DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
No. 159
Honderd en tiende jaargang.
1908
Deze Courant wordt eiken avondbehalve op Zon- en
Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden
voor Alkmaar f 0,80; franco door het geheele Rijk f 1,
Afzonderlijke nummers 3 Cents.
Prijs der gewone advertentiën:
Per regel f 0,10. Bij groote contracten rabat Groote
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9.
DONDERDAG
9 J U L I.
Hinderwet.
De groote Kermis.
BINNENLAND.
Telefoonnummer 3.
(De Fransch-Britsche Tentoonstelling V).
Eerste Kamer.
ALKMAARSC
COURANT.
BURGEMEESTEE en WETHOUDERS van
ALKMAAR brengen ter algemeene kennis, dat zij
bij besluit van heden onder voorwaarden vergunning
heb ben verleend aan Jb. PELS aldaar, tot het op-
richten van eene smederij, waarin een herstelplaats
voor rijwielen met smidse en moffeloven in het per
ceel Paardensteeg, wijk B, nos. 2/3.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
G. RIPPING, Voorzitter.
DONATH, Secretaris.
Alkmaar, 8 Juli 1908.
ALKMAAR, 9 Juli.
Een man, met wien zich de geheele beschaafde we
reld tegenwoordig bezig houdt en wiens naam voor
het nageslacht bewaard zal blijven, vierde gisteren zijn
zeventigsten verjaardag. Die man heet Ferdinand
August, Heinrich, graaf von Zeppelin. Hij heeft der
menschheid een dienst bewezen, die thans nog niet
naar zijn juiste waarde kan worden geschat, maar die
ongetwijfeld in de toekomst zal blijken van het aller
grootste gewicht te zijn geweest. Zeventig jaar is hij
oud, maar het is te hopen dat het den man gegeven-
zal zijn althans nog eenige practische toepassing van
zijn uitvinding, het bestuurbare luchtschip, te aan
schouwen. Hij heeft het verdiend: zijn leven is niet
gemakkelijk geweest en hij heeft moeten vechten te
gen vooroordeel, misverstand en domheid. Dien moeie-
lijken strijd heeft hij volgehouden en als overwinnaar
is hij schitterend te voorschijn getreden. Trouwens
hij heeft indertijd een goede leerschool voor zulk
een moeielijk leven gehad. Van zijn jeugd af aau
heeft hij moeten vechten. Nadat hij de polytechnische
school te Stuttgart en de militaire academie te Lud-
wigsburg had doorloopen en de universiteit te Tiibin-
gen reeds had bezocht, begon hij op twintig jarigen
leeftijd zijn loopbaan als cavalerie-officier. In 1863
trok hij naar Amerika en vocht mee in den burgeroor
log. Bij St. Paul in Canada, maakte hij voor het eerst
een reisje in een ballon captif. Eenige jaren later
maakte hij den oorlog van Pruisen tegen Oostenrijk
mede en onderscheidde zich door een kranig ruiter-
siuk, waarvoor hij het ridderkruis voor de militaire
orde voor verdienste verwierf. Zeer beroemd is hij
evenwel geworden door een patrouille-rit in den oorlog
van 1870'71. Het is hem namelijk den 24sten Juli
1870 met vier eavalerie-officieren uit Baden en vier
ordonnansen gelukt door de vijandelijke voorposten te
rijden. De bezetting van de vesting l.auterburg werd
overrompeld, een vijandelijke patrouille werd buiten
gevecht gesteld, doch bij Soheuerlenhofe had de graaf
zijn stoutmoedigheid bijna met den dood moeten be-
koopen. 11ij vluchtte op het paard van een doodge
schoten cavalerist, bracht een nacht grootendeels in
een boom door en bereikte eerst na twee dagen en
nachten zonder voedsel en zonder slaap zijn eigen
voorposten, van waar het resultaat van zijn ontdek
kingstocht naar Karlsruhe werd bericht. Hem werd
biervoor geschonken het ridderkruis eerste klasse der
Wurtembergsche kroonorde met zwaarden en het ijze
ren kruis. Hij maakte een mooie promotie en toen
hij in 1891 op zijn verzoek ter beschikking gesteld
werd, was hij luitenant-generaal. Toen, op twee-en-
50-jarigen leeftijd, begon hij zich bezig te houden met
den bouw van een bestuurbaar luchtschip, aan de stu
die waarvan hij zich sinds 1873 had gewijd, De eene
mislukking volgde op de andere. In 1894 verklaarde
een door den keizer benoemde commissie van deskun
digen zijn plan voor practisch onbruikbaar. Maar
graaf Zeppelin gaf den moed niet op. Vier jaren had
hij noodig om al reizend en als spreker optredend, het
benoodigde geld bijeen te krijgen, zes jaren verliepen
cr voordat het luchtschip gereed was. Met een volhar
dingsvermogen, dat benijdenswaard is, bleef hij even
wel werken aan de verwezenlijking van zijn plan. Het
waren jaren van inspanning en zorg. Veelmensehen wa
len het niet die hem in dezen tijd van strijdgetrouwble-
ven het is de moeite waard," dit te constateeren op
het oogenblik, waarop hij over de geheele wereld ge
vierd wordt. Zijn vrouw en dochter stonden hem even
wel trouw ter zijde. Den laten Juli 1900 had de eerste
opstijging plaats. Een langere tocht volgde den 21sten
October, toen het schip 28 minuten in de lucht bleef.
