DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. No. 163. Honderd en tiende jaargang. 1908. Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door het geheele Rijk f 1, Afzonderlijke nummers 3 Cents. Prijs der gewone advertentiën: Per regel f 0,10. Bij groote contracten rabat Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9. DINSDAG 1 4 J U L I. BINNENLAND. Telefoonnummer 3. Gisting in Indië. Blijkens een uit Nederlandsch-Indië ontvangen telegram is het bivak te Manggopoh in den avond van 11 dezer weder overvallen. Onzerzijds werd een inlandsch fuselier zwaar gewond, terwijl de aanvallers 6 dooden bekwamen. Bij den eersten overval op het genoemde bivak werden niet acht inlandsche, maar vier Eurö- peesche en vier inlandsche fuseliers zwaar gewond. Provinciale Staten van Noord-Holland. Gisteren zijn verschenen de rapporten uit de commissiën der Staten die de voordrachten tot subsidie-verleening hebben onderzocht. Tegen de meeste voordrachten worden geene bezwaren gemaakt, Eene commissie maakt de opmerking, dat in de Staten-Generaal en in de meeste gemeente raden dergelijke voorstellen bij de begrooting worden algedaan en wenscht op deze wijze van handelen de aandacht der Staten te vestigen. De commissie, in wier handen is gesteld de voordracht tot afwijzing der subsidie voor de vereeniging „Het Botercontröle-station Zuid-Hol land", vereenigt zich daarmede geheel. De commissie, die de voordracht tot subsidi- eering der visscherij-school te IJmuiden onderzocht wijst op het gebrek aan onderlinge samenwer king, dat bij het bestuur dezer school schijnt te bestaan, waardoor een genoegzaam deskundig en eendrachtig beheer schijnt te ontbreken, o.a blijkende uit het niet overleggen eener begroo ting. Zij adviseert de gevraagde subsidie niet toe te staan, alvorens die begrooting zal zijn inge komen. Inzake de verlichting van het Alkmaardermeer werd in de commissie, die de voordracht om het verzoek van „Schuttevaer" at te wijzen, onder zocht, door een lid gewezen op de wenschelijk- heid om een licht te plaatsen aan den uitgang van de Stierop, met groenon, rooden en witten sector, vooral in 't belang van de-kleinere motor booten voor groentenvervoer. Aangezien echter niet blijkt dat iemand een licht op de Nes wil, gelijk Schuttevger vroeg, wenschten andere leden met het voorstel van Ged. Staten meê te gaan. De meerderheid dei- commissie vereenigde zich echter met het denk beeld van het eerste lid, om Ged Staten uit te noodigen, een licht te doen plaatsen aan de Stierop, op de daarvoor meest geschikt geoor deelde plaats. Belastingen. Door den Commissaris der Koningin in Noord- Holland zijn benoemd Tot zetter voor s Rijks dir. hel. te Beverwijk, de heer Gerrit Poel, ter vervanging van den heer Jan van der Werff te Bussum, de heer Joseph Johannes Bernardus Hafkenscheid, ter vervan ging van wijlen den heer Jan Georg Tersteeg te Haarlemmerliede en Spaarnwoude, de heer Lucas f ranciscus Buijs, ter vervanging van wijlen den heer Hendrikus Marinus Horstman te Huizen, de heer Jacob Schaap Lz., ter vervanging van wijlen den heer Wouter Teeuwissen te Koog aan de Zaan, de heer Hendrik Jan de Boer, ter vervanging van den heer Cornells Evert Smit te Sint Maartende heer Pieter de Boer, ter vervanging van wijlen den heer Jan Dekker Sz. te Nieuwe Niedorp, den heer Klaas Wit, ter ver vanging van wijlen den heer Jan Wijn;teOost- zaan, de heer Willem Dral Cz., ter vervanging van wijlen de heer Sijmen de Ridder Gz.