DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
De Landbouwtentoonstelling op Texel.
No. 210.
Honderd en tiende jaargang.
1908.
Deze Courant wordt eiken avond, behalve op Zon- en
Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden
vooi' Alkmaar f 0,80; franco door het geheele Rijk f 1,
Afzonderlijke nummers 3 Cents.
Prijs der gewone advertentiënï
Per regel f 0,10. Bij groote contracten rabat Groote
letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdrukkerij
v/h. HERMs. COSTER ZOON, Voordam C 9.
WOENSDAG
9 SEPTEMBER,
Hinderwet.
LANDWEER.
Landweeroefeningen.
LANDWEER.
Ontheffing of vergoeding.
BINNENLAND.
Telefoonnummer 3.
Oproeping in werkelijken dienst.
RECHTZAKEN.
Arrondissements-Rechtbank te Alkmaar.
Duitsche Greet.
ALRMAARSCBE
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alk
maar brengen ter algemeene kennis, dat heden op
de gemeente-secretarie ter visie is gelegd het aan hen
ingediende verzoek met bijlagen van
W. KERKMEER, aldaar, om vergunning tot het
uitbreiden van zijne herstelplaats voor rijwielen, door
het plaatsen van een gasmotor van 8 E. P. K., dy
namo's, slijp- en schuui machines, dienende tot het
slijpen, schuren en vernikkelen van metalen in het
perceel Ritsevoort wijk A no. 10.
Bezwaren tegen deze uitbreiding kunnen worden in
gediend ten raadhuize dezer gemeentemondeling op
Maandag 21 Sept. e.k., 's voormiddags te elf uur en
schriftelijk vóór of op dien tijd. Gedurende drie dagen
vóór gemelden dag kan de verzoeker en hij, die be
zwaren heeft ingebracht, op de secretarie dezer ge
meente van de ter zake ingekomen schrifturen kennis
nemen.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar, G. RIPPING, Voorzitter.
7 Sept. 1908. DONATH, Secretarie
De BURGEMEESTER der gemeente ALKMAAR,
gelast, krachtens bekomen aanschrijving, de onder
staande verlofgangers van de Landweer, om zich op
na te noemen dagen en plaatsen aan te melden, ten
einde voor den tijd van zes dagen in werkelijken dienst
te worden gesteld tot het houden van oefeningen.
Zij moeten voorzien zijn van de voorwerpen van
kleeding en uitrusting door hen met groot verlof me
degenomen, alsmede van de voorwerpen van kleeding,
uitrusting en ledergoed, die aan hen na hun vertrek
met groot verlof of na den ingang van hun groot ver
lof bij toezending mochten zijn uitgereikt.
De verlofgangers der landweer, die door ziekte ver
hinderd zijn in werkelijken dienst op te komen moeten
twee dagen vóór den dag voor hunne opkomst bepaald
een gezegelde en gewaarmerkte geneeskundige verkla
ring ter gemeente-secretarie inleveren.
Zijn er onder de opgeroepen verlofgangers ter uit
oefening van hun beroep van zeevarende buitenslands,
dan wordt betrekkelijk hen een uittreksel uit de mon
sterrol tegemoet gezien. Dat stuk zal de verklaring
dienen in te houden, dat het schip, waarmede de reis
is ondernomen niet is teruggekomen.
Landweer Vesting-Artillerie, 41e compagnie.
5 October 1908, vóór 12 uur 's middags, in de Artille
rie-kazerne te ILelder: lichting 1903: WILLEM BOK
en SIMON KRAMER; lichting 1904: ERANCISCUS
ANTONIITS DE MUNK; lichting 1907: REI JEE
LODDER, JACOB BRUIJN en FREDERICUS GE-
RARDUS DE MUNK.
Landweer-Vesting-Artillerie, 42e compagnie.
12 October 1908, vóór 5 uur 's nam. in de Artille
rie-Kazerne te Willemstad: lichting 1903: PIETER
KOGER.
Landweer-Vesting-Artillerie, 26e compagnie.