Hierdoor was de bestaanbaarheid van het bestuurbare
luchtschip bewezen. Doch juist nu bleek hét bijzonder
moeielijk voor den uitvinder om aan het noodige geld
te komen. Hij zag zich zelfs gedwongen een „nood
kreet ter redding van de luchtscheepvaart" te doen
weerklinken. Dat hielp en den 17den Januari 1906
kon de eerste proeftocht met het tweede model onder
nomen worden. Voordat de bruikbaarheid was bewe
zen, weigerde een der stuurtoestellen, zoodat de uit
vinder onmiddellijk moest dalen. Den volgenden nacht
vernielde een orkaan het luchtschip. De geheele arbeid
was dus verloren, moest opnieuw worden verricht. Met
het derde model werd den 9den October van hetzelfde
jaar „proef gevaren." Thans had de luchtschipper
succeser haperde niets aan de machinerie en hij kon
de bestuurbaarheid van zijn luchtschip bewijzen. Het
jaar daarop ontving hij de lang verbeide subsidie van
het Duitsche rijk, dat dadelijk een half millioen mark
ter zijner beschikking stelde.
En enkele weken geleden is hij, zonder dat iemand
er iets van wist opgestegen en heeft twaalf uren ach
tereen in de lucht vertoefd, gemanoevreerd over de
Zwitsersche bergen, boven de meren en de steden. Het
was gevonden, het was bereikt het bestuurbare
luchtschip bestond en de telegraaf verkondigde het
blijde nieuws over de geheele wereld, het nieuws, dat
er nieuwe banen waren geopend voor de techniek, en
daarna ook voor het verkeer, de beschaving, den voor
uitgang.
En gisteren is de krasse grijsaard gehuldigd. Stutt
gart maakte hem eereburger, de Kamer van Baden
zond hem een telegram van bewondering en dankbaar
heid, en'in Constanz, waar hij geboren werd en waar
liij voor zijn uitvinding gewerkt heeft, bracht men
hem een serenade met fakkellicht. Zóó zijn zeventig-
sten verjaardag te mogen vieren, op het toppunt van
roem en geluk zou dat niet veel doen vergeten van
een leven, dat moeielijk en dikwijls onaangenaam was
De zee was heerlijk-kalm. Snel schoot de Ba
tavier IV over het water dat wel vloeiend zilver geleek
en glinsterend goud aan de kim, waar de zonneschijf
langzaam in zee zonk. Wij zaten achter de rooksalon
op het dek. Op-het-water-zijn wekt op de behoefte
naar geizelliglieid, maakt mededeelzaam, vooral jegens
een passagier, die op de heenreis onze hutgenoot was
en toevallig den terugtocht weer meet overgaat. Die
passagier was een vermexikaanscht Hollander. Tus-
schen voorzichtige trekjes aan zware Mexikaansche si
garen door, vertelden we van ervaringen in Londen,
spraken heel gauw over de tentoonstelling. Toen be
gon onze Mexikaan Amerikaansch te doen, zeide de
exhibition niet dat te vinden. In Mexiko hielden ze
geen tentoonstellingen, daar hadden ze wel eens groo
te gebouwen doen verrijzen, die evenwel bij gebrek aan
exposanten leeg waren blijven staan. Maar San Louis
hadt U moeten zien, waar alles mooi, grootsch, impo
sant.... Amerikaansch was. Vergelijk je daarbij de
Franco-British, dan is ze niet meer dan een groote
kermis
Een groote kermis! Daar had je het weer. Niet dat
wij, komende uit het landje van de kleine afmetingen,
waar zelfs de mijlen korter zijn dan in Engeland, op
het denkbeeldige etiket dezer tentoonstelling die
woorden zouden durven schrijven. Maar we hadden er
