DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. Dit nummer bestaat uit 2 bladen. Honderd en tiende jaargang. 1908. DINSDAG 25 AUGUSTUS. FEUILLETON. De groote Onbekende. BINNENLAND. No. 197. Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden voor Alkmaar f 0,80; franco door het geheele Rijk f 1, Afzonderlijke nummers 3 Cents. Prijs der gewone advertentiën: Per regel f 0,10. Bij groote contracten rabat Oroote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9. Telefoonnummer 3. m H. M. de Koningin als fotografe. Uitvaart van prof. dr. A. C. Vreede. De „Zwijndrecht" gezonken. Begrafenis van P. W. Louwerse. Generaal Van Daalen. Toeslag voor D treinen. Geen overtreding der loterijwet. Het conflict fn de metaal-Industrie te Tilburg. Zeezwaluwen. Een oude dienstbode. Een onwillige. Fruit. ALKMAAR, 25 Augustus. De berieliten, welke de vorige week uit Marokko kwamen, spraken van een overwinning van den erken den sultan Abdel-Azis op zijn broeder Moelai Haf id. De sultan zou een mehalla, zooals in Marokko een le gerkorps heet, van zijn tegenstander hebben verslagen en daarna zijn opgerukt naar de oude hoofdstad van het Zuiden, Marakesj, waar de tegensultan de meeste aanhangers bezat. Van die overwinning is weinig ge bleken, maar wel hebben de telegrammen ons ingelicht over een gevoelige, beslissende nederlaag, welke de sul tan heeft geleden. Er is een slag geleverd nabij Mara kesj. De soldaten van den sultan bleken ongeschoold en er was geen onderling verband tusschen hen. Zij liepen bij troepjes naar den vijand over waaruit men zou afleiden, dat Moelai Hafid een aanzienlijke som gelds heeft gekregen. Ook trof het ons, dat er volgens een der berichten Fransche en Engelsche offi cieren vermist werden zouden zij meegevochten heb ben? Eerst heette het, dat de sultan in het gevecht gevangen genomen was en dan zou hem zeker het in zulk een geval in Marokko gebruikelijke lot gewacht hebben: dat van vermoord te worden. Maar latere be richten deelden mede, dat Abdel Azis zich door de vlucht heeft kunnen redden. In de stad Tanger was men zeer ingenomen met den uitslag van het gevecht. Er moeten zich daar tooneel- tjes hebben afgespeeld als te Konstantinopel, toen Turkije een grondwet kreeg. De notabelen kwamen onmiddellijk bijeen om te beraadslagen hoe de uitroe ping van Moelai Hafid als sultan zou moeten geschie den. Een vertegenwoordiger van den tegen-sultan door dezen reeds benoemd tot minister van buiten landsche zakenverzocht op raad van het Engel sche gezantschap, dat men enkele dagen zou wachten met de uitroeping, opdat Abdel-Azis behoorlijk afstand van den troon zou kunnen doen. De menschen kon den evenwel niet wachten geen dag en geen nacht. Terwijl mannen en vrouwen en kinderen in lange op tochten langs de straten liepen en onafgebroken rie pen: „God is groot, God is met Moelai Hafid,'' terwijl koffie- en winkelhuizen met vlaggen waren versierd, werd in de moskee door de notabelen besloten Moelai Hafid onmiddellijk uit te roepen, geenerlei wraak te oefenen tegen de vroegere tegenstanders, de ambtenaren van den vroegeren sultan in dienst te la ten, alle pogingen tot verstoring der orde tegen te gaan. j. Zoo is dus thans het lot van Marokko beslist: de jonge sultan Abdel-Azis heeft het onderspit moeten delven in den strijd, die veel van liet land heeft ge vergd. En zoo heeft dan ook Frankrijk, dat den sul tan ondersteunde, de nederlaag geleden en heeft de geschiedenis den heer Jaurès, die altijd aandrong op onzijdigheid, gelijk gegeven. De mogendheden zullen den nieuwen sultan natuurlijk erkennen en deze zal er Een Roman in 48 uren. Naar het Duitsch van OSCAR T. SCHWERINER. 