°; te Spanbroek, den heer Johannes Koning, ter vervan ging van wijlen den heer Arien Peereboomte Zandvoort, de heer Jan Hollenberg, ter vervan ging van den heer Hendrikus Cornells Voet; te Zijpe, de heer Jacob Kater, ter vervanging van wijlen den heer Jan Otto. Voorts is door Ged. Staten benoemd tot plaats vervangend lid der Commissie voor de belasting op bedrijfs- en andere inkomsten te Schagen voor de gemeenten Schagen, St. Maarten, Bar- singerhorn, Zijpe, Anna Paulowjia, Wieringer. waard, Petten, Callantsoog, Nieuwe Niedorp Oude Niedorp, Winkel, Oudkarspel en Haren karspel, de heer J. Spaans te Barsingerhorn. Monument Dr. Schaepman. Gistermiddag te 12 uur is te Rijsenburg het monument ter nagedachtenis aan dr. H. J. A. M. Schaepman op het voorplein van het Semi narie plechtig onthuld. Een breede kring van genoodigden was aanwezig; oude vrienden van den doctor uit heel het land, uit alle standen, van verschillende partijen. We merkten op de ministers Kolkman, Bevers en Nelissen, de Kamer leden Nolens, Aalberse, E. R. H. Regout, Van Waterschoot van der Gracht, Kooien en Loeff, den oud-minister Harte van Tecklenburgde professoren De Louter en De Groot en de leden van het comité dat het monument tot stam bracht, te weten de directie van het Aartsbis schoppelijk Seminarie en het bestuur der Ver fraaiingsvereeniging Driebergen-Rijsenburg. Toen te kwart over 12 de aartsbisschop van Utrecht, monseigneur H. van de Wetering, was aangekomen, werd aanstonds het monument ont huld. De herdenkingsrede werd uitgesproken door prof'. E. A. van Hinsberch van het Seminarie Rijsenburg. GEMENGD NIEUWS. Kinderen die op het water spelen Veltman ontvlucht I Men meldt uit Medemblik, dat de beruchte Veltman, die in 1900 wegens poging tot moord door de Amsterdamsche rechtbank veroordeeld was lot 14 jaar gevangenisstraf, gisternacht uit het krankzinnigengesticht aldaar is ontvlucht. Gelijk men zich zal herinneren, zegt de „Tel.", had Veltman in 1900 met een vriend op de Brouwersgracht getracht, den brigadier Van Stralen van het leven te berooven. Hij werd daarop tot 14 jaar gevangenisstraf veroordeeld. Doch in de stralgevangenis hield hij zich krank zinnig, zoodat men hem opzond naar het krank zinnigengesticht te Medemblik. In deze inrich ting had Veltman, behalve nu en dan een vlaag, zich vrij rustig gehouden Oogenschijnlijk leek hij een suffe, in zijn geestvermogens gekrenkte man, die het den bewakers niet lastig maakte en dus weinig toezicht noodig had. Thans blijkt, dat Veltman allen te slim af geweest is. Tn den nacht van Zendag op Maandag heelt hij weten te ontsnappen Hij is ontvlucht door een venster en klom verder over het hek. Eerst in den morgen werd zijne verdwijning bemerkt. Men vermoedt, dat hij naar België de wijk heeft genomen, daartoe geholpen door vrienden, die van zijne plannen op de hoogte waren. Tot nu toe is geen spoor van Veltman gevonden. De moord te Oudewater. Omtrent den moord te Ou lewater, meldt het U. D." nog Zaterdagmorgen ontving de officier van Justi tie te Utrecht bericht, dat te Oudewater een vermoedelijke moord was gepleegd. Het parket vertrok onmiddellijk derwaartshet onderzoek werd geleid door den subst -officier van justitie mr. A. A. baron van der Feltz Al spoedig bleek, dat de logementhouder, de dader van den moord, Johanne^ van der Wolk, vroeger schare- slijper, met zijn vrouw, Anna Maria Martina Derogé, pas eenige dagen te voren te Oudewater was komen wonen, na vóór dien tijd een zwer vend leven te hebben geleid. Zij hadden het volkslogement overgenomen, een imichting, die bezocht pleegde te worden door rondtrekkende kooplieden enz. Vrijdagmorgen hebben man en vrouw hooggaande ruzie gehadde man heeft bij dien twist een op de tafel staande kom op genomen en die de vrouw in het gezicht geslin gerd, waardoor een diepe sneewonde, ter hoogte van de slaap, werd getroffen. Het bloed spoot met kracht uit de wond de man heeft van z'n vrouw geen verdere notitie genomen en liet haar zitten in den stoel, waarin zij zat toen de kom haar in het gezicht