19 October 1908, vóór 9 uur 's voorm. in de Artille
rie-kazerne te Helder: lichting 1903: PETRUS
BLANKENDAAL, WILLEM JONKER, BERNAR-
DUS JOHANNES GEELS, JOHANNES ERAN
CISCUS HENDRIKUS SCHOENMAKER, PIE
TER HOP, PETRUS CORNELIS WEEL, NICO-
LAAS JOHANNES CAROLUS LAURENTIUS
VAN VEGTEN, ROELOF VAN DER POL, GE-
RARDUS RUIS, GERRIT DE JONG, CASPER LO-
DEWIJK OORNELIS DE BOER, PIETER VAN
DEN BERG.
lichting 1904: JACOB TJEERTES, KLAAS VEN-
NEKER, JAN PLOEGER, GERARDUS JACOBUS
TAMES MOOIJ, SIMON BRUIN, GERARDUS
TEELING, CORNELIS KAAL, TEUNIS OOM;
lichting 1906: NICOLAAS PUNT, HENDRIK
KEMPS, JAN HENDRIK SCHENKE, BERNAK-
DUS JOHANNES SMIT, KLAAS VAN DER HAA-
GEN, GERRIT VENNEKER, PIETER MORS;
lichting 1907: HENDRIK HUISMAN, PIETER
BERGMAN, CORNELIS KRAMER, JOHANNES
GERARDUS THOMAS MOOIJ, FRANCISCUS
ANTONIUS VEER, CORNELIS KONING.
De opgeroepenen hebben recht op daggeld en op
vrij transport naar de plaats hunner bestemming, dat
ter gemeente-secretarie der woonplaats kan worden
aangevraagd.
De Burgemeester van Alkmaar,
O. RIPPING.
Alkmaar, 7 September 1908.
De BURGEMEESTER der gemeente ALKMAAR
brengt ter kennis van belanghebbenden, dat door den
Minister van Oorlog is bepaald hetgeen volgt
„Gedurende de aanstaande oefeningen, kan aan de
landweermannen, die gehuwd zijn of als hoofd van een
gezin zijn aan te merken, door den Landweerdistricts-
commandant worden vergund om thuis te slapen, mits
hun gezin in of nabij de plaats van oefening gevestigd
is en de vergunning niet aanleiding geeft tot het af
leggen van zoodanige afstanden, dat daardoor invloed
wordt uitgeoefend op den goeden gang der oefeningen
ten gevolge van, buiten deze, opgedane ver
moeienis.
De landweermannen, aan wie zoodanige vergunning
wordt verleend, zullen hebben zorg te dragen, dat zij
ten minste een half uur vóór den aanvang der morgen
oefening in de kazerne terug zijn, terwijl zij des avonds
eerst naar huis kunnen gaan, nadat alle oefeningen en
diensten voor hen zijn afgeloopen."
„Aan de vorenbedoelde landweerplichtigen kan te
vens door den Landweerdistricts-commandant worden
vergund, om in eigen voeding te voorzien; zij ontvan
gen dan alleen een ration brood, terwijl aan hen
0.25 per dag, als vergoeding van levensmiddelen
wordt uitgekeerd.
De landweermannen, die deze laatste vergunning-
erlangen, mogen zich echter niet tusschen de morgen
en middagoefening naar huis begeven; eenmaal in de
kazerne, blijven zij daar, tot zij zich des avonds, na af
loop der diensten, naar huis begeven; op dezen regel
mag alleen eene uitzondering worden gemaakt, indien
eene avondoefening plaats heeft, waarvan de betrok
kenen dan tijdig verwittigd moeten worden.
De bovenbedoelde vergunningen worden verleend
voor den geheelen duur der opkomst en niet voor enke
le willekeurig te kiezen dagen.
Indien van de vergunningen misbruik wordt ge
maakt, moeten deze, onverminderd de eventueel op te
leggen straf, voor den overtreder onmiddellijk worden
ingetrokken."
Belanghebbenden, die de bovenbedoelde vergunning
of vergunningen wenschen te erlangen, behooren zich
daartoe ten spoedigste tot den Landweerdistricts-com
mandant (Kennemerpark No. 23 te Alkmaar) te wen
den.