6; De avond kwam en de nacht. En met den nacht Estella. En toen de hemel en de zee rood gekleurd werden aan den oostelijken horizon, waren wij „Verloofd," vulde Frances aan. Armand knikte ernstig. „Verloofd," herhaalde hij, „zal»ik verder vertellen?" „Natuurlijk. Waarom vraagt u dat?" „Het spijt mij reeds, dat ik begonnen beu. Ik ben bang mij in een slecht daglicht te stellen." Frances lachte. „Ik zal u heusch niet slechter beoordeelen. De man nen zijn allen hetzelfde, als het op flirten aankomt. Vertel dus kalm verder." „Maar ik flirte niet bracht Armand ernstig in het midden. „Werkelijk niet, miss Jackson, ik „Maar wat heeft dat eigenlijk met uw verhaal te maken? Zij bloosde hevig'. „Eerst maakt u mij ver schrikkelijk nieuwsgierig en dan dan spreekt u plotseling over andere dingen," zeide zij verlegen. „Over andere dingen? Ja, tenminste voor mij. Maar laat ik op m'n verhaal terugkomen. Ik wil het verder kort maken; het einde is zeer pijnlijk. Wij hielden on ze verloving geheim. Alles ging z'n gewonen gang, tot drie dagen voor onze aankomst in New-York de ge heele eerste klasse door een zonderlinge gebeurtenis in de grootste opgewondenheid verkeerde. Een -der da mes, de vrouw van-een Amerikaanschen millionair miste een liandtaschje met diamanten, of liever miste alleen haar diamanten, want het taschje was met een scherp instrument opengesneden Hij hield op. Frances zei verbaasd„Maar dat is.... „niet waar?' vroeg Armand, „dat doet geheel en al aan den grooten onbekende denken. U moet we- wel geen bezwaar tegen hebben, de verbintenissen met Europa, door zijn voorganger aangegaan, over te ne men. Een nieuwe conferentie van Algéciras zal dus wel niet noodig zijn. Maar wel zal thans moeten blij ken, of Moelai Hafid krachtig genoeg is om de orde en de rust in het woelige rijk te herstellen, of het Ma- rokkaansche volk achter hem staat. Is dit het geval, dan is de zaak in orde maar dan hadden de Euro- peesche mogendheden zich er ook niet mee behoeven te bemoeien, was Duitschlands daad, om „de open deur" te krijgen voldoende geweest. Doch wanneer de toestand even slecht blijft, als hij geweest is, wordt de Marokkaansche kwestie een heel lastig vraagstuk, waarvan de oplossing niet is te voorzien. Men meldt uit Eemnes Toen H. M. de Koningin-Moeder dezer dagen een rijtoer door de gemeente Eemnes maakte, werd stil gehouden voor de woning van boer Hilhorst aan wiens vrouw H. M. een portret van haar en hare kinderen overhandigde. Da opname voor deze photo was door H. M. de Koningin genomen in het begin van den zomer, toen zij tijdens Haar verblijf te Soestdijk een wandelrit door het dorp maakte. Vrouw Hilhorst is bijzonder in hïar schik met dit portret, dat zeer goed geslaagd is. Onder talrijke blijken van deelnemende belangstel ling van collega's leerlingen, oud-leerlingen en vrienden werd gistermiddag het stoffelijk overschot van prof. dr. A. C. Vreede, in leven hoogleeraar aan de littera- rische faculteit der Leidsche Universiteit, op de be graafplaats aan de Groenesteeg te Leiden ter aarde besteld. Vele kransen, waaronder van den senaat, de facul teit der letteren en van het Leidsch Studentencorps, dekten de kist. Nederlandsch hooi voor Engeland. De heer Duymaer van Twist, lid van de Tweede Kamer voor Steenwijk, had Zaterdag j.l. een langdurig onderhoud met den Minister van Buitenlandsche Zaken over den invoer van hooi uit Nederland in Engeland. De bark „Silverstream" kwam gisteren te Falmouth aan van Buenos-Ayres. Aan boord waren de kapitein en 26 man der equipage van het Hollandsche schip „Zwijndrecht", dat in zee lek werd en zonk. Het schip was op weg van Havana naar Landen. Vier dagen stonden de mannen aan de pompen. De „Zwijndrecht" zonk een half uur, nadat de bemanning gered was, op 7 Augustus, 1800 mijlen van Falmouth. Kapitein Hoekstra en 26 man der equipage van de „Zwijndrecht" werden opgenomen in het Sailors Home. Eenvoudig en zonder vertoon, gelijk het leven van den schrijver Louwerse is geweest, was ook zijne be grafenis op oud-Eik en Duinen te Den Haag. Wel stond daar rond de groeve een groote schare van vrienden en belangstellenden, onder wie vele onder wijzers, onderwijzeressen, tijdgenooten en leerlingen, ten, toen was dit geniale menscli nog maar aan liet begin van zijn carrière, geheel in het