kannetjes, blikken
doosjes en pannetjes komt kleine broer aandiageD,
om de gevangen vischjes voorloopig te bewaren.
Alles goed en wel. Maar hoe maken zij zich van
de school los Houdt de meester de hand half voor
de oogen, ter wille van de katvisch Ik heb een paar
maal aan zoo'n aartsvisscher gevraagd „Zeg, moet-je
niet naar school, kerel Maar 't bescheid dat ik
kreeg, was zoo ruw„Gaat 't je wat aan dat ik
stil verder stapte."
De Amsterdamsche medewerker van de „Leeuw, Ct."
heeft het over de drukte op Zondagavond, tijdens de
zangwedstrijden.
„Op de terrassen voor de koffiehuizen kunt gij ter
nauwernood een plaatsje machtig worden.
Daar komt een troep mannen uit de Utreehtestraat
aanzetten, allen mot grijze vilten hoeden op, tachtig,
honderd man sterk, misschien nog talrijker; zij heb
ben een nog talrijker lijfwacht van hen opstuwende
Amsterdammers en anderen. Zij gaan naar de zooge
naamde stille zijde van 't Rembrandtplein, waar vier,
vijf groote bierpaleizen naast elkaar hun stroom van
Zondag-uitgaanders trekken en houden stil voor het
café van Schiller. Dan klinkt een Duitsch lied door
de luchtreeds als de directeur zijn dirigeerstok heft,
verstomt het rumoer en als het lied ten einde is,
volgt er luid handgeklap van de honderden buitenzit-
tenden, van de gasten binnen, die naar de uitgangen
zijn gekomen, van de bewoners der boven de koffi -
huizen gelegen woningen, die de ramen hebben opge
schoven. Vijf minuten later trekken de Duitschers,
leden van een vereeniging, die aan.de internationale
zangwedstrijden in 't Paleis voor Volksvlijt hebben
deelgenomen, verder in de richting van de Reguliers
breestraat, om weldra hun hotels op te zoeken.
Terzelfdertijd komen andere troepjes zangers groote
koffiehuizen binnen. Nauwelijks gezeten heffen ook
zij een der liederen aan, waarmede zij in den wed-