Alkmaar, 7 September 1908.
De Burgemeester voornoemd
G. RIPPING.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der ge
meente ALKMAAR, brengen ter kennis van belang
hebbenden, dat bij Koninklijk besluit van 9 Mei 1906
(Staatsblad No. 111), eene regeling is vastgesteld be
treffende het toekennen van de vergoeding, bedoeld
in artikel 15bis der L'andweerwet, in verband waar
mede door den Minister van Oorlog bij besluit van
12 Mei d.a.v. ter bevordering van een spoedige af
doening en daardoor van de belangen der verzoekers,
het volgende is bepaald
10. verzoeken om vergoeding, alsook verzoeken om
ontheffing van den werkelijken dienst, als kostwinner
de laatste gelicht tot H. M. de Koningin wor
den ingediend aan zijne Excellentie den Minister van
Oorlog, door tusschenkomst van Burgemeester
en Wethouders dezer gemeente, voor zoover zij,
die de verzoeken doen, wonen in de gemeente Alkmaar,
of, ingeval zij buitenslands verblijf houden, in het
register van inschrijving van het personeel van de
landweer dezer gemeente voorkomen
2°. dat de bovenbedoelde verzoeken in het bezit van
Burgemeester en Wethouders moeten zijn gesteld
binnen tien dagen na de dagteekenlng van de
openbare kennisgeving tot oproeping in wer
kelijken dienst, dus vóór of op 17 September a.s.
De verzoeken, waarvoor formulieren kosteloos
ter gemeente-secretarie verkrijgbaar zijn gesteld,
moeten aldaar worden onderteekend door hem, haar
of hen, die vermeent of vermeenen daarvoor in aan
merking te komen, alsmede door den dienstplichtige.
Het zakboekje moet dan worden medegebracht.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Alkmaar. G. RIPPING, Voorzitter.
7 Sept. 1908. DONATH, Secretaris.
ALKMAAR, 9 September.
Denemarken heeft nu ook een geval-Nasi: de vorige
Deensche minister van justitie Alberti heeft zich bij
de justitie aangegeven met de mededeeling verval-
schingen en bedriegerijen te hebben gepleegd, waar
door het departement van. financiën was benadeeld,
maar ook de nationale bank en een boerenspaarbank
ernstige schade hebben beloopen. Volgens de Deen-
selie couranten heeft Alberti in het geheel voor negen
millioen verduisterd. Reeds geruimen tijd heeft men
hem gewantrouwd en in bladen van verschillende poli
tieke richting kwam dat wantrouwen tot uiting. Hij
genoot evenwel het volle vertrouwen van den minis
ter-president Christensen, die hem zoo lang mogelijk
gehandhaafd heeft. Eindelijk ging het evenwel niet
meer: in het laatst van Juli nam de minister van jus
titie zijn ontslag-. Wat in het voorjaar reeds in de
Deensche Kamer was gevraagd geschiedde thanshet
land was bevrijd van de schande van zulk een minis
ter. Het had wel veel moeite gekost Alberti was
de eigenaar van een invloedrijk blad in de hoofdstad,
dat de regeering steunde maar de klachten ver
meerderden zich in die mate, dat Alberti het geraden
vond een ziekte voor te wenden en het staatstooneel,
waarop hij zulk een groote en gemeene! rol ge
speeld had, te verlaten. Zijn vader heeft wèl gelijk
had als hij, naar beweerd wordt, van zijn zoon heeft
gezegd, dat deze liet tot iets groots zou brengen of dat
het met hem verkeerd zou afloopen. De Kopenhaag-
sche correspondent van de N. Rott. Ct. heeft uitvoe-
ï-ik liet karakter van Alberti geschetst. Wij leeren
hieruit, dat de oud-minister in 1851 werd geboren en
op twee en twintigjarigen leeftijd een schitterend exa
men als meester in de rechten deed. In 1901 werd hij,
nadat hij in de financieele wereld reeds een hoqge
plaats had ingenomen, minister. Toen had hij reeds
den naam van een onbetrouwbaar politicus te zijn.