aan gedacht, tqen we wandelden op de terreinen, waar
na het kunstgenot der tentoonstellingsgebouwen vroo-
lijke uitspanning kan worden gekregen. Er is natuur
lijk goed gezorgd voor de pretmakers die voor shil
lings en sixpenses waarachtige of schijnbare genoe
gens willen smaken. Er zijn inrichtingen-van-vermaak
to over en daarbij is meer dan voldoende rekening ge
houden met den tegenwoordigen smaak der joolmaken-
de menschen, die geen laag-bij-de-grondsche genietin
gen willen, maar de hoogte in moeten, vliegensvlug
moeten voortgaan, die de moderne techniek dienstbaar
willen zien gemaakt aan hun uitspanning. En toch
hebben wij te midden van die nieuwste en kostbaarste
vermakelijkheden moeten denken aan onze ouwerwet-
sche dorpskermissen en duidelijk vonden we in gene
alle samenstellende elementen van deze terug.
Het sportelement der. harddraverijen was te vinden in
de Olympische spelen. De kramen dat waren de res
taurants en de theehuizen en de andere ververschings-
inrichtingen. De kijkspelen de Ceylonsche, de Se-
negalsche, de Iersche dorpen, Old-Londen, Our Indi
an Empire, enz. De mallemolens the Flip-flap, the
mountain scenic railway, the spiral, the Canadian To
boggan. De draaiorgels en oempa's de bands, de
muziekmannen in helgekleurde uniformen.
Het was wel een kermis, maar een grrroote en alles
was grooter, hooger, vernuftiger, gecompliceerder dan
op de gewone kermissen. Duurder bovenal het wa
ren geen kermiswagenondernemingen, maar ex-
presselijk opgerichte vennootschappen, werkend met'
rcuzenkapitalen. Vodr de stoffage van deze tentoon-
stellingskermis zijn vele malen honderd duizend gul-
cien noodig geweest. Nemen we de Olympische spelen.
Ilebt ge gelezen van het tekort dat er nu al is, van de
120.000 gulden, die de Daily Mail wil verzamelen, om
althans de eer van het sportlievend Engeland te red
den
Het is een zonderling geval met die spelen: men
ontwerpt programma's met veel dure nummers, inen
organiseert kostbare feesten en ten slotte blijkt het
dat men zonder geld den vreemdelingen gouden ber
gen heeft beloofd. Des te vreemder is dit geval, nu
de Engelsclie regeering, die overigens zooveel voor
treffelijks heeft gedaan, thans pertinent weigert bij te
springen. En dat terwijl met 's konings toestemming
Londen den last van Rome heeft overgenomen van dit
jaar de Olympische spelen te houden!
Van de tribune, die 71/2 maal zooveel personen kan
bevatten als Alkmaar inwoners heeft, spraken we reeds
in een der vorige brieven. Daar binnen zullen de spe
len plaats hebben, zullen uit twintig landen de sterk-
sten, snelsten en lenigsten dingen naar eer en prijzen.
Een grasveld voor hardloopen, een wielerbaan voor
hardrijden en een waterbassin voor snelzwemmen zijn
er aangelegd. Evenwel zullen niet alle wedstrijden
hier plaats hebben er worden er ook in de omge
ving gehouden. Het groote nummer Marathon race
eindigt echter wel bij het stadium.
13 Juli beginnen de spelen en ze duren tot October.
Thans worden er op het terrein eenige avonden in de
week middelmatige vuurwerken afgestoken, maar het
is wel de moeite en het geld waard er eens naar toe
te gaan omdat men de tribune van verscheiden kilo-
metersplanken in oogenschouw kan nemen.