begin. Een en kele heldendaad liad hij slechts achter zich. De dief stal uit het Louvre van den kroon van Saitapherres, die achterna onecht bleek te wezen. Zijn naam was reeds beroemd geworden, dat wil zeggen: zijn werke- lijken naam is men nooit te weten gekomen, daar men hem tot nog toe niet gezien heeft, men kent hem slechts als „de groote onbekende." Maar dat weet gij zelf wel uit de couranten ik dwaal wèer af." Hij lachte en zuchtte zacht, weemoedig. „Ja, dat kwam van uw interruptie. Maar laat ik u het einde vertellen, het duurt te lang. Men verdacht de tusschendekpassagiers en zocht er alles af. Zonder resultaat. Bij de tweede-klasse-passagiers kon men niet zoo kras optreden. Maar deze verlangden zelf een grondig onderzoek. Ook zonder resultaat. Bleef nog over de eerste klasse. Ieder was natuurlijk bereidwil lig, maar ook dit onderzoek leverde geen resultaat op. Men stond voor een raadsel. Op het schip was een dief, een uitgeslepen dief een geniale schurk. Bij ons was men er van overtuigd, dat de kerel onder de tusscliendek-passagiers was te vinden. De kapitein gaf order de kajuiten zoo af te sluiten, dat er niemand in kon gaan. Aan den in- en uitgang van de gangen en de eetzaal waren matrozen geplaatst en alles werd gecontroleerd; iedere passagier kreeg een contröle- merk. Wie dit niet bezat, werd aangehouden. Op de ze wijze was het niet mogelijk, dat een passagier, die niet tot de eerste klasse behoorde, daar kon komen. De aardigheid was van de reis af, ieder zag er zoo bedrukt uit, alsof hij zelf den diefstal begaan had, men sloop zijn kajuit binnen en sloot zich op. Ik had gelegenheid gevonden een paar woorden met Estella te spreken. Wij hadden afgesproken, elkaar dien avond, wegens de vele aangestelde wachten, niet op het dek te ontmoeten. En zoo kwam het, dat op den tijd, waarop liet anders in de dames- en de rooksalon heel gezellig begon te worden, alles leeg was. Iedere passagier zocht na het eten zijn kajuit op." Weer stak Armand een sigaret op en zeide toen: „Den volgenden morgen miste een der heeren zijn maar 't bleef bij een stillen afscheidsgroet, daar er op uitdrukkelijk verlangen niet werd gesproken. Omtrent de plannen van generaal Van Daalen wordt aan de N. Ct. het volgende medegedeeld In de volgende maand vertrekt hij van Java, den llden September embarkeert hij te Batavia, om zich direct naar Nederland te begeven. Vermoedelijk zal hij zich niet vestigen in Den Haag maar te Arnhem. Het bericht, dat hij na het voorgevallene zijn pen sioen denkt te nemen, schijut geheel onjuist te zijn de generaal denkt er niet aan den Indischen militair, n dienst te verlaten. Waarschijnlijk zal hij dus tegen half October in het land zjjn. Door de Handelsvereeniging „Noord-Holland" is een schrijven tot de directie der Hollandsche IJzeren Spoorweg-Maatschappij gericht, waarin aan de hand van eenige details verzocht wordt van de treinen 212D en 241D weder gewone sneltreinen te maken resp. de toeslagen van 80 ets. en 60 ets. weder in te trekken, of door het inleggen van gewone sneltreinen de reizigers wederom in de gelegenheid te stellen zonder betaling van een toeslag hunne verschillende correspondeerende treinen te kunnen bereiken. Aan dit schrijven werd adhaesie betuigd door de Kamers van Koophandel te Hoorn, Tilburg, Leeuwar den, Delft, Helder, Nijmegen, Zutphen en Oldenzaal, benevens door de handelsreizigers-vereenigingen „Een dracht", Alkmaar, Nijmegen, Friesche Bond, Bergen- op-Zoom, „Christelijke Handelsreizigers-Vereeniging", Noord-Brabant, Meyerysche en de „Nederl. Handels reizigers-Vereeniging Dezer dagen is hrerop van de directie der H. IJ. S. M. het volgend schrijven ontvangen. „Naar aanleiding van het schrijven uwer vereeni- ging d.d. 8 dezer hebben wij de eer mede te deelen dat dit schrijven afdoende aantoont, welke groote voordeelen de door uwe vereeniging genoemde treinen het publiek bieden, zoodat de heffing van een toeslag voor die treinen, naar onze meening, niet onbillijk