Als minister eischte hij, dat hij al zijn zaken mocht
aanhouden, want zijn levenswijze was van dien aard,
dat een groot inkomen noodzakelijk was. In 1905
werd de heer Christensen minister-president en van
dat oogenblik af aan droeg het optreden van Alberti
een zonderling' karakter. Hij begon met de lijfstraf
weder in te voeren en daarover is in West-Europa
veel gesproken. Daarop deed hij een reeks daden van
de ergste willekeur, waarop spoedig de aanvallen op
zijn beheer volgden. Natuurlijk had de man ook
deugden. De bovengenoemde correspondent vat deze
aldus samen
„Toen hij aan het bestuur kwam, vond hij in zijn de
partement een bureaucratisch gedoe, dat met ongeloo-
felijke langzaamheid werkte en waarin geen plaats
was voor gezond verstand. Met zijn helder brein en
reusachtige werkkracht heeft hij hierin radicaal ver
andering gebracht. Onder zijn leiding ging alles met
spoed, en deed de redelijkheid haar intrede in het mi
nisterie. Met bewonderenswaardigen ijver, te bewon
derenswaardiger als men zijn vele andere bezigheden
daarbij in aanmerking neemt, nam hij van alles zelf
kennis. Zijn vlug, gezond oordeel zag in een oogen
blik licht in zaken, die den bureaucraten onoplosbaar
voorkwamen. Hij was voor ieder toegankelijk, en wil
de niets weten van formeelen omhaal. Laat dat nu
maar varen, en laten wij zakelijk praten, placht hij te
gen plichtplegende bezoekers te zeggen. Eigenschap
pen die hem onmogelijk maakten als minister, doen
hem ook van een aantrekkelijke zijde kennen. Hij is
een onbedeesde, zelfs wel cynische persoonlijkheid,
een man met wil en kracht en talent. In den kring
van zijn vrienden is hij zeer geliefd. Gemoedelijk, vroo-
lijk man van de* wereld die hij is, weet hij ieder in te
pakken en aan te steken met zijn levendigheid. In het
Eolketing en op kiezersvergaderingen heeft zijn slag
vaardige, zij het ook grove geest, waarvoor geen onbe
schaamdheid te kras is, hem. menige overwinning be
zorgd; maar zonder blikken of blozen durft hij daar
als kampioen voor een moraal op te komen, waar ieder
weet dat hij niets om geeft of grof tegen zondigt. Wat
hij in dezen op propaganda-vergaderingen op het land
gepresteerd heeft, grenst aan het ongeloofelijke. Zijn
brutaal nepotisme houdt verband met een zijner eigen
schappen. Zooals hij, zonder zich door eenige overwe
ging te laten terughouden, de vijand zijner vijanden
is, zoo is hij ook de vriend zijner vrienden; voor hen
heeft hij veel gedaan, ook als het lot tegen hen was.
Zooals hij zijn macht en invloed voor hen gebruikt
hc-eft, maakte hem reeds onmogelijk als minister."
Thans is hij gevallen. Rondom hem staat geen
phalanx van Sieilianen, zooals om dien anderen minis
ter-oplichter, Nasi. En de verdere ontwikkeling van
het Deensche drama zal wel een sneller verloop hebben
dan het Italiaansche heeft gehad!
Zitting van Dinsdag 8 Sept.
Een onbevoegde ais geneesheer.
Na de gisteren reeds door ons vermelde zaken, weicd
in behandeling genomen de hooger-beroep-zaak van
H. J. E. te Oegstgeest. Door den kantonrechter te
Modemblik was E. veroordeeld tot 3 maal 1 maand
gevangenis, wegens het onbevoegd uitoefenen van de
geneeskunst. E. geeft zich uit als dokter, specialiteit
voor tuberculose. Reeds eerder heeft E. daarover
last gehad met de justitie, doch hij is des niettemin
doorgegaan als geneesheer op te treden. Ditmaal had
hij te Andijk eenige patiënten behandeld en met een
stetoscoop onderzocht. E. heeft geappelleerd omdat
hij meent dat wat hij gedaan. h-«ft geen geneeskundige
behandeling is geweest. Bovnndien heeft hij bij de
esrste behandeling van zijn zaak den getuigen geen
vragen mogen stellen t:n geen getuigen a décharge
mogen laten dagvaarden. Bovendien laat hij zich niet
betalen voor zijn hulp aan verschillende lieden, doch
worden alleen zijn reis- en verblijfkosten vergoed.