Er is nog een ander, veel kleiner open-lucht-tooneel.
Our Indian Empire heet het en daar wordt, zeggen de
aankondigingen, het leven in Indië in al zijn pracht
en aantrekkelijkheid ontplooid. Honderd kleurlingen
vertoonen er met olifanten, kameelen en ezels kunsten.
Een markt, een durbar, een feest aan het hof van een
machtig radjah waar jongleurs, acrobaten, gooche
laars, dansers en 4anseressen voorstellingen geven,
worden achtereenvolgens ten tooneele gebracht. Dan
komt „the most daring performance ever witnessed"
een tijgerjacht en eindelijk glijden olifanten van
den Duitscher Hagenbeek, o entente! langs een
glijbaan van een hoogte van veertig voet in een water
bassin, zoodat wolken schuim hoog opspatten en de
logge zware beesten kopje-onder duiken, tot groot
vermaak van het publiek en blijkbaar tot niet minder
van de dieren zelf. De geheele vertooning is overi
gens te veel vertooning. De monotone muziek, de
wonderlijke grimassen, het onaangename gehuil, de
groteske huldebetuigingen aan een zoogenaamden rad
jah, de nagebootste blijdschap over de vangst van een
opgezetten tijger het is alles te quasi-naïef, het ligt
er te dik op, dan dat het zou kunnen imponeeren. In
enkele sierlijke en elegante toeren aan lange bamboe-
staven overtreft het zwarte zeker het blanke ras
maar heeft men ze door Ohineezen of Japanners in
onze circussen ook al niet dikwijls zien verrichten?
Extra vermelding verdient het feit dat deze Indiërs
proper gekleed zijn Oostersche kijktroepen in Euro
pa zien er anders in den regel vrij goor uit. Ook dra
gen ze in hun vrijen tijd nog geen gele laarzen of een
wit boord.
„Eastern Sports arena" heet met een mooi woord
een kale vlakte waar olifanten log en loom rondstap
pen om den menschen de sensatie te geven van erop
te hebben „gereden."
Er zijn „dorpen." Maar alvorens hierover te spre
ken, een enkel woord over de muziek. Verscheiden
corpsen geven op verschillende uren over dag en bij
avond op onderscheidene plaatsen concerten. Het merk
waardigste hiervan is wel de muziektempel of is dit
woord niet goed gekozen? Bij een muziektempel toch
denken we aan een verhevenheid, terwijl de muzikan
ten hier in de diepte zitten, zoodat de klanken opstij
gen naar de hoorders, in stede van op hen neer te da
len. De menschen vonden het blijkbaar niet onaflnge-
naam „van uit de hoogte op de kapeLnecr te zien" -
of het voor het corps wel prettig is altijd „muziek uit
de lagere sferen" te doen hooren is een andere vraag.
En nu de dorpen. Een honderdtal Senegaleezen zijn
uit de Sahara gehaald en die hebben nu hun tenten
aan de Theems opgeslagen, primitieve hutten van
palmbladen en riet. Zij zingen, dansen, werken en
onderwijzen de jeugd. Kinderen van Oostersche troe
pen in Europa moeten wel razend knap worden, altijd
is er een onderwijzer bij en wordt er onderwijs gegeven
zelfs als er ook maar één bezoeker is
Er is ook een Ceylonsch dorp, met kleurige huizen
eri torens en een slanke pagode, dat er vooral bij
avond rijk verlicht met contoerende lampjes aardig
uitziet. Ook hier weer moet men bewonderen het werk
van de inboorlingen en de pogingen om souvenirs
te verkoopen!
Het grootste der dorpen is het Iersche, Ballymaclin-
ton getheeten. Dit is zoo groot, dat het nu nog niet
eens gereed is overigens is de tentoonstelling vrij
wel af. Wie van het „arme Ierland" iets wil weten,
moet het dorp gaan bezien, het moet natuurgetrouw
zijn, al is het dan ook een klein beetje vermooid. Tal
van antieke voorwerpen zijn uit musea en andere be
waarplaatsen gehaald, om de illusie te vervolmaken.