werd geworpen De vrouw is in die houding dood gebloed en vermoedelijk reeds kort na de daad overleden. De man heeft tot 's avonds 10 uur in het huis vertoefd, het lijk toen een kussen onder het hoofd gelegd en is daarna gevlucht, waarheen is thans nog on bekend. De justitie verzoekt de aanhouding van den dader en onmiddellijk bericht daarvan. Van der Wolk is 62 jaar oud en in den omtrek vrij algemeen bekend. Hij verbleef o.a. langen tijd te Utrecht. Het lijk is Zaterdag te Utrecht geschouwd door prof. Eijkman en dokter Van Leeuwen. De politie heeft alle pogingen in het werk gesteld om den dader in handen te krijgen. Hedenmorgen was hij echter nog niet gevonden. Uit Oudewater seint men nog aan het „N. v. d. D.": Maandagmiddag is de vermoedelijke dader van den moord op de vrouw van Jut gearresteerd onder Hoenkoop, door den rijksveldwachter Hoog- zand, uit Haastrecht. Uit „de Egmonden." De vraag is Wilt ge u verdei aan 's raads besluit houden of niet Zoo neen, dan moet de Raad dat besluit yiaar intrekken. De Voorzitter belooft in 't vervolg zich aan 't Raadsbesluit, om per maand eene vergadering te beleggen, te houden. Hiermede is dit incident gesloten. Ontvangen zijn a. Een schrijven van de heeren Zwart, Dek- ter, e. a., waarin gevraagd wordt, dat de gemeente op eene gemukkelijke manier grond verkrijgbaar stelt, opdat daar vooral arbeiderswoningen op gebouwd kunnen worden en om den druk dei- woningwet te verminderen. AARSG BURGEMEESTER en WETHOUDERS van ALK MAAR brengen ter algemeene kennis dat in het Gemeenteblad van Alkmaar Nr. 263 is opgenomen hun besluit van 2 Juli 1.1., waarbij is vastgesteld een Huishoudelijk reglement voor de kaasdragers en noodhulpen, werkzaam op de Kaasmarkt te Alkmaar Welk reglement gedurende drie maanden voor een ieder ter gemeente-secretarie ter lezing is tiedergelegd en aldaar tegen betaling van f 0.15 in afdruk is ver krijgbaar gesteld. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Alkmaar G. RIPPING, Voorzitter. 13 Juli 1908. DONATH, Secretaxis. ALKMAAR, 14 Juli. Do zaak-Eulenburg. De lezer kan gerust zijn. Wij zullen niet in bijzon derheden treden, niet ingaan op de tweede hands be richten, waarmede de Duitsche bladen kolommen vul len en lezers trekken. Wij handhaven ons aanvanke lijk ingenomen standpunt: het moeras, dat in het Duitsche hofleven is ontdekt, dient zooveel mogelijk te worden gelaten in de nevelen, welke het onzicht baar en ontoegankelijk maken voor de menigte. De ontdekkingsreizigers, die nu eenmaal in die verpesten de atmosfeer moeten toeven, kunnen het alleen wel af zij zullen er nog eenige weken van moeten pro-fitee- ven. Maar een dagblad moet zich er buiten houden. Zelfs voor een courant zijn er zekere grenzen of schoon velen dit niet willen gelooven! en die gren zen mogen niet worden overschreden. Toch willen we heden even op de zaak Eulenburg te rugkomen. Men heeft er over gesproken, dat tegen over den beklaagde, vorst Eulenburg, een bijzondere beleefdheid aan den dag gelegd is, dat hij met allerlei beleefdheden zou worden behandeld, en op verschillen de wijzen zou zijn ontzien. De voorzitter van de recht bank heeft zich krachtig tegen dit verwijt verzet. Toch kan niet worden ontkend, dat er af en toe een streven merkbaar is, om sympathie voor den vorst op te wek ken. Voor onschuldig houdt zeker niemand hem. Maar men tracht medelijden voor zijn persoon te wekken. Men wijst op het tragische van liet geval. De man aldus wordt er geredeneerd heeft een schitterende loopbaan achter den rug. Hij heeft zijn land en zijn keizer gediend als diplomaat. Hij heeft veel gedaan al werkte hij steeds achter de schermen en nu is hij plotseling ip ongenade gevallen. Het zou voldoen de zijn als men hem nu maar verder liet loopen. Edel