De officier van Justitie is het met deze tedeneering
geheel niet eens. Hij twijfelt er aart of de geestver
mogens van E. niet min cf meer gekrenkt zijn ei-n
gedachte welke Z.E.A. reeds eerder heeft gekregen
toen hij vroeger met E. bekend warn. Hij vermoedt
dat het niet ónmogelijk i3 dat E. aan grootheidswaanzin
en vervolgings vaanzin lijdt. Hij heeft hierover gecor
respondeerd met prof. Jelgersma te Leiden.
Z.E.A. concludeerde dat het wenschelijk ia, alvorens
esn st.taf tegen E. te eischen. dat een onderzoek naar
zijn geestvermogens worde ingesteld.
Beleediging.
C. H., koopman en slager te Westwoudj was wegens
vrrsc-hülende tekortkomingen uit zijn woning g<-zet,
Hij womde aan den weg en wie daar passeerd» auo -st
hem hooren. Hij maakte zoo'n drukte dat op bevel
van den burgemeester, de rijksveldwachter uit Hoorn,
Jentje Rientsma zich naar den yrotesteerenderi lager
begaf.
11. vond d; tusscher,komst van Rientsma geheel
onnoodig en wilde niet naar dezen, hooren. Er vielen
woord* n en H. kon niet nalaten R. uit te schelden
voor ouwe deugniet en dief. Dat li st R. zich niet ze-gg n
en proces-verbaal volgde.
Heden ter terechtzitting wierp beklaagde getuige
Rientsma allerlei bedekte hatelijkheden naar het hoofd.
Alles wat R. zei was leugen, hij had bekla&gde's
touw en kinderen mishandeld met een sabel enz. De
O. v. J. geloofde van dat alles niets en eischte f 7
boete of 14 dagen hechtenis.
Verzet tegen politie.
M. S., arbeider te Beverwijk, meende den 26 Juli
op de Uitgt ester kermis eens van zich te moeten doen
sproken. Hij was stevig dronken de politie ontfermde
zich over hem maar tegen zijn overbrenging naar
het arrestantenlocaal door. de rijksveldwachters Koele-
wijn en Conijn, verzette hij zich hevig, daarbij zijn
■\riendeu om hulp roepend. Gedagvaard voor dit ver
zet, werd tegen S. heden 10 dagen geëischt.
Vrienden huip
il. G. v. E. en G. M., beiden van Wijk aan
Zee, hebben bij gelegenheid van de arrestatie van S.,
waarover hierboven gesproken is, getracht de ovoi -
brenging van S. naar het arrestanten lokaal te Uit
geest te verhinderen. De politiemannen wisten de
knapen echter wel van zich af te houden.
Tegen hen werd geëischt 14 dagen voor M. en 1
maand voor v. E. die recidivist is.
Bedelen.
J. F. G., woonplaats onbekend, stond terecht wegens
bedelarij te Limmen, op 4 Augustus. Bij de woning
van Ghr. Vrucht werd hij attrappeerd proces-verbaal
volgde.
Ekcb tegen dezen ouden bekende der justitie 2 dagen
hechtenis en 3 jaar opzending naar een rijkswei k-
iorichtirig.
Landlooperij.
G. R., van Arnhem en B. K. IC., een scharensliep,
uit fea Duitsch dorpje, zwierven den 10 Augustus te
Limmen rond. Ze hadden geen geld, geen middel van
bestaan en vielen de bewoners van Limmen lastig.
Eisch heden 2 dagen hechtenis en 1 jaar opzending
naar een rijkswerkinrichting.