Zoo moet liet oude steenen kruis in het midden écht
zijn, duizend jaar geleden gestaan hebben in Donagh-
rnore. Een der vele merkwaardigheden is de cottage
van Mc. Kinley, grootendeels opgetrokken uit deelen
van de woning, die eens aan de grootouders van den
overleden Amerikaanschen president heeft toebehoord.
In de armelijke hutten of daarbuiten zijn de bewo
ners aan den arbeid en boven groote turfvuren wordt
door de vrouwen gekookt en gebakken. Men kan ook
hier verschillende voorwerpen koopen. De baten van
dit Iersche dorp komen aan Iersche teringlijders ten
goede.
„Old London" is voor den vreemdeling een veelbe
lovende titel. Maar ook niet meer. Wanneer men
bet échte Iersche dorp heeft bezocht, dan verwacht
men een stukje oud-Londen te zullen zien dat is zoo
als het was in de dagen van koningin Elizabeth, of
vóór den grooten brand van 1666. Eilacie hoe bedro
gen komt men uit, zoodra men een beefeater is gepas
seerd en zijn sixpence heeft geofferd. Men ziet •slechts
kleine houten modelletjes voor zich, die door een meneer
met een schoolmeestersstok en -stem worden uitge
legd. En nu gelooven wc grmig dat er heel wat authen
tiek materiaal, oude boeken en platen en een onuit
puttelijk geduld en buitengewone kunstvaardigheid
noodig zijn geweest om deze dingetjes in elkaar te zet
ten, maar als men twee dagen achtereen te midden
van groote gebouwen heeft, vertoefd en grootsche din
gen heeft gezien, dan heeft men geen oog meer voor
zulk peuterwerk.
ij komen thans aan den modernen remplacant van
den ouwerwetschen mallemolen. In de eerste plaats
zij genoemd l'he Mountain Scenic Railway. Door ber
gen, langs valleien, over meren en rivieren, voorbij
watervallen over viaducten en door tunnels zijn rails
gelegd en daarover roetsen kleine karretjes, soms een
eindje met een snelheid van vijftig Engelsche mijlen
per uur, dan weer veel langzamer zoodat de tocht van
een mijl door dit tooneel-Canada ongeveer vier minu
ten duurt. Bijzonder belangwekkend is het systeem
van signalen en wissels, hetwelk mogelijk maakt, dat
er verschillende wagentjes tegelijk kunnen rijden
Zoodra het eene zich in de buurt van het andere be
vindt, waarschuwen roode lichten, maar niet zoo gauw
is de lijn weer veilig of deze seinen verdwijnen auto
matisch. De inrichting van dit vermaak!ijntje met
zijn omgeving moet meer dan 250.000 gulden hebben
gekost.
Er zijn nog een aantal andere inrichtingen, die de
menschen vliegensvlug de lucht in en weer naar be-
neden brengen. Hoe sneller blijkbaar hoe aangena
mer is het niet merkwaardig dat in onze dagen ook
de uitspanning moet staan in het teeken van gevlieg
en gejakker? Bij de „Spiral" gaat men in een karre
tje over rails eerst langs een steile helling naar bene
den en daardoor wordt voldoende snelheid verkregen
om langs een verbazend hoogen kurkentrekker omhoog'
te stijgen. Is de top bereikt dan gaat men met de
snelheid van een sneltrein naar heneden. In nog ra
zender tempo werkt de Canadian Toboggan, die er
voor in staat dat zij de reizigers „bijna buiten adem"
aflevert hetgeen ook al een genoegen schijnt te zijn.
Het rustigst werkend en tevens het vernuftigst van
constructie is de Flip-flap, de clou der vermakelijkhe
den. In de verte lijkt dit enorme toestel iu rust op
het bovendeel van een halve spoorwegbrug, meer dan
90 meter lang en zwaar gebouwd van staal. Aan de
beide uiteinden is een platform, op elk waarvan voor
vijftig menschen plaats is. Er klinkt een signaal
en langzaam gaat onze halve spoorwegbrug draaien op
als we het zoo mogen noemen den pijler in het
midden. Het is dan alsof men twee stalen armen van
ten reus met vuisten die ieder vijftig kleinduimpjes
bevatten, de lucht ziet ingaan en langzaam elkaar na
deren. Statig en met gratie worden ze opgeheven, ter
wijl het platform natuurlijk steeds horizontaal blijft.