wild moet slechts een weinig opgejaagd worden niet meer, enz. enz. Hoe is Eulenburg evenwel in de misère geraakt, waartin hij zich thans bevindt? Niet voor zijn gemeenste daden staat hij voor het gerecht die zijn immers reeds verjaard en kunnen slechts tot een moreele veroordeeling lijden. De el lende die liij over de hoofden en de gezinnen van tal van jonge mannen heeft gebracht, blijve hier onbe sproken. Hij wordt beschuldigd van meineed. En hij toont zich bij de behandeling zijner zaak weinig mannelijk. Hij tracht andere menschen in het onge luk te storten, zijn vroegere vrienden te compromittee- ren, instede van ruiterlijk te bekennen. Toen de man achter de schennen werkte, was hij een groot man, thans toont hij een klein man te zijn. Vandaar dat er voor hem geen sympathie kan worden gevonden. Wie zijn het, die trachten nog een weinig medelijden voor dezen mensch op te wekken? Juist degenen, die zich met hand en tand verzetten, toen er voor een anderen beschuldigde sympathie en clementie werd gevraagd. Die man was geen Fürst f hilipp zu Eulenburg and Hertefeld, die man werd niet beticht van zulke weerzinwekkende feiten als de zen bekl. niet ten laste gelegd worden. Hij was maar een eenvoudig schoenmakersgezel. In zijn jeugd had hij misdreven: op achttienjarigen leeftijd was hij tot zeven jaar gevangenisstraf veroordeeld, later moest hij tengevolge van een fout in zijn proces vijftien jaar zitten. Toen zijn tijd eindelijk voorbij was, wilde hij zich beteren. Hij trad de maatschappij met goede voor nemens in, maar hij kon ze niet verwezenlijken. De politie jaagde op hem als op een stuk gemeen wild, verjoeg hem van de eene plaats naar de andere. Ner gens kon hij een blijvende plek voor eerlijken arbeid vinden. Hij werd als het ware in de armen van een nieuwe, misdaad gedreven. Hij volvoerde haar met reel humor, zonder dat er bloed behoefde te worden vergoten. Men kent de geschiedenis van den Ilaupt- mann von Köpenick, die twee jaar geleden plaats vond, n wij behoeven haar daarom niet uitvoerig te vertel len. Toen de man voor de rechtbank stond en sober rn onopgesmukt een verhaal deed van zijn leven, ont stond er onder de breede massa van het Duitsche volk sympathie en medelijden. Het bleef niet alleen bij woorden, maar het kwam ook tot daden: komt Voigt nog levend uit de gevangenis, dan zal hij voor de rest van zijn leven verzorgd zijn, niet weer zich aan een misdaad behoeven schuldig te maken, om in zijn onder houd te kunnen voorzien. Toen werd er evenwel van zekere zijde tegen die sympathie en dat medelijden geprotesteerd. Niet waar, de man had de uniform beleedigd. Zoo iemand dien de streng gestraft te worden en jegens hem moest geen clementie worden gebruikt, dat was veel te sentimen teel en het Duitsche volk is niet van „pap." Dezelfde personen, die destijds aldus spraken, willen thans voor Eulenburg verkrijgen, wat zij voor Voigt haast een nationale ramp zouden achten. Bij het volk in ruimeren zin behoeven ze mot hun poging zeker niet aan te komenKans op succes heb ben ze dan ook niet, maar toch meenden we even op hun tweeërlei gedrag de aandacht te moeten vestigen, tigen. De schoone Amsteloevers verbergen dood en ver derf. 