kan worden geacht." GEMENGD NIEUWS. Men meldt aan de „Tel." uit Culemborg, dato 24 Aug. Zooals men weet, is indertijd procés-verbaal opge maakt tegen een winkel aldaar, die Monopol-thee verkocht, wegens overtreding van de loterijwet, omdat bij elk pond van die thee plaatjes worden verstrekt, die, bij genoegzaam aantal, recht geven op een horloge. Door den kantonrechter werd dez n wkkslier vrij gesproken. Thans vernemen we, dat het hooger bero9p, aangeteekend door het O. M. te Geldermalsum, is ingetrokken, zoodat de verkoop van deze thee niet in strijd schijnt met de loterijwet. Naar men meldt is het reeds sedert vier weken bestaand conflict uit den weg geruimd. Patroons en werklieden hebben wederzijds toenadering getoond. Dit bericht evenwel onder voorbehoud. Met groot genoegen heeft men te Texel vernomen, dat de zeezwaluwen bij Kon. besluit beschermd worden. De moord op deze mooie vogels is dit jaar zoo erg portefeuille met twintigduizend mark." De spreker haalde diep adem, terwijl bij deze herin neringen een rilling door zijn leden voer. „Denk u zich in dezen toestand, miss Jackson. Wij waren met ons twaalven in de eerste klasse, de kapi tein, de officieren en de scheepsdokter meegerekend waren we met ons achttienen. En onder deze achttien personen was de dief, moest de dief zijn, want door de getroffen maatregelen kon hij niet van buiten af gekomen zijn. Dus een van ons twaalven, die tot nog toe met eikaar op zulk een vriendschappelijken voet hadden geleefd, was de dief. Men begon elkaar met wantrouwende gezichten aan te kijken, de een ver moedde in den ander den dief. Het was afschuwelijk! Een geluk was het, dat wij reeds den volgenden dag in New-York zouden aankomen. Als deze toestand nog langer geduurd had, zou het niet uit te houden zijn geweest. Het was nu reeds erg genoeg. En toen de avond aanbrak, haalde ieder van ons zijn kostbaarheden op het dek en bereidde zich zich vpor dien nacht den laatsten op zee daar door te brengen. De kapitein had bevolen dat voor dezen keer den geheelen nacht het electrische licht op dek zou blijven branden, terwijl een wacht van 4 matrozen onafgebroken zou patrouilleeren. Armand zweeg even en vertelde toen: „Den volgenden morgen miste een van de heeren van ons gezelschap zijn gouden horloge met ketting en met diamanten bezet medaillon." - "Frances boog zich over de tafel en greep Armand bij dep arm. „Natuurlijk hij, de „groote onbekende." Dat dacht ik al!" riep zij opgewonden uit. De streek, die indertijd in de couranten werd beschreven, was iets dergelijks Armand knikte toestemmend. „Nog een oogenblik geduld, ik ben gauw klaar." Maar Frances kon niet nalaten te zeggen: „De politie heeft hem indertijd gepakt, de groote onbekende. Maar hij is op de een of andere wijze ontsnapt. Is het niet zoo?" „Niet heelemaal," antwoordde Armand droog, „maar waar ben ik gebleven?" „Het horloge was gestolen." geweest, dat men nog slechts een enkel exemplaar ziet vliegen. Bij duizenden zijn ze neergeschoten ter wille van de mode. Als een zeldzaamheid kan vermeld worden, dat de dienstmeid der familie Schneider, te Delden, Beren- dina Veltink, haar dienst gaat verlaten, en zulks na een diensttijd van 52 jaar. Een gevaarlijk mensch. De fabrieksarbeider B. op den Braker te Lonneker, die eenigen tijd geleden zonder eenige aanleiding een schot loste uit een landweer-infanterie-geweer op een troepje jongens en een er van verwondde, heeft gister avond de buurt weer onveilig gemaakt, door uit een revolver 6 schoten te Iossöd door de ruiten van de woning van zekeren V., gelukkig zonder iemand te treffen. Dinsdagavond omstreeks tien uur werd te 's-Gra- venbage een koetsier, rijdende met een ongenummerd rijtuig, dat voorzien was van de woorden: „Urbaine Neuwe," op de Groenmarkt, door den ongeveer ter hoogte van het Raadhuis geposteerden agent gelast, stapvoets te rijden, zooals op het daar aangebrachte bord wordt voorgeschreven. De koetsier voldeed eerst niet aan dezen last, en