Staan beide armen loodrecht, dan wordt den luchtrei
zigers een kort oogenblikje gegeven om te genieten
van het panorama dat hun van uit dezen mobielen
uitzichttoren geboden wordt dan dalen de armen
weer naar den anderen kant, dan van waar ze gekomen
zijn, zoodat de vuisten dus in het geheel een halven
cirkel in de lucht beschrijven met een straal van 46
meter. Gevaar moet er niet aan dit vermaak verbon
den zijn ofschoon de machinerie den eersten dag
der exploitatie stokte, zoodat de luchtreizigers meer
dan een half uur tusschen hemel en aarde waren en
duizend angsten uitstonden.
Van dit vermaakmiddel wordt een buitengewoon ge
bruik gemaakt. De armen staan haast niet stil en al
tijd zijn de vuisten vol.
Dat er hier op dit groote kermisterrein avond aan
avond door een internationaal en polyglot gezelschap
al verstaat men elkaar niet, begrijpen doet men el
kaar al heel gauw als men „uit" is veel jool ge
maakt wordt, laat zich denken. Bandeloosheid of
erger! ontmoet men hier evenwel niet. De pret
moet het felle licht der overal geplaatste electrische
lampions en het waakzame oog der alom tegenwoordi
ge Bobbies kunnen verdragen. En lang duurt de pret
ook niet. Zelfs op 't tentoonstellingsterrein schijnt men
geen nachtleven, of iets dat er op lijkt, te dulden. Als
het elf uur is (Greenwich!) verplaatst de drukte zich
al naar het station en heeren mogen blij zijn als ze
dan een staanplaatsje in den eerst-komenden trein
hebben veroverd. Dan vliegt de trein door den tun
neleventjes stoppend aan een stationdan
weer snerpend voorwaarts, totdat men zijn eindstation
heeft bereikt. Met de lift omhoog en men is weer
in het hartje der metropool, waar men 's ochtends per
plex stond te kijken naar het overweldigend verkeer,
en waar men thans even opschrikt van het echoën dei-
voetstappen tegen de huizen in de nu gansch-verlaten
straten.
E. O. H. Chr. BR.
De voorzitter deelde in de vergadering van gisteren
mede, dat van den Minister van Waterstaat is inge
komen een plan tot verbouwing van de vergadeizaal
der Eerste Kamer, met het oog op de tribunes. Om
trent het plan, dat ter griffie werd nedergelegd, zal
bij de behandeling van de huishoudelijke raming der
Kamer beslist kunnen worden.
Behandeld werd allereerst de suppletoire Water
staat sbegroo ting, beoogende de instelling van een
bureau voor staatsaanleg van spoorwegen.
De heer R e g o u t opperde verschillende beden
kingen tegen het ontwerp, waarvan hij groote finan-
tieele offers duchtte. Ontkennende, dat de vertraging
in den aanleg van de spoorwegen Eindho.enWeert
en Heerlen—Valkenburg de schuld zou zijn van de
spoorwegmaatschappij ooi deelde spreker ongemotiveerd
om het bestaande stelsel van uitvoering bij den aanleg
van werken door spoorwegmaatschappijen te vervangen
door het bureaucratische stelsel, door het ontw< rp
beoogd. Spreker keurde af, dat aan dit ontw. rp was
vastgekoppeld de aanleg van de spoorlijn Heerlen-
Valkenburg. Hierdoor wordt pressie op de Kamer
geoefend. Echter zal spreker t<„ch tegen het ontwerp
stemmen, want die verwerping behoeft het totstand
komen der lijn HeerlenValkenburg niet ernstig te
vertragenbinnen een paar weken kan het aanleg-
contract met de Exploitatie-maatschappij gesloten
worden voor die lijn, waarvan reeds veel voorberei
dende werkzaamheden door de Regeering zijn goed
gekeurd. Spreker had geen bedenking t.gen de op
neming van een hoofdingenieur in den raad van toe
zicht op de spoorwegen een dergelijk ingenieur kan
z. i. nuttig werkzaam zijn voor het houden van toezicht
op de spoorwegmaatschappij bij den aanleg van lijnen.
Minister Bevers verdedigde het ontwerp, vol
houdende, dat het bestaande stelsel van aanleg van
spoorwegen tot vertraging leiden moet. Het is vol-