Margaretha Führopp (Duitsche Greet) stond gister
middag voor de Arnhemsche Rechtbank terecht wegens
het onttrekken van goederen uit een faillieten boedel.
De aanklacht luidt, dat Carolina Sophie Ottilia Mar-
garétha Führopp, geboren te Rockow 1 Mei 1875, pen
sionhoudster te Arnhem, bij vonnis van 14 Juli 1903
in alaat van faillissement verklaard, goederen aan
haar boedel heeft onttrokken en wel op 9 Juli 1908
een bruine koffer, waarin verschillende kleine voor
werpen, als theedoeken enz. en die in Den Haag ten
eigen bate te doen verkoopen en op 1-3 Juli een zwarten
koffer, waarin ook verschillende goederen van weinig
waarde, uit hare woning met bestemming naar Den
Haag te doen vervoeren en op 16 Juli da.v..van het
station Arnhem zelf mede naar Den Haag te nemen
en voorts deze goederen niet te hebben verantwoord
aan den ct rator.
De officier van justitie vroeg tien weken met aftrok
van de (2 maanden) preventieve hechtenis.
De verdediger, mr. R. J. de Visser uit Arnhem vroeg
onmiddellijke invrijheidstelling en vrijspraak.
De Rechtbank wees het eerste verzoek af en zal
over 8 dagen uitspraak doen.
(Van onzen eigen verslaggever.)
Dinsdagavond.
Reeds gedurende vele dagen heerschte er eene onge
wone bedrijvigheid aan Den Burg, vooral op het einde
der Koogerstraat, waar het tentoonstellingsterrein
zich bevindt. En geen wonder. Nu Texel de eer is te
beurt gevallen, zulk eene belangrijke vergadering en
tentoonstelling op haar gebied te zien houden, spant
het alle krachten in, haar taak als gastvrouw waardig
te vervullen. Verschillende moeilijkheden, waarmede
grootere gemeenten niet hebben te kampen, moesten
worden overwonnen, doch door gezamenlijke inspan
ning van de Besturen der beide Afdeelingen „Texel"
en „Eierland'! der Holl. Maatsch. van Landbouw, aan
gevuld met verschillende commissies, en met de mede
werking van geheel Texel, is men de moeilijkheden te
boven gekomen en is men aan den vooravond van den
gewichtigen dag, zoo goed als gereed tot het ontvan
gen van de honderden bij honderden gasten. Want
daarop wordt gerekend. Als het weer, dat vandaag
zoo mooi was, nu maar g-oed blijft, dan zal die bere
kening stellig niet falen. Extra stoombootdiensten
uit Friesland, Enkhuizen, Medemblik en Wieringen
zullen gelegenheid verschaffen, Texel o-p eene gemak
kelijke en goedkoope wijze te bereiken, terwijl „Texels
eigen stoombootonderneming" haar dienst niet alleen
belangrijk heeft uitgebreid, maar er ook nog een paar
booten bij heeft gehuurd, om den drom van bezoekers
over te brengen.
Voor het vervoer van de haven naar Den Burg is
tevens gezorgd door het tijdelijk aanschaffen van en
kele zoogenaamde Jan-Pleiziers, die met de vele rijtui
gen, die reeds op Texel zijn, wel voldoende in de be
hoefte zullen voorzien. Een moeilijk punt was nog
het verschaffen van nachtlogies aan zoovele vreemde
lingen. De bestaande logementen, ofschoon het hotel
„De Lindeboom''' en het hotel „Texel" beide dezen zo
mer belangrijk vergroot zijn, kunnen onmogelijk zoo
veel logeergasten onderdak verschaffen. De daarvoor
bestaande huisvesting-commissie heeft echter niet
geschroomd, terwille van eene afdoende oplossing flink
in den buidel te tasten. Honderden ledikanten met
matrassen, beddegoed, enz. zijn van den vasten wal
aangevoerd en bij particulieren, in de openb. school,
de bewaarschool en andere geschikte gebouwen ge
plaatst.
Ook om de vele fietsers is gedacht. Door de zorgen
der alhier bestaande wielrijders-vereeniging is aan den