toen de politie-agent hem dwong halt te houden, maakte de eerstgenoemde van de gelegenheid, dat de agent zijn zakboekje voor den dag haalde, om proces-verbaal op te maken, gebruik, om er de zweep op te leggen. Doch de politieman ren de hem ijlings achterna en had weldra het paard bij den teugel, en liet zich toen door het rennende paard, dat steeds onbarmhartig met de zweep geranseld werd, meeslepen. De koetsier reed toen regelrecht op den seinpaal aan, die nabij de Groote Halstraat is ge plaatst, blijkbaar met het doel, den agent tusschen dien paal en het gespan te beklemmen en hem zoo te noodzaken, de teugels los te laten. De agent duwde echter met een krachtigen ruk het paard op zij, zoodat de toeleg mislukte. Enkele meters verder kwam de po litieman door de gladheid van den trottoirband te val len, waarop de koetsier er in vollen ren door de Gra venstraat en over het Buitenhof van doorging. Men meldt uit de Betuwe over het fruit: De pruimenhandel is voor de kooplieden dit jaar geen voordeelig zaakje. Het beschot viel niet mee en de sterke daling in prijzen is mede oorzaak, dat er eer verloren dan gewonnen wordt. De witte pruimen vin den wel gretig koopers, maar de prijzen van 4 a 5 cent per 1/2 K.G. zijn veel te laag in verhouding tot de pachtprijzen. Men hoopt nu nog op den verkoop van groene pruimen en kwetsen, die bij dit gunstige weer sterk aanrijpen en meerendeels voor de inmaak worden bestemd. Abrikozen zijn er dit jaar ook niet veel en worden op de veilingen vlug verkocht voor 1V2 a 2 cent per stuk. Vroege peren en appelen worden steeds meer ge vraagd, doch de aanvoer is niet zoo bijzonder groot, maar de liooge prijzen maken alles goed. Men be steedt 5 a 121/2 cent per V2 KG. Dagelijks worden voor duizenden guldens appels op het hout verkocht. De prijzen blijven varieeren van 2.50 tot 5 per HL., naar gelang van soort en kwaliteit. Opmerkelijk is het, dat door buitenlandsche kooplie den, in afwijking met vorige jaren, geen enkele boom gaard wordt verkocht. Hieruit maakt men op, dat, „Oja, den volgenden morgen was het horloge gesto len. En toen kwam de kapitein op een goede gedachte. Hij riep zijn officieren bij elkaar en hield krijgsraad. En het resultaat hiervan was, dat een van hen bij Sandy Hook bij een olods aan boord stapte en zich vliegensvlug uaar New-York begaf. Een uur voor on ze aankomst in New-York stond de officier in liet bu reau van den inspecteur Byrnes in New-York, den be- roemdsten detective van onze eeuw. „Ik mag een nieuwe sigaret opsteken?" Frances antwoordde hem niets. Hij stak het onont beerlijke voorwerp aan. „Wij naderden dus het land. Alle passagiers hadden zich verzameld en keken door hunne verrekijkers naar den wal. Er was nog weinig te zien, een grauwe, heu velachtige lijn aan den horizon. Naast mij stond Estel la, haar verrekijker in de hand en trachtte iets van New-York te ontdekken. Maar zij liet den kijker spoedig zakken. „Ik begrijp niet, waarom de anderen zoo blijven kij ken. Ik zie niets," bromde zij. „Misschien is liij niet goed gesteld," zeide ik naai den kijker grijpend, die aan een riem over haar schou ders hing. Maar zij weerde mij af. „OnzinOf men het ziet of niet. Liever kiek ik nog wat. Kom, ga daar eens staan met Amerika ais achtergrond." Wij lachten vroolijk en ik voldeed aan haar wensch. Eu zoo verliepen de uren en langzaam daagde NewYork voor ons op. Eerst zagen we het vrijheidsbeeld en toen stoomden we daar voorbij en be reikten de binnenhaven. Hebt u New-York wel eens bezocht? Nog nooit er geweest? Men mag van de stad zeggen, wat men wil, maar dit staat vast: New-York van zee uit gezien, maakt een onvergetelijken indruk. De huizen huizen als torens van vijf-en-dertig ver diepingen hoog schijnen in de zee gebouwd te zijn, zoo verheffen zij zich achter de voor anker liggende schepen. En het leven en bedrijf in den eindeloos schij nende Broadway is niet te beschrijven. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1908 | | pagina 1