'k Was deze week, zegt de Amsterdamsche brief schrijver der Prov. Geld. en Nijm. Ct., getuige van een treurig tooneeltje. Klein kleutertje, kuaapje van een jaar-of negen, een kind uit een goed burgergezin had op de stapels lange planken gespeeld, die vóór de brouwerij, op schuiten waren opgestapeld. Groote rakkers gaven dit voorbeeld door zonder eenige noodzaak, aanleiding of genot op het hout te klimmen, rond te dansen op de losse deelen en hun leven te wagen. Ik heb meermalen gezien dat de rondkuierende agent dit spelletje kalmpjes liet gaan. Maar onze dreumes was zwaar gestrafthij was midden in het Amstelwater geploft n hoewel 't nog in den vooravond was en tal van bereidwillige handen gereed stonden om den dreumes uit het water te trekken, pogingen die maar al te vaak faalden, wijl hjj onder het hout was weggeschoten, duurde het bijna drie kwartier voor de arme kleine, geheel be wusteloos op het aanwezige bootje der havenpolitie was getild. Toen werden alle pogingen aangewend om de lovensgeesten weer op te wekken. Aan deskundigen geen gebrek daar was een dokter, eenige verpleegsters, politiemannen van de land- en zeemacht dapper en volhardend wreven ze, pasten ze de kunstmatige ademhaling toe, meer dan een uur lang. De wandelaars, zwart-compacte massa aan de Weesperoever, leeft mee in dien edelen strijd met den Dood. Helaas de macht van den laatste ging boven het Recht op Leven, 't Lijkje van 't knaapje werd in zeildoek gerold en 't bootje voer naar de Sarphatie- kade, naar hot huis der ouders, 't Ondergoed was ge merkt en er was reads aangifte gedaan. Ontzettende thuiskomst. Blijkbaar had men de droeve waarheid niet onmiddellijk durven zeggen, want van buiten af hoorde ik door de openstaande vensters eensklaps uit vrouwe-, misschien moedersmond een snerpenden kreet„Neen, hij is doodToen werden alle gor dijnen, ook voor de zolderramen, gesloten. Arme ouders, die vergaten het monster dat schuilt in 't donkere water, voor knaapjes, die alleen mogen spelen langs de vriendelijke oevers..,. Openbare vergadering van den gemeenteraad van Egmond aan Zee op Maandagavond 13 Juli, 7 uur. Tegenwoordig alle leden. Voorzitter de heer P. Pranger, burgemees er. De voorzitter opent de vergadering en leest de notulen der vorige (24 Febr. 1908) voor. Op de vraag, of er iemand op- of aanmerkingen op de voorgelezen notulen heeft, zegt de heer Van HallAls oudste raadslid ben ik zoo vrij aan den voorzitter te vragen, waarom hij er van afgeweken is van t eenmaal genomen raadsbesluit, elke maand eene raadsvergadering te houden Dit is nu eigenlijk wel geen aanmerking op de notulen, maar toch wenschte ik gaarne een antwoord van den voorzitter daarop te vernemen. De voorzitterDe eerste vraag iszij n er aanmer kingen op de notulen. Als dat afgehandeld is, zal ik een antwoord op die vraag geven. De heer GulZijn nu vastgesteld de driejaarlijksche verhoogingen Voorzitter't Aanvangssalaris is vastgesteld op f 650, meer nog niet. De notulen worden daarna goedgekeurd. De VoorzitterEn nu 't antwoord op de vraag van den heer Van Hall. 'k Heb moeten worstelen met allerlei tegenstand. Eerst heb ik een tijd heelemaal alleen gestaan, zeer dringende zaken wachtten op af doening. Dan kan iemand wel een tijd hebben, dat hij niet zoo geschikt is om te werken, zooals hij wil de krachten kunnen wel eens te kort schieten. Om' eene vergadering te houden moeten eerst de zaken voorbereid worden. De H.O. heeft me ook heel veel hoofdbrekens gekost. Eindelijk heb ik een hulp ge kregen in den heer Van der Dussen, maar met dezen moest ik eerst bijwerken wat achter was. k Heb hard gewerkt, maar werd ook telkens gestoord door 't ver- leenen van audiënties. Bovendien notulen als deze moeten uitgewerkt worden. Kortom, 'k heb het zwaarste laten wegen, wat 't zwaarste was en 't kwam mij voor, dat de afdoening van 't werk zwaarder woog dan eene vergadering. De heer Van Hall: ik dank u, mijnheer du Voor zitter, voor uw antwoord, doch ik ben niet voldaan. U zegt'k Heb het zwaarste laten wegen wat 't zwaarst is, maar voor de raadsleden wegen de ge meentebelangen het zwaarst. Eu daarvan hooren wij in zoo'n bijna vijf maanden niets. Hebt u meerdere hulp noodig, welnu, d.»a moet u dia zien te krijgent

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